Walther Donner zoekt naar een remedie
door Walther Donner
Beste Arlette,
Naar aanleiding van de vele commentaren op je prachtige epistel even een korte notitie. [Het opstel van Codfried vindt u hier en hier; het antwoord van Pim de la Parra hier – red. CU.]
Een van de mooiste voorvallen uit de historie vind ik de ophanging van Oliver Cromwell. Oliver Cromwell (1599-1658) maakte in 1649 een eind aan de Engelse monarchie. Koning Karel I werd kopje kleiner gemaakt. Engeland werd kortstondig een republiek onder zijn bewind. Hij veroverde Ierland en Schotland, en regeerde als Lord Protector van 1653 tot zijn dood in 1658. Hij werd begraven in Westminster Abbey. Tijdens zijn bewind werden naar schatting een miljoen Schotten en Ieren als slaaf verkocht onder meer naar Barbados en Jamaica. Het aantal is misschien ietwat gechargeerd.
Zijn Commonwealth stortte na zijn dood in en de koninklijke familie werd gerestaureerd in 1660. Nadat de royalisten de macht heroverd hadden werd zijn lichaam opgegraven en met alle regelen der kunst alsnog opgehangen.
Na lezing van het commentaar van Pim de la Parra op je mening kwam ik op een briljant idee. (Als Nobelprijzen werden uitgereikt voor briljante gedachten kwamen Pim en ik als duo zonder meer beslist in aanmerking).
Een grondbrief van 1 Mei 1675 luidde als volgt: „Pieter Versterre, gouverneur van de provincie, rivieren en districten van Suriname, etc, vergunneende permittere mits dezen aen Jan N., omme op te neemen ende in vrijen eigendom te besitten een stuck lant, groot 800 ackers, waer hij hetselve bequaem sal vinden, mits niet doende tot nadeel van d’Indiaenen ofte eenige vorige concessiën, ende sal tselve ter behoorlijcker tijt ter secretarie laten prothocolleren. Actum Paramaribo, den 1 Mey 1675″.
Een andere, van 1683 (dus acht jaar later), luidde: „Laurens Verboom, commandeur van de provintie van Suriname, etc,
vergunnen en permitteeren bij deesen aen Andries Masserd
op te nemen en in vrijen eigendom te besitten de nombre van 1500 ackers lant in de riviere de Commewine,etc, mits niets doende ten nadeele van de Indianen ofte eenige vorige concessie“;
Ik kom op de volgende taalfouten bij vergelijking van de twee grondbrieven.
provincie, provintie
vergunneende, vergunnen
permittere, permitteeren
neemen, nemen
groot == nombre
tot nadeel ten nadeele
d’Indiaenen Indianen
concessiën concessie
Wat zouden Pim de la Parra en de heer Snijders van Parbode genoten hebben als ze in die tijd geleefd hadden. Ze zouden beslist overuren gemaakt hebben met het zoeken naar taalfouten. Is het geen goed idee om de ambtenaren die deze grondbrieven hebben geschreven alsnog op te graven en op te hangen? Daarmee doen wij hen een groot genoegen. Ik zorg ervoor gecremeerd te worden zodat ik niet hoef te worden opgehangen na mijn dood wegens mijn taalfouten.
Tot ziens
Don Walther Donner die nog steeds zoekende is naar een therapie tegen de krabbenziekte.
[van de site van Schrijversgroep ’77, 4 februari 2012]
erg snedig allemaal van de heer Donner en erg ridderlijk ook allemaal Ik denk eerlijk gezegd dat mevrouw Codfried verguld zou moeten zijn met het feit dat de inhoud van haar hoog geleerde artikelen nog nauwelijks ter sprake is gekomen..en hoe nobel ook van weledelgeleerde Don oo> ik heb nog nergens een reactie van de geleerde vrouwe zelf gelezen…