blog | werkgroep caraïbische letteren

Tessa Leuwsha beschrijft beslommeringen ‘Plantage Wildlust’

 door Audry Wajwakana

PARAMARIBO – Mensen gaan vaak met de beste bedoelingen een nieuwe uitdaging aan, maar als de realiteit anders is, moeten ze ook daarmee dealen. Dit overkomt de Nederlander Oscar Brouwer die in het begin van de twintigste eeuw een nieuwe start als plantagedirecteur wilde maken op plantage Wildlust.

Foto: collectie Tessa Leuwsha 

De slavernij is voorbij en er zijn contractarbeiders aangetrokken voor het plukken van de koffiebessen. De zachtaardige man en zijn vrouw moeten hun weg zien te vinden in het (wrede) koloniale systeem. Met inlevingsgevoel schetst auteur Tessa Leuwsha in haar nieuwste pennenvrucht Plantage Wildlust dat mensen zonder het te willen kunnen worden meegesleurd in een systeem, waar ze eigenlijk tegen zijn. Plantage Wildlust is het vierde literaire werk van de auteur en wordt officieel op 5 juni uitgebracht.

De inspiratie voor dit verhaal vond ze in het archief van de familie Janssen, die voor ongeveer 75 jaar plantage Peperpot beheerde. “Van deze familie mocht ik talloze brieven en foto’s vanaf negentienhonderd tot ver in de twintigste eeuw doornemen, die mij een familie lieten zien die heeft geploeterd. Maar ik kreeg een eenzijdig beeld geschetst. Ik realiseerde mij dat de geschiedenis veel nuances en facetten kent en besloot een verhaal te vertellen waaruit blijkt hoe mensen op een plantage tot elkaar veroordeeld waren. Ze zaten letterlijk vast op die plantage, als in een kookoven en konden er niet uit. Dit gold voor de contractarbeiders, de huishoudsters, de opzichter en ook de plantagedirecteur met zijn gezin”, zegt Leuwsha.

In het boek heeft ze elk personage beschreven, dat een rol op de plantage speelde, om zo een breder beeld te creëren over het leven in een koloniaal systeem. “Het verhaal gaat niet over de familie Janssen uit Peperpot”, benadrukt de auteur. Met dit boek wil ze een inkijk geven in de persoonlijke verhalen van alle individuen op de plantage. Toen ze bezig was met het archiefonderzoek wist ze eerst niet wat ze met de gegevens moest. Pas later besloot ze er een roman van te maken, gebaseerd op feiten. “Een roman geeft mij als schrijver de vrijheid om verhalen van personages op een plantage te vertellen.”

Plantage Wildlust gaat ook over de schoonheid van de prachtige natuur, de rivier en de woeste kust en de schoonheid van ontluikende vriendschappen tussen mensen aan beide kanten van het systeem. “De geschiedenis was niet alleen wit-zwart; haat en liefde lagen soms dichtbij elkaar. Met dat gegeven heb ik een spannend en aangrijpend verhaal willen maken”, zegt Leuwsha. Het verbaasde de auteur hoe gemakkelijk mensen in de negentiende en twintigste eeuw grote besluiten namen om naar Suriname of Nederlands-Indië te emigreren vanuit persoonlijke overwegingen, zonder dat zij een idee hadden wat hen daar te wachten stond.

“Vrijwel niemand vroeg zich af: wat hebben we daar te zoeken? Hoe verhoudt mijn aanwezigheid zich tot de mensen die er al wonen? Ben ik geschikt om mensen onder de duim te houden? Kan ik er aarden? Dit verklaart misschien ook de extreme wreedheid bij Nederlandse slavenhouders die je nu nog uit vonnissen van die tijd kunt lezen, maar ook later ten tijde van contractarbeid. Ik zie er frustratie in over de eigen teleurstellingen en beperkingen. Je zat daar, je kon niet terug. Er was alleen maar die oogst en die handel; weinig wat de ziel streelde”, zegt de auteur.

De schrijfster heeft een foto uit het familiearchief als voorkaft gebruikt, die ze koos om de verschillende contrasten te kunnen laten zien. Een zwarte huishoudster zonder schoeisel, die blanke kinderen met schoeisel liefdevol vasthoudt en een Hindostaanse man ernaast, die in het verhaal een bijzondere rol vervult. Leuwsha: “Die foto laat de verschillende etniciteiten zien en het verschil in status. Een huishoudster had een betere status dan een arbeider die in het veld werkte. De witte kinderen hadden het veel beter, maar zaten ook op die plantage, waar ze dagelijks met elkaar te maken hadden op een plek waar voortdurend opstanden dreigden.”

De auteur presenteert het boek na afloop van de tweejaarlijkse Cola Debrot-lezing die zij dit jaar verzorgt. De lezing wordt georganiseerd door de Werkgroep Caraïbische Letteren in samenwerking met de Openbare Bibliotheek Amsterdam (OBA). Doordat er vanwege de Covid-19-pandemie geen fysieke aanwezigheid zal zijn, is er een online-versie gemaakt. Aansluitend op de lezing vindt de boekpresentatie plaats, waarbij Leuwsha geïnterviewd zal worden.

[uit de Ware Tijd, 21/05/2020]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter