blog | werkgroep caraïbische letteren

Walcott als autobiografisch poëet

Geboorten van literatuur 14 [en slot]

In een reeks opstellen, verschenen tussen 1977 en 1982 in de Amigoe, behandelde criticus B. Jos de Roo de geboorte van de Caraïbische literatuur. Caraïbisch Uitzicht herdrukt graag deze reeks, zodat die een tweede leven kan krijgen. Vandaag aandacht voor Derek Walcott van Saint Lucia.

door B. Jos de Roo

Een van de opmerkelijkste Caribische werken is het lange gedicht Another Life van Derek Walcott. Op 23 januari 1930 werd deze dichter-dramaturg, wiens toneelstukken Broadway haalden, te Castries op St. Lucia geboren. Hij verliet zijn geboorte-eiland in 1950, omdat hij zich op het kleine St. Lucia beklemd voelde. Toch bleek het eiland voor zijn werk bepalend, want het grootste deel ervan, dat hij in Jamaica en Trinidad schreef, speelt zich op St. Lucia af.

Another Life is opmerkelijk, omdat het een lang autobiografisch gedicht is. Walcott beschrijft er zijn jeugd op St Lucia mee, hoofdzakelijk door de drie mensen te beschrijven die dat leven beïnvloedden. Dat is allereerst de veelzijdige en interessante Harold Simmons, die zich niet door gevestigde meningen wilde laten inkapselen en in 1966 zelfmoord pleegde. Walcott ziet deze zelfmoord tegelijkertijd als rebellie en als nederlaag. Simmons deelde met Walcott de liefde voor het gewone volk. Voor Walcotts loopbaan was hij van onschatbare betekenis, omdat Simmons hem ervan overtuigde, dat hij meer dichter dan schilder was.

De tweede figuur die Walcotts jeugd bepaalde was Dunstan St. Omer, een schilder, die in de jaren vijftig nog op Curaçao bij de Shell gewerkt heeft. En tenslotte is er het meisje Andreuille, de eerste liefde van Walcott.

Another Life is vooral opmerkelijk omdat het de autobiografische beschrijvingen zo natuurlijk weet te vervlechten met de thema’s die Walcotts werk overheersen: de tweeslachtigheid van de tijd omdat verleden en heden gemengd zijn, de wisselwerking tussen de werkelijkheid en de verbeelding (is een dood meisje, aan wie hij terugdenkt, het meisje zoals ze werkelijk was, of het meisje dat hij zich verbeeldt?) en het belang van traditie en vernieuwing.

Walcotts werk onderzoekt het wankel evenwicht tussen tegenpolen en creëert dit evenwicht tegelijkertijd. Door de harmonie die hij schept uit de spanning tussen tegenpolen staat hij dicht bij Debrot, die Walcotts poëzie dan ook een warm hart toedraagt. Er is nog een directer verband tussen Walcott en de Antillen dan de verwantschap met Debrot. Walcotts grootvader van moederskant was een blanke van Sint Maarten. Omdat zijn beide grootvaders blanken waren, en zijn beide grootmoeders zwarten, is Walcott niet alleen qua innerlijk om met Debrot te spreken, café-au-lait, maar ook qua uiterlijk. Deze raciale menging heeft hem gefascineerd, omdat ze spanningen opriep op sociaal vlak en vooral op cultureel vlak.

Naar mijn gevoel ligt hier de grondtoon van Walcotts autobiografisch gedicht. Door zijn eigen afkomst heeft hij een scherp oog gekregen voor een nieuwe harmonie die kan ontstaan door oude tegenstellingen. Het werk van Walcott, en in het bijzonder Another Life is daar in literair opzicht een geslaagd voorbeeld van. Er is een wisselwerking tussen de tradities van het westen en de orale traditie van de zwarte cultuur. Walcott beseft dat de oude westerse tradities hem imponeerden en inspireerden. Maar tegelijkertijd drukten ze hem ook neer, omdat ze hem een gevoel van inferioriteit gaven. De uitdaging die hierin besloten lag, ging hij niet uit de weg. Hij maakte van de vissers helden. Nog minder zoekt hij de gemakkelijke oplossing door één van beide inspiratiebronnen te ontkennen. Hij verwerkelijkt de nieuwe harmonie.

Een voorbeeld hiervan is zijn visie op de geschiedenis. De schoolse historie was er een van heroïsche oorlogen, maar daar kon Walcott zich niet onvoorwaardelijk mee identificeren, want hij is de afstammeling van de winnaars én van de slachtoffers. Daarom gaat hij op zoek naar het tegenwicht van de “officiële” geschiedenis. Dat is de geschiedenis van de oorspronkelijke bewoners, die hij nog in de overweldigende natuur ziet, want zo moesten zij het eiland ook gezien hebben. Dit brengt hem bij de Caraïben die zich bij Sauteurs van de rotsen stortten, toen hun verzet tegen de indringers zinloos bleek. En dit brengt Walcott weer op de oude strijd bij de pas van Thermopylae.

Aan het slot van Another Life zingt Walcott de lof van het volstrekt onbekende en onbetekenende plaatsje Rampanalgas. Omdat het nauwelijks door de historie beroerd is, is het plaatsje meteen een uitdaging. Deze uitdaging gaan de politici, de Black Power-beweging en de religie uit de weg. Maar de kunst mag dat niet doen. De kunst geeft het leven een scherpere kleur als de artistieke verbeelding zich ontwikkelt. De kunst kan het leven in kaart brengen en er nieuw leven van maken. Walcott zelf deed dit door “van deze vissers en bosmensen helden te maken”. Another Life is het boeiende poëtische verslag daarvan.

Derek Walcott, 26 mei 2008, onderweg naar de eerste Cola Debrotlezing die hij voor de Werkgroep Caraïbische Letteren zou geven. Achter hem zijn echtgenote Sigrid Nama in gesprek met dichter en coreferent Antoine de Kom. De jonge vrouw naast Walcott zou hij later bezingen in White egrets. Foto © Bert Nienhuis/Werkgroep Caraïbische Letteren.

[Eerder verschenen in Amigoe, 12-3-1982.]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter