blog | werkgroep caraïbische letteren

Tiende Caraïbische Letterendag: spetterend beeld van het Caraïbische schrijven

Op zaterdag 8 oktober 2022 organiseerde de Werkgroep Caraïbische Letteren de tiende Caraïbische Letterendag, onder de noemer Alles is Anana. Daartoe openden zich de deuren van Het Nieuwe Instituut (HNI) in Rotterdam.

Marian Markelo brengt haar ritueel. Foto © Lex Veerkamp

Wintipriesteres Marjan Markelo gaf de aftrap met een smeekbede en plengoffer aan de geesten voor wijsheid en voorspoed voor de Werkgroep, voor alle schrijvers en cultureel creatieve mensen. Rita Rahman, voorzitter van de Werkgroep Caraïbische Letteren, plaatste de werkzaamheid van de Werkgroep in het grotere verband van dekoloniserend gedachtegoed en een toenemende interesse voor de culturele achtergronden van de verschillende Nederlanders en Caraïbiërs in Nederland en overzee (tekst en beeld klik hier). Zij bood het eerste exemplaar van de lustrumuitgave Dat wij zongen aan de dichter Jit Narain aan, die was overgekomen uit Suriname.

Het boek, uitgegeven door DasMag in samenwerking met de Werkgroep, bevat 21 essays waarin auteurs van nu aandacht vragen voor Caraïbische schrijvers op wier schouders zij staan. Zo schrijft Astrid Roemer over Albert Helman, Gershwin Bonevacia over Pierre Lauffer, Tommy Wieringa over Boeli van Leeuwen, Antoine de Kom over Shrinivási, Albert Schaffer over Bernardo Ashetu, Ruth San A Jong over Michael Slory, Eric de Brabander over Tip Marugg, Michael Tedja over Hans Faverey enz.

Vervolgens kwam in drie gespreksronden, met verve geleid door Raoul de Jong en Milouska Meulens, een groot aantal van de schrijvers uit de bundel voorbij: Dean Bowen, Sanne van Hassel, Johan Herrenberg, Rihana Jamaludin, Ken Mangroelal, Marian Markelo, Roberta Petzoldt, Chris Polanen en Shantie Singh en de uit Suriname overgekomen Tessa Leuwsha. Vanwege een zandstorm kon de verbinding met de zich in Dubai bevindende oud-stadsdichter van Amsterdam Gershwin Bonevacia helaas niet tot stand komen.

Charlotte Doornhein herdenkt Diana Lebacs

In een eerste intermezzo werd jazzmusicus Ronald Snijders, winnaar van de Boy Edgar Prijs, in de bloemen gezet door Gerda Havertong vanwege zijn bijzondere verdiensten met zijn fluit, waarna Snijders naar de garderobe rende en samen met La Havertong het prachtige lied ‘Teri’ van Edgar Cairo ten gehore bracht, en een eigen compositie, ‘Tabla’. In een tweede, meer ingetogen intermezzo herdacht Charlotte Doornhein de eerder dit jaar overleden Curaçaose schrijfster van jeugdboeken en romans Diana Lebacs. Het programma werd afgesloten met een vurig pleidooi door Michiel van Kempen om aandacht voor ‘de Curaçaose Anton de Kom’ Medardo de Marchena die al vijf jaar vóór Anton de Kom een scherp antikoloniaal pamflet schreef, en dat met zijn internering moest betalen, en dat nu in vertaling van Aart Broek is uitgekomen. Als toegift las Raoul de Jong een fragment voor uit zijn volgend jaar te verschijnen boekenweekessay; De Jong is de eerste met Surinaamse roots die als auteur voor een boekenweekuitgave is gevraagd. De hele schrijversmeute werd door het goed opgekomen publiek beloond met een daverend applaus, daartoe enthousiast opgeroepen door de spreekstalmeesteres van dienst Sarita Bajnath.

V.l.n.r. Milouska Meulens, Raoul de Jong, Tessa Leuwsha, Johan Herrenberg

Julien Ignacio, Raoul de Jong & Michiel van Kempen (redactie), Dat wij zongen. Twintig Caraïbische schrijvers om nooit te vergeten. Amsterdam, DasMag/Werkgroep Caraïbische Letteren, 2022. 342 pagina’s. ISBN: 9789493248472. Prijs € 24,00

Voor programma en de inhoud van het lustrumboek klik hier.

De middag en de uitgave werden mogelijk gemaakt dankzij subsidies van het Prins Bernhard Cultuur Fonds en het Fonds 21.


Shantie Singh, Sarita Bajnath en Sanne van Hassel voor het nieuwe depot van Museum Boymans van Beuningen.

2 Trackbacks/Pings

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter