blog | werkgroep caraïbische letteren

Asiento (5)

De slavernij van de Oudheid tot nu
door Fred de Haas
De Islamitisch-Arabische Slavenhandel
Voordat de Atlantische slavenhandel een aanvang had genomen, voerden de islamitische Arabieren al honderden jaren dit infame bedrijf in Afrika. De Arabieren haalden hun slaven uit de Sahellanden, Centraal- en Oost-Afrika. Ook joegen zij, in tegenstelling tot de Europeanen, actief op mensen, waarbij zij voornamelijk belangstelling hadden voor jonge kinderen. Mannen werden vaak onthoofd. Tot ver na de Europese ‘afschaffing’ van de slavernij zijn de Arabieren met hun handel doorgegaan en bleven hun slavenkaravanen door het Afrikaanse landschap trekken.
Er zijn talloze beschrijvingen bekend van hoe het er op een slavenmarkt van jongens en meisjes aan toeging. Een van die beschrijvingen dateert uit 1581 en betreft een slavenmarkt in Kairo, Egypte:
‘[…] Ze worden op een rij, met hun handen op de rug gebonden, spiernaakt tegen de muur gezet, zodat men ze beter kan bekijken en zien of ze een of ander gebrek hebben. Voordat ze naar de markt gaan laten de handelaren de slaveneen bad nemen, ze kammen hun haar, maken er leuke vlechtjes in om ze beter te kunnen verkopen, doen sierbanden om hun armen en enkels en hangertjes in hun oor, aan hun vingers en aan het eind van hun vlechtjes; zo worden ze naar de markt gebracht en als paarden verkocht. In tegenstelling tot de jongens dragen de meisjes een lendendoekje om hun schaamdelen te bedekken. Vervolgens mag iedereen ze van voren en van achteren betasten, laten lopen, rennen, spreken en zingen, hun gebit inspecteren en ruiken of ze niet uit hun mond stinken. Als de koop bijna is gesloten zetten ze, in het geval van meisjes, deze een beetje apart, achter een groot laken waar ze, in tegenwoordigheid van de koper, inwendig worden onderzocht door voor dit doel aangestelde vrouwen om te kijken of ze nog maagd zijn. Als dit het geval is dan zijn ze meer waard’ (F. Renault:  Lavigerie, l’Esclavage africain et l’Europe, Toulouse, 1971, t. II, p.33).
In het begin haalden de Arabieren slaven uit West-Afrika. Daarbij maakten ze gebruik van bewapende stammen die in hun opdracht op jacht gingen naar mensen. Later werden deze razzia’s door Afrikaanse staten zelf georganiseerd, waarbij gebruik werd gemaakt van bepaalde volksstammen die hierin waren gespecialiseerd. Tot aan het begin van de 20e eeuw zijn de Arabieren doorgegaan met slaven uit West-Afrika te halen. De Peuls hebben in 1895 (!) nog een verwoestend spoor getrokken door het Oosten van Tsjaad en duizenden mensen gevangen genomen.
Ook hielden de Arabieren razzia’s in het gebied rond de Rode Zee. Ze zorgden er in de negentiende eeuw voor dat ze uit de buurt bleven van de Engelsen en de Fransen die de mensenjacht probeerden te stoppen vanuit de plaatsen waar ze zich hadden gevestigd, zoals Aden en Djibouti. In 1888 (!) werden er op de markt in Medina nog 5000 zwarte slaven verkocht (F. Renault, Lavigerie, l’Esclavage africain et l’Europe, Toulouse, 1971, t.II, p. 48-54).
In Egypte werden er in de voornaamste plaatsen markten gehouden waar slavenhandelaren zwarte slaven verkochten aan kopers uit het hele Midden-Oosten. De handelaren haalden hun slaven meestal uit Zuid-Sudan (Fachoda).
[wordt vervolgd]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter