Vernieling en waardigheid
door Rajen Budhu Lall
Op een vrije dag lezend op de bank hoorde ik vanochtend geraas in de straat. Ik wilde gaan kijken welke makkers daar zo wild bezig waren en zag vanuit het raam dat het de Bezemwagen was die alle vuurwerkresten vakkundig wegpoetste, hoewel ik dacht dat het de Kolkzuiger was de NL prombere variant die de riolen onderhoudt. Ik was net verzonken in gedichten en het prachtig boek Sirito, het karaibsche woord voor ster,50 Surinaamse vertellingen samengesteld door de onvolprezen Prof. Michiel van Kempen & Jan Bongers, uitgegeven door de Kennedy Stichting in 1993, ISBN 99914 95452, en had de vorige avond met veel plezier urenlang naar meesterverteller Earl San A Jong geluisterd die ons drie uur had getrakteerd op mooie verhalen van buslijn K, de bus die de verbinding met het Mipro-project onderhield, de Mgr. Wulfinghschool en Takru, Het Randdistrictentournooi, de blauwe broek die ze bij gym aan hadden, de ring waarmee de meester hen timmerde, de tijd van schaarste in de jaren 80 met stroop en soft uit een plastiek zakje met een rietje en zoveel meer.In zijn verhaal herkende ik de vertelkunst zoals beschreven door Michiel terug” met inzet van mimiek, gestiek en stembuigingen”, “de menselijke psyche in al haar gedaantes” en “menselijke emotie”. In de supermarkt zag ik de voorpagina van het NRC waar ik uit opmaakte dat dezelfde menselijke psyche hetzelfde ” illegaal” vuurwerk, waaronder de onvolprezen Chinese pagara, in het ene land al dan niet onder invloed van drugs en alcohol had aangewend voor vernielingen en brandstichting die een vuurwerkverbod in het beschaafde Westen dichterbij brengt, en in het andere land, in ontwikkeling, op de schouders had gedragen, als een menselijk lint, in een onmogelijk drukke mensenmassa verantwoordelijk had afgestoken en het oudjaar waardig had uitgeluid en het nieuwjaar had verwelkomd en ik was trots op Sranang.