blog | werkgroep caraïbische letteren

Trommelgeesten (9)

door Fred de Haas

Centraal Amerika

Aan de Caribische kust van Honduras, Belice, Guatemala en Nicaragua woont een volk van ongeveer 600.000 mensen dat zichzelf in de eigen inheemse taal ‘Garífuna’ noemen (met de klemtoon op de i) en door het Britse koloniale bestuur werden aangeduid als ‘Black Caribs’.

Deze Black Caribs zijn een volk dat op het eiland St Vincent is ontstaan uit de vermenging van Indiaanse Cariben en Arowakken met Afrikanen die waren gevlucht van andere eilanden.

Er is ook een verhaal dat vertelt van een schipbreuk van een slavenschip uit Nigeria voor de kust van St. Vincent in 1635. De slaven ontsnapten en werden door de inheemse bevolking opgevangen.

De Britten deporteerden meer dan 5000 ‘Black Caribs’ (die als een ernstige bedreiging werden gezien) naar het eiland Roatán vóór de kust van Honduras. Later kregen zij toestemming van de Spaanse autoriteiten in Honduras om zich op het vasteland te vestigen. Zij spreken varianten van een mix van Caribisch en Arowak. Ook spreken ze Spaans en sommigen Engels. Hun cultuur is beschermd door de UNESCO. Hun muziek en dans heet Punta (een heupdans) en wie hiermee kennis wil maken kan gaan naar You Tube en zoeken naar ‘Kazzabe, the best from Honduras’. Daar kunnen ze op Curaçao nog wat van leren!

Hoewel de Black Caribs katholiek zijn hangen ze ook een godsdienst aan die bekende Afrikaanse, Indiaanse en Europees Christelijke elementen in zich draagt. De Garífuna denken dat een mens meerdere zielen heeft en ze geloven in bos- en watergeesten.

Zij vereren de voorouders en houden, net als in het Caribisch gebied en Latijns-Amerika dodenwakes van 3, 7 of 9 dagen na de begrafenis. In de laatste nacht nemen ze afscheid van de geest van de overledene. Tijdens feesten voor de voorouders raken de mediums (jonge meisjes) in trance en dansen op het ritme van trommels. Soms rennen ze in hun bezetenheid naar zee, klimmen op het dak van het huis of in een boom. De geest van de voorouder zit in het medium dat heel sensueel danst en daardoor ook allerlei frustraties kwijtraakt. Niemand neemt hen dat kwalijk want in trance is niemand meer persoonlijk verantwoordelijk voor zijn/haar daden.

Tijdens de uitvoering van de rituelen wordt er ook gebruik gemaakt van kaarsen, wierook en het kruis. Een aardig overzicht over de Garífuna cultuur is te zien op YouTube / ‘The Garífuna Heritage Pt. 1’(and 2).

‘Hekserij’ / ‘Brujería’

Voordat we komen te spreken over Curaçao is het zinvol om enige woorden te wijden aan het fenomeen ‘hekserij’ of ‘brujería’ in het algemeen en tegelijk een poging wagen om wat misverstanden uit de weg te ruimen.

Het geloof aan heksen was wijdverbreid in het Europa van de 15e eeuw. Terwijl in vroeger tijden ‘magiërs’ altijd (machtige) mannen waren, ging men heksen langzamerhand steeds meer associëren met vrouwen die een verbond met de duivel sloten om kwaadaardige dingen te kunnen doen. In de Spaanstalige gebieden verschoof het accent van de ‘Brujo’ naar de ‘Bruja’, het woord dat in het Papiaments de term ‘Brua’ heeft opgeleverd. Slechts enkele jaren voordat Columbus de Nieuwe Wereld zou ontdekken was er in Europa een boek verschenen met de titel Malleus Maleficarum (de Heksenhamer) dat nauwkeurig beschreef hoe je heksen kon herkennen. Grote delen uit dit boek kunt u op het Internet lezen.

‘Hekserij’ en ‘Brujería’ bleven eeuwenlang omgeven met een waas van geheimzinnigheid en  boosaardigheid, een reputatie die niet verdiend was. Hoewel ook in onze tijd mensen uit misplaatste angst en onwetendheid liever niet of fluisterend spreken over ‘brujería’ moet toch het hardnekkige misverstand uit de weg worden geruimd dat brujos zich alleen maar bezig zouden houden met boosaardige zaken. De meeste ‘brujas’ en brujos’ (tegenwoordig zijn het zowel mannen als vrouwen) zijn een soort volksgenezers die over bepaalde gaven menen te beschikken waardoor ze in contact zouden komen met ‘geesten’ die hen helpen problemen op te lossen van mensen die om hulp bij hen aankloppen. Dat er onder de brujos en brujas malafide mensen zitten is duidelijk. Die vind je overal. Maar de meesten zullen ongetwijfeld te goeder trouw zijn.

De ‘brujería’ is in hoge mate beïnvloed door het Spiritisme, een beweging die opkwam in het begin van de 19e eeuw en waarvan Allan Kardec (pseudoniem voor de Fransman Léon Rivail, 1804-1869) de vader was. Het Spiritisme gelooft niet in een hemel of een hel. De gevolgen van wat we als mensen fout of goed doen zien we terug in volgende reïncarnaties. We hebben meerdere levens op aarde en we zijn op de wereld om onszelf te vervolmaken. Er is een God en we hebben een onsterfelijke ziel. Figuren als Christus zijn een soort afsplitsingen van God die navolging verdienen. Ook zegt het Spiritisme dat iedereen in contact kan komen met geesten.

Die opvattingen vinden ook we terug in de ‘Brujería’. Ze sluiten in menig opzicht aan bij de geestelijke bagage die de Afrikanen hadden meegenomen naar de Nieuwe Wereld en bij het geloof van de Indianen, de oorspronkelijke bewoners van de Amerika’s.

Omdat de ‘brujería’ in de 20e eeuw een slechte reputatie kreeg heeft het Spiritisme zich hiervan gedistantieerd om moeilijkheden met de autoriteiten te vermijden. Zo verscheen er in 1954 in Puerto Rico een boekje met de titel Males del Medio Ambiente (= Ziektes van de sociale omgeving). Daarin viel de arts J. Rodríguez Pastor namens het Departement van Onderwijs het werk van volksgenezers, astrologen en spiritisten aan als zijnde middeleeuws en halfgaar. Ook stelde hij de verkoop van ‘magische rotzooi’ als drankjes, kruiden en poedertjes aan de kaak. Enkele decennia later werden deze mensen, vooral door de belangstelling van het Instituto de Cultura Puertorriqueña, min of meer in ere hersteld omdat zij de verbinding vormden met het Afrikaanse verleden, een van de pijlers van de nationale identiteit. Verguizing en eerherstel. Waar hebben we dat meer gezien?

Ook ging men tegelijkertijd met een welwillende blik kijken naar het Afro-Caribische trommelspel. Zie You Tube /  BAILE DE “BOMBA ” /Guayama, Puerto Rico. Febrero, 2008. Wie verschillende Bomba ritmes wil leren kan gaan kijken op You Tube / Ritmos Básicos de la Bomba-Ritmo Sicá-1/5  of voor een lekkere ‘seis corrido’ op  You Tube / Cinco Ritmos Básicos de la Bomba-Ritmo Seis Corrido-5/5 .

Wat heeft de ‘Brujería’ zoal te bieden? Het antwoord luidt: geestelijke en daadwerkelijke hulp voor degene die om hulp komt vragen en hiervoor een passende bijdrage over heeft. De brujos en brujas kunnen hiervoor verschillende methodes gebruiken. Ze kunnen de kaart lezen, adviezen geven vanuit een trancetoestand of boodschappen ontcijferen die zij ontvangen via automatisch schrift. Ook volvoeren ze reinigingsrituelen (‘despojos’). Zoals gezegd houden de goede brujos zich niet bezig met zwarte magie, hoewel ze soms wel iets kwaadaardigs moeten doen in de vorm van een ‘trabajo malo’ (een boze actie) omdat zij een cliënt in bescherming moeten nemen tegen iemand of iets dat de cliënt bedreigt. Meestal maken ze dan een pakje klaar waarmee de cliënt iets moet doen.

Ook kunnen brujos gewaardeerde gasten zijn op een dodewake (velorio). Zij leiden dan de dienst (de meeste brujos zijn katholiek of protestant opgevoed en kennen de religieuze verhalen en gebeden). Zij zorgen er ook voor dat de geest van de overledene rustig kan vertrekken en niet op aarde achterblijft om het andere mensen lastig te maken.

De moderne ‘brujería’ blijft op de hoogte van wat er in de maatschappij gebeurt. Moderne communicatiemiddelen worden niet geschuwd. Telefonische consulten en ‘behandelingen’ zijn mogelijk.

Hun cliënten kunnen mensen zijn die belangrijke posities in de maatschappij bekleden: ambtenaren van justitie, advocaten, bankiers, zakenlui, mensen uit de wereld van de media etc. Als de brujo (natuurlijk geldt dit ook voor de bruja) naar tevredenheid hulp heeft verleend dan kan het zijn dat hij hiervoor iets terugkrijgt in de vorm van informatie waarmee hij weer andere cliënten kan helpen.

De brujo maakt gebruik van planten, kruiden en voorwerpen die hij zelf kan maken, verbouwen of kopen in winkels die hierin gespecialiseerd zijn (ook in den Haag is zo’n winkel. In Otrobanda zijn ze ook te vinden). In Puerto Rico heten ze ‘botánicas’ (niet te verwarren met de gewone apotheken of ‘boticas’ die trouwens ook wel bepaalde spullen verkopen). De botánicas zorgen ervoor dat ze up-to-date zijn en betrekken hun waar ook uit het buitenland. Je kan er ook beelden kopen van heiligen, Indiase godheden, Zuid-Amerikaanse gecanoniseerde figuren, stenen, amuletten etc.

[vervolg, afl. 10, klik hier]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter