blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Schrijversvakschool

Schrijftraining Anansiverhalen schrijven

In opdracht van de Nederlandse ambassade start de Schrijversvakschool op 19 januari 2016 een training Anansitori- schrijven. 20 jongeren vanaf 16 jaar krijgen de kans een origineel Anansiverhaal te schrijven waarin Anansi wordt gepresenteerd als een positieve, opbouwende en bemiddelende figuur. read on…

We schrijven ons eigen boek

Schrijversvakschool start specifiek schrijfprogramma voor kinderen

Kinderen in de leeftijd van 9-14 jaar kunnen eindelijk op structurele basis lessen in creatief schrijven volgen op de Schrijversvakschool Paramaribo. Dit programma is speciaal voor hen opgezet, omdat de vraag naar continuïteit bleef binnenkomen van ouders en kinderen zelf. Dit project, goedgekeurd door de Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden, duurt 9 maanden en start eind augustus. In steeds drie termijnen zullen kinderen lessen krijgen in het schrijven van verschillende genres. Vooral getalenteerde kinderen krijgen nu de kans zich te ontplooien.

read on…

Gastcollege Janny de Heer

Janny de Heer, auteur van het boek Gentleman in slavernij zal een gastcollege verzorgen over de aanpak, het onderzoek, hoe verwerk je feiten in een historische roman en haar leven als auteur.  

Datum: woensdag 12 februari 2014
Tijd: 18.00-20.00 uur
Locatie: Terrein Kennedystichting, Ingang J.A. Pengelstraat

Dit college is een gratis college; iedereen is uitgenodigd! De eerstejaars doen automatisch mee.  

Een jongeman uit een welgestelde Duitse familie, Johann Dieterich Horst, zoekt in 1827 zijn geluk in Suriname. In de loop der jaren klimt hij op van ‘blankofficier’, directeur tot administrateur op diverse plantages. Als hij zeker weet dat hij in Suriname wil blijven, koopt hij zelf plantages. In een maatschappij waar slavernij een gegeven is zou hij de slaven het liefst willen behandelen zoals hij vroeger thuis op het landgoed van zijn vader geleerd heeft met het personeel om te gaan. Hij is begaan met de slaven, en vanaf het begin voelt hij zich vooral betrokken bij het lot van Candasie en haar kinderen, al is hij niet altijd in staat de slavin te beschermen. Horst leeft in twee werelden. De sympathie en vriendschap die hij voor Candasie voelt, mondt op een avond uit in meer. Dezelfde avond slaat het wantrouwen echter bij hem toe en dat verdrijft de liefde waar hij even daarvoor nog zo zeker van was. Afrika, een slavin, is weggelopen en Candasie zou haar geholpen hebben. Horst weigert die beschuldigingen te geloven totdat hij het haar rechtstreeks vraagt en hij in haar ogen een bekentenis meent te zien. Pas een jaar later hoort hij dat zijn zoon in slavernij is geboren en hij koopt het kind vrij zodra hij kan.       Gentleman in slavernij is een meeslepende geschiedenis over het koloniale Suriname in de 19de eeuw, een tijd van grote veranderingen in de verhoudingen tussen de bevolkingsgroepen. Meeslepend omdat de roman vertelt over hoe het dagelijks leven op en om de plantages werkelijk was. Janny de Heer ontraadselt daarbij knap de familiegeheimen die rond Johann Dieterich Horst zijn ontstaan tot aan zijn dood op 72-jarige leeftijd op een wel heel dramatisch moment.  

Enkele recensies van het boek lees je hier  

Geef je vooral eerst op voor deelname via sms op 8563674 of email info@schrijversvakschool.org

Cultuur Top Vijf 2013 Werkgroep (4)

Het eind van het volle jaar 2013 zit er bijna op. Caraïbisch Uitzicht vroeg alle leden van het Bestuur, de Adviesraad van de Werkgroep Caraïbische Letteren en de mensen die dit jaar een opdracht kregen om hun top-vijf van culturele evenementen die zij het afgelopen jaar hebben bijgewoond of de beste boeken die zij lazen. Vandaag de vierde aflevering: verhalenschrijfster, directeur van de Schrijversvakschool Paramaribo en Adviesraadslid Ruth San A Jong.

 
 
1.
Het voorrecht Michael Slory in m’n huiskamer te hebben bij de lancering van zijn dichtbundel Torent een man hoog met zijn poëzie (uitgegeven door In de Knipscheer) op 23 september 2012 (het jaar 2013 duurde lang…) bij de Vereniging Ons Suriname te Amsterdam, live via skype.
2.
Ook het boek van Shrinivási, de pionier in de dichtkunst, Hecht en sterk (In de Knipscheer), te mogen verkopen en er iets mee doen samen met Geert Koefoed die het nawoord deed en een hele tournee rond het boek in Nickerie en Paramaribo verzorgde. Shrini woont op Curaçao en is niet meer in staat te reizen.
3.
De laatste uitgave van Suriname’s nationale historicus: André Loor vertelt (VACO).4.

De opening van de Faculteit Humaniora van de Anton de Kom Universiteit van Suriname in december 2010 (jaja, het jaar 2013 wordt nog langer).
5.
De literaire avond van de Schrijversvakschool, de enige in het Nederlandstalig Caribisch gebied bij gelegenheid van de viering van haar vijfjarig bestaan, met het sterke debuut van Karin Lachmising, Nergens groeit een boom die haar aarde niet vindt (In de Knipscheer), en het afstuderen van twee veelbelovende student-auteurs Iraida van Dijk-Ooft en Sakoentela Hoebba. Ook de start van een jeugdproject waar kinderen in de leeftijdscategorie 9-14 creatief leren schrijven.

Pupillen afgebrand kindertehuis op schrijfles

Kinderen van het kindertehuis Nos Casitas doen opnieuw mee aan het schrijfproject We schrijven ons eigen boek van de Schrijversvakschool Paramaribo. Het tehuis aan de Indira Gandhiweg brandde op 29 juli van dit jaar tot de grond toe af. Inmiddels hebben de kinderen een tijdelijk onderkomen gevonden in Lelydorp.
Voor het schrijfproject is fundraising nodig.  Elke student betaalt 25 SRD per maand (iets minder dan 6 euro). Drie maanden les is dus 75 SRD. Verder moet voor de kinderen het transport betaald worden van Lelydorp naar de Schrijversvakschool aan de J.A. Pengelstraat in Paramaribo. Dat kost srd 100 per heen- en weerrit. Twaalf lessen is 1200 SRD (266 euro).
De Schrijversvakschool wil de kinderen, die eerder zo zwaar werden getroffen, geen leuke creatieve schrijflessen onthouden. Vandaar de oproep om hun de kans te geven aan dit project mee te doen en daartoe een donatie aan de Schrijversvakschool over te maken. De eerste groep heeft het prachtig gedaan en de kinderen  zijn de gevers daarvoor erg dankbaar.
Nadere informatie bij de Schrijversvakschool Paramaribo, e-mail: info@schrijversvakschool.orgOver de schrijftraining staat hier meer informatie.

Vijf jaar Schrijversvakschool Paramaribo

De Schrijversvakschool Paramaribo bestaat vijf jaar. Het begon in 2007 met voorbereidingen van Ruth San A Jong, oprichter en huidige directeur. Docenten trainen, fondsen werven, studenten interesseren om lessen in creatief schrijven te volgen. Gesprekken met partners van scholen overzee, programma’s en ideeën. Wat zou, gezien de omstandigheden, wel in de Surinaamse samenleving passen en wat niet? Zou zo een school wel relevant zijn voor Suriname? We geven een korte terugblik op ons vijfjarig bestaan.
Donderdag 28 november a.s. zal dat gebeuren in het Jeugdtheater ON STAGE. Op deze avond zullen ook twee van onze vierdejaarsstudenten hun eindpresentaties houden.
Iraida van Dijk en Sakoentela Hoebba hebben de vierjarige opleiding afgerond en zullen beiden afstuderen in het genre Proza. Zij zullen hun bevindingen en enkele teksten uit hun manuscript aan ons voorhouden en verder praten over de rol die de Schrijversvakschool heeft gespeeld in hun groei naar auteurschap. Studeren aan een Schrijversvakschool is nog geen garantie voor auteurschap; een goed boek uitgeven ook niet.
Onze eerste afgestudeerde, Karin Lachmising, zal haar debuutbundel presenteren. Deze is in Nederland gepubliceerd door Uitgeverij In de Knipscheer. Het boek zal te koop worden aangeboden en gesigneerd worden, indien gewenst. U bent van harte uitgenodigd om deze bijzondere literaire dag met ons te vieren. Wilt u vooraf uw aanwezigheid aangeven, zodat wij een plek voor u kunnen reserveren. Wij zien u graag!
Datum: donderdag 28 november 2013
Tijd: 19.30 uur
Inloop: 19.00 uur
Locatie: Jeugdtheater On Stage, Mgr. Wulfinghstraat
Rsvp: info@schrijversvakschool.org – 856 3674

Schrijversvakschool levert twee afgestudeerden af: ‘Het is altijd de bedoeling dat zij internationaal doorbreken’

door Euritha Tjan A Way

Paramaribo – Dat ze er plezier aan hebben beleefd, is van hun gezicht af te lezen. Iraida van Dijk en Sakoentela Hoebba hebben de vierjarige opleiding aan de Schrijversvakschool Paramaribo nagenoeg afgerond en hebben naar eigen zeggen van elk moment genoten. “We hebben de eerste drie jaren de tools gehad om ons verhaal interessant en begrijpelijk voor de buitenwereld neer te pennen. In het laatste jaar is er vrijwel geen begeleiding en dan kom je erachter: ‘ben ik schrijver of niet?’”, legt Van Dijk uit. Beide dames studeren deze maand af en hebben gekozen voor het genre proza. Ze hebben beide geput uit hun eigen omgeving om inhoud te geven aan hun verhaal. “Ik heb een lang verhaal geschreven waarin centraal staat dat wat een mens is, eigenlijk het resultaat is van wat hij heeft meegekregen van familieleden die hem voor zijn gegaan”, legt Van Dijk uit. Hoebba heeft gekozen voor elf korte verhalen. “Eén daarvan gaat over een gezin dat ontdekt dat hun zoon homoseksueel is. Hindoestanen hebben het namelijk sterk dat ze altijd denken aan wat de buitenwacht gaat denken.”
Iraida van Dijk (l) en Sakoentela Hoebba (r) vertellen met veel plezier over de vierjarige opleiding aan de Schrijversvakschool Paramaribo die zij net achter de rug hebben. Foto:  Irvin Ngariman.
Publicabel
In het eerste jaar van de Schrijversvakschool Paramaribo worden de cursisten breed opgeleid. In het tweede jaar doet verdieping zijn intrede en in het derde jaar moeten de studenten weten welk genre hen ligt en hoe ze de aangeleerde technieken kunnen toepassen op hun teksten. Jaar vier bestaat voornamelijk uit manuscriptbegeleiding. Schrijfdocenten, redacteurs van uitgeverijen helpen de studenten bij het publicabel maken van het manuscript.
Puzzel
Beide studenten waren, voordat ze hun opleiding aan de Schrijversvakschool Paramaribo aanvingen, al bezig met schrijven. “Ik had veel dieren om me heen en ik schreef vaker verhalen over hen. Maar nu kan ik terugkijken op die verhalen en besef ik dat ik heel veel geleerd heb”, legt Hoebba uit. Voor Van Dijk leek het alsof de stukken als een puzzel in elkaar vielen. “Ik volgde eerste een korte workshop schrijven met mijn dochter en zag daarna plotseling een advertentie voor de opleiding van de Schrijversvakschool Paramaribo én ik heb altijd al goede reacties gehad op stukken die ik schreef. Dus de opleiding leek mij een logische stap.”

Niet makkelijk
De dames zijn begonnen met zes studenten in een groep en behoren tot de tweede lichting van de opleiding. In 2008 begon de eerst groep, die bestond uit acht personen. Van die acht is Karin Lachmising de enige die vorig jaar afstudeerde. “Nee, het is niet makkelijk”, bevestigt Ruth San AJong, directeur van de opleiding. “De mensen worden onderwezen in de vijf genres en de subonderdelen daarvan. De opleiding duurt bovendien vier jaren. Maar Karin Lachmising bijvoorbeeld is wel internationaal doorgebroken. Haar boek is uitgegeven door uitgeverij In de Knipscheer en zij heeft een lans gebroken voor de anderen.” Volgens San A Jong is het altijd de bedoeling dat studenten internationaal doorbreken. “Maar afstuderen is daar geen garantie voor”, meldt zij.

Van Dijk en Hoebba zullen eind november hun afstudeerpresentatie houden. De Schrijversvakschool doet ook aan manuscriptbegeleiding van mensen die de opleiding niet gevolgd hebben. Verder is de opleiding nu bezig met een project waarbij kinderen op speelse wijze de kneepjes van het vak leren waar inmiddels een website van online is.
[uit de Ware Tijd, 07/11/2013]

Kinderen klimmen in de pen bij Schrijversvakschool

door Euritha Tjan A Way

Paramaribo – Kinderen hebben een eigen verhaal en dat kunnen ze zelf vertellen. Dat is de stellige overtuiging van Ruth San A Jong, directeur van de Schrijversvakschool Paramaribo. Zij heeft haar kennis kunnen koppelen aan kapitaal gesponsord door de Nederlandse ambassade en geeft samen met andere docenten vanaf de grote vakantie schrijftraining aan kinderen in de leeftijdsklasse negen tot veertien jaar. De directeur kan bijna niet stil zitten van enthousiasme. “We gaan leuke dingen doen met de kinderen. We gaan het hebben over moderne thema’s zoals Blackberry’s en pingen, maar ook minder leuke dingen. Bijvoorbeeld hoe het is om ziek te zijn? En wat er gebeurt met kinderen, zoals na de brand? Kortom we gaan ze helpen om hun verhaal te vertellen.”
Behoefte
De behoefte is er al een hele tijd. “Vanaf de opstart van de school in 2008 kreeg ik ouders aan de lijn die niet wisten hoe ze schrijvende kinderen thuis kunnen begeleiden. Toen nam ik me voor om eens met kinderen te starten, maar bij de opstart van de training met een instaptarief van ongeveer SRD 75 was er weinig animo. Toen besloot ik het nogmaals te proberen in de paasvakantie. En voilà! Een tweedaagse gratis schrijfworkshop leverde een volle bak kinderen op”, lacht de directeur die zelf ook schrijver is.

Krant
De bedoeling is om kinderen spelenderwijs de fijne kneepjes van het schrijversvak bij te brengen, waaronder zintuiglijk schrijven, werken met associaties en beelden, verschillende dichtvormen, personagevorming en werken met een plot. Niet te technisch en toch nog effectief en creatief. De training duurt elke keer drie maanden, waarbij elke les twee uur duurt. Na een cyclus van twaalf lessen geeft de school een krant uit met alle verhalen van de kinderen.

Interactief
Aan het einde van het traject in mei 2014 worden de mooiste verhalen gebundeld en uitgegeven. “Ik mik erop die bundel te launchen tijdens het Kinderboekenfestival. Dan kunnen kinderen massaal het verhaal van elkaar lezen”, droomt San A Jong. Het boek zal ook worden voorzien van illustraties die door kinderen zelf worden getekend. “De tweede groep, mag de verhalen van de eerste illustreren onder begeleiding van een kunstenaar”, ontvouwt San A Jong die benadrukt dat het een interactief geheel wordt. “We gaan ook naar films kijken, krijgen een dagje bijvoorbeeld de dierenbescherming op bezoek. Alles van de kinderwereld om het kind creatief te stimuleren.”
De schrijver van het boek De laatste parade denkt in de eerste plaats aan kinderen uit tehuizen. “Het is nu eenmaal zo dat deze groep achtergesteld is ten opzichte van die uit een gezin. De leerprestaties liegen er niet om en de sociale achtergronden van deze kinderen zijn vaak erbarmelijk. Schrijven draagt bij aan de persoonlijke vorming van assertieve, zelfbewuste kinderen. “We sluiten echter niemand uit. Het instaptarief is SRD 25 en we mikken op klassen van acht tot tien personen.” De initiator van dit project hoopt dat dit zaadje als vrucht ook zal opleveren dat de taalontwikkeling en leescultuur van de doelgroep een duwtje krijgen.

[uit de Ware Tijd, 13/08/2013]

Peggy wil niet bijten

Jeugdverhaal over een vampier die geen bloed lust

Eindtekst Schrijversvakschool Paramaribo

door Iraida van Dijk–Ooft

Peggy Piervam wil niet bijten, maar eigenlijk moet ze wel, ze woont aan de Engedingenstraat in spookhuis 74. Ja, daar woont ze met vader, moeder en Peer, haar grote broer. O ja, oma Piervam woont er ook, oma is een oppervampier. Ze weet alles, ze is wel zevenduizend jaren oud. Peggy is bijna zeshonderd, dat is jong voor een vampier. Ze zit op de Gewonemensenschool, dat mag voorlopig nog. ‘Totdat jij gaat bijten!’ zegt papa. Wanneer haar vampierentanden doorkomen, dan wordt het te gevaarlijk voor de kindjes op school. Ze zou maar een hapje van een vriend of een vriendin lusten! Peggy borstelt en flost en gorgelt en stookt, vijf keren per dag. Ze ruikt altijd heel fris naar tandpasta.’ s Avonds controleert ze haar tanden. Een voor een pakt zij ze tussen duim en wijsvinger. Als haar vingers niet meer glibberen, want wat is het glad in haar mond, schudt ze, twee keren aan elke tand. Ze praat ook wel tot haar tanden, precies zoals zij mama tot de planten heeft zien doen en dan niet van groei, groei, groei. Maar, meer van stop, stop, stop. Tanden wisselen hoeft voor haar niet, want Peggy wil niet bijten. Zij heeft het namelijk veel te leuk op school. Ze heeft vrienden en vriendinnen en ze is gek op juf Roos, de klassejuf. Van juf Roos krijgt ze altijd complimentjes. Het is niet moeilijk mooie cijfers te halen als je al zeshonderd bent.Het is avond, Peggy moet naar bed. Ze staat in de badkamer. Niet voor de spiegel, in de spiegel ziet ze niks. Gewoon, midden in de badkamer staat ze. Twee vingers in haar mond. Haar linkerhand hangt slap langs haar zij. Tranen in haar ogen. Ze knippert ze niet eens weg, ze kan zich niet bewegen. ‘Schiet op nou, schatje. Kistje toe… W-Wat is er?’ mama komt de badkamer binnen, geschrokken blijft ze staan. ‘Heeft iemand je geplaagd? Wat is er dan?’

Lees hier verder op de blogspot van de Schrijversvakschool

Beeldend schrijven valt aan te leren

door Tascha Samuel

Paramaribo – Het grote verschil tussen tekstsoorten zit hem in de doelgroep. “Voor een toneelstuk ga je het verhaal en de dialogen schrijven. Niet voor een lezer, maar voor de spelers van het stuk”, geeft Ruth San A Jong, directeur van de Schrijversvakschool Paramaribo, aan. Volgens de docent betekent dat leren om beeldend te schrijven met personages in gedachten.
De cursus Drama en Toneelschrijven die zes weken duurt, gaat diepgaand in op het schrijven van scripts voor toneelstukken of films. “Het is een specialisme dat vooral veel aandacht besteedt aan details”, licht de schrijfster toe.
Juiste dramatiek
Het schrijven van dialogen voor drama vergt veel inbeeldingsvermogen. De dialogen moeten echt overkomen en het effect sorteren dat je wilt bereiken. “Het is niet interessant om iemand lange teksten te laten opdreunen zonder dat het zijn doel bereikt. Het moet dé juiste dramatiek hebben.” De ‘vier talen’ die dat moeten bewerkstelligen zijn de pijlers waarop deze stijl rust. “De lichaamshouding of lichaamstaal geeft uiting aan het gemoed op dat moment, maar ook de intonatie, de manier, de toonhoogte waarmee je iets zegt. Dan volgt de kracht van de geschreven tekst en de gezichtsuitdrukking die het moet afmaken. Je moet het kunnen visualiseren en dat in tekst kunnen weergeven”.

Belangrijkste elementen
Een film of toneelscript schrijven lijkt makkelijker dan het is. Aspecten die tijdens de training behandeld zullen worden zijn de belangrijkste elementen bij het schrijven van drama voor toneel en film. De aanleiding, voorbereiding, het research, thema, premisse, de synopsis, het script of scenario, de karakterbeschrijvingen, ontwikkeling van personages, ontwikkeling van conflict, dialogen, points of view, vertelstructuur en locaties zullen worden aangeleerd. Premisse is een moeilijk woord voor ‘doel van het verhaal’. Wat is de moraal? “Als je een fan bent van de serie Scandal dan is de premisse dat, ook al ben je in de hoogste positie je toch een ‘scandal’ kan hebben. Kijk maar naar president Bill Clinton. Of als we naar de film Shrek kijken. Daar is de premisse dat zelfs als je een ‘Oger’ bent enje er schijnbaar niet bij past, je toch ware liefde kan vinden”.

Specialisme

“Voordat de camera’s beginnen te draaien of de doeken open zwaaien op het toneel is er eerst een tekst. Zo heb je bestsellers die verfilmd worden. Daarvoor heb je iemand nodig die in het script het sentiment van de letter moet vertalen naar woorden die beelden gaan worden. Het is een specialisme en een hoofdgenre bij het schrijversvak. Tijdens de training wordt er samen naar een film en toneelstuk gekeken en worden er analyses gemaakt. Aan het eind van de training heeft de cursist zelf een script geschreven voor een korte film of toneel. Deze training is geschikt voor beginners en gevorderden.

[naar de Ware Tijd, 11/06/2013]

Schrijversworkshop prikkelt fantasie kinderen

door Audry Wajwakana
Paramaribo – Op een speelse manier is een begin gemaakt kinderen creatief te leren. Met simpele zintuiglijke schrijfoefeningen werd hun fantasie geprikkeld. Trainers van de Schrijversvakschool Paramaribo hebben tijdens een tweedaagse schrijversworkshop kinderen een handvat geboden om hun vaardigheden verder te ontwikkelen.
Geblinddoekt
Met de zin ‘Ik heet … en ik vind schrijven leuk, omdat …’ beschrijven de kinderen waarom ze deelnemen aan de workshop. Na deze korte kennismaking wordt de jongeren voorgehouden dat ze geblinddoekt zullen worden. Met verschillende geurtjes verpakt in plastic zakjes gaan de trainers langs de neuzen. Enkelen trekken een vies gezicht bij een prikkelende aroma en weer anderen hebben wat tijd nodig om de geur te herkennen. De kinderen laten zich geen twee keer zeggen om de geur op hun blaadje op te schrijven. Deze oefening heette ‘Schrijven met je neus’.
“Door mijn zintuigen te gebruiken heb ik inspiratie gekregen om mijn bakkersverhaal te schrijven”, vertelt Don bij de evaluatie van de workshop. Aan het begin van de workshop gaf hij aan regisseur te willen worden. Een beroep waarvoor creatief schrijven zeker een vereiste is.
De nichtjes Suë (9 jaar) en Mezugia Creebsburg (10 jaar) geven ook aan hoeveel zij van schrijven houden. “Mijn nichtje schrijft vaker dan ik”, zegt Mezugia. De interesse komt volgens Suë door haar moeder die zelf ook schrijfster is. “Mijn moeder maakt vaak krabbeltjes in haar schrijfblok, die ik niet begrijp”, zegt Suë. Ze probeert van de krabbeltjes een verhaal te maken, wat niet altijd lukt. Vandaar dat ze meer schrijft over wat ze allemaal meemaakt en over prinsessen. Door de training heeft ze nu geleerd om ook over andere zaken te schrijven. “Het is niet moeilijk meer”, vult ze nog aan.
Fantasie
Naast de reuk, is het schrijven op basis van het zintuiglijk zien en horen geoefend. Als een soort wedstrijd rennen de kinderen de klas uit, om op zoek te gaan naar ‘een ding’ om over te schrijven. Bij de ‘oefening Horen’ is luide muziek afgespeeld, waarbij de jonge cursisten zonder hun pen neer te leggen aan één stuk door moesten schrijven. Deze oefening was voor veel van hen heel moeilijk.
Op de tweede dag van de workshop wordt een filmpje vertoond. De kinderen mogen aan de hand daarvan hun verhaal verder schrijven en dit aan de klas presenteren.
De trainers van de workshop zijn Urmia van Leeuwaarde, Ruth San A Jong en Celestine Raalte. Raalte vond het een leerrijke oefening voor de kinderen. “Sommige hadden een extra stimulans nodig. Maar moeilijk was het niet om het creatief schrijven uit de kinderen te halen. Want kinderen bouwen hun eigen fantasie op.”
[uit de Ware Tijd, 05-04-2013]

Shrinivási – ‘Eigen herkenbare stem belangrijk bij poëzie’

door Audry Wajwakana

Paramaribo – De Schrijversvakschool Paramaribo trakteerde haar studenten woensdagavond op een flink potje poëzie. De lezing ging over de laatste dichtbundel Hecht en Sterk van Shrinivási. De taalkundige Geert Koefoed nam speciaal voor deze gelegenheid op chronologische wijze enkele werken van Shrinivási door.
Authenticiteit
Volgens hem heeft Shrinivási een manier van dingen verwoorden, die schilderachtig aandoet. “Door de jaren heen is die stijl veranderd, maar wel herkenbaar gebleven. Dat is de authenticiteit van Shrini.” Koefoed doelt op het ‘hoogstaande’ taalgebruik dat Shrinivási bij zijn eerste dichtbundels aanhield met ‘gij’, ‘u’ en hoofdletters. En dan toch weer het alledaagse, moderne taalgebruik toepaste, waarin de woorden ‘jij’, ‘hij’ en zelfs ‘lullen’ in voorkomen. Het laatste was zeer ondenkbaar in de poëtische taal toen. Het is volgens Koefoed aan elke dichter gelegen, een eigen herkenbare stem te hebben. “De thematiek is van iedereen, maar de manier van zeggen maakt het dichterschap uit”, vindt Koefoed. De dichter hanteert volgens de taalkundige een heel erg zintuiglijk dichterschap. Dat is volgens hem de basis van Shrinivási’s dichterschap om heel ‘beschilderend’ te schrijven, waarbij hij elk detail beschrijft. “Daaruit komt zijn beeldspraak voort. Als poëet moet je je blijven verwonderen voor de dingen om je heen”, gaf de inleider de studenten als advies. “Dit is wat Shrini doet.”
Gedichten analyseren
Urmi van Leeuwaarde, docente poëzie aan de Schrijversvakschool, is ingenomen met het feit dat Koefoed bereid was ook een lezing voor studenten te verzorgen. “Hij kan gedichten heel prachtig analyseren. Wij weten dat Koefoed erg gecharmeerd is van de werken van Shrinivási.”
In Hecht en Sterk heeft Koefoed het nawoord geschreven. “Mijn relatie met de dichter dateert vanaf 1968 in de periode toen ik nog les gaf in Suriname. Hij kwam vaak bij mij thuis met zijn gedichten en daardoor is er een vriendschap tussen ons ontstaan. We kennen elkaar nu al vijfenveertig jaar.”
In 1984 heeft Koefoed meegewerkt aan de bloemlezing Een weinig van het andere. De taalkundige komt sinds 1987 elk jaar naar Suriname. “Dit jaar heb ik de gelegenheid aangegrepen om namens de uitgever het boek onder de aandacht te brengen”, besluit hij.
[uit de Ware Tijd, 22/02/2013]
  • RSS
  • Facebook
  • Twitter