blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: In memoriam

In memoriam Joan Ferrier

door Carry-Ann Tjong-Ayong
Joan. Zij werd geboren onder de hoede van mijn vader. Haar ouders waren goede vrienden van ons. Reeds maanden zagen wij tante Edmé met haar groeiende buik bij ons op het balkon of in de tuin zitten. Ik mocht de zachtgekleurde flanellen onderzettertjes voorzien van een geborduurd randje. Trots was ik.
Het kleine meisje arriveerde. “ Ze heet Joan”, zei tante Edmé. Naar haar vader, wist ik. Nieuwsgierig keek ik naar het kleine poppetje met korte zwarte krulletjes.  Zij groeide voorspoedig, een pittig ding dat toen zij ging praten heel wijs bleek.
Zij leerde vlot en was heel geïnteresseerd in alles. Die brengt het ver, zei men. En dat bleek ook toen zij na haar studie orthopedagogiek van alles opzette met migrantenjongeren, later werd zij de stuwende kracht achter E-Quality voor emancipatie van vrouwen en zat zij diverse organisaties voor Suriname voor.
Dat zij het laatste decennium ernstig ziek was heeft het grote publiek nooit gemerkt. Joan was overal met haar tomeloze energie.
Op 8 maart Internationale Vrouwendag nam zij voorgoed afscheid. Juist op deze dag als symbool voor haar nooit aflatende strijd voor vrouwenrecht.
Wij zullen haar missen, de Ferriers, de Tjong-Ayongs en al die anderen.
Cat, 9 maart 2014

In memoriam Richard de Veer

Richard de Veer: 10 juni 1929 – 6 maart 2014
Dag Richard

door Libèrta Rosario

Vandaag kreeg ik het droevige bericht dat Richard de Veer op 6 maart 2014 op 84-jarige leeftijd is overleden. Richard was al een tijd ziek en woonde in een verzorgingshuis. Richard was een bescheiden, rustige persoon, de nestor van Simia Literario, die haar net als zijn vrouw Janny altijd trouw is gebleven.

read on…

Joan Ferrier overleden

Joan Ferrier, voorzitter van de Amsterdamse Stichting Herdenking Afschaffing 150 jaar Afschaffing Slavernij, 2013 is vanmiddag, zaterdag 8 maart 2014, overleden na een kort ziekbed. Zij werd 60 jaar.

Joan Mary Ferrier (Paramaribo, 14 december 1953) werd geboren als dochter van Johan Ferrier, de eerste president van Suriname, en van Edmé Vas, lerares. Ze is een oudere zuster van de politica Kathleen Ferrier, en is een jongere halfzuster van de auteurs Cynthia Mc Leod en Leo Ferrier.

Ferrier studeerde orthopedagogiek aan de Rijksuniversiteit Utrecht en werkte vervolgens bij het Sociaal Agogisch Centrum van het Burgerweeshuis waar zij tenslotte coördinator werd van twee opvanghuizen voor Marokkaanse kinderen. Daarnaast was zij docente Transculturele pedagogiek aan de Hogeschool van Amsterdam en wetenschappelijk medewerker aan de Universiteit van Amsterdam. Toen in 1997 vier emancipatieorganisaties voor vrouwen besloten te fuseren, werd Ferrier per 1 januari 1998 directeur van het nieuwe Instituut voor Gender en Etniciteit, dat in de loop van dat jaar werd omgedoopt in E-Quality. Zij bleef dat tot 2012.
In 2008 is zij verkozen tot “Zwarte vrouwelijke manager”. Vanaf mei 2012 is ze directeur/eigenaar geweest van een eigen consultancybureau.
Ferrier is bestuurslid geweest van Ombudsvrouw Amsterdam, Technika 10, Young Women’s Christian Association en de Nationale Commissie voor Internationale Samenwerking en Duurzame Ontwikkeling (NCDO). Ook is ze initiatiefneemster en bestuurslid geweest van de Stichting Johan Ferrier Fonds.
In 2011 werd ze benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau vanwege haar inzet op het terrein van emancipatie, gezin en diversiteit.
[bron: Wikipedia]Op 21 juni 2013 leidde Joan Ferrier in de OBA de derde Cola Debrotlezing in, die werd gegeven door Antoine de Kom. De Werkgroep Caraïbische Letteren wenst alle nabestaanden veel sterkte.

Klik hier voor De Nachtzoen van Joan Ferrier (IKON).

Dichter Leo Vroman (98) overleden

Dichter Leo Vroman is vanochtend (Nederlandse tijd) overleden in zijn woonplaats Fort Worth in de Verenigde Staten. Vroman is 98 jaar geworden, maakte zijn uitgever bekend.

Vroman was een van Nederlands grootste Nederlandstalige dichters. Hij werd op 10 april 1915 in Gouda geboren en studeerde biologie in Utrecht, waar hij bevriend raakte met Kees Stip, Albert Alberts en Anton Koolhaas. In 1945 kwam Vroman in de Verenigde Staten terecht, waar hij sindsdien woonde.Vroman verwierf als gedreven hematoloog internationale faam op het terrein van bloedstollingsprocessen (het zogeheten Vroman-effect). Daarnaast manifesteerde hij zich als dichter, tekenaar, toneelschrijver en prozaïst. Na zijn debuut in 1946 publiceerde hij een gestage stroom gedichten, die tot het eind toe gekenmerkt werden door een speelse springerigheid. Vroman heeft nooit afscheid willen nemen van het rijm: het dwong hem naar woorden te zoeken die het gedicht voortstuwden in onvermoede richtingen. Het gevolg is een poëzie die zowel traditioneel als experimenteel, zowel vertrouwd en gezellig als vreemd en surrealistisch oogt.

Intimiteit
Vromans gedichten wekken zelden de indruk af en volmaakt te zijn. De lezer krijgt het gevoel over de schouder van de dichter mee te kijken. Dat is precies wat Vroman graag wilde, want poëzie was voor hem een middel om intimiteit te bewerkstelligen. In wat waarschijnlijk zijn beroemdste gedicht is geworden, ‘Voor wie dit leest’, zegt hij: ‘Ik zou wel onder deze bladzij willen zijn / en door de letters heen van dit gedicht / kijken in Uw lezende gezicht’. De lezer moet het gedicht beschouwen als een lang verwachte brief: ‘vrees niet de gedachte / dat U door deze woorden werd gekust: / ik heb je zo lief.’

Vanaf de jaren negentig schreef Vroman ook psalmen. Hij is van meet af aan een veelgelezen dichter geweest. In 1950 ontving hij de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs, in 1964 de P.C. Hooftprijs en in 1996 de VSB Poëzieprijs. In 1989 werd hem in tegenwoordigheid van koningin Beatrix in Groningen een eredoctoraat in de Letteren toegekend.
[Naar de Volkskrant,  22/02/14, 17:26  − bron: ANP]

‘Godfather of multiculturalism’ Stuart Hall dies aged 82

Sociologist influenced academic, political and cultural debate in Britain for over six decades
 
by Patrick Butler, social policy editor
One of Britain’s leading intellectuals, the sociologist and cultural theorist Stuart Hall, has died age 82.
Known as the “godfather of multiculturalism”, Hall had a huge influence on academic, political and cultural debates for over six decades.
Jamaican-born Hall was professor of sociology at the Open University from 1979 to 1997, topping off an academic career that began as a research fellow in Britain’s first centre for cultural studies, set up by Richard Hoggart at the University of Birmingham in 1964. Hall would later lead the centre and was seen as a key figure in the development of cultural studies as an academic discipline.
But his impact was felt far outside the realms of academia. His writing on race, gender, sexuality and identity, and the links between racial prejudice and the media in the 1970s was considered groundbreaking.
Later he wrote for and was associated closely with the journal Marxism Today in the 1980s. The journal’s critique of Thatcherism challenged traditional leftwing thinking that held that culture was determined purely by economic forces, a view that would come to influence the Labour party leaders Neil Kinnock and Tony Blair.
In one of Hall’s last interviews, with the Guardiantwo years ago, he expressed pessimism about politics generally and the Labour party specifically. “The left is in trouble. It has not got any ideas, it has not got any independent analysis of its own, and therefore it has got no vision. It just takes the temperature: ‘Whoa, that’s no good, let’s move to the right.’ It has no sense of politics being educative, of politics changing the way people see things.”
Hall was born in Jamaica in 1932, receiving a traditional “English” schooling before winning a scholarship to Oxford University in 1951. He took a degree in English but later abandoned a PhD on Henry James to concentrate on politics, setting up the Influential New Left Review journal with the leftwing academics Raymond Williams and EP Thompson.
A documentary about his life by the film-maker John Akomfrah, called The Stuart Hall Project, was shown in cinemas in September. Writing in the Observer, the journalist Tim Adams wrote of the film: “You come to see how pivotal his [Hall’s] voice has been in shaping the progressive debates of our times – around race, gender and sexuality – and how an increasingly conservative culture has worked lately to marginalise his nuanced understanding of this country.”
Hall had been suffering ill health for some time, and had retreated from public life.
[from theguardian.com, Monday 10 February 2014]

Klik hier voor een interview van de BBC met Stuart Hall.

Emanuel ‘Oom Man’ van Gonter uit Wan Pipel overleden

door Shanavon Gefferie
Paramaribo – Emanuel ‘Oom Man’ van Gonter heeft woensdag, op zijn verjaardag het leven gelaten. Hij werd 96 jaar oud. Oom Man was bekend van de film Wan Pipel(1976) waar hij de rol vervulde van Papa Ferrol, de vader van Roy (Borger Breeveld).
“Hij was niet alleen in de film mijn vader, maar ook daar buiten vervulde hij een rol als vaderfiguur”, zegt Breeveld. “Ik ken hem vanaf mijn jeugd.” Breeveld schrok erg toen hij het slechte nieuws hoorde. Dat hij op zijn verjaardag is overleden zegt wat over de man, vindt Breeveld. “Een goed mens gaat dood op zijn jaardag.”
Pim de la Parra, regisseur van Wan Pipel reageerde ook lovend over de acteur. “Hij was de meest fantastische acteur om de rol van Pa Ferrol te spelen en die heeft hij mooi neergezet”, zegt de la Parra. “Ik ben blij dat hij nu kan gaan rusten.”
Breeveld, lid van het managent van de Surinaamse Televisie Stichting (STVS)  is van plan de oud acteur veel aandacht te geven op de televisie. Informatie over de uitvaart is nog niet bekend.
[uit de Ware Tijd, 05/02/2014]

Emanuel van Gonter overleden

Emanuel van Gonter, misschien wel de beste Surinaamse acteur in Pim de la Parra’s film Wan Pipel, is gisteren op zijn jaardag, op 96-jarige leeftijd overleden. Hij speelde in de rolprent uit 1976 de vader van de mannelijke hoofdpersoon, de creool Roy (gespeeld door Borger Breeveld), die een relatie aangaat met de Hindostaanse Roebia (gespeeld door Diana Gangaram Panday).

Polare: blijf in uw vrieskist!

door Michiel van Kempen

Er was eens een boekhandel aan het Koningsplein in Amsterdam en die boekwinkel heette Scheltema. Een goed-Hollandse naam voor een behoorlijk goede en ook wel erg grote boekhandel. (Groot en goed is zeker niet altijd hetzelfde.)  

read on…

Leo Morpurgo: Wat een man, wat een geest!

door Michiel van Kempen

Wat mij bezielde weet ik niet, want het was een ongelukkige timing. Maar toen ik in 1986 bij Leo Morpurgo aan de Malebratumstraat naar binnen stapte met het idee om in de Ware Tijd een literaire pagina te beginnen, keek hij me even nadenkend aan en zei toen resoluut: “Ik vind het een prachtidee, maar bedenk wel dat we in een moeilijke tijd leven.”

read on…

Boeli van Leeuwen: Ook reuzen hebben recht op rust

door Henry Habibe  

Een vreemd gevoel bekroop mij bij het bericht dat Boeli van Leeuwen overleden was. Nauwelijks twee maanden geleden schreef ik een bijdrage voor het Antilliaans Dagblad ter gelegenheid van zijn 85steverjaardag (‘Een oor als een roos’). Je bent dan op zo’n moment bezig met zijn geestelijk werk en  ook enigszins met de auteur zelf. En dan word je even later plotseling geconfronteerd met het bericht:’Boeli overleden!’ De dood kent geen pardon. Hij is onverschillig en onberekenbaar. Hij doet je dan ineens denken aan wat de overleden persoon betekend heeft.

Voor mij persoonlijk was Boeli een toonbeeld van menselijkheid. Ik moest ook onwillekeurig denken aan het begin van de jaren zestig. Een stukje van mijn jeugd in Nijmegen. Daar was het dat ik De rots der struikeling voor het eerst in mijn handen hield.  Boeli was in die tijd nog niet zo lang als romancier ten tonele verschenen. Dat was ongeveer in dezelfde tijd waarin ook Tip Marugg debuteerde. In die tijd hoorde je op school weinig over literatuur uit de West. Slechts Cola Debrot en Albert Helman hadden toen enige naam gemaakt. Dus ik dacht: ‘Ha, het blijft dus op de Antillen en Suriname (de West) qua literatuur kennelijk niet beperkt tot Debrot en Helman. Ik voelde een zekere trots omdat met de eerste romans van Boeli en Tip de Nederlandstalige literatuur wezenlijk verrijkt werd. Ik was een stille bewonderaar van Boeli’s geestesproducten.  

Maar mijn bewondering hield niet op bij zijn romans. Hij was doctor in juridische wetenschappen, werkte als hoofd Algemene en Juridische Zaken, fungeerde als secretaris van het Eilandgebied. Toen hij in 1970 bezig was met zijn “Verslag” omtrent de toekomstige staatkundige structuur van de Nederlandse Antillen schreef hij me een brief omdat hij in een nummer van het tijdschrift Watapana, dat helemaal in het Spaans was verschenen, iets zag dat hem interesseerde. Hij wilde graag weten uit welk werk van Nicolás Guillén (Cubaanse dichter) ik bepaalde versregels had overgenomen. Hij liet niet na enige lovende woorden te spreken over het tijdschrift en zei dat hij blij was dat de jeugd de ‘dingen des geestes’ niet uit het oog had verloren. De bewuste versregels van Guillén nam hij over en ze prijken op bladzijde 10 van zijn “Verslag”. Kort daarop ontmoetten wij elkaar voor het eerst op Aruba, waar hij van overheidswege voor een jaar verbleef. Mijn bewondering nam toe en hij had als homo intellectualis een inspirerende invloed op mij.  

Later, toen ik in 1983 vanuit Nederland naar Curaçao verhuisde, ontmoetten wij elkaar weer. Het is me duidelijk voor de geest blijven staan hoe behulpzaam hij was. Een mens heeft soms behoefte aan morele steun en Boeli was goed in het geven daarvan. Wij kwamen op een dag bijeen op zijn kantoor in Scharloo, waar hij hulpbehoevende mensen uit die probleemwijk placht te ontvangen. Hierover schreef hij later (of was hij al aan het schrijven?) in zijn Schilden van leem. Na het gesprek werd hij, buiten aangekomen, geconfronteerd met een politieagent die bezig was een proces-verbaal op te maken vanwege het feit dat Boeli zijn auto verkeerd geparkeerd had. Hij was net op tijd om de man ervan te overtuigen dat hij ‘alleen maar eventjes’ daar had geparkeerd omdat hij iemand uit de nood moest redden. De agent werd stil voor de stroom van woorden van de ‘professor’ en marcheerde af als een hond met zijn staart tussen de benen.

Wat later in de tijd hield Boeli eens een lezing (op de UNA) en zat er iemand in het publiek luidop te praten. Boeli hield even op met spreken en riep de man tot de orde door zijn naam te noemen. Het klonk dreigend en  vriendelijk tegelijk: ‘Meneer ..…, don’t I please you?’  

Boeli was een toonbeeld van een ‘ad remme’ geleerde. Maar ook een van de beste romanschijvers van Curaçao. Na Tip Marugg in 2006 is nu met Boeli nóg een literaire reus  heengegaan. Ook reuzen hebben recht op rust. Boeli, sosegá na pas.

[Dit stuk verscheen als ‘In memoriam’ kort na het overlijden van Boeli van Leeuwen in 2007 in het Antilliaans Dagblad.]    

In memoriam Rico Vreden

Op 6 januari 2014 overleed in Amsterdam Eric Edmund Vreden, beter bekend als Pa Rico Vreden. Hij bereikte de leeftijd van 78 jaar. In leven was hij muzikant, zanger, mede-oprichter van wintigroep Blakka Boeba, lid van de culturele vereniging Abaisa. Hij zong en speelde mee in verschillende groepen. Rico Vreden was een kenner van het bespelen van alle winti-instrumenten, hij was een kenner van winti-kruiden en medicijnen en hielp mee aan het oplossen van winti-problemen. Verder was hij een kenner en verteller van anansi-, fosten- en ondrofenitori. Hij was werkzaam als kok binnen enkele Surinaamse sociëteitenIn 2012 heeft vande Stichting Eer en Herstel onder aanvoering van Roy Groenberg (Kaikusi) een onderscheiding in ontvangst mogen nemen als kulturu-papa 2011.  

Het afscheid van Pa Rico Vreden vindt plaats op maandag 13 jan. van 18.00-19.00u. De crematie (conform zijn wens) is op dinsdag 14 januari in Uitvaartcentrum Westgaarde, Ookmeerweg 275 te Amsterdam. De dienst vangt aan om 9.15u.

In memoriam André Loor

door Dorine van Hinte-Rustwijk, Georgine van Steenderen-Rustwijk, Anna Wijngaarde, Helen Wijngaarde    

Zondagmorgen 8 december 2013 werd in het geschiedenisprogramma van de VARA, OVT, het eerste gedeelte van een uitstekende radiodocumentaire van Djoeke Veeninga uitgezonden. Het was een interview met de historicus André Loor, de geschiedenisleraar die met zijn vele publicaties en radiovoordrachten, Surinamers op subtiele wijze historisch besef over de geschiedenis van hun land heeft bijgebracht.

De presentatie van zijn boek André Loor vertelt…, Suriname 1850-1950 was de vorige week een groot succes in Paramaribo. Helaas blijkt dit nu zijn laatste grote bijdrage te zijn over de geschiedenis van Suriname.

In het radio interview met Djoeke Veeninga, ging hij uitvoerig in op zijn passie voor geschiedenis en vooral die van Suriname. Ondanks zijn fysiek moeilijke omstandigheden heeft hij zich tot het laatst toe, met behulp van zijn echtgenote ingezet om het verleden te ‘vertellen’.. De grote lijnen, de ‘petit histoire’, omstreden lokale gebeurtenissen passeren de revue. Objectief, maar ook met begrip voor moeilijke periodes, maakte hij de geschiedenis van Suriname bespreekbaar in grote kringen.

Het eerste gedeelte van de radiodocumentaire heeft hij mee mogen maken, helaas is hij niet meer toen het tweede gedeelte op zondag 15 december is uitgezonden. Deze radiodocumentaire is een eerbetoon aan André Loor, die tot het laatste toe zijn heldere visie over de Surinaamse geschiedenis heeft uitgedragen.Met oprechte deelneming voor zijn familie en vrienden. 

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter