blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Tjong-Ayong Carry-Ann

Gudu Gudu Thijm

door Carry-Ann Tjong-Ayong

Een van de kleurrijke figuren, die in mijn jeugd door Paramaribo liep, was Gudu Gudu Thijm, een witte man met lichte ogen en een bos grijsblond haar boven een ruige baard. Hij was dichter en straatzanger en verkocht loten. Volgens zijn eigen bewering was hij familie van de dichter Alberdingk Thijm en was zijn vader als soldaat naar Suriname gestuurd als zwart schaap van de familie, zoals vroeger gebruikelijk was. Ook beweerde hij een onechte zoon te zijn van koning Willem III.

Hij verkocht zijn poëzie voor 5 cent op losse blaadjes en bezong dan allerlei wantoestanden en gebeurtenissen, politici en anderen of maakte en passant reclame voor bedrijven, die hem daarvoor betaalden.
Zo herinner ik me:

“De regentonnen van Brandon
zijn van de beste kwaliton
stel ton is teit”

Tekenares Corry van der Baan maakte eens een portret van hem en hij dichtte spontaan:

“Juffrouw van der Baan
die heeft mij welgedaan
zij heeft mij laten staan
en heeft toen dit gedaan”

En ten tijde van de gondelvaart op de Surinamerivier dichtte hij als kritiek

“De gondelvaart
Leek op een varkensstaart”

Ook de Goslar bezong hij:

“Goslar sungu
Watra lon na mi ai”

Zijn kritiek bracht hem in aanraking met de politie, maar maakte hem ook populair.

Cat 5/4 2012

Stille tocht

door Carry-Ann Tjong-Ayong

Wie op dinsdag 10 april de straat op ging om mee te lopen in de Stille Tocht toonde hiermee het niet eens te zijn met de aangenomen amnestiewet. Veel Surinamers maakten dit gebaar, niet bevreesd voor de bedreigingen van de voorstanders van de wet. In grote getale kwamen ze naar het Kerkplein, gekleed in wit of zwart of beide kleuren. Niet alleen “bakra’s”, zoals Melvin Bouva smalend beweerde, kleurenblind als hij is. Ook niet alleen de rijken, de ouderen. We zagen de eenvoudige Surinamer, veel jongeren en opvallend weinig blanken. Het was een echte Surinaamse aangelegenheid.

read on…

Dobru Bar Puru herdenkingsavond

door Carry-Ann Tjong-Ayong
Gisteren zou Dobru 77 jaar geworden zijn. Zijn weduwe en voorzitter van de Robin Raveles stichting, gaf ons, bewonderaars van de grote nationalist en dichter, de gelegenheid hem te eren in het sfeervolle loghouse aan de Surinamerivier.Oud en jong, van 15 tot in de 80 waren daar verzameld. Ook de Cubaanse ambassadeur met echtgenote, tante Pauline Hermelijn en bekende performers als Sombra, Paul Middellijn, maar ook nog onbekende jongeren traden spontaan op, onder leiding van Ifna Vrede. De begeleiding was in handen van Dave Mac Donald en Bongo Charley. Opvallend was de afwezigheid van Schrijversgroep77 die op dezelfde avond een avond had gewijd aan Anil Ramdas. De wel aanwezige schrijvers waren persoonlijke vrienden van Dobru.

Wonny Raveles herdacht haar echtgenoot in een korte speech, gevolgd door onze voordrachten en memorials. Mijn gedicht, Dit is ook mijn land, droeg ik op aan Dobru en Wonny. Sombra herdacht zijn vriend in warme woorden en gedichten,
Wan bon werd in het Sranan Tongo, Engels, Frans, Spaans en Nederlands voorgedragen, Dave zong gedichten, Paul Middellijn zong liederen, Lydia Hermelijn deed Gran tangi en die ene tiener, Esten, die zijn allereerste voordracht deed, besloot op bezielende wijze zijn gedicht met een politiek statement: die ene dag kregen wij Anthony Nesty, geen Amnesty, wat hem een daverend applaus opleverde.
De opbrengst van de op zijn owrujari verkochte boyo werd overgedragen aan de stichting.
Dobru zou tevreden zijn. Hij is niet vergeten.

Dit is ook mijn land

Dit is ook mijn land
voortglijdende korjalen over zilverzwarte spiegeloppervlak mystiek en zo vertrouwd
dat het mijn hart tot barstens toe vervuld
Dit is ook mijn land
miljarden groene getuigenissen geschreven in honderden vruchtbare eeuwen van zon en regen, wind en warmte en gelezen door honderdduizenden die hen betreden
Dit is ook mijn land
monumenten van vergane bergformaties sluimerend en half verscholen in verleden, heden en voortschrijdend in de tijd
Dit is ook mijn land
doorluchtige winddoorlatende intieme onderkomens met pinapruiken boven gevlochten besneden bewerkte afscheidingen waar ik mijn hangmat binden laat
Dit is ook mijn land
rozerode aarde waar mijn schuifelende voeten steun behoeven na de zwarte, gele, witte wisselende structuren en zich kastijden in de torentjes, waaiers , slakkenhuizen, lepelvormen van uitgegraven schelpenritsen in mijn stadse tuin-erf-plaats
Dit is ook mijn land
waar bananenvaandel veervormigen vingerbladigen awarastekeligen sappige heerlijkheid onthullen geurend naar zoete babybuikjes onlangs gelaafd met moedermelk
Dit is ook mijn land
ivoren glimlach in multicolor bruin brons chocolade zwart geelbeige wit rood karamel kaneel van oumaopamamapapabroerzustanteneefnichtoomzoondochterkleinkind die me lief zijn als mijzelf
Dit is ook mijn land
Dit is ook mijn
Dit is ook
Dit is
Dit
Is
Ook
Mijn
Land !!!!!

cat mei 2007

Harry Jong Loy tot leven gebracht

door Carry-Ann Tjong-Ayong

Arkiman, ini a foto, abra watra, a wans pe un de,
Radio Apinti, the Happy Station, e bari un wan odi

Met deze magische woorden van Harry Jong Loy, opende Schrijversgroep 77 op 27 maart de storytelling night in Tori Oso, 28 jaar na het overlijden van de bekende verhalenverteller, die sinds 1955 heel Suriname aan de radio gekluisterd wist te houden met zijn verhalen, Jorkatori, vertellingen, legenden
en andere orale overleveringen.

Acht dozen vol handgeschreven velletjes zijn er in het Nationaal Archief bewaard. Helaas geen geluidsbanden. Dus moest de zaal het hebben van de voordrachten in Nederlands en Sranan Tongo van Ismene Krishnadath, Frits Wols, Arlette Codfried, Sombra en Guillaume Pool, die elk op hun eigen wijze een verhaal van Harry Jong Loy brachten. Slory kwam nog met een gedicht, Annemarie Sanches vertelde over haar ervaringen als collega en Harry’s dochter over haar vader. Het archief was aanwezig om de toehoorders uit te nodigen een kijkje te komen nemen.
Een geslaagde avond die zeker navolging verdient.

Cat 28/3 2012

Honderd jaar Internationale Vrouwendag

door Carry-Ann Tjong-Ayong

8 maart 2012. Voor de honderdste keer werd in Nederland Internationale Vrouwendag gevierd. In Suriname is de viering nog niet zo oud. Stichting Vice Versa heeft echter een viering bedacht voor vier honderdjarige vrouwen, die in 1912 zijn geboren.

Eleonora Oosterling-Ferrier werd 100 op 2 januari 2012.
Emmy Goedschalk –Balinge wed 100 op 1 maart 2012.
Rine Tjong-Ayong –Nahar wordt 100 op 21 maart 2012.
Esje Gummels wordt 100 op 16 oktober 2012.

Het moest een huldiging worden met zang en muziek van Raj Mohan, voordrachten van de dichters Celestine Raalte en Carry-Ann Tjong-Ayong, bloemstukjes van Ans Engel
en diverse cadeautjes. De heer Cederboom zou voor muziek en samenzang zorgen, zoals bij een bigiyari hoort.

Dat je nooit het onvoorziene uit het oog moet verliezen bleek ook nu weer.
Twee dagen voor het feest waren twee van de vier jubilarissen zo uitgeput, dat zij zich niet in staat achtten aan de huldiging deel te nemen.
Wij zagen ons genoodzaakt het feestje af te zeggen, zij het met pijn in het hart.

We zullen de dames op een ander tijdstip gaan bezoeken.
Maar voor alle vier gelden de woorden van Johanna Schouten-Elsenhout:

Uma i hei
Y’e brenki
I n’e kanti
A mindri strei
F’aladei

cat 9/3 2012

Nationale Gedichtendag 2012

door Carry-Ann Tjong-Ayong

Wij nemen alvast een voorschotje met “Dichter bij jou”, een ad hoc tea-party in mijn huiskamer met dichters en publiek op zondagmiddag 22 januari. Wij, dat zijn Behr(Boudewijn Rikmenspoel), Merijn Schipper, Geert Koefoed en cat (ikzelf).

Tussen 15.00 en 17.00 komen poëzie-belangstellenden binnen, tot alle stoelen bezet zijn. Er zijn allerlei soorten thee: Engelse melange, groene thee, rooibos, Argentijnse mate, en Thaise thee. Er is Surinaamse bruine sopi kuku. De dichters dragen eigen werk voor en werk van anderen, zoals gedichten van Joke van Leeuwen, die de gedichtendagbundel Half in de zee schreef:

Beheersing

Iemand belt aan en noemt zich controleur
die kijken komt of alles het nog doet
hij vraagt niet of het goed is, want hij draagt
een uniform dat meepraat uit de knopen.

Onder de kussens vindt hij losse munten
onder de tafel een verborgen kind
onder het aanrecht vloeistof die kan doden
achter de ramen staat het uitzicht stil.

Hij trekt conclusies volgens een tabel
hij kent de codes, doet het punt voor punt
hij heeft een fraaie tas van runderleer
gel houdt het haar bijeen, de gulp staat open.

Voorbereiding op het examen

Bekijk de tekening op deze bladzij, zie
zo uiten wij hier schaamte, al zijn er
per provincie wel verschillen.
Oefen ook elke dag vooruitgang:
linkerbeen omhoog, één hinkel
rechterbeen. Buig nu, volg schema A tot C
daarmee toont u uw achting. U hoeft
de namen van de bomen niet te kennen
die weten zelf hun eigen namen niet.
Gebruik de regen als behang van broos
vertrouwen. Zoek wat u kwijt bent daar
waar het niet ligt, misschien vindt u dan
iets wat wij uit vrolijkheid verstoppen om
met moeite weer te laten vinden.
Sla nu de bladzij om. Dit hoofdstuk heet:
Zelf uw verwachting vouwen.

Eenzame uitvaart

De man van as zegt: neem mijn urn
bij mijn middel vast, ja zo, verstrooi mij
niet hier op het voorgeschreven gras, op
ander as van vorig jaar. Verstrooi mij als

een kruimelspoor, daar waar men voort-
stapt en iets meent te moeten. Leg mijn
verkleinde brein, mijn reumavoeten
onder de leuning van het viaduct

(bergje van niks, maar wel een bergje)
dan waai ik zelf als storend stof
op snelle auto’s ergens heen.
Toch licht. Toch tegenwoordig

Geert heeft een treffende bijdrage van Surinaamse dichters en leest uit de bundel Awese een paar gedichten van Johanna Elsenhout-Schouten. Ook Shrinivasi en Slory worden aan het
voornamelijk Nederlands publiek voorgesteld, voordat hij zijn eigen fijngevoelige poëzie leest. Dat hij leraar Nederlands aan de AMS is geweest is een voordeel. Hij weet de Surinaamse dichters goed te analyseren en een plaats te geven binnen de literatuur, wat zeer gewaardeerd wordt.

Behr, de dichter-monteur met zijn verrassend directe, maar tegelijk ontroerende stijl, leest voor uit zijn bundel Voor die liefde nie, de omslag is vervaardigd van stukken metaal uit de carrosserie vanuit zijn gesloopte auto met ingestanste titel.

Merijn, de dichter en literair deskundige leest uit eigen werk vanaf nonchalant verfrommelde gevouwen blaadjes, die juweeltjes onthullen. Ik doe mijn speciaal voor dit doel geschreven gedicht “Stroom” en Joke van Leeuwen, met als toegift “Chinees meisje” uit mijn “Tropenwarmte, winterkou”.

Wij drieën zijn verzameld in Dichtgroep Tegenzin en lezen elkaar regelmatig nieuwe gedichten voor ter beoordeling. Zo komen wij beter voorbereid voor het publiek, dat nu zichtbaar genietend onze creaties aanhoort. En dat is voor ons ook genieten.

26 januari ontmoeten wij elkaar weer in het Centraal Museum, dit jaar Het 6e Huis van de Poëzie in Utrecht, nu als toeschouwers en luisteraars bij voordrachten van Judith Herzberg, Rutger Kopland, Eva Gerlach, Ingmar Heytze en vele anderen.

Cat 27/1 2012

Gaanman Gazon Matodja herdacht

door Carry-Ann Tjong-Ayong

De zaal in Trefcentrum Oase stroomt vol. Uit het hele land komen zij, de Marrons van Suriname, de Okanisi vooral, die wij stadscreolen, Aukaners of Ndyuka noemen. Maar ook de Pamaka, Aluku, Saamaka en de andere stammen zijn vertegenwoordigd om eer te betuigen aan de grote der grootsten, de koning van de binnenlandbewoners, zoals een van zijn onderdanen hem jubelend bezong toen hij zijn gouden kroon en staf van hem kreeg eerder dit jaar.

Ik ben een bewonderaar van deze charismatische, visionaire leider met zijn prachtige tradities. Natuurlijk speelt mijn leeftijd een rol. De jeugd van tegenwoordig heeft het treurigmakende schisma niet te weten waar zij staan in deze chaotische wereld die hen verwart en tot daden dwingt. Hoe kun je dan de leiders volgen die leven volgens de wetten van een andere eeuw?
Dat is voor hun ouders en grootouders. Later, veel later zullen zij pas inzien wat de waarde hiervan is. Maar zij, die nu aanwezig zijn, hebben toch van hun ouderen iets meegekregen van de bewondering voor een groot man, een gaanman, een groot leider, wat de juiste vertaling is, leren wij.

Ik word begroet door André Pakosie, de edekabiten in de diaspora. Hij wijst mij op het kleed waarop iedere aanwezige zijn naam en een laatste groet mag schrijven, zodat alle goede wensen straks door hem worden meegenomen naar Diitabiki. Wij krijgen een plaats aangewezen in de 2e rij van de genodigden, zodat ik de rituelen goed kan volgen.

Erna Aviankoi is de gastvrouw die de avond presenteert, wat zij met flair, humor en respectvol doet. Zij leidt André Mosis in die vakkundig de apinti bespeelt, verrassend van achter een gele muziekstandaard met bladmuziek. De kabiten en basya tegenover mij gezeten voor de Toowewataa lachen mij vriendelijk toe, ook degenen die mij nog niet kennen.

Na het rituele water in de kalebas gieten, gevolgd door rum, gaat de kalebas rond onder al de aanwezige kabiten en basya. Wij genodigden krijgen een bekertje water.

Mooie woorden recht vanuit het hard zweven door de lucht, blijven hangen bij de met prachtig geborduurde en geappliqueerde pangi aan de wand bij de foto van Gaanman Gazon met gouden kroon. Hij is niet meer, na 107 jaren. Een rijk gevuld leven met ook tegenslagen, de binnenlandse oorlog, de massamoorden bij Moi Wana, de wijze, waardige beslissingen die hij vaak moest nemen.

Anekdotes over de zware regeringsdelegatie die onder aanvoering van premier Johan Adolf Pengel, door de Marrons “Pen Pen” genaamd, de heer Gazon kwam installeren tot Gaanman. Volslagen ongepast en respectloos. Immers, de Marrons beëdigen altijd eerst zelf hun leider na een langdurend ritueel van opvolging in hun eigen tradities. Pas dan brengen zij hun Gaanman naar de stad om hem door de regering te laten erkennen. De regeringsdelegatie moest dus na een beleefd verzoek onverrichterzake te vertrekken…..

Dat geeft aan hoe weinig de stadscreool zich, zelfs nu nog, op de hoogte stelt van de traditionele normen en waarden in het binnenland.

De afgevaardigde van de Surinaamse Ambassade, spreekt met respect over de grote diplomaat die voor hem summa cum laude is geslaagd in zijn missie.

Het meest indringend is het betoog van edekabiten André Pakosie, die de Gaanman als persoonlijke vriend regelmatig bezocht en meermalen in zijn woning in Utrecht ontving. In 2000 vroeg Pakosie mij de Gaanman voor te stellen aan burgemeester Annie Brouwer. Ik was toen lid van de gemeenteraad en kon dit snel realiseren, na een paar telefoontjes en een opgestuurd C.V. We zaten in vol ornaat in de ontvangkamer van de burgemeester, die zich zichtbaar onder de indruk liet informeren over zijn onderdanen, zijn plannen en de ontwikkelingen in het binnenland. Deed de regering van ons eigen land het maar op deze wijze dacht ik treurig.

De dvd over het leven van de grootste, oudste, langstzittende Gaanman geeft ons inzicht in zijn bijzondere leven. Zo was hij. Zo is hij opgegroeid om te worden wie hij was. De gekroonde koning van de Marrons.

Vandaag wordt de Gaanman met veel respect herdacht. De oude tradities herleven. De onderdanen en vrienden lachen vrolijk, zingen, dansen, slaan de apinti, drinken uit de kalebas.
Geen tijd voor tranen meer. Gaanman Gazon Matodja leeft altijd voort in onze harten.

cat 17 december 2011

“Hij is niet meer, hij is nog hier”

door Carry-Ann Tjong-Ayong

Zo werd Clark Accord steeds herdacht door familie, vrienden en bewonderaars die de presentatie van zijn postume roman Plantage d’Amour bijwoonden.

read on…

Woman on wheels

Op woensdag 16 november van 13.30-16.30 presenteert Carry-Ann Tjong-Ayong haar prozabundel Woman on Wheels, ervaringen in een rolstoel aan tien lotgenoten.

Locatie: Activiteitencentrum De Paraplu, van Bijnkershoeklaan 10, 3527 XL Utrecht, tel. 030-2946384
Het boekje bestellen is voor 10,- te bestellen en wordt dan toegestuurd. De opbrengst is voor rolstoelrijders in Paramaribo.
Te bestellen bij:
Carry-Ann Tjong-Ayong
Wittevrouwensingel 62
3572 CC Utrecht
E-mail catjong_ayong@hotmail.com]

Theater tegen hiv/aids in Suriname

door Nancy de Randamie

In het binnenland van Suriname sterven veel mensen aan hiv/aids. De mannen werken aan de grens met Frans Guyanaa, waar veel prostituees zijn. Omdat de meeste mannen getrouwd zijn met vier vrouwen, kan de ziekte zich snel verspreiden. Met haar stichting Vice Versa richt schrijfster Carry-Ann Tjong-Ayong lokale theatergroepen op die voorlichting geven over hiv/aids.

Carry-Ann Tjong- Ayong is geboren in Paramaribo, Suriname. Ze kwam op haar veertiende naar Nederland en woont in Utrecht. ‘Omdat ik er zelf vandaan kom, weet ik wat nodig is. De Surinaamse regering doet weinig in het binnenland, dus pak ik dat op.’ De schrijfster richtte samen met de lokale bevolking en marronregisseur Tolin Alexander, sinds 2007 drie theatergroepen op. ‘Dit zijn mensen die nog nooit met theater in aanraking zijn geweest, het behoort niet tot de Marron-traditie. Het is dus helemaal nieuw, zowel voor de kersverse acteurs als voor het publiek’, aldus Tjong-Ayong.

Taboe
De groepen geven via interactieve voorstellingen voorlichting over hiv/aids. Tjong-Ayong: ‘Ik heb voor theater gekozen omdat het taboedoorbrekend is. Het resultaat is verrassend. Mensen durven vragen te stellen over onderwerpen waar ze eerst niet over praatten.’ Stichting Vice Versa bezocht met dit project tot nu toe zes dorpen en bereikt per dorp gemiddeld 800 tot 1000 mensen. In de toekomst wil de stichting nog meer theatergroepen oprichten. Tjong-Ayong: ‘Mensen uit andere dorpen hebben erover gehoord en vragen ernaar. Zij willen ook voorlichting.’

Wilt u Vice Versa steunen? Koop een boek van Carry-Ann Tjong-Ayong. De opbrengst gaat naar de stichting. Meer informatie: www.powemacat.com
Vice Versa werkt o.a. aan Millenniumdoel 6. Behalve de marronbevolking ondersteunt zij ook de Inheemsen en andere bevolkingsgroepen.

[uit: de Ware Tijd]

Sohana

door Carry-Ann Tjong-Ayong

Zij werd dertien op 21 augustus, dezelfde dag als mijn zuster. Het kleine meisje uit Masiakriki, dat huilend op handen en voeten door het bos kroop is nu een zelfbewuste tiener, die volgend jaar examen doet en dan naar de middelbare school kan gaan. De achterstand die zij had op haar leeftijdgenootjes heeft zij al lang ingelopen en zij streeft hen nu in haar rolstoel voorbij.

Sommige meisjes zitten op de basisschool, waar zij zo nu en dan een klas overdoen. Anderen passen thuis op de jongere broertjes en zusjes. Zij krijgen niet de kansen die Sohana zo gemotiveerd aan grijpt, of zij doen liever wat anders, willen snel volwassen worden, kinderen krijgen, een eigen hut bewonen.Niet Sohana. Zij benut haar kansen, doorloopt de school, ontwikkelt zich. Het studiefonds, dat ik met ZZG voor haar heb opgezet, werpt nu al vruchten af.

In het binnenland zagen wij norse, ontevreden, slome, lethargische leeftijdgenootjes. Zij ziet er leuk gekleed, intelligent en gelukkig uit. Sohana, mijn pupil is een succes story van de Boven- Suriname.

Familie in de Andes

door Carry-Ann Tjong-Ayong

Dona Tomasa is Isabel haar overgrootmoeder. Isabel is in 1977 bij haar in huis geboren, hoog in de Andes in het dorpje Vila Vila.Ze zagen elkaar voor het eerst weer, nadat Isabel terug was in Bolivia, in 1994. Bel was toen 17 jaar.

Wij waren op reis in Bolivia en Peru, om de kinderen hun landen te leren kennen. We reisden zo veel mogelijk met openbaar vervoer. Treinen bussen, taxis, vrachtauto’s, wat we maar konden vinden. De bevolking was vriendelijk en behulpzaam. Nu eens zaten we op een zak aardappelen, dan weer werd er een kind bij ons op schoot gezet. Ze babbelden gezellig, zelfs al verstond je het Quechua of Aymara niet en boden je fruit of empanadas aan. Het is de beste manier om land en volk te leren kennen.

In de yungas ontmoetten wij op een dorpsfeest heel toevallig een broer van Isabels vader en zijn zoon, haar broertje Ramiro. De volgende dag klommen wij met een heel gezelschap familieleden de berg op naar boven. Na zeven uur stevig klimmen waren we in haar geboortedorp, een klein groen dorpje, bovenop een bergzadel, omgeven door wolken.

Wij bleven er op hun verzoek drie dagen en maakten kennis met veel familie. Ooms, tantes, neven, nichten en tien halfbroers en zusjes, die allemaal op Isabel leken.
Dona Tomasa was een vriendelijk vrouwtje met twee lange grijze vlechten. Zij ging voor ons koken en liet Isabel de wollige cavia’s, cuy genoemd, zien, die in het keukentje stoeiden. Later kregen wij een bord witte mais met knapperig gebraden boutjes, de “cuy”, als echte Andesdelicatesse …..

 

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter