blog | werkgroep caraïbische letteren

Zwarte Pieten gedoe | Een kort verhaal

door Etchica Voorn

Het viergangendiner loopt gesmeerd. Alhoewel het een uitdaging is om voor uitgesproken vleeseters vegetarisch te koken. Vanuit de keuken kijk ik tevreden naar het tafereel. De twee meter doorsnede vierkante tafel in de huiskamer heeft precies het effect waarom ik hem destijds had aangeschaft, iedereen is gezellig met elkaar aan het kletsen. Met mijn bezoek voor ogen had ik het menu al dagen geleden uitgeschreven. Hen voor me gezien, waar ze zouden zitten en welke smaken het beste bij hun zouden passen. Het zou perfect zijn, en dat is het ook. Een van mijn acht gasten staat opeens naast me. Eigenlijk ken ik haar al jaren, maar niet goed. Haar blik voel ik strak op mij gericht en ik vraag me af wat ze van me wil, ik moet me concentreren op de volgende warme gang: Vietnamese pannenkoekjes. Voordat ik de rijstolie in de koekenpan giet, laat ik deze goed heet worden. De pit van het fornuis zet ik op de hoogste stand. Sinds ik weet dat rijstolie een veel hogere temperatuur aankan dan olijfolie is deze variant niet meer weg te denken uit mijn keuken.
Plompverloren zegt ze: ‘Nou, ik vind het allemaal nogal overdreven.’
Ik kijk even opzij.
‘Wat bedoel je?’
‘Dat gedoe over Zwarte Piet.’

 

Sinterklaasfeest op Aruba, november 2017. Foto © J. Koch

Het beslag sist in de pan terwijl ik het laat ronddraaien. De open verbinding met de woonkamer voorkomt niet dat het erg warm wordt in de keuken. Ik haal diep adem.
‘Dat ben ik nou helemaal met je eens,’ beaam ik, ‘zo moeilijk is het toch niet? Verander de figuur, haal die zwarte kleur weg, verwijder de dikke rode lippen, oorringen en kroespruik. Dan ben je er toch? Focus lekker op de Sint en de cadeautjes.’
‘Dat vind ik wel erg makkelijk.’ Mijn gast krijgt een onverzettelijke blik; het lijkt of ze zich schrap zet.

Sinterklaasfeest op Aruba, november 2017. Foto © J. Koch

Met een houten spatel wip ik de pannenkoek omhoog en draai hem om.
‘Vertel,’ moedig ik haar aan.
‘Hij hóórt gewoon zwart te zijn.’ Haar pupillen worden donker, ik zie haar kaak verstrakken zodat de mond verandert in een smal streepje.
‘Waarom hou je zo aan die kleur vast?’ Intensief kijk ik mijn pan in.
‘Omdat het mijn cultuur is.’
‘Het is ook mijn cultuur,’ verklaar ik.
‘Ja, maar ik ben ermee opgegroeid. Kan ik je trouwens ergens mee helpen?’
Ik onderdruk mijn onrust en geef haar instructies in welke volgorde het pannenkoekje gevuld dient te worden. Het stoort me voor de zoveelste keer dat de keuken zo klein is, je kunt er nauwelijks je kont in keren.

 

Sinterklaasfeest op Aruba, november 2017. Foto © J. Koch

‘Tja, ook ik ben ermee opgegroeid. Gelukkig zijn er veranderingen omdat ze eenvoudigweg niet meer in de tijd passen. Zoals Sjors en Sjimmie, kun je je dat nog herinneren?’ Met alles wat ik in huis heb probeer ik een punt van overeenstemming te vinden.
‘Ja, hoezo?’
‘De dialogen en plaatjes zijn zo racistisch dat je van schaamte een hand voor je mond zou slaan. Daar zou je kinderen nu niet meer aan blootstellen.’
‘Dat heeft nou helemaal niets met Zwarte Piet te maken!’ schampert ze en kwakt een te grote portie shiitake vulling op een pannenkoek.
‘Kom op zeg, het is gewoon een sprookjesfiguur!’
Nauwelijks kan ik mijn ergernis onderdrukken, ik geef de pan een krachtige zwiep. Zonder spatel gooi ik een pannenkoek in de lucht en vang hem op.

 

Sinterklaasfeest op Aruba, november 2017. Foto © J. Koch

‘Het gaat om de associatie, snap je? Dat zorgt ervoor dat kindjes soms opgewonden naar mij wijzen en zeggen: ‘Kijk mama, Zwarte Piet! En dan die racistische smurrie die door deze discussie naar boven is gekomen,’ mijn stem verraadt meer emotie dan mij lief is, ‘ik ben daar echt van geschrokken.’
‘Ach, wat een aanstellerij, trouwens, in Suriname, daar wordt pas echt gediscrimineerd en weet je wat ík erg vind? Dat tegenstanders gaan protesteren bij de intocht van Sinterklaas.’ Een ingehouden woede kleurt haar stem en veroorzaakt rode vlekken in haar nek. Ik schenk haar een verzoenende glimlach en ontvang een venijnige blik terug. Een machteloos gevoel neemt bezit van me.
Gezellig, koken voor vrienden.

 

Sinterklaasfeest op Aruba, november 2017. Foto © J. Koch

Natuurlijk ben ik het met haar eens dat je geen actie moet voeren waar kleine kinderen bij zijn maar het raakt me dat ze mijn gevoel en argumenten volkomen negeert. Verdomme! In mijn eigen huis. Uit de huiskamer klinken nog steeds geanimeerde gesprekken. Er wordt gelachen en nieuwe muziek opgezet. Kortstondig wil ik niets liever dan weglopen uit dit decorum. In plaats daarvan doe ik nog een poging om nog iets van eensgezindheid te bereiken: ‘In het Rijksmuseum hangt een schilderij van Vermeer uit 1663, ik was daar laatst.’ Ik doe mijn uiterste best de toon luchtig te houden. ‘Het schilderij beeldde het Oudhollandse sinterklaasfeest uit. Er was geen Zwarte Piet te bekennen, die is er pas veel later, zo rond 1850 ingebracht. Cultuur is aan veranderingen onderhevig. Dat is ontwikkeling en vooruitgang. Je houdt toch ook niet meer aan slavernij vast omdat het eens onderdeel van je cultuur was?’
Nog drie pannenkoeken te gaan.

 

Sinterklaasfeest op Aruba, november 2017. Foto © J. Koch

‘Dat is best een lange tijd vind je niet, toch bijna tweehonderd jaar,’ zegt ze vilein, de opmerking over slavernij negerend, ‘dan mag het ook behouden blijven.’
Daar denkt het Rijks zelf juist anders over. Wist je dat ze alle aanduidingen als neger, eskimo en indiaan schrappen? Alle bijschriften worden onder de loep genomen.’
‘Dat zal wel, maar is dat nou echt nodig?’
‘Neger, dat kan toch echt niet meer?’ Onderzoekend kijk ik haar aan. ‘Het zijn kwetsende termen die regelrecht uit de koloniale tijd komen.’
‘Belachelijk, ik zie niet wat daar mis mee is. Net als negerzoenen. Opeens mag dat ook niet meer,’ reageert ze bokkig. ‘Jodenkoeken’ zijn toch ook nog steeds te koop?’

 

Sinterklaasfeest op Aruba, november 2017. Foto © J. Koch

Alle clichés trekt ze uit de kast. Zelf probeer ik het los te laten maar dat lukt niet meer. Ik gooi het over mijn kwetsbare boeg:
‘Weet je, ik heb er best vaak last van gehad, racistische uitingen, grapjes en gewoonten op mijn werk, op school, op straat en in het café… Meestal nam ik dit voor lief. Van zogenaamd onschuldige grapjes tot uitgescholden worden voor Zwarte Piet, het hoort er jaarlijks bij.’
Beheerst vliegt een pannenkoek terug in de pan.
‘Nou dan, waarom moet je dan zo nodig tegen zijn. Wíj willen onze cultuur behouden. Als jullie…’ Hier stopt ze, op glad ijs kun je ook je poten breken.
Om mijn hoofd begint er een gloeiende band te knellen.

 

Sinterklaasfeest op Aruba, november 2017. Foto © J. Koch

‘Wij hebben Surinaamse vrienden,’ pakt ze de draad weer op, ‘die het ook onzin vinden, in Suriname wordt trouwens gewoon Sinterklaas gevierd, mét Zwarte Piet.’
‘Sinterklaas wordt daar al jaren niet meer gevierd,’ zeg ik, blij dat ik eindelijk iets concreet kan ontkrachten. Ik adem flink uit. ‘Het koloniale feest is allang vervangen door een alternatief feest voor de kinderen. Dat noemen ze daar cadeautjesdag.’
Nu blijft het stil.
‘Kom, neem jij ook een paar bordjes mee? Dan kunnen we weer aan tafel.’ Opgelucht loods ik haar mijn keuken uit.

 

Sinterklaasfeest op Aruba, november 2017. Foto © J. Koch

Sinterklaasfeest op Aruba, november 2017. Foto © J. Koch

 

1 comment to “Zwarte Pieten gedoe | Een kort verhaal”

  • Etchica Voorn is de auteur van Dubbelbloed, waarmee zij najaar 2017 debuteerde. ‘Leest als een trein’, zegt Pim de la Parra. Het hier op Caraïbisch Uitzicht geplaatste verhaal, sluit naadloos aan op de belevenissen van de hoofdpersoon in Dubbelbloed.

1 Trackback/Ping

Your response at Franc Knipscheer

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter