blog | werkgroep caraïbische letteren

Carry-Ann Tjong-Ayong – Sibibusi

De lucht zindert en trilt boven de zandstraat, die zelfs geen stofwolkje opwerpt. Het is doodstil, alsof zelfs de vogels hun krachten sparen. Een enkele hond wisselt met lusteloos geblaf het roepen van een kind af. Een dappere dame zeult onder haar parasol wat plastic tassen met verlepte groenten mee. Zij heeft geen handen meer vrij om haar gezicht af te drogen met haar zakdoek. Een bakra in korte broek, die zijn blote rode dijen genadeloos exposeert, fietst voorbij, een safarihoedje op zijn hoofd. Hij wordt regelmatig met spottend getoeter begroet. In Suriname fietst niemand tussen 12.00 en 16.00 uur, als de zon loodrecht staat en er geen schaduwen zijn. Het is oktober, droge tijd en dus uitzonderlijk heet.

Ik zit loom onder het afdak in de tuin, op de hoek waar nog wat wind te vangen is tussen de potpalmen, een pittig glas ijskoud gemberbier binnen handbereik. Het dikke boek dat ik in mijn vakantie wilde lezen ligt weliswaar voor mij op tafel, maar ik betrap mij er op dat ik af en toe zit te knikkebollen.

Er schuift een schaduw als een grijs dak over het erf en meteen begint het enorm te waaien. De boomtakken en de palmen zwiepen heen en weer, het zand stuift op. Losse bladeren dwarrelen rond, de kleine hondjes rennen om te schuilen onder de auto.

En daar is hij dan, de langverwachte sibibusi, even onverwachts als hevig. Het ratelt op het zinken dak, het ruist door het gebladerte, het klettert op het schelpenzand met donderend geweld. Mijn sibibusi, de tovenaarsbezem die de wouden schoonveegt. Weldadig fris, onvoorstelbaar aangenaam. Genietend laat ik de stuifdruppeltjes over mijn warme lijf dansen. Ik probeer met mijn tenen de druppels te vangen. Het liefst zou ik nu door de stortregen rennen, zoals wij vroeger als kind deden, alleen een onderbroekje aan. Baden in de regen, noemden we het. Mijn handicap weerhoudt mij. Of ben ik te oud?…..

Het genieten duurt bijna een uur. Dan is de bui voorbij. De wereld is fris en groen, schoongewassen en als nieuw. Ik ben weer klaar wakker en vol nieuwe energie. Overal weerklinken vrolijke geluiden, de vogels zingen om het hardst, als houden ze een wedstrijd.
De honden hebben weer een aanleiding gevonden hun concert te houden. Vrolijke stemmen roepen naar elkaar. De bakra fietst kletsnat voorbij. Hij lacht bevrijd onder zijn slappe hoedje.
Geen bui kan hem deren. De wereld is fris en schoon.

cat 14/10 2010

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter