blog | werkgroep caraïbische letteren

Dertigduizend dagen (4)

door Joop Bonnemaijers

Ze hadden mij een functie aangepraat. Die van kantinebaas. Nou stelde dat niet zo veel voor maar ik moest zorgen voor de frisdranken. Die waren opgeborgen in een koelkast die met petroleum gestookt werd!

Ik heb daar zelfs nog gevoetbald. Een “interlandwedstrijd” gespeeld tegen indianen, die uit Frans Guyana kwamen. Zij speelden op blote voeten. Wij op gympies. Reservespelers hadden we niet, want we waren maar met zijn elven en allemaal samen waren we de scheidsrechter! Wie er gewonnen heeft weet ik niet meer. Het maakt mij trouwens niet zo veel uit want ik ben niet bepaald een voetbalenthousiasteling. Dus sorry voor de liefhebbers, die het wel zijn. En in de rust moest ik nog even dienst doen als kantinebaas.

Tijdens de wacht in de nacht, moest je de elektriciteitscentrale in de gaten houden.
Dat is een weidse benaming voor een aggregaat dat het dorpje van stroom voorzag en dat even buiten de bebouwing lag. Vanwege de herrie ervan. De hele nacht zat daar een man bij en wij moesten er op toezien dat hij niet in slaap viel zodat de elektriciteitsvoorziening permanent zou blijven functioneren.
Er was ook een gevangenis in Albina. Dat was een apart gebeuren want gevangenbewaarders waren er niet. Het was eigenlijk een “zelfregulerend bedrijf”.
Om zes uur in de morgen werd de gevangenis van het slot ontdaan. De gedetineerden konden zich dan door het dorp bewegen voor het uitvoeren van allerlei klusjes. Wat vegen of repareren of andere zaken. Een prachtig systeem toch? Ze kostten niet veel en maakten zich nog nuttig ook. De “taakstraf”, is dus al veel eerder uitgevonden.
Als ze buiten het gebouwtje kwamen hesen ze eerst de Nederlandse vlag en gingen aan het werk. Hoe ze aan eten kwamen weet ik niet.
‘s Avonds om 6 uur streken ze de vlag en gingen weer het gevang in. De politie deed de boel op slot. Opgeborgen staat netjes, hè?
Zoals gezegd lag aan de overkant van de rivier Saint-Laurent. Daar was tegen spotprijzen drank te krijgen. We huurden dan van een bosneger een korjaal en vroegen schriftelijk toestemming aan de douane om erheen te gaan. Saint-Laurent was heel anders dan ons Albina. Het was geheel uit steen opgebouwd, terwijl in Albina de huizen van hout zijn. Voor Frankrijk was het toen de gedetineerde dwangarbeiders er waren, een koud kunstje om die mankracht te gebruiken voor de bouw van die stenen woningen.
Dan sprongen de Nederlanders toch wat milder om met hun delinquenten, door ze wat simpele klusjes in Albina te laten doen. Dat Saint-Laurent had geen sfeer en Albina wel, al was het dan armoediger. Ik denk ook dat het komt omdat dat plaatsje nu door vrijgelaten gedetineerden bewoond werd, die misschien jaren opgesloten hadden gezeten en geen “jeu de vivre” meer hadden. Saint-Laurent was namelijk sinds 1946 geen strafkolonie meer maar de vrijgelaten gestraften mochten niet terug naar Frankrijk. De film Papillon, die over een onterecht veroordeelde gaat, speelt zich daar af.

Wij wilden echter wat meer inhoud aan ons leven geven en spoedden ons dus, al pagaaiend met de korjaal, naar de overkant voor de aankoop van wat levenselixer…
Ik denk dat we bezig waren met smokkelen, want voordat we ons bij terugkomst in Suriname bij de douane afmeldden, hadden we eerst de flessen vuurwater uitgeladen op ons kampement. Ik kan het nu wel bekennen want het is toch verjaard. Met de lege boot meerden we aan bij de douane.
Die avond was het gezellig. We hadden er een kampvuur bij aangestoken en de verhalen kwamen los, doordrenkt met sentiment over het meisje dat velen van ons in Holland achterlieten. De drank smaakte ons goed en werd op een bepaald moment wat schaars.
Het was al donker en een paar dorstigen wilden met de korjaal terug naar Frans Guyana, om nieuwe voorraad te halen. Dat zou levensgevaarlijk zijn. In de nacht, die twee kilometer brede diepe rivier oversteken. Er waren er die toch de boot ingingen en aanstalten maakten om weg te varen. Een paar anderen, jongens die nog bij hun volle verstand waren, doken het water in en hielden de boot tegen. Door er wat mee te schommelen, vielen de dorstigen uit de boot en wij legde die op het droge. De boot, wel te verstaan, hoewel de drankzuchtigen ook drooggelegd werden.

Op een avond had ik een romantische bui. Ik had een gitaar die mij “van dienstwege was verstrekt” en nam die mee naar buiten.
De maan scheen. Ik peddelde wat weg in een korjaal en ging een eindje de rivier op om gitaar te spelen. Een liedje voor mijn meisje in Nederland. Ze kon het wel niet horen, maar ik zou haar erover schrijven. Over die romantische avond.
Nu waren die uitgeholde boomstammen niet zo diep, dus werden er wel eens planken tegenaan getimmerd om als boorden te dienen. Ik denk dat ergens een lek was, want tijdens die romantische bui begon opeens de korjaal water te maken. Tot het volop tussen de planken en de boot naar binnen gutste, waardoor de boot snel begon te zinken. Om mijn gitaar niet te bederven legde ik die dwars over het vaartuig en zelf ging ik het water in. Aan de kant stonden een paar maatjes te lachen, toen ik zwemmend achter de boot aan kwam varen.
Binnen, op de slaapzaal wilde ik op mijn tampatje, een soort bed, gaan zitten, maar mijn maten, die nog niet tevreden waren, hadden dat op “scherp” gezet. Ik zakte er doorheen. Dat was me nog eens lachen voor de anderen. Wat een lol hadden ze van mijn ellende! Mijn romantische bui was abrupt over.
Dat is juist het fijne met een groep kerels: Je hebt plezier mét en óm elkaar.
In Albina hebben we ook een keer een verjaardag meegemaakt. Het was een oudere vrouw. Dat feest begon midden in de nacht en de gasten slopen eerst zonder geluid te maken naar het huis toe, waar de jarige woonde. We sleepten van alles mee, bier, etenswaren en ook een versierde stoel voor de jarige. Toen we allemaal onze plaats hadden ingenomen liepen we rond het huis en werden er hardop verjaardagsliedjes gezongen, “Verjari Singi” heette dat, totdat de jarige open deed en wij het huis binnen gingen. Ik ging verkleed als kotomissie en die outfit stond me goed.

[wordt vervolgd]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter