blog | werkgroep caraïbische letteren

Trommelgeesten (3)

door Fred de Haas
 
Kenmerken van Afro-Amerikaanse godsdiensten
In de loop der afgelopen eeuwen zijn er miljoenen Afrikanen naar de Spaanse, Portugese, Franse, Engelse, Deense en Hollandse koloniën gebracht. Deze Afrikanen behoorden allemaal tot verschillende stammen, taalgebieden en culturen. Maar soms kan het zijn dat in bepaalde gebieden etnische groepen vrij homogeen van samenstelling zijn gebleven. Zo vinden we in Suriname veel overeenkomsten met de godsdienstige tradities van de Ashanti en Fanti uit Ghana. In Brazilië en Cuba zijn er bepaalde gebieden met een uitgesproken Yoruba (Nigeria) en Bantu (Angola/Congo) traditie.
Bij het bestuderen van Afrikaanse godsdiensten valt één ding op: ze nemen makkelijk goden en rituelen uit andere culturen over. Afrikanen zijn praktische mensen en als iets bevalt dan wordt het overgenomen. Hun godheden blijken al net zo praktisch te zijn als zijzelf en over menselijke eigenschappen te beschikken. Ze hebben hun deugden en hun gebreken, ze kunnen goed of slecht zijn, afhankelijk van hoe je met hen omgaat. Goden kunnen worden gemanipuleerd en dat verklaart meteen al de grote populariteit van de magie in Afrikaanse godsdiensten. Goden stellen er prijs op dat de rituelen goed worden uitgevoerd. Anders kunnen ze erg boos worden en moeten dan door offers weer gunstig worden gestemd.
Ook valt het op dat moraal en religie in Afrikaanse godsdiensten geen verband met elkaar houden. Er bestaat niet zoiets als de Tien Geboden zoals we die kennen van de katholieke kerk. Het begrip ‘zonde’ is een onbekend verschijnsel. Over een ‘hiernamaals’ maken ze zich ook geen zorgen. Als je wordt gestraft of beloont dan gebeurt dat in deze wereld en nergens anders. Wel geloven de Afrikanen in een Opperwezen, maar ze houden zich daar verder niet mee bezig. Dat Opperwezen bemoeit zich ook niet met aardse zaken. Dat laat hij/zij aan de lagere godheden over. Het begrip ‘ziel’ was wel bekend. Men geloofde zelfs dat een mens meerdere zielen had en dat een ziel na de dood in een ander lichaam opnieuw geboren kon worden.
Voorouderverering was wijdverbreid in de Afrikaanse godsdiensten. De Yoruba hadden de traditie om in de maand juni in de straten te dansen waarbij gemaskerde dansers de voorouders voorstelden en gehuld waren in lange veelkleurige gewaden. De dansers werden vergezeld door trommelaars en mensen die het publiek op afstand hielden. Ook waren er acrobaten, clowns en goochelaars die meeliepen in de stoet en het geheel een luchtige toon gaven.
In Afrika kende men ook ‘priesteressen’ die een vrij lange en kostbare opleiding kregen. Aan het eind van de opleiding kregen de priesteressen een bepaalde godheid toegewezen met wie ze in trance zouden kunnen spreken. Dit verklaart het bestaan van ‘priesteressen’ in het Caribisch gebied en Zuid-Amerika.
Fetisjisme
Een wijdverbreid misverstand is dat Afrikanen ‘fetisjisten’ zouden zijn, mensen die in ‘voorwerpen’ geloven. Wel kunnen zij aannemen dat er een bepaalde geest in een voorwerp (een stuk hout, een steen) huist. Zo’n voorwerp wordt dan een bescherming biedend ‘amulet’. Maar die geest kan er ook weer uitgaan en dan wordt de amulet weer een gewoon stuk steen of hout.
Het woord ‘fetisj’ komt van het Portugese ‘feitiço’ dat letterlijk ‘maaksel’ betekent. Met dat woord duidden de Portugezen dingen als rozenkransen, afbeeldingen van heiligen enz. aan. Met andere woorden, Christenen waren in die zin van het woord net zulke ‘fetisjisten’ als de Afrikanen.
Europeanen stelden de Afrikanen altijd graag voor als een stel barbaren die blij mochten zijn dat de Europeanen de moeitenamen om hen wat beschaving – in de vorm van het Christendom, natuurlijk – bij te brengen.
Inmiddels weten we allang dat er al ten tijde van de ontdekkingen politiek goed georganiseerde Afrikaanse landen waren waar de beoefening van kunsten en ambachten op een zeer hoog peil stond (Nigeria, Dahomey/Bénin, Ghana). Een deel van die vaardigheden hebben de Afrikanen meegenomen naar de Nieuwe Wereld. Het tekenen met maïsmeelpoeder van prachtige symbolen op de vloer van de tempel bij Vodou rituelen is daar een klein voorbeeld van. Ook hadden bepaalde Afrikaanse volken, zoals de Yoruba, een ontwikkelde vorm van godsdienst.
[vervolg, afl. 4, klik hier]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter