blog | werkgroep caraïbische letteren

Terugblik op Kinderboekenfestival Aruba 2014

Begin november was het Kinderboekenfestival (KBF) op Aruba. Het thema was Feest en dat hebben zowel de lezertjes als de schrijvers geweten. Een terugblik met een aantal kinderboekenschrijvers op de feestelijke en vaak ontroerende ontmoetingen met hun lezers. Unaniem gaven zij ook een dik applaus voor Biblioteca Nacional Aruba (BNA) betreffende organisatie, ontvangst en kennismaking met Aruba.

Foto’s en tekst: Christel Cosijn en Richelle van den Dungen Gronovius

Schrijvers_Cathleen_Irene_Patricia_Tio_Gaby_Indra_en_Tio_Ali.resized

Schrijvers Cathleen, Irene, Patricia, Tio Gaby, Indra en Tio Ali

Emerita Emerencia: Een van de mooiste herinneringen was toen we aan kwamen lopen bij een school en er een heel kinderkoor buiten op ons wachtte onder leiding van Munja Winklaar. Toen we dichterbij kwamen begonnen ze heel mooi te zingen. De passie waarmee werd gezongen was indrukwekkend. Ik voelde me als een koningin. En natuurlijk wuifde ik ook zoals een koningin wuift, netjes. Ook het moment waarop de brassband kwam binnenlopen tijdens de afsluiting, vond ik supergaaf. KBF 2014 was fantastisch, goed georganiseerd en ook het netwerken met de schrijvers was plezierig. Na de Kinderboekenweek heb ik Jazz in de klas gedaan, een Muchila Creativo-project met zangeres Tamara Hoekwater en muzikant Jan Formanoy uit Nederland. Ook helemaal geweldig.

Schrijfster_Indra_Hu-Ramdas.resized

Indra Hu Ramdas

Indra Hu-Ramdas: Ik werd ontvangen en verwelkomd door de organisatie alsof ik een wereldster was. Het was heerlijk op de scholen. Wat hadden wij een plezier met Rupsje Regenboog, Kakak, de kakkerlak, en ook om de Rijstkorrel met zijn rieten hoed! Super dat kinderen van andere landen ook genieten van mijn verhalen. Het was echt FEEST! En ik heb ontzettend veel tekeningen, brieven en cadeautjes meegekregen. Zo ontroerend, ook dat de leerlingen samen met hun leerkrachten voor mij zongen in het Sranang (de lingua franca van Suriname). Ik was niet thuis, maar voelde mij wel erg thuis. Het was zo grappig dat de naam van mijn kakkerlak, Kakak, op Aruba iets heel anders betekent, namelijk poep. Je kunt je voorstellen wat voor hilarische situaties ik in de klassen kreeg! ‘Juffrouw Indra, u mag dat woord niet gebruiken.’ ‘Welk woord, schat?’ ‘Dat woord.’ Iedereen in de klas lag dubbel. Natuurlijk wist ik wel welk woord de jongen bedoelde, maar ik lokte hem een beetje uit zijn tent. ‘Ik weet het niet. Zeg het maar.’ ‘Nee juffrouw Indra, het is een fout woord en ik zeg het niet!’ was zijn resolute antwoord. Ik heb mij zo geamuseerd met de kids in de klas, want het jongetje heeft het vertikt om Kakak te zeggen! Daarnaast kreeg ik veel waardering voor mijn HIV- en AIDS-boek en de verfilming daarvan: Laat mij niet alleen. Reacties als ‘Je hebt heel veel durf en moed om over zo’n taboeonderwerp te schrijven.’ Arubanen zijn zulke hartelijke mensen en ze doen me erg denken aan mijn eigen Surinaamse mensen: vriendelijk, hartelijk en vooral vrolijk! We hebben veel meer gemeen met elkaar dan we beseffen. Misschien is dat mede dankzij mijn Arubaanse dubbelganger. Maar dat is weer een ander verhaal.

Lees het vervolg in pdf – Schrijvers blikken terug op Kinderboekenweek Aruba – of in de oorspronkelijke versie in Antilliaans Dagblad, dinsdag 2 december 2014.

Klik ook nog even door naar een interview met Charlotte Doornhein elders op onze website.

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter