blog | werkgroep caraïbische letteren

Thalia 175 jaar

door Euritha Tjan A Way  

Paramaribo – Thalia wordt Bigi yari en zoals elke jarige, heeft ook het 175-jarige theater [te vieren in 2013 – red. CU] een verlanglijst. “Wij moeten de kleedhokken en toilettengroep compleet renoveren en een nieuw doek hebben. Zoals het er nu bijstaat, kan echt niet.” Aan het woord is de secretaris van toneelgezelschap Thalia, Aagje de Wit.

Hoewel zij positief blijft, is het duidelijk dat Surinames oudste schouwburg zware tijden doormaakt. “Het wordt nooit meer zoals de gloriedagen van bijvoorbeeld Thea Doelwijt. Het is een houten gebouw en dat vereist enorm veel onderhoud. Al het geld dat wij verdienen, gaat op aan exploitatie. We hebben geld nodig voor onderhoud”, vertelt de secretaris. “We hadden per jaar ongeveer honderd opvoeringen, maar ik merk dat dat nu terugvalt. Onze vaste klanten nemen af. Zo hadden wij twee keer per jaar het filmfestival van The Backlot, dat een enorme bron van inkomsten was. Maar die hebben nu hun eigen complex. Ook de toneelverenigingen Wan Denki en Mofina Pikin zijn minder actief geworden en Stephen ‘Wesje’ Westmaas, die zo van Thalia hield, is ons komen te ontvallen. Jörgen Raymann komt ook niet zo vaak meer.”  

Cultureel bewustzijn

Volgens De Wit was het Wesje zijn droom om in Thalia op te treden. Maar dat soort mensen zijn schaars. “Ook het aantal echte theaterliefhebbers, neemt af. Het culturele bewustzijn van mensen wordt minder denk ik, maar dat is wereldwijd het geval. Als je tijdens een opvoering naar beneden kijkt bijvoorbeeld, dan zie je de helft van de mensen sms’en”, illustreert De Wit spijtig. Ook het aantal mensen dat belangeloos wil meedoen om een goede productie in elkaar te zetten, neemt volgens haar af. “Nu wil eenieder weten wat hij eraan zal verdienen en dat begrijp ik ook, de tijden zijn veranderd.”

Volksopera  

De noodzaak om Surinames oudste schouwburg, die wel 500 man kan herbergen, te behouden, vereist veel inzet van de vereniging die door een bestuur wordt voorgezeten. Daardoor valt het accent steeds minder op de opvoering van goede theaterproducties, maar steeds meer op activiteiten die het behoud garanderen. “Veel mensen uit het bestuur zijn niet zo jong meer en hebben het druk. Dus we hebben regelmatig van die momenten waar we van alles willen doen en misschien is het goed dat wij nu alleen maar activiteiten ontplooien die het behoud garanderen”, twijfelt De Wit. Voor de verjaring op 27 april is er een Volksopera gepland die in elkaar is gezet door Alida Neslo. “Dat wordt een productie waaraan bijna twintig mensen meewerken en we zullen een receptie houden”, vertelt De Wit enthousiast. Over een gedenkboek in verband met 175 jaar Thalia is nog niet nagedacht. “Maar het behoort wel tot de mogelijkheden, want we hebben elke twee weken een team archivarissen op bezoek. Die gaan door ons archief en sorteren alles.”

Weldoeners

Hoewel De Wit meent dat het theater zware tijden doormaakt, weet ze één ding heel zeker. “Het doek valt nog lang niet voor Thalia.” De inspiratie om door te gaan met dit goede werk haalt het bestuur trouwens ook uit de inzet van weldoeners die wat bijdragen. Zo heeft Thalia door toedoen van Staatsolie een nieuw geïsoleerd dak gehad. “Dat bespaart ons enorm qua elektriciteit en onze belichting is aangepakt. We willen ook expo’s gaan houden en de bar meer gaan gebruiken. Ook ‘A Sa Go’, Marlene’s ballet en onze andere vaste klanten zijn wij heel dankbaar, ik blijf hoopvol. Thalia blijft zeker bestaan”, sluit De Wit fier af.

[uit de Ware Tijd, 19/03/2012]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter