Jit Narain – Gedicht
voor Michaël Slory
Wie anders heeft het verval nauwgezet aanschouwd.
De dichter wil klaarheid.
Langs de erven loopt hij en is verbaasd
dat het volk hem voorbijloopt
en hem neerplant op zijn standpunt.
Aangekomen bij de rivier
Lopen de gedachten over
één met het water
Is de dichter onbreekbaar.
[uit De Ware Tijd Literair, 5 augustus 2000]