Op donderdag 27 mei 2021 ondertekenden Rita Rahman, voorzitter van de Werkgroep Caraïbische Letteren, en... Lees verder →
Ruth San A Jong – Nieuwe normaal
het normaal is nu
leven van herinneringen
Van toen
Brasa’s veranderen in luchtomhelzingen
verboden liefkozingen vinden al eeuwen in gedachten plaats
Sentenario Pierre Lauffer (1920-1981)
Balia barí
Ku sintura di mamundèngè
Ku mantuana mondong’i lobi
Ku tur m’a balia barí.
Y or’e chapi ta kokobia
Y or’e kueru ta lamanta:
Kímina, kana kue
Kímina, kana kue
Tur mi kurpa ta kisjiki
Ay mi sanger ta herebe.
Sentenario Pierre Lauffer (1920-1981)
Fadá mi ta
Fadá mi ta
di tur beheit,
bòmbòshi ku bochincha
ku ta dèmpel e ronká di bos na horizonte.
Sentenario Pierre Lauffer (1920-1981)
Kanta mi un kansion di ántes
Kanta mi un kansion di antes
pa mi floria mi behes.
Kontami un istoria tierno di promé ayá,
pa mi por sera wowo, rekorda.
Gañami ku ainda mi ta hoben,
pa, lantá, mi sinta soña.
Bisami, kara seku,
ku mi barba no ta blanku,
pa mi disfrutá dje ilushon
ku falta masha hopi mas
promé mi bai.
Francis Vriendwijk – Slory, een meesterdichter
Het was op de vierde dag
van de achtste maandag
de maand genaamd augustus
van het jaar 1935
dat bij de familie Slory
Michaël werd geboren.
Cándani – Gedicht
Shrinivāsi
Een eenvoudige bewoner van Parnāsi
met onaanraakbare diepten in zijn hart
staat zijn geest dichter bij zijn volk
dan zijn huid
een woord vol van drift
zo leeft hij tussen eigenen
zijn leven en zijn levenslied
begrijpen alleen diegenen
die leven binnen de perken
van de taal
aan de wanden van zijn hart
de ritmen van de taal
karnt hij de ragfijne woorden
hij weet wat een woord
slechts één woord teweegbrengt
vandaar zijn boodschap
een stil verborgen glimlach
zijn spraak
een hooglied in menig hart
maar de grote vreugde in hem
is nog niet verwoordbaar
in de stroomgebied
van de dood wacht hij
op de melkwitte dageraad vol gratie!
Shrinivási – El kankantrie de poesía
Para Michaël Slory
Onze adem
draagt de woorden weloverwogen
licht als ze zijn
als van de kankantrie
het pluisje
waarin zacht zichtbaar
de reus van straks
ongehinderd in sluimer
‘Taal, jou verraad ik niet’: Onvergetelijke eenvoud in gelukwensbundel Slory
De rubriek Herlezen vraagt aandacht voor boeken die langer geleden zijn verschenen en de moeite van het herlezen waard zijn. Suggesties? Laat het ons weten via ons emailadres. Vandaag een stuk over In de straten en in de bladeren uit 2000 van Michaël Slory.
read on…Jit Narain – Gedicht
voor Michaël Slory
Wie anders heeft het verval nauwgezet aanschouwd.
De dichter wil klaarheid.
Langs de erven loopt hij en is verbaasd
dat het volk hem voorbijloopt
en hem neerplant op zijn standpunt.
Cándani – Gedicht
Hij wiens poëzie in het diepst van mijn hart zingt,
Jit Narain
Hij heeft gezegd wat in hem wemelde en borrelde
honingzoet zijn zijn woorden – een bij werd ik
niets behaagt beter dan de pijnen
die zijn woorden toevoegen aan mijn leven
weer is hij beladen – hij zal spreken
raken zal hij menig hart
en brengt vreugde in de zielen
of is hij toch wel uitgesproken?
dan wandelt hij weg
woorden laat hij vallen, toch nog!
aarde waarop hij loopt draagt zijn leed
niet zijn grootheid maar juist zijn eenvoud
doet hem in hemzelf leven
doet hem in mij en in anderen leven.
Orlando Emanuels – Gedicht
voor Michaël
Bigi grani brasa
voor Michaël
die met zijn pen
belangrijk maakt
wat ogenschijnlijk
niet belangrijk is:
zingen om de zon te laten opkomen
nachtregen, staal
een hagedis
maar wanneer een blinde muur
het recht monddood maakt
de hoop van het volk
verloren raakt
doopt hij die pen in gal
en schiet de doembrengers
zijn woordpijlen
meedogenloos
door het hart
Bhai – Gedicht
Buig het hoofd
Trots zijn
Is geen daad
Van zekerheden
Maar
De bittere vrucht
Van angst
Verdriet en pijn
Velen zijn reeds heen
Met de beker
Tot op de bodem
Leeg
Ook ons
Is niets anders
Dan dit
Tot deel