blog | werkgroep caraïbische letteren

Wanneer mag seks? Grenzen van jeugdliteratuur (IV)

[Tekst voor het openingscollege van de Masters opleiding Nederlands aan de Anton de Kom-universiteit, Subfaculteit Humaniora, 30 januari 2012 – deel IV]

door Ismene Krishnadath

Er kunnen allerlei oorzaken aangehaald worden, waarom de belangstelling voor het lezen taant bij adolescenten, maar het een en ander moet zeker ook gezocht worden in de interessesfeer van de adolescenten. Willen we verhalen bieden die interessant zijn voor adolescenten, dan zullen er ook zaken in verwerkt moeten worden die typisch in hun leef- en interessesfeer liggen, zoals sport, studie, geld verdienen, kleren, mode, uitgaan, seks, alcohol en drugs, mystiek, generatieconflicten, innerlijke twijfels en twijfels aan maatschappelijk/culturele regels, waarden en normen.

Ik ga nu drie citaten geven, waarbij de hoofdfiguur een jonge adolescent is. Probeert u voor uzelf te bepalen voor welke leeftijdscategorie u deze verhalen geschikt zou vinden.

Citaat 1
Toen ik elf was, heb ik mijn varken kapotgeslagen en ben ik naar de hoeren gegaan. Mijn varken was een geglazuurd stenen spaarpotje in een kotskleur met een gleuf die wel groot genoeg was om er munten in te stoppen, maar niet om ze er weer uit te halen. Mijn vader had het uitgekozen, dat eenrichtingsverkeerspaarpotje, omdat het paste bij zijn levensopvatting: geld is om te bewaren, niet om uit te geven.

Citaat 2
Ik was een jaar of twaalf toen ik mijn eerste gonorrhoea te pakken had. Dat werd dan beschouwd als een teken van volwassenheid en geen onderwerp om over te zeuren. Dan pas mocht je met de grotere jongens over seks meepraten. Ik zag het beslist niet als zodanig want het brandde ellendig bij het urineren. Een van de jongens bracht me naar de abonoemang in de straat, een bosneger die ergens bij een van de zaagmolens werkte en waarvoor ik als de dood was.

Citaat 3
Marlon was intussen twaalf jaar oud en hij hielp zijn moeder echt heel veel. Moeder Sontee had de gewoonte om, net als alle andere vrouwen in het dorp, elke dag naar de rivier te gaan. Ze nam dan al haar vaatwerk en vuile kleren mee om die te wassen. Nu Marlon een beetje groot was, hielp hij zijn moeder met het dragen van de manden met vuile vaat en kleren.

Als we de inzichten van de ontwikkelingspsychologie volgen, dan zouden vooral de eerste twee citaten de interesse wekken van adolescenten. Het laatste citaat is nogal braaf en moraliserend.
Volgens de ontwikkelingspsychologie is dat juist dodelijk. De adolescent is wars van opgelegde moraal. De adolescent zou een verhaal moeten hebben die zijn zoektocht naar een eigen moraal en eigen levensvisie tot uitdrukking brengt. In het verhaal mogen de hoofdfiguren gehavend uit het experiment komen en er een moraal aan overhouden die niet per se overeenkomt met de heersende waarden en normen. Dit sluit trouwens aan bij avant-garde ideeën over creatief schrijverschap.

Of de ontwikkelingspsychologie het bij het rechte eind heeft, kan ik niet zeggen. We zouden het aan de lezers moeten vragen.
Wat ik wel weet is het volgende:

Citaat 1 geeft de eerste drie zinnen uit een verhaal van de gerenommeerde Franse schrijver Eric-Emmanuel Schmitt en komt uit het boek: Meneer Ibrahim en de bloemen van de koran. Het is een adolescentenboek. Het genre wordt in de Engelstalige literatuur ‘coming of age’ genoemd. Het zijn boeken waarin de groei van de hoofdfiguur naar volwassenheid wordt verhaald.

Citaat 2 komt uit Switie Sranang kan mij nog meer vertellen. Herinneringen aan een rotjeugd van Walther Donner. In dit boek vertelt de auteur over zijn jeugd. Als 12-jarige bleek hij toen veel interesse te hebben voor prostituees in de buurt. Ik zou het ook een coming-of-age-boek noemen. Het boek is te koop in Suriname. Zeker te bestellen bij de boekhandels. De tekst is te vinden op de dbnl website (www.dbnl.org), een door de Taalunie ondersteunde site. Het is hier geplaatst in de categorie: proza/non-fictie/autobiografie/ memoires en niet in de categorie jeugdromans. Donner zelf zegt dat hij het boek heeft bestemd voor volwassenen. De eerste drukken van het boek zijn in Holland uitgekomen en Donner zegt ook dat hij de meeste boeken in Holland heeft verkocht, maar ook in Suriname is het boek populair.

Citaat 3 komt uit Het gouden lepeltje van Sjama Ramphal. Dit boek wordt momenteel in mijn scholenactie te koop aangeboden op scholen en is door de uitgever (Ralicon) geplaatst in de leeftijdscategorie 12+. Het verhaal eindigt in een huwelijk, maar er komt geen seks in voor. Het boek wordt wel aardig verkocht. Ik zou het niet echt een coming-of-age-boek noemen – je ziet geen karakterontwikkeling bij de hoofdpersoon – maar ik denk dat de liefdesrelatie wel interessant is voor de adolescentengroep. Ik heb zelf gemerkt dat kinderen op Muloscholen graag luisteren naar romantische vertellingen, met of zonder seks.

Deel V, klik hier

[Voor deel I, klik hier]

1 Trackback/Ping

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter