blog | werkgroep caraïbische letteren

Verhalen vol fantasie

door Kizzy Chin A Foeng

Het gebrek aan kinderboeken uit eigen land was voor Ismene Krishnadath aanleiding om in 1989 met haar eerste kinderboek op de markt te brengen: De flaporen van Amar. Het was het begin van een reeks nieuwe Surinaamse kinder- en volwassenenboeken. “De gemeenschap had behoefte aan eigen werk”, aldus Krishnadath. “Na de onafhankelijkheid kwam er een dumpsysteem op gang, waarbij oude Nederlandse boeken hier heen werden gestuurd. Er werden maar weinig Surinaamse kinderboeken geschreven.”

Ismene Krishnadath werd bijna 53 jaar geleden geboren in Paramaribo. Op haar zesde verhuisde ze naar Utrecht, in Nederland, waar haar vader geschiedenis studeerde. “Als kind schreef ik altijd al. Ik hield ervan om opstellen en brieven te schrijven.” Op haar dertiende keerde het gezin terug naar Suriname. Na de AMS succesvol te hebben afgerond, vertrok ze in 1973 nog een keer naar Nederland, nu om zelf Nederlands te gaan studeren. Maar een studie Nederlands bleek toch niets voor Krishnadath te zijn. Naar eigen zeggen heeft ze heeft te weinig affiniteit met de Nederlandse historische figuren en literatuur. Ze besloot een nieuwe studie te kiezen: pedagogiek. In 1979 rondde ze deze studie af en keerde terug naar haar geliefde vaderland, waar ze tot 1989 op verschillende lerarenopleidingen als praktijk- en pedagogiekdocente werkte.

Na de publicatie van De flaporen van Amar is Krishnadath regelmatig met nieuwe boeken gekomen. In 1989 begon ze haar eigen uitgeverij, Publishing Services Suriname, en geeft zo haar meeste boeken zelf uit. Onder de naam van uitgeverij Lees Mij geeft ze samen met illustrator Gerold Slijngard ook boeken uit. Voor haar boek Nieuwe streken van Koniman Anansi kreeg ze de Surinaamse Staatsprijs voor Jeugdliteratuur over de periode 1989 tot 1991. Tot nu toe is Krishnadath de enige persoon aan wie deze prijs ooit is uitgereikt.

Ontwikkeling
Met de bijna twintig kinderboeken die Krishnadath schreef, heeft ze behoorlijk bijgedragen aan de groei van de Surinaamse kinderliteratuur. Van het ‘dumpsysteem’ is volgens haar bijna geen sprake meer. “Er heeft een goede ontwikkeling plaatsgevonden. In de afgelopen jaren zijn er zo’n tachtig tot honderd Surinaamse kinderboeken verschenen. Unicef koopt ook partijen boeken op en doneert die dan aan scholen. Want hoewel de gemiddelde prijs van een kinderboek in Suriname rond de vijftien srd ligt, zijn er nog genoeg mensen die geen boek voor hun kind kunnen kopen.”
In vrijwel al haar publicaties, zowel de kinder- als volwassenenboeken, spelen de verhalen zich net buiten de realiteit af. “Ik word geïnspireerd door de samenleving en alles wat er om mij heen gebeurt. Ik maak veel gebruik van fantasie-elementen in de verhalen. De lezer moet dan zelf een koppeling maken naar de realiteit.”
“Ik lees zelf ook graag verhalen die een beetje een mythische inslag hebben en die de fantasie prikkelen. Ik hou van sciencefictionverhalen en de toekomst. Het spreekt heel erg tot mijn verbeelding en ik denk ook zo: als de verhalen de mythologie overleefd hebben, zal er wel iets in zitten. Als je wilt, kan je overal mythologie in zien. Stel je bijvoorbeeld de Domineestraat voor. Je kunt natuurlijk de werkelijkheid zien, maar je kan het ook sprookjesachtig maken. Dan stel ik me bijvoorbeeld voor hoe er ooit een prachtig uitgedoste Hindostaanse dame over de Domineestraat heeft geparadeerd. Als je wilt, kun je overal een sprookje in zien.”

Grondstof
Andere belangrijke elementen in de boeken van Krishnadath zijn interetniciteit en verschillende culturen. Daar kun je in Suriname natuurlijk niet omheen. Ook de dagelijkse problemen die Krishnadath in de samenleving tegenkomt, gebruikt ze als grondstof voor haar verhalen. “Een probleem dat ik ervaar is het verschil tussen arm en rijk. Ik zou graag nog een boek willen schrijven waarin mensen een oplossing vinden voor dit probleem.”
Hoewel Krishnadath nog een aantal jaren heeft te gaan als docente op het IOL, verheugt ze zich toch al op haar pensioen. “Ik kijk er naar uit om al mijn tijd in het schrijven te kunnen steken. Daarom is schrijven ook zo leuk, het is iets wat je tot op hoge leeftijd kan doen.”

Boeken van Ismene KrishnadathVoor kinderen

De flaporen van Amar (1989)
Nieuwe streken van koniman Anansi (1989)
Lees mee (1989-91; 4 dln), waarvan met afzonderlijke titel:
Mier-na de mier-in (1990)
Gevoelens (1991)
Bruine bonen met zoutvlees (1992)
Het zoo-syndroom: een Anansiverhaal (1992)
De vangst van Pake Djasidin (1992)
Veren voor de piai (1992)
Reken mee (1993)
Seriba in de schelp (1996)
De groene fles (1997)
B’Anansi keert terug naar de eenentachtigste afslag (1997)
De opdracht van Fodewroko (2001)
De legende van Çakuntela van het Groene Continent (2004)
Kook mee; een kook- en verhalenboek voor meisjes èn jongens 8-15 jaar (2006)Voor volwassenen
Didaktische werkvormen voor het voortgezet onderwijs (1987; met D. Angel & M. v. Leeuwaarde)
Paulo Freire; een bijdrage voor de Surinaamse onderwijsleerkrachten (1988; met D. Angel)
Lijnen van liefde (1990; roman)
Handleiding voor het onderwijzen (1990; met D. Angel)
Vrouwenbundel (1993; bloemlezing, redactie)
Satyem (1995, roman)
Indo-ethnic roots and… [more]: Reflections on the non-ethnic orientation of Surinamese writers and their contribution in defining the concept of Caribbean identity. Van hindostaanse herkomst en… [lees verder]: De niet-etnische oriëntatie van Surinaamse schrijvers en hun bijdrage aan de definiëring van het concept van Caribische identiteit (2008, essay)

[uit Parbode, 22 november 2008]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter