Literatuur uit Afrika
door Hilde Neus
Afrika is geen land, maar een continent met meer dan een miljard inwoners, verdeeld over 54 verschillende landen. Dan is het logisch dat de literaturen van die landen elkaar misschien raken, voor een deel, maar ook heel verschillend kunnen zijn. In het noorden, waar een Arabische bevolking woont, is de weerspiegeling van de samenleving in romans of poëzie heel anders dan in West-Afrika waar de slavernijgeschiedenis een grote rol speelt. Bij de presentatie van de roman van Theo Ruyter, getiteld De blauwe neger in Tori Oso is nader ingegaan op de literatuur uit Afrika, want duidelijk moge zijn: Afrikaanse literatuur bestaat niet. read on…
De opstand op het slavenschip Meermin
Geschiedenis uit een duister verleden
De opstand op het slavenschip Meermin – Dan Sleigh en Piet Westra
door Lodewijk Lasschuit
Als in 2013 in Nederland de afschaffing van de slavernij wordt gevierd is er eigenlijk weinig feestvreugde maar des te meer te herdenken. De verhalen over de slaventransporten krijgen gedurende dit jaar meer aandacht. Dan Sleigh en Piet Westra hebben er een boek over geschreven. De Verenigde Oost-Indische compagnie organiseerde de slaventransporten. In sommige documenten wordt gesproken over de ‘loffelijke compagnie’ en ook is er sprake van de ‘achtbare compagnie’. Heden ten dage is het moeilijk te bevatten wat er eigenlijk zo loffelijk of achtbaar aan deze onderneming was.
Het verhaal over de reis met de Meermin weerspiegelt het gebrek aan compassie en de ongebreidelde zucht naar geldelijk gewin. In het jaar 1717 werd er onderzoek gedaan naar de mogelijke inzetbaarheid van Aziatische en Afrikaanse slaven. De bewindvoerders van de VOC waren van mening dat zij goedkoper waren dan Europese arbeiders. Ook waren zij inschikkelijker en meer bereid om minder aangename en zwaardere taken te verrichten.
In de praktijk bleek echter dat de slaven zorgden voor een voortdurende staat van onrust en ondanks zware straffen bleven ontsnappen en vreselijke misdaden begingen als reactie op hun onmenselijke behandeling. Er werden proclamaties uitgevaardigd waarin werd vastgelegd dat een slaaf die zijn hand ophief tegen zijn eigenaar ter dood zou worden gebracht en een slaaf die zich luidruchtig gedroeg tijdens een kerkdienst zou worden gegeseld. Dit was de achtergrond waartegen het drama van de slavenopstand op de Meermin zich in 1766 afspeelde.
Onder commando van Schipper Gerrit Christoffel Muller zette men koers naar Madagaskar. Met de plaatselijke heersers werd onderhandeld over de prijs die moest worden betaald voor de slaven. Om de handel vlot te laten verlopen en om de plaatselijke bevolking gunstig te stemmen werden geschenken overhandigd bestaande uit messen, lappen stof, kralen, arak (sterke drank), pijpen en tabak. Soms werd na veel loven en bieden de prijs van een slaaf bepaald op twee geweren, honderd kogels en honderd vuurstenen terwijl over de hier nog aan toe te voegen hoeveelheid buskruit nog verder werd onderhandeld. Overigens werden regelmatig de prijzen verhoogd doordat er hevige concurrentie ontstond tussen Hollandse en Franse kooplieden. Eenmaal aan boord van het schip dat ze zou vervoeren naar Kaap de Goede Hoop, werden de slaven kaal geschoren en paarsgewijs geboeid. Mannen en vrouwen werden van elkaar gescheiden. Om te voorkomen dat messen of andere wapens werden verborgen, was het enige kledingstuk dat de slaven mochten dragen een doek om hun naaktheid te bedekken. Er breekt scheurbuik uit onder de slaven en op aanraden van de scheepsarts worden de slaven bevrijd van hun boeien om ziekte en dood te voorkomen. De slaven maken zich meester van een aantal assegaaien en een zwaard en komen in opstand. Drieëntwintig officieren en manschappen worden gedood. Sommigen werden levend in zee gegooid, anderen eerst met een assegaai, een bijl of een hamer vermoord. Negenentwintig bemanningsleden hebben de ramp overleefd en van een aantal van hen zijn in het boek getuigenverklaringen opgenomen. Uiteindelijk worden de leiders van de opstand gestraft. De gezagvoerder van de Meermin en zijn stuurman worden wegens nalatigheid en plichtsverzuim ontslagen, zij worden verantwoordelijk gehouden voor het verlies van het schip dat aan hen was toevertrouwd.
De in het boek opgenomen opsommingen van onder meer de inventaris van goederen die zijn geborgen uit de Meermin en op een openbare verkoping werden geveild, komen de leesbaarheid van het boek niet ten goede. Heel gedetailleerd zijn een bouwplan en een zeilplan van het schip opgenomen hetgeen de in maritieme historie geïnteresseerde lezer zeker zal plezieren. De als bijlage opgenomen chronologie draagt er toe bij dat een helder overzicht van de gebeurtenissen wordt verkregen. Deze chronologie is vooral belangrijk omdat door de uitvoerige uiteenzettingen over bijvoorbeeld de getuigenverhoren de aandacht van de lezer wel eens zou kunnen verslappen.
Nergens in het boek wordt een moreel oordeel gegeven over de slavernij of de handelswijze van de Europese bemanningsleden. De schrijvers hebben zich onafhankelijk opgesteld en geven op een academische wijze de feiten weer.
De opstand op het slavenschip Meermin
Auteurs: Dan Sleigh en Piet Westra
Vertaald door: Riet de Jong-Goossens
Verschenen bij: Uitgeverij Cossee
Aantal pagina’s: 206
Prijs: € 21,90