Paul Marlee – Haar witte onschuld
haar witte onschuld
brandde een dolk in mij
van zwart licht
waarvoor ik vlucht
over bevroren akkers heen, blootsvoets
met voetzolen opengereten en bebloed
val ik over haar witte borsten heen
nu, van steen
koud kristal hard
glanst parel na parel,
in het weidse wit
zwart
[uit: Deus ex Machina, jrg. 11, nr. 42, april mei juni 1987, geschreven Deventer 1965, herschreven 1994]
.