blog | werkgroep caraïbische letteren

Gewetensvraag voor de Surinaams/Nederlandse schrijver

door Rihana Jamaludin

Het is een vraag die steeds weer langs komt in interviews en bij optredens: is een schrijver niet aan zijn/haar publiek verplicht, om een stem te geven aan de arme Surinaamse volksvrouw, of de arbeider of marron of slaaf.

Keuzen

Eigenlijk is het antwoord kort: een schrijver is tot niets verplicht; wanneer het verhaal geschreven wordt, is vaak nog lang niet zeker of het manuscript ook een uitgever en publiek zal vinden. De schrijver kan dus alleen van zichzelf uitgaan en moet beslissen hoe, waarom en voor wie het boek geschreven wordt. Daarbij kan nooit iedereen tevreden gesteld worden. Dat is al inherent aan het maken van keuzes: is het verhaal bestemd voor kind of volwassene, wordt van de lezer al of niet een zekere mate van scholing verwacht, moet het verhaal ook buiten Suriname te volgen zijn of hoeft dat niet, etc. Bij elke keus zal een groep lezers teleurgesteld worden.  

Historie
Aan de desondanks terugkerende vraag gaat in Suriname een traditie vooraf, van auteurs die zich ten doel stelden het volk ´op te voeden`. Het begon al in de 30er jaren bij Anton de Kom die met zijn Wij slaven van Suriname politieke bewustwording beoogde.
Dobru slechtte in de jaren ´60 raciale barrières met o.a. De Plee en zijn bekende gedicht ‘Wan (bon)’. In deze tijd is het Alphons Levens (foto rechts) die consequent taalgebruik, vorm en onderwerp aanpast aan zijn doel: met poëzie een kritische kijk op de samenleving bij zijn lezers te bewerkstelligen.  

Schrijverschap
Het is ook een vraag die eerder door Surinaams publiek wordt gesteld dan door Nederlanders; de verantwoordelijkheid om niet alleen iets voor jezelf, maar ook voor de ander te schrijven. Dat past nu eenmaal meer in de ´wij-cultuur´ van Suriname en minder in de ´ik-cultuur´ van Nederland, de periode van moralistische verzen en verhalen ligt hier in het verleden. En een land in opbouw verwacht van schrijvers en kunstenaars meer ´nuttige` dan creatieve producten, voor jezelf bezig zijn komt dan egoïstisch over.
Het brengen van een boodschap spreekt het verstand aan = nuttig. Het creëeren van schoonheid spreekt het gevoel aan en kan minder aanspraak maken op nut. Zonder boodschap krijgen we ´leeg geschrijf`, verstand en gevoel willen beiden aangesproken worden.
Leeg geschrijf heeft minder te maken met onderwerp, maar meer met hoe de inhoud is vormgegeven. Immers ook onderwerpen als politiek of religie kunnen stuurloze geschriften opleveren. Het vinden van de balans vergt oefening, ontwikkeling van het schrijverschap. Dit geeft aan dat schrijven een vak is. Het ´opvoeden` blijft ondergeschikt aan het schrijverschap omdat het vak dat vraagt. De schrijver zou anders geen schrijver zijn, maar opvoeder.  

Inspiratie
Daarom hebben kunstenaars en schrijvers het privilege om op hun eigen wijze vorm te geven aan dat wat nog tot uitdrukking moet komen. Dat, wat nog niet zichtbaar is, maar toch versluierd aanwezig is. Ideeën die zo vluchtig zijn, dat ze met een zekere onbevangenheid tegemoet getreden moeten worden. Hoe goed kan de ontvanger de inspiratie duiden, ´de boodschap thuis brengen`? Verplichting vormt dan een belemmering, inspiratie kan niet van buitenaf gedicteerd worden. Voor de ontwikkeling van het schrijverschap is vrijheid noodzakelijk.

2 comments to “Gewetensvraag voor de Surinaams/Nederlandse schrijver”

  • Heel interessant discussieonderwerp, Rihana.
    Het is iets waar ik zelf al een poosje over zit te dubben. Ik neig te vallen in die kuil die jij zo goed omschrijft, namelijk die ene waar ‘verplichting een belemmering vormt’.
    Ik weet het, ik moet gewoon een beetje meer als jou worden 🙂
    Bedankt voor je woorden

  • Grappig is, dat nu dezelfde vraag in een andere gedaante ook in Nederland opduikt. ´Wanneer ga je iets over Nederland schrijven? Kan er ooit een streekroman van jouw hand verschijnen?`
    Wat kun je hierop antwoorden? Ik schrijf over wat me bezighoudt, maar het schrijven van een streekroman kan ik rustig aan anderen overlaten. Mijn bijdrage aan de samenleving ziet er anders uit.
    Het beeld van geslaagde integratie is niet zoals veel Nederlanders dat graag hadden. Er komt niet een spiegelbeeld-nederlander. Het is de allochtoon die bepaalt hoe integratie vorm zal krijgen. Dat betekent dat er heel veel verschillende vormen van nederlanderschap zullen zijn, en er al zijn.

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter