blog | werkgroep caraïbische letteren
0
 

Een eenheidsspelling voor het Papiaments (3)

door Fred de Haas

Waar dient een spelling voor?
Vragen die eerst moeten worden beantwoord zijn: waar dient een spelling voor? En voor wie is een spelling in de eerste plaats bedoeld?
Een aantal voor de hand liggende antwoorden zijn de volgende:

Aruba3

Aruba

 

 

1. Spelling dient om op afstand te kunnen communiceren.
Een schrijfwijze moet extra informatie bieden omdat je geen (zoals bij het spreken) informatie krijgt via gebaren, stand van de lippen, intonatie, klemtoon en ritme. Die extra informatie vanuit een bepaalde schrijfwijze kan een etymologische basis hebben.
Een woord als ‘hèrment’ (= werktuig) biedt meer houvast dan ‘èrmènt’, omdat ‘hèrment’ het Spaanse ‘herramienta’ oproept.

2. De spelling moet in de eerste plaats worden ontworpen en gelezen door de sprekers van de taal.

3. De spelling moet een adequaat werktuig zijn voor een echte literatuur.
Dat wil zeggen dat een spelling het, bijvoorbeeld, mogelijk moet maken dat er associaties gemaakt kunnen worden en dichterlijke beelden opgeroepen.
Welke keuze men ook maakt voor een bepaalde manier van spellen, het is onvermijdelijk dat elke keuze antropologische en politieke kanten heeft.

Antropologische aspecten
Taal heeft te maken met de identiteit van een volk. Spelling heeft niets met identiteit te maken, maar het is daarom nog niet verstandig om een volk een spelling op te dringen waarin het zich niet herkent of die dwars ingaat tegen de culturele gewoonten.  Om die reden is het niet wenselijk om eigennamen ‘vanwege de spellingregels’ anders te gaan spellen, omdat dit als een aanslag op de identiteit kan worden ervaren. De geografische Arubaanse namen Andicuri en Kudawecha zijn om die reden acceptabele spellingen.
Ontwerpers van een spelling zullen altijd moeten kunnen uitleggen waarom ze voor een bepaalde spelling hebben gekozen. Dat kunnen redenen zijn die te maken hebben met innerlijke samenhang of makkelijker leesbaarheid. Mensen willen vooral een spelling die als ‘normaal’ wordt ervaren. Over die ‘normaliteit’ valt echter te twisten.

Politieke aspecten
Een spelling kan bewerkstelligen dat men zich dichter bij een groep of land voelt. Als je gebruik maakt van een ‘tilde’ op de N (= Ñ) dan voelt je je dichter bij de Spaanse spelling. Als je geen of heel weinig accenten in de taal gebruikt dan doet dat aan de Engelse gewoontes denken. Gebruik van veel accenten doet meer denken aan het Frans. Formeel doet zoiets er niet toe, maar gevoelsmatig des te meer. Een accentpolitiek kan ook vervreemdend werken. De huidige spellingen van Aruba en Curaçao zijn daar een duidelijk bewijs van.

Het ontwerpen van een functionele spelling
Het is een vergissing om te denken dat de schrijfwijze van een taal zoveel mogelijk de spreektaal moet weerspiegelen. Alleen het Internationaal Fonetisch Alfabet (1888) kan en moet de klanken van een taal precies weergeven. Zo’n alfabet heeft voor elke klank één teken. Voor het opzoeken van de uitspraak van een woord is zo’n methode een uitkomst en deze wordt dan ook toegepast in woordenboeken. Zo’n alfabet is echter niet goed bruikbaar in het gewone leven. Daarvoor hebben we een spelling nodig die op overzichtelijke en leesbare wijze het verzorgde taalgebruik weergeeft en vooral niet allerlei varianten biedt die niet functioneel zijn. De spelling moet ook de ontwikkeling van de taal kunnen volgen. Zo moet een spelling in staat zijn om leenwoorden goed weer te geven. Het ligt voor de hand dat het Papiaments nog veel zal ontlenen aan het Spaans. Het is makkelijk als de spelling hierop is berekend.

Geen verschillen in uitspraak verwerken in de spelling
Het is niet wenselijk om de verschillende manieren van uitspreken in de schrijfwijze van een taal onder te brengen. Een voorbeeld uit het Frans mag dit verduidelijken. Het nasaal uitgesproken woord ‘lundi’ (= maandag) wordt in het Frans maar op één manier geschreven, maar op verschillende manieren uitgesproken. Een Parijzenaar zal zeggen [lendi], iemand uit Lyon zal de gewone uitspraak [lundi] er op na houden en een Franstalige spreker uit het Canadese Québec zal zeggen [lundji]. Maar voor een goed begrip biedt de spelling ‘lundi’ voldoende informatie. Niemand zal het in zijn hoofd halen om in een woordenboek het woord ‘lendi’ op te nemen.
In de woordenboeken van Joubert en Van Putte staat het woord ‘Papiamentu’ (met een ‘u’) echter pontificaal op een van de eerste bladzijden van hun woordenboek omdat men dat nu eenmaal zo in Curaçao uitspreekt. Het zou echter vanwege de taalkundige eenvormigheid voor de hand liggen om Papiamento (met een ‘o’ op het eind) te schrijven. De Curaçaoënaar weet zelf wel hoe hij dat woord wil uitspreken. Dat doen de Portugezen ook. Het woord ‘obrigado’ wordt uitgesproken als ‘obrigadu’, maar geen Portugees zou het in zijn hoofd halen om het woord als ‘obrigadu’ te spellen.

Standaardisatie van de spelling
Elke standaardisering van de taal moet enigszins rekening houden met de mate waarin de bevolking zich met dit model kan identificeren.
Het is daarom van belang dat er aan geselecteerde groepen uit de bevolking wordt gevraagd hun mening te geven over een bepaalde spellingwijze. Dan kan daar eventueel rekening mee worden gehouden. We bevinden ons dan wel op glad ijs, omdat beïnvloeding van buitenaf en een bepaalde gewenning aan een heersende spelling (‘normaliteit’) volstrekt niet denkbeeldig zijn.

In 1984 is er in Guadeloupe een workshop gehouden die vijf dagen duurde en waarin gedurende twee à drie uur per dag met groepen uit de bevolking werd gediscussieerd over o.a. het omzetten van gesproken taal in schrijftaal.

Uit het onderzoek kwam naar voren dat de deelnemers als het ‘meest Creools’ aanstreepten wat hen vroeger was aangeleerd. Het frappante was dat wat ze beschouwden als de ‘meest Creoolse’ schrijfwijze verschilde van de schrijfwijze die ze mooi en leesbaar vonden. De native speakers hadden al met al een duidelijk idee van wat ze wilden met hun taal. Spellingschrijvers doen er dus verstandig aan om – binnen redelijke proporties en na nauwkeurige weging – zoveel mogelijk rekening te houden met de gevoelens van de native speaker. Er moet rekening worden gehouden met het feit dat een nieuwe spelling een psychologisch conflict kan veroorzaken bij een groep die gewend is om een oudere spelling te verabsoluteren. Overigens zullen veel mensen zich nauwelijks interesseren voor hoe hun taal wordt gespeld.

 

Buki di oro

De officiële vastlegging van de ‘Curaçaose’ spelling
De ‘fonologiserende’ spelling die op Curaçao en Bonaire wordt gehanteerd is vastgelegd in het Buki di Oro (= het Gouden Boekje) onder de titel Ortografia i Lista di palabra Papiamentu (Fundashon pa Planifikashon di Idioma, 2009).
I. en F. van Putte – de Windt hebben in hun brochure Ortografia fonológiko di papiamentu (2009) commentaar geleverd op de inhoud van het Buki di Oro en een voorstel gedaan tot revisie. Hun kritiek, die o.a. betrekking heeft op accenten, klemtoon en wijze van afkorten, staat uitgebreid beschreven in de genoemde brochure. Zij pleiten ook voor het herinvoeren van de Yod, een teken dat al door R. Römer was voorgesteld in 1969. Dezelfde auteurs hebben in Buki di oro, reseña (2010) hun commentaar op de officiële Curaçaose publicatie Ortografia i Lista di palabra Papiamentu hervat.

 

[wordt vervolgd]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter