blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: uitgeverij

Alles van waarde is waardeloos

door Arjen Fortuin

Was het nog maar oorlog. Terwijl een gracht verderop de medewerkers van De Arbeiderspers ‘Utrecht’ googleden om te zien wat hun boven het hoofd hing, las ik op zolder bij Querido het jaarverslag over 1943.

In dat jaar maakte die uitgeverij 29.000 gulden winst. Omgerekend naar 2010 is dat 168.000 euro. En dat was dan alleen de legale winst van de uitgeverij, die op dat moment werd bemand door Geert van Oorschot, zijn broer, zijn zus en zijn zwager. Hij scharrelde ook nog wat in sigaren. Het joodse personeel zat ondergedoken en kreeg betaald uit de zwarte kas, waarvan de omvang niet meer te achterhalen is.

Het klinkt onvoorstelbaar, maar cijfers zijn pas cijfers als je er andere cijfers bijhaalt: een jaar eerder was de winst van Querido het dubbele. (Zoals Wesley Sneijder verantwoordelijk is voor de 6,6 % procent groei van de Maand van het Spannende Boek 2011: vorig jaar overlapte de actiemaand met het WK voetbal en bleven de resultaten 6,8 % achter bij 2009)

Toen de nazi’s Querido in de zomer van 1944 liquideerden, was de boekenvoorraad 400 gulden waard. Een jaar eerder was dat nog 12.000 gulden en een maand na de bevrijding was die magere boekenstapel teruggetransformeerd tot 17.539 gulden. Verstoppen is ook een vak.

Maar het is geen oorlog meer. Een uitgever die nu zijn boeken een jaar in de kelder laat liggen, kan ze nog maar op één plaats kwijt: de ramsj. We naderen het punt waarop de genetisch gemodificeerde kiloknaller bieflapjes langer houdbaar is dan een roman. Wie zijn boekenkast weleens opruimt, kent de meewarige glimlach van de antiquair die een stapel onbeschadigde, 12 maanden oude romans ziet: ‘We kunnen er niets mee, maar u mag die tas hier laten staan.’

Dat laatste komt ook omdat je de eerste druk van Nijhoffs Nieuwe gedichten (Het lied der dwaze bijen, Moeder de vrouw, Het kind en ik, Awater) er niet hebt bijgestopt. Die bundel werd in 1934 gedrukt in een oplage van 500 exemplaren, onkosten 268 gulden, waarvan 93 aan honorarium voor de auteur. In het kasboek van Querido staat voorzichtig geschreven: 400 verkopen. (‘Een geur van hoger honing […] ried ons, ach roekeloozen, de tuinen op te geven, riep ons, ach roekeloozen, naar raadselige rozen.’)

Niet dat de spullen op zolder bij Querido zoveel waard zijn: ‘We hebben ons knipselarchief aan het Letterkundig Museum aangeboden, maar dat had geen belangstelling. We proberen er dus zelf maar zo goed mogelijk voor te zorgen.’

[uit NRC boeken, vrijdag 8 juli 2011]

Fusie Arbeiderspers en A.W. Bruna

De uitgeverijen De Arbeiderspers en A.W. Bruna willen gaan fuseren. Dat heeft directeur Lex Jansen van De Arbeiderspers woensdag laten weten. Of de fusie gepaard gaat met ontslagen is niet duidelijk. De centrale ondernemingsraad van WPG zal zich nog over de plannen van de directie moeten uitspreken. Tegelijkertijd verhuist uitgeverij Balans van De Arbeiderspers naar de Bezige Bij, zo liet Jansen weten.

Als reden voor de fusie noemt Jansen ‘de enorme ontwikkelingen op de boekenmarkt’. Volgens hem zijn er in jaren niet zulke grote ontwikkelingen geweest als op dit moment en zullen de bedrijven door samen te gaan sterker staan. Jansen spreekt van een ‘interne fusie’ omdat de bedrijven beide al tot WPG Uitgevers horen.

A.W. Bruna is onder andere uitgever van Stieg Larsson, John Grisham en Carlos Ruiz Zafón, De Arbeiderspers van onder anderen Astrid Roemer en Ellen Ombre.

Franc Knipscheer over poëzie-uitgeven

Franc Knipscheer, verantwoordelijk uitgever van In de Knipscheer, de belangrijkste uitgeverij van Caraïbische poëzie in Nederland, spreekt vanavond over het uitgeven van poëzie bij de Vereniging Ons Suriname in Amsterdam. Hij gaat in gesprek met Michiel van Kempen en een drietal dichters (Lieke Marsman, Raj Mohan, Blaka Mira) na een openbaar college over en met Robert Vuijsje door Van Kempen. Aanvang: 20.00 uur.

Van schrijven wordt je een erudiet mens

 

Op jonge leeftijd beroofde ziekte mijn vader van zijn kracht.
Na vijftig jaar zijn ze nog samen.
Dat is liefde.
(Clark Accord, 2005)

door Quito Nicolaas

Een schrijver gaat naar bed en staat de volgende ochtend op met een scene dat hij wil omgieten in een verhaal. Vaak is het een idee dat qua vorm nogal rudimentair is en de komende maanden aan gewerkt moet worden. Als een beeldende kunstenaar moet de schrijver continu schaven totdat hij de juiste vorm heeft gekregen. Het begint allemaal met de verhaallijnen, de personages die worden opgevoerd, de wendingen in het verhaal etc. etc. Als een gek begint hij te schrijven en ga maar zelf na hoe gemakkelijk of moeilijk het is om een A-4tje vol te schrijven.

Ritme
De schrijver begint een zeker ritme in z’n werk in te bouwen. Hij kiest ervoor om op bepaalde dagen of dagdelen aan zijn verhaal te werken en steekt 2 tot 4 uren in zijn werkzaamheden.Voor hen die daarnaast een baan hebben, betekent dit in de avonduren of in het weekend aan het manuscript werken. Eveneens volgens een vast patroon: op een bepaald tijdstip beginnen en zoveel uren er aan werken. In het geval van de meeste schrijvers die het zonder een werkbeurs moeten doen, betekent dit maanden zonder inkomsten. Althans tijdelijk, daar een schrijver meestal andere wegen heeft ontdekt om zijn inkomen te verwerven.

Schrijfproces
Tijdens het schrijfproces isoleert hij zich van het gezin en van zijn omgeving, alleen om aan het boek in wording te kunnen werken. Dat is niet een week of een maand, het zijn maanden en soms jaren dat men in afwisselende perioden aan hun boek schrijven. Het afzonderen van je omgeving is nodig om je volledig op het verhaal te concentreren, je in te leven in de personages en als het ware in de wereld van het verhaal te belanden. Continu kijk je naar het aantal pagina’s dat je hebt geschreven en verbeeld je dat het een goed verhaal is. Het verhaal is af en stuur je dat op naar de uitgever, in de verwachting dat het verhaal spannend genoeg is, goed gestructureerd en niet veel aan gesleuteld moet worden.

Lijdensweg
Dan pas begint de lijdensweg, als je te horen krijgt dat er veel aan schort en dat je allerlei tools en kunstingrepen moet toepassen. De ene redacteur stuur je naar links, de ander naar rechts of zijn het meelezers? Het verhaal in boekvorm en zoals het in de boekwinkel ligt is nooit dat van de schrijver.Het is meer een bewerking van anderen die meekijken, meelezen of op een dag oordelen dat het anders moet. Vaak gaan ze niet af op datgene wat het publiek leest en beperkt zich tot het etiket van de uitgever: de doelgroep. Ondertussen zit de schrijver met de nodige stress, in afwachting of zijn boek bij het publiek aanslaat. Hij beseft nu dat het puntje van een scherpe pen het felste wapen is. Het is maar afwachten hoe de literatuurpauzen over zijn werk oordelen.

Overweging
Bij de schrijver dringt steeds meer de vraag op: Waarom doet hij dit allemaal, daar het immers om het verhaal gaat? Niet om het geld, bekendheid, een riante woning, tv-optredens, nachtelijke avonturen, het geven van lezingen, signeersessies of reizen naar buitenlandse oorden? Het publiek heeft een romantisch beeld van het bestaan van een schrijver: met een fles wijn naar bed en tegen het middaguur wakker worden met een andere vrouw naast je. Althans voor de heren, maar zou evengoed voor de vrouwelijke schrijvers gelden. Ach nee, het valt reuzen mee. Voor de schrijver telt alleen datgene wat hij communiceert: Door middel van een stukje geschiedenis en een onsje mensenkennis, door een andere bril naar de samenleving kijken. Een schrijver schrijft omdat hij een verhaal met anderen wil delen en niet om rijker van te worden. Dat moet een misvatting zijn. Vaarwel mijn vriend. Waka Bun!

Jubileumprijsvraag voor non-fictie

Ter ere van het 25-jarig bestaan van Uitgeverij Balans verschijnen er dit jaar 25 speciale gebonden uitgaven in de jubileumreeks van Balans. De eerste 24 delen zijn van de hand van gerenommeerde Balans-auteurs, voor het 25ste deel gaat de uitgeverij op zoek naar nieuw talent.

read on…

Status aparte: 25 jaar Arubaanse literatuur (1)

Dinsdag 15 maart presenteerde de Arubaanse in Nederland wonende Quito Nicolaas op Aruba zijn nieuwe dichtbundel Bos pa planta. Bij die gelegenheid sprak Wim Rutgers over 25 jaar status aparte, 25 jaar literatuur van Aruba, waarbij het thema migratie centraal stond.

Drie jaar voor het ingaan van de status aparte op 1 januari 1986, verscheen de eerste Arubaanse literaire bloemlezing Cosecha Arubiano waarin de balans werd opgemaakt van de lokale literatuur tot dan toe. Er werd een keuze van zesendertig auteurs in opgenomen. Op 16 november 2007 – ruim twintig jaar later – verzorgde de Arubaanse auteur Quito Nicolaas een voordracht onder de titel ‘Eeuwige stem uit ons verleden’ bij welke gelegenheid hij een lijst van niet minder dan ongeveer honderd lokale auteurs presenteerde. Een bijna verdrievoudiging van het aantal in Cosecha Arubiana geoogste – die overigens geen volledigheid nastreefde en de lijst van Nicolaas wel – wat dus in een redelijke verhouding stond met de inmiddels nagenoeg verdubbelde bevolking op het eiland.

Een inventarisatie van wat sinds 1 januari 1986 in 25 jaar status aparte door Arubaanse auteurs geproduceerd werd in de vorm van zelfstandige publicaties levert een aantal van ruim honderd werken op: gemiddeld vier per kalenderjaar. Dat is niet veel maar krijgt wel enig reliëf als we ons realiseren dat er in de vijftig jaren die aan de status aparte voorafgingen – begin jaren dertig ontstonden de eerste publicaties van Arubaanse auteurs – in totaal niet meer dan vijftig publicaties waren verschenen, zegge en schrijve dus gemiddeld één per jaar. Een tijdsduur twee keer zo lang als die van na de status aparte met slechts de helft van de publicaties levert een verhouding van 1 tot 4 op voor de vergelijkende productie van voor en na de status aparte. Als we uitgaan van de 25 jaren voor de status aparte zien we dat in die tijd ongeveer de helft verscheen van de productie vanaf 1986. Dit geeft de absolute cijfers enig relatief gewicht, waarbij we echter moeten bedenken dat niet meer dan gemiddeld vier publicaties per jaar uitermate weinig is voor een land met ongeveer honderdduizend inwoners.

Wanneer we de genres in ogenschouw nemen zien we dat over deze gehele periode de poëzie het proza domineert in een verhouding van 2 : 1, maar dat in de laatste tien jaar toch duidelijk wordt dat het proza getalsmatig een wat sterkere positie gaat innemen en op weg lijkt naar een evenredige verhouding tussen deze twee genres. Wat de talen betreft domineert het Papiamento sterk, met het Nederlands en Engels als tweede en derde taal op grote afstand. Deze literaire taalverhouding van Papiamento en Engels komt evenwel nagenoeg overeen met de CBS-cijfers over de gesproken thuistalen op het eiland, waarbij het literaire Nederlands een wat sterkere positie inneemt dan het Nederlands van alle dag. Het literaire Spaans blijft intussen ver achter bij deze taaldistributie. Het valt op dat het overgrote deel van de werken met ongeveer tachtig procent op Aruba zelf gepubliceerd wordt, twintig procent in Nederland of – uitzonderlijk – in een land waar het drukken goedkoop is zoals in Colombia. Het grote merendeel van de werken wordt nog steeds in eigen beheer gepubliceerd.

Lara Kuiperi leest voor uit de nieuwe dichtbundel van Quito Nicolaas

Van de honderd auteurs die Quito Nicolaas in 2007 noemde heeft ongeveer de helft een zelfstandige publicatie op zijn of haar naam staan. Het rekensommetje leert dat de gemiddelde productie van de auteurs dus in 25 jaar tijd niet meer dan twee uitgaven bedraagt. Het lijkt met deze gegevens nauwelijks mogelijk van auteurs als oeuvrebouwers te spreken. Quito Nicolaas als meest productieve auteur heeft negen uitgaven op zijn naam staan. De tien meest productieve auteurs hebben samen ruim veertig publicaties: toch niet meer dan het dubbele van de gemiddelde productie van alle auteurs gezamenlijk – dat immers slechts twee bedroeg. Ik noem in afnemende productie Jossy Tromp (5), Denis Henriquez (5), Jacques Thönissen (4), Philomena Wong (4), Frank Williams (4), Giselle Ecury (4), Ruben Odor (4), Yolanda Croes (3) en Frida Domacassé (3). Uit de combinatie van deze gegevens valt dus op te maken dat veertig van de vijftig auteurs niet meer dan tot een of twee publicaties kwamen. Waarbij te bedenken valt dat er onder deze auteurs nauwelijks jongeren zijn die pas beginnen te schrijven – uitzondering zijn de jonge auteurs Christie Mettes en Rosabelle Illes. Wat gender betreft zijn over de hele periode genomen de mannelijke auteurs net in de meerderheid ten opzichte van de vrouwelijke auteurs, maar sinds de eeuwwisseling is het aantal vrouwelijke en mannelijke auteurs exact gelijk: beide zestien auteurs.

Migratie
Aan de vooravond van de status aparte waren van de 36 in Cosecha Arubiano opgenomen auteurs tien buiten Aruba geboren en dus uit het buitenland afkomstig. Dat was dus ruim vijfentwintig procent. Daarnaast waren er vier definitief geëmigreerden in die bloemlezing, auteurs die zich permanent buiten het eiland gevestigd hadden. Wanneer we deze gegevens vergelijken met die van na 1986 zien we dat van de auteurs die publiceerden ongeveer twintig procent buiten Aruba – in Nederland – woont: Frida Domacassé, Giselle Ecury, Henry Habibe, Dax Hassel, Rosabelle Illes, Denis Henriquez, Joan Lesley, Quito Nicolaas, Olga Orman, Richard de Veer. Tico Croes woont en werkt in de V.S. Zij nemen samen nagenoeg een kwart van de totale productie voor hun rekening. Ook hier komt de literatuur dus overeen met de totaliteit van de bevolking waarvan inmiddels immers ook zo’n twintig procent zich in Nederland gevestigd heeft. Deze migranten hebben ervoor gezorgd dat de Arubaanse literatuur zich inmiddels ook in Nederland genesteld heeft – wat nog versterkt wordt door een actieve literair culturele stichting als Simia Literario.

De enige op Aruba wonende auteur die in Nederland publiceerde bij een Nederlandse uitgeverij was de in het Nederlands schrijvende Jacques Thönissen die bij Conserve en In de Knipscheer publiceerde. De in Nederland wonende auteurs publiceerden ook bij Conserve of In de Knipscheer; het is hen nog niet gelukt tot de mainstream uitgevers door te dringen. Uit de migratiecijfers valt eveneens op te maken dat er sinds 1986 geen immigranten een vaste plaats in het Arubaanse literaire leven hebben weten te veroveren – dit in scherpe tegenstelling tot de tijd voor 1986. Er zijn geen nieuwkomers uit Latijns-Amerika of het Caribisch gebied die nu op het eiland in het Spaans of Engels zijn gaan publiceren.

[Deel 2 verschijnt op woensdag 13 april 2011 – klik hier]

© Foto’s: I. de Cuba/B. Werleman

In memoriam Henny Coomans

door Michiel van Kempen

Henny Coomans (Amsterdam, 9 juni 1929 – Bilthoven, 13 oktober 2010) was in zijn hele optreden een echte makamba, maar achter dat uiterlijke Nederlanderschap klopte een hart dat leefde voor de Nederlandse Antillen. Henny Coomans overleed in oktober 2010 op 81-jarige leeftijd. De afwezigheid van zijn onbaatzuchtige inzet zal nog lang gevoeld worden.

Het was eind 2001. Caraïbisten verzamelden zich in Hotel Otrabanda op Curaçao, om de oversteek te maken naar Aruba, waar dr. Wim Rutgers met een symposium zou worden uitgezwaaid als docent aan de Universiteit van Aruba. Hotel Otrabanda was en is eigendom van Frank Eustatia, de broer van Henny Coomans tweede echtgenote, Maritza Coomans-Eustatia, de bibliothecaresse die met een onwaarschijnlijke energie haar leven gaf aan het boek van de Antillen. Zij die eens als bonne had rondgelopen in het huis van de familie Coomans ˗ Henny en zijn Indische vrouw Lucia Loff (1928-1985) en hun twee dochters ˗ gaf Henny nieuwe vleugels na het overlijden van zijn eerste echtgenote. Een huwelijk leek de perfecte uitkomst te bieden aan een eenzame weduwnaar en een schat van een vrouw die voor zichzelf geen getrouwd leven meer in het verschiet had gezien. Hij had al sinds 1957 als bioloog met vele jaren onderzoek op de Antillen – vooral naar schelpen ˗ zijn verknochtheid aan de Caraïbische wereld getoond. Zij besefte dat zij met haar intellectuele nieuwsgierigheid naar alles wat de Antilliaanse cultuur betrof, the perfect match had gevonden. Mooiste kind van deze verbintenis-op-leeftijd: de Stichting Libri Antilliani. De Stichting, steunend op de financiële inbreng en buitengewone werkkracht van het echtpaar, zou een reeks van de mooiste boeken over de Antillen voortbrengen: Caraïbische cadens, Arubaans akkoord, Building up the future from the past, Veranderend Curaçao, Breekbare banden, De horen en zijn echo, Sint Maarten in kaart en beeld, boeken met een rijke inhoudelijke verscheidenheid, boeken die in hun onberispelijke uiterlijke verzorging de liefde voor het boek verraden.

Als Henny Coomans ons in de lobby van Hotel Otrabanda ziet zitten, trekt hij uit zijn aktentas direct de nieuwste uitgave van de Stichting Libri Antilliani tevoorschijn, een klein bruin boekje, een facsimile reproductie van een 19de-eeuwse gedrukte tekst in het Papiamentu, de Catecismo corticu pa uso di Catolicanan di Curaçao van de apostolische prefect op het eiland, M.J. Niewindt, oorspronkelijk verschenen in 1837. Vooral door toedoen van Maritza is het Papiamentu de vierde grote studiepassie in Henny’s leven geworden, na de biologie, de geschiedenis en de edelstenen. Iedereen krijgt een exemplaar en iedereen mag horen dat Henny later op bezoek zal gaan om een exemplaar aan te bieden aan de gezaghebber van het eiland. Want Henny was dol op gezaghebbers, al dan niet gevolmachtigde ministers en ander besturend en al dan niet gekroond volk, met wie hij bij elke nieuwe boekuitgave breed lachend op de foto kon, trots de jongste uitgave overhandigend. Die trots was overigens terecht, want het ging niet alleen bijna altijd om mooie boeken, het ging ook om belangwekkende boeken, zelfs al zou je kunnen veronderstellen dat er geen leguaan geïnteresseerd is in een Papiamentu catechismus uit 1837.

Als we de dagen daarna Henny tegenkomen, altijd licht nerveus bewegend, en altijd even hartelijk, vraagt hij telkens: ‘Ik heb je toch de Catecismo al gegeven?’ Maar zelfs als we dat beamen, stopt hij ons toch een exemplaar toe, ‘Dan kun je er iemand anders blij mee maken.’ Later, tijdens het colloquium op Aruba, krijgt iedereen opnieuw een exemplaar en mogen we met hem op de foto, geschaard rond een boekje van 14 bij 10 centimeter.

Een jaar later, in 2002, verschijnt opnieuw een facsimile uitgave van de Stichting Libri Antilliani, Prefecto Apostolico di Curaçao na Cristian di su mision, het oudste in het Papiaments gedrukte document, uit 1833. Hij stuurt het me toe – en ongetwijfeld ook aan alle andere Caraïbisten van het jaar daarvoor ˗ en doet er ruimhartig nog een boekje bij: de reprint van de eerder verschenen Catecismo. Van geen enkel ander boek heb ik zoveel exemplaren.

In dat jaar 2002 overlijdt Maritza. In 2007 verschijnt het laatste prachtboek van de Stichting Libri Antilliani, een door Maritza voorbereid Antilliaans sprookjesboek, dat Henny na haar dood uitbreidt met een levensschets en een bibliografie en liefdevol uitbrengt als Sprookjes voor Maritza. Het colofon meldt: “De band is vervaardigd uit Brillianta linnen met een blindpräge op het voorplat. De titel is in goudfolie op de rug aangebracht. Het boekblok is boven en onder afgewerkt met kapitaalband.’ Dit was een bibliofiel monument voor een Antilleaniste. Dit is nu evenzeer een monument voor de maker van dat monument. ‘En als je eenmaal getroost bent, dan zul je heel blij zijn dat je me gekend hebt,’ zegt de kleine prins uit het beroemde boek van Antoine de Saint-Exupéry. Zo denk ik over Henny.

[overgenomen uit Oso, april 2011]

Nieuw self publishing platform

Mijnbestseller.nl, een nieuw online self publishing concept, stelt vanaf nu elke schrijver in staat zijn eigen boek te publiceren en te promoten. Het kan kosteloos en kan de auteur ongekend hoge royalties opleveren. “De boekenwereld staat aan de vooravond van een geweldige revolutie, die te vergelijken is met dat wat de muziekwereld is overkomen”, stelt Peter Paul van Bekkum, oprichter van mijnbestseller.nl en onder andere oud-directeur van het Eindhovens Dagblad. “Printing on demand maakt het mogelijk dat iedereen een boek kan publiceren, zoekmachines en social media marketing zorgen ervoor dat je boek gevonden èn verkocht wordt”, aldus Van Bekkum.

Mijnbestseller.nl ondersteunt de schrijver volledig bij het publiceren van zijn boek. “Alles wat nodig is om je boek te publiceren verzorgen wij”, stelt Robert Bosma, mede-oprichter en onder andere oud-manager online-strategie van Wegener . “Denk hierbij aan het reviewen van het script, de opmaak, isbn, de benodigde publicatiegegevens, de coveropmaak, etc”, aldus Bosma. Het is uiterst gemakkelijk in gebruik: wanneer bijvoorbeeld het script al klaar is, is het boek binnen één uur te publiceren. Mijnbesteller.nl is een zogenaamd ‘open platform’, waarbij de schrijver niet is gebonden aan contracten. Een e-boek behoort vanzelfsprekend tot de mogelijkheden.

Mijnbestseller.nl kent daarnaast een hoog percentage aan royalties toe aan de schrijver die zelf zijn prijs, en dus zijn marge, bepaalt. Deze royalties variëren tussen 25 – 60 % van de bruto verkoopprijs. “Bij het traditionele uitgeefmodel gaan de marges voornamelijk naar de verkoopkanalen en de uitgevers en gaat slechts 7 – 12 % naar de schrijvers. Dit model wankelt”, aldus Van Bekkum.

Mijnbestseller.nl biedt de schrijver een scala aan promotie- en verkoopmogelijkheden, van hypermoderne tot traditionele. Zo krijgen schrijvers standaard een webpagina, widgets ten behoeve van social media platforms zoals Facebook, LinkedIn en Hyves, kunnen ze tweets uit laten gaan en wordt binnenkort een affiliate verkoopmodule operationeel. Ook aan de meer traditionele marketing is gedacht, zoals persberichten, persoonlijke visitekaartjes, flyers en verkoop via bestaande verkoopkanalen zoals Bol.com en alle fysieke boekhandels. Nieuwe marketing mogelijkheden zijn continu in ontwikkeling.

Mijnbestseller.nl is geschikt voor iedere schrijver. Het wil alle schrijvers in staat stellen hun verhaal te vertellen: van thriller tot roman, van gedichtenbundel tot chicklit. Voor gearriveerde schrijvers zijn de hoge royalties aantrekkelijk, voor de grote groep amateurschrijvers tellen het gemak, de snelheid en het feit dat het kosteloos is.[Bron: InCT ezine, 9 maart 2011]

Pendopo: brug tussen culturen

door Albert Hagenaars

Mij viel de eer te beurt als eerste dichter te worden opgenomen in de reeks publicaties van de nieuwe uitgeverij Pendopo in Yogyakarta, Indonesië. De bundel heet Palawija.

De naam pendopo verwijst naar de traditioneel vormgegeven open voorgalerij, meestal vrijstaand en voorzien van zuilen, bij grote Javaanse huizen. De ruimte wordt gebruikt voor ontvangsten, besprekingen en culturele uitvoeringen.

Uitgeverij Pendopo richt zich vooral op poëzie en wil een brug slaan tussen verschillende disciplines en culturen. Vandaar dat het niet alleen mogelijk was de Indonesische vertaling van Agung Soemitro op te nemen maar ook de originele Nederlandse versie en de Engelse omzetting van John Irons alsmede illustraties van beeldend kunstenaars met wier werk en gedachtegoed ik me verwant voel: Edith Bons, Dees Goosen, Juni Kusumanto, Ivan Sagito, Arfan Sunyono en Entang Wiharso, die elk een tekst kozen die hen aansprak.

Pendopo bereidt publicaties voor van meer Nederlandse dichters. Daar worden al vertalingen voor gemaakt.

De titel Palawija betekent ‘derde oogst’. Op het vulkanische en dus hoogst vruchtbare eiland Java kan drie maal per jaar geoogst worden. Om de kostbare bodem niet uit te putten worden twee oogsten van rijst afgewisseld door een derde van een ander gewas, bijvoorbeeld maïs. Dit inspireerde me het verschijnsel symbolisch te gebruiken in een aan Java gewijde reeks gedichten, waarin de cyclus van liefde, vruchtbaarheid en dood centraal staat. Een aantal gedichten hieruit verscheen als voorpublicatie in enkele Engelstalige uitgaven.

Als kennismaking bied ik het gedicht Yogyakarta aan:

Yogyakarta

De lijn vanaf de top van de vulkaan
over de kraton tot aan de afgrond in zee
overspant de sacrale ruimte van de cultuur

waarin jij tot het einde bent gevat.

Hij houdt de balans tussen de hemellichamen
en het dagelijkse leven van bidden en dienen
in stand, van baren, doodgaan, opgaan in rouw.

Niets verstore deze opgelegde harmonie

of buren zullen ons bezien met vertroebelde blik,
vuur zal opstijgen uit de Merapi, bloed
nederdalen uit de wereld van voorouders.

Zo leert men mij, onwetende die ik nog ben,

en ik ben een en al oor en zie verkoolde velden
waar de rijst nu in een zachte bries ruist, hoor
naijver in een vriendelijke stem, en buig

het hoofd vanwege zo weinig eigen macht.

Voor meer informatie (vertalingen en foto’s) verwijs ik naar http://wwwpalawija.blogspot.com/
Hopelijk tot ziens in de sawa’s van ‘Palawija’.

Met poëtische groet,

Palawija – Albert Hagenaars; Uitgeverij Pendopo, Yogyakarta; December 2010; 68 pagina’s; Prijs: € 12,50 (inclusief verzendkosten). Te bestellen via 44.40.21.825 (ABN-AMRO) t.n.v. A.M.M. Hagenaars.

Cairo Book Fair komt in limbo terecht

Literatuur is momenteel geenszins de hoofdbekommernis van de protesterende Egyptenaren. Maar als gevolg van het aanhoudende volksoproer is ook de jaarlijkse Caïro International Book Fair in het gedrang gekomen. De beurs, de oudste en grootste in de Arabische wereld, lokt normaal zo’n 2 miljoen bezoekers, maar kan nu geen doorgang vinden.

[Lees hier verder]

Uitgeverij Querido suggested you like Uitgeverij Querido

Een bericht in de mail:

Uitgeverij likes Uitgeverij Querido on Facebook and suggests you like it too.

Uitgeverij says, “Voor facebook telt Uitgeverij Querido helaas niet langer als vriend en wordt ons account verwijderd. Word daarom fan, dan verloten wij onder alle nieuwe fans 50x een gesigneerd exemplaar van ‘Vinexvrouwen’ van Naima El Bezaz met een speciale verrassing!”

Blijkbaar is Facebook grote opruiming aan het houden onder de commerciële smoelenboekvriendjes, want uitgeverijen A.W. Bruna en Orlando Uitgevers kwamen al eerder met een vergelijkbaar bericht. Blijkbaar werd Facebook de wildgroei van een nieuwe gratis aangemaakte reclamepagina voor zowat elke nieuwe uitgave toch te gortig. Vooralsnog menen de uitgeverijen de schoonmaakbezem te ontwijken door zgn. fan-pagina’s op te zetten, waarvoor je je als geïnteresseerde kunt aanmelden. Ook daar zal wel vroeg of laat een einde aan komen.

Overigens hoeven ze zich bij Querido niet erg druk te maken: wie het kreupele proza van bovenstaand persbericht leest, ziet direct dat ook daar de terreur van de analfabete stagiaires heeft toegeslagen. Nog even en het zal gedaan zijn met een uitgeverij die nog maar kort geleden gold als het vlaggenschip van de Nederlandse letteren.

Het ideale boek

Verzamelen en exclusiviteit vormen de basis van het boek Het ideale boek, honderd jaar private press in Nederland 1910-2010. Bestaat het ideale boek wel? Dat lijkt eerder een filosofische vraag dan een technische. Het ideale boek zit in het hoofd van de lezer nadat hij het gelezen heeft.
In deze uitgave wordt naar de technische en vormgevingsaspecten van een bijzondere niche van de boekenmarkt gekeken. En dat in een tijdperk waarin het elektronische boek oprukt, al weten de uitgevers nog niet echt hoe ze er geld mee moeten verdienen. Te verwachten is dat de reader straks bij aankoop van een milieuvriendelijke droogtrommel wordt weggegeven. Ook jonge auteurs staan nog onwennig tegenover het platte doosje dat het formaat heeft van een gangbare paperback. Waar blijft de eerste E-boekschrijver die geheel op een elektronisch platform schijft?

read on…
  • RSS
  • Facebook
  • Twitter