blog | werkgroep caraïbische letteren
0
 

WSBN revisited

door Rolf van der Marck

 

Het was mij al eerder opgevallen, maar ik was er nooit eerder bij stil blijven staan: waarom heeft het Woordenboek van de Surinaamse Bijdrage aan het Nederlands twee titelpagina’s? Gebruikelijk is dat een boek één titelpagina heeft, voorafgegaan door een zogenaamde ‘franse titel’, als het ware een verkorte vooraankondiging van de titelpagina. Dit om de lezer niet direct met de deur in huis te laten vallen, en ook omdat het lelijk is om direct na het omslag, of na het schutblad in geval van een gebonden boek (zoals WSBN), direct te worden geconfronteerd met de titelpagina.

titelpagina # 1

Zo dus niet bij het WSBN, waarom? Nadere beschouwing leert dat de eerste titelpagina is opgeplakt op het schutblad van het boek, zoals de nog flauw zichtbare plooien ter linkerzijde op bovenstaande afbeelding duidelijk maken. Bekijken we dan de tweede titelpagina dan zien we géén plooien, maar zien we wel helemaal links de (zwarte) rand van het boekblok en daarvan weer links nog net even de op het schutblad geplakte eerste titelpagina. Waarom? Het vereist een handmatige, dus extra kostbare handeling. Nogmaals: waarom?

titelpagina # 2

Vergelijken we de twee titelpagina’s met elkaar dan zien we dat ze op één onderdeel na identiek zijn, en dat onderdeel is naam + logo van de Nederlandse Taalunie (NTU) dat op titelpagina # 1 staat, en dat ontbreekt op titelpagina # 2. Het één bij het ander optellend maakt de hele geschiedenis duidelijk. De Nederlandse Taalunie heeft geen genoegen genomen met het feit dat de Adek haar (als wezenlijke sponsor) nergens had vernoemd en heeft geëist daar alsnog invulling aan te geven. Toen is deze noodoplossing gevonden: men neme de titelpagina, schuift de tekst iets omhoog om aan de onderzijde plaats te vinden om de Taalunie alsnog als c0-uitgever enig ‘credit’ te geven en plakt deze vóór in het boek als minst kostbare/best mogelijke tegemoetkoming.

Op zich genomen is dit een voorval dat zich zeker wel duizend maal eerder heeft voorgedaan, niets aan de hand dus zou je zo zeggen. Toch is er hier méér aan de hand, en ik zal proberen uit te leggen waarom ik dat denk. Toen Suriname een aantal jaren geleden geassocieerd lid werd van de Nederlandse Taalunie – let wel, géén volwaardig lid – gebeurde dat bij overrompeling, als het ware overnacht, niemand wist wat, niemand was geconsulteerd, maar duidelijk was dat er door sommigen al nyan* was gemaakt. Getuige bijvoorbeeld de opname van circa 500 Surinaams-Nederlandse woorden in het jongste Groene Boekje, die duidelijk al waren vóórgekauwd door die anderhalve man en een paardenkop die ervan wisten en die ermee aan de haal zijn gegaan.

Alhoewel Suriname’s al of niet (geassociëerd) lidmaatschap van de Nederlandse Taalunie nooit publiekelijk aan de orde is gesteld, noch in De Nationale Assemblée (DNA), noch in de media, heeft ons land slaafs deze uitnodiging aangenomen, zonder dat ooit ergens enige discussie is gevoerd over de wenselijkheid van een zodanig lidmaatschap: voor mij – en naar ik mag aannemen voor elk weldenkend mens – een onbegrijpelijke gang van zaken. De enig mogelijke verklaring zou de eerder door mij gesignaleerde “ik-bemoei-niet-cultuur” van Suriname zijn.

Desalniettemin is er sindsdien zo hier en daar wel kritiek te horen geweest, maar eigenlijk slechts afkomstig van één man, Hein Eersel, de kritiek die u in beknopte vorm hebt kunnen lezen in mijn voorgaande Blogspot “Woordenboek van de Surinaamse Bijdrage aan het Nederlands & een eigen Surinaamse Taalautoriteit”. Maar dat is wél de kritiek van een Surinaamse autoriteit bij uitstek op dit gebied. Daarom zou het goed zijn als hier eens onafhankelijk onderzoek naar zou worden gedaan. Onderzoek enerzijds naar handel & wandel van de Nederlandse Taalunie**, bijvoorbeeld hoe (on)afhankelijk is een geassocieerd lid, anderzijds onderzoek naar de manier waarop (en de reden waarom) Suriname gehandeld heeft zoals zij gehandeld heeft. Een mooie afstudeerscriptie voor een student van Michiel van Kempen?

———

* nyan: letterlijk: eten, voedsel; figuurlijk: geld, een geldelijke beloning.
** lees bijvoorbeeld de kritiek op de NTU die Jeroen Brouwers – zij het dan om geheel andere redenen – spuit in zijn jongste boek Sisyphus’ bakens vloekschrift.

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter