blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: schrijfwedstrijd

Bianca Nederlof – Antwoord

[Tweede prijs Tropische Schrijfwedstrijd]

‘Waarom?’
Hij reageert niet. Met zijn rug zit hij tegen een van de zachte, gecapitonneerde wanden in de verder lege ruimte. Opgetrokken knieën, zijn armen eromheen. Het enige wat hij aanheeft is een onderbroek. Zijn huid heeft bijna dezelfde tint als de roomwitte wandbekleding. Ik zit in kleermakerszit naast hem en bestudeer het voor mij bekende profiel van zijn gezicht, dat nu van een vreemde lijkt. De smalle, kleine neus, de welving van zijn lippen, de ronde kin met enkele amper zichtbare haartjes, waar hij zo’n hekel aan heeft. Het is monsterlijk dat ik nog steeds liefde voor hem voel als ik zo naar hem kijk. Zijn lichtblonde haar zit door de war, zoals altijd. Soms, een enkele keer, laat hij het toe dat ik mijn hand door zijn haar haal. Alleen als hij volledig ontspannen is. Niet zoals nu, wanneer al zijn spieren klaar lijken te zijn om binnen een tel in actie te komen, wanneer zijn kaken stijf op elkaar geklemd zijn. Ik weet niet of ik ooit nog mijn hand door zijn haar zal halen. Een paar tellen lang sluit ik mijn ogen en adem diep in, voor ik weer naar hem kan kijken en de vraag uitspreek. ‘Waarom heb je het gedaan?’

Deze keer is er een minieme beweging van zijn hoofd en ik weet dat zijn staalblauwe ogen me vanuit zijn ooghoeken begluren. Hij antwoordt niet. Dat verwacht ik ook niet. Hij heeft nooit gepraat. Toch weet ik dat hij hoort wat ik zeg, dat hij luistert en dat de woorden tot hem doordringen. Langzaam misschien, maar hij begrijpt het wel.

Voor hem is alleen het geschreven woord veilig. Uitgesproken woorden vervluchtigen te snel in zijn atmosfeer, woorden op papier geven houvast. Ik weet dat ik geen antwoord krijg op mijn vluchtige vraag. Het was veilig. Voor mij. Alles waar ik in geloofde, alles wat ik vertrouwde, alles waar ik op hoopte, hij heeft alles vernietigd op een manier die afschuwelijker is dan ik me ooit voor had kunnen stellen. Urenlang hebben ze hem vastgehouden in de verhoorkamer, tot bij de verhoorders doordrong dat hij simpelweg niets zou zeggen.

Ik sta op en laat hem achter. Alleen in de isoleerruimte.

Op de gang houdt een bewaker de wacht. ‘Ik moet pen en papier hebben,’ zeg ik. De bewaker knikt en sluit de deur achter me. Het knallende geluid van het slot dat dichtvalt, voelt als een zweepslag op mijn ziel.

De zware voetstappen van de corpulente man vullen de ruimte van de kale gang. Bij een kantoor blijf hij staan en gebaart dat ik moet wachten. Even later komt hij naar buiten met een A5-formaat notitieblok en een scherpgeslepen potlood in zijn hand.

‘Een pen,’ zeg ik. ‘Het moet een pen zijn. Zwart- of blauwschrijvend, dat maakt niet uit.’ De bewaker haalt zijn schouders op en gaat op zoek, waarna hij me een afgekloven blauwe balpen overhandigt.
Als ik weer binnenkom in de steriele ruimte zit hij nog steeds in dezelfde houding. Weggetrokken uit zijn omgeving en losgerukt van zijn structuur, is hij geblokkeerd in zijn gedachten, gevangen in zijn gespannen lichaam. Ik ga op dezelfde plek zitten als waar ik net zat, en met een beverig handschrift weet ik de woorden op het papier te krijgen.
Waarom heb je het gedaan?
Vrezend voor de letters die hij op het volgende blaadje zal zetten – nooit twee handschriften op één pagina –, geef ik hem het notitieblok en de pen. Hij pakt het aan en ogenschijnlijk zonder mijn zin te lezen, scheurt hij het velletje eraf en schrijft op het nu bovenliggende papier: Wat?
Concreet zijn. Altijd concreet zijn. Maar hij móet toch weten waar dit over gaat? Hoewel ik het antwoord al weet, schrijf ik toch de vraag die net in me opborrelt eerst op.
Weet je waarom je hier bent?
Volgende blaadje.
Nee.
Het woord staat in het midden van het papier, verwijtend, boos, vol onbegrip. Ik blijf er een volle minuut naar staren voor ik het papier eraf scheur en de Nee verfrommel tot een prop. Langzaam schrijf ik dan eindelijk de woorden op.
Waarom heb je je zusje vermoord?
Ik staar naar de woorden en mijn keel knijpt dicht als tot me doordringt dat dit de verkeerde woordkeuze is. Concreet zijn, spookt het door mijn hoofd. Ik streep het laatste woord door. Dan besef ik dat hij daar niet tegen kan. Geen gekras. Mezelf verbijtend om de impact van de woorden niet ten volle tot me door te laten dringen, schrijf ik op een nieuw vel: Waarom heb je met een schaar de keel van je zusje doorgesneden?
Ik kan niet naar de woorden blijven kijken, ik wil de zin niet teruglezen. Hij neemt het blok van me over, scheurt de afgrijselijke woorden eraf en laat het papier achteloos op de vloer naast hem vallen. In zijn smalle, onregelmatige handschrift verschijnen de letters van het antwoord op het papier.
Ze bleef maar praten. Ze hield niet op.
Hij houdt het blok voor mijn neus, maar ik pak het niet aan. Ik staar naar hem. Verstijfd. Hoe vaak heb ik mijn dochter niet gewaarschuwd dat ze niet te veel tegen hem moest praten? Dat ze bij mij altijd terecht kan met haar meisjesgebabbel, zolang ze haar broer maar niet lastigvalt? Dat hij een hekel heeft aan zinloos geklets? Nee, geen hekel. Dat is niet het juiste woord. Een aversie. Het roept woede bij hem op, weerstand. Het gesproken woord is voor hem iets onhandelbaars.

In zijn oplossingen is hij buitengewoon rechtlijnig. Als iets hem niet bevalt, negeert hij het, en als hij het niet kan negeren, zorgt hij ervoor dat het verdwijnt.

Al die tijd dat ik dacht dat ik alles onder controle had, blijkt een illusie.

Onvoorspelbaar. Onberekenbaar. Ontoerekeningsvatbaar.
Ik sta op en laat hem achter.

Iraida M. van Dijk-Ooft – De Oogst

[Winnend verhaal van de Tropische Schrijfwedstrijd]

Ik kijk de kamer rond. Chaos. Kleren, hangers, schoenen. Ondanks dat de airco op zijn koudst staat heb ik het warm. Ik zit op ons onopgemaakte bed, lege fotolijsten en schoendozen aan mijn voeten. De foto’s waar jij op staat heb ik aan een kant gezet. Die hoef ik niet. Ik ben moe. Een deel van mijn kleren en schoenen is al ingepakt. Twee koffers en een doos. Die staan beneden. Ik moet alleen mijn sieraden nog uitzoeken. Ik denk aan de woorden die ik in mijn hoofd had. Zonet nog. Ik wil ze opschrijven in een brief aan jou. Zo meteen ga ik schrijven. Straks, als ik klaar ben. De woorden zoeken een weg naar buiten. Ze wringen zich tussen mijn opeengeklemde kaken. Ze glijden uit mijn mond. Ze klinken vlijmscherp. Zo zijn ze ook bedoeld. Ik ga weg namelijk, ik verlaat je. Ellendeling.

Urmila is de vierde in de rij dit jaar. Je weet het misschien niet, maar ik heb ze geteld. Het bijgehouden in mijn agenda. Faraisha in december, ze is nog op onze owru jari barbecue geweest. Ik zag hoe je haar aankeek. Lygia in februari. Zij was niet lastig. Een paar telefoontjes in de nacht. Niets ondraaglijks, en het belangrijkste; ze was niet brutaal. Ik ben minder te spreken over Simone, miss maart. Die had het lef mij op te bellen. Jullie zouden volgens haar gaan samenwonen. Arm kind. Binnen no time had je geen plotselinge vergaderingen meer. Ze was te plakkerig voor je. Te veeleisend. Je was geschrokken, want in april was je koest. Ik ken je toch. Je wil bij mij blijven. Ik, je ideale vrouw. Niet jaloers. Verdraagzaam. Trouw. Begrijpend. Die kik, vrouwen, heb je nodig. Dat vertelde je me nog voordat we gingen samenwonen. Ik was gewaarschuwd. Ik tel voor twee, dus. Maar dit. Urmila?

Kwaad! Ik ben vals op je. Ja, deze keer echt. Ik neem me voor om ook dat in de brief te schrijven. Niet omdat je het eeuwig met andere vrouwen aanlegt. Niet omdat je die dames lulverhaaltjes vertelt. Ook niet omdat je nadat je met ze hebt geslapen thuiskomt, en me kust met je pas gepoetste tanden glanzend in je smoel. Echt, niet daarom. Maar omdat je Urmila hebt genomen in mei. Urmila, vrouw van Djit. Jouw Djit, onze Djit. Moeder van Roshan en Prya. Urmila die al mijn oude kleren erft. Zelfs mijn bh’s en slipjes. ‘Is niet erg, mevrouw. Geef maar. Mevrouw n’ e tyar’ siki, toch,’ zegt ze wanneer ze verlegen het gedragen kanten ondergoed aanneemt. Onze schoonmaakster. Ik ben inderdaad niet ziek, jij bent dat. Dat ík je moet begrijpen, okay. Maar what about Djit? Tuinman. Chauffeur. Vriend? Die in de auto uren blijft wachten op jou. Die voor je uitkijkt of iemands man niet toevallig thuiskomt. Op wie je steunt wanneer je te dronken bent om te lopen. Klootzak, had je niemand anders kunnen kiezen?

‘Klop, klop. Mevrouw.’ De stem klinkt dof door de gesloten ruiten. Mijn lippen vallen stil. Ik sta op. Als je over de duivel praat … ‘Djit? Je bent toch vrij vandaag,’ schreeuw ik van het raam uit naar beneden.
‘Ik kon gister niet komen, mevrouw. Ik dacht, ik kom vandaag. Begi wan gras’ watra.’
Wakti, m’ e kon. Verdomme.’ Ik veeg de foto’s bij mekaar op een rommelig stapeltje. Ik snuit mijn neus en was mijn gezicht. Djit zal zich wel afvragen. Als ik beneden kom zie ik zijn ronde hoofd, geperst tegen een van de keukenramen. Shit, hij ziet de koffers staan. Ik kijk zo gewoon mogelijk als ik de deur open doe en hem een karaf met ijswater en een beker geef. ‘Alsjeblieft.’ Hij probeert langs mij heen naar binnen te kijken.
‘Urmila heeft bara gestuurd, mevrouw. En chutney. Voor mevrouw … en meneer.’ Zijn ogen vangen mijn ogen, gaan zoekend over mijn gezicht. ‘Yere nó, mevrouw, kon luku. Zet die bara even. Kom kijken.’
‘Djit, boy. Ik …’
‘Even maar, mevrouw. Kom, u gaat schrikken.’

Ik laat de zak met bara op tafel, slof achter hem aan naar de achtertuin. We gaan de met schaduwgaas omspannen kas in. Het is er vochtig, maar koel. Ik denk aan mijn brief aan jou, de woorden blijven komen. Dan blijf ik staan. Verrast ondanks alles. ‘Djit! Onze plantjes dragen!’ Een grijns op zijn gezicht. Onze tomatenplanten dragen. Vuurrood en kogelrond zijn de vruchten. Hij en ik hebben ze samen geplant op een warme dinsdagmiddag, niet zo lang geleden.

En dan weet ik wat te doen. Ik draai me om en trek hem naar me toe. Ik vermijd het om hem aan te kijken. Hij stamelt, ‘nee. Stop! Mevrouw … meneer …’ Ik klamp me aan hem vast, dring me op. Probeer zijn lippen te vangen. Hij ruikt naar aarde, BRUT en roze Palmolive zeep. Hij stoot me van zich af, te ruw. Mijn rug. ‘Sorry, mevrouw.’ Hij kijkt of hij me erg pijn heeft gedaan. Ik zoen hem weer, hij zoent niet terug. Ik wrijf mijn onderlichaam tegen dat van hem aan. Ik steek mijn tong in zijn mond, ik proef Urmila’s chutney. Zijn verweer wordt zwakker. Dan geeft hij toe. Tussen de tomaten.

Erna wil Djit niet praten. Niet luisteren als ik sorry zeg. Hij gaat weg. Gebroken. Ruis in mijn hoofd. Mijn lichaam voelt niets. Ik oogst de eerste tomaten en ga naar binnen. Ik zie twee vliegen ontsnappen uit de vettige zak waar de bara in zitten. Ik onderzoek ze een voor een. Op drie vind ik klompjes witte vliegeneieren. Ik neem die drie, pulk met een vork de eitjes eraf en regel ze voor jou op een bord, met een schep chutney ernaast. Ik snij twee van mijn tomaten in schijfjes en strooi er zout en peper over.

Wanneer je thuiskomt is alles terug op zijn plaats. Je bent blij met het eten dat ik voor je heb klaargelegd. Ik denk aan de brief die ik wilde schrijven. Mijn lege hoofd weet de woorden niet meer.

Iraida van Dijk-Ooft wint Tropische Schrijfwedstrijd

Iraida M. van Dijk-Ooft heeft met haar verhaal ‘De Oogst’ de Tropische verhalenschrijfwedstrijd gewonnen, die het Schrijven Magazine en de Schrijversvakschool Paramaribo hadden uitgeschreven. Bianca Nederlof eindigde als tweede, Eugene Ammann als derde. Er waren in totaal 110 inzendingen binnengekomen. Naar de mening van de jury lag het niveau van de inzendingen hoog. Iraida van Dijk wint een schrijfcursus van Schrijversvakschool Paramaribo, een Autovision AV-701 e-reader en een boekenpakket van de Schrijfbibliotheek.

De jury oordeelde als volgt:

1. De Oogst van Iraida M. van Dijk-Ooft
Schrijft korte zinnen, maar weet dan toch duidelijk te maken dat er stilistische kracht achter zit. In kort bestek wordt een compleet verhaalgegeven uitgewerkt met een bijzondere wending en zelfs enige psychologische diepgang, toch geeft het verhaal niet de indruk dat het te gecomprimeerd is, en dat is knap. Goed, opgebouwd verhaal met een twist aan het eind zoals een kort verhaal betaamt. Maar ook weer ‘rond’ aan het slot. Ze weet spanning vast te houden. Mooie authentieke stijl met goed gebruik van lokale dialoog. Zintuiglijk en gelaagd proza.
Klik hier om het winnende verhaal te lezen.

2. Antwoord van Bianca Nederlof
Schrijft heldere, krachtige zinnen met oorspronkelijke wendingen. De schrijfster heeft je in een wurggreep. De plot vermijdt het cliché van een al te gemaakt of te vaak verwoord gegeven. Zonde van het ongeschreven woord in optima forma. Mooi innerlijk dilemma waarin ze heen en weer schiet tussen het verdriet over haar vermoorde dochter, haar liefde-ondanks-alles voor haar zoon/moordenaar, en haar zelfverwijt dat ze meende toch alles onder controle te hebben. Een misdrijf zonder een echte schuldige. Tragisch dus, maar ook realistisch. Prachtig hoe ze de kracht van het geschreven woord tegenover de vluchtigheid van het gesproken woord zet. Kaal en uitgebeend proza.
Lees het verhaal hier.

3. Dienblaadje van Eugene Ammann
Goed geschreven. Het verhaalgegeven is zeer gedurfd en dat moet beloond worden. Blijft je na lezing nog lang achtervolgen.

Eervolle vermeldingen kregen Lianne de Wilde en Sergio Bunsee.

De jury bestond uit Mirjam Boelsums, schrijfster, Michiel van Kempen, schrijver en bijzonder hoogleraar West-Indische Letteren, Frank Noë, hoofdredacteur van Schrijven Magazine, en Ruth San A Jong, directeur van de Schrijversvakschool Paramaribo.

Longlist Tropische schrijfwedstrijd

110 inzendingen zijn binnengekomen op de Tropische schrijfwedstrijd die is georganiseerd door de Schrijversvakschool Paramaribo en Schrijvenmagazine. De teksten waren veelal verschillend, verrassend, gedurfd en origineel. Het thema ‘Zonde van het ongeschreven woord’ heeft de creativiteit geprikkeld. Velen hebben alle moeite gedaan om de zin te verwerken in de tekst of geprobeerd het thema te analyseren, anderen hebben hun ‘ongeschreven’ woord op de tik gegooid. De jury heeft ontzettend plezier gehad in de variëteit aan hersenspinsels. Meedoen is altijd winnen. Volhouden en blijven schrijven ook! In de onderstaande lijst de 17 beste teksten. We hebben gelet op originaliteit, het ‘Tropisch’ element, de stijl en verrassingselementen. Van deze longlist wordt een top 3 gekozen. De juryleden zijn driftig bezig de teksten nog eens na te lezen voor de juiste beoordeling. Op 14 juli wordt de winnaar bekend gemaakt. Veel succes aan iedereen. Nogmaals, meedoen is altijd winnen!

Longlist
•Asha Bienko met Dagelijkse zonden
•Bianca Nederlof met Antwoord
•Eugene Ammann met Dienblaadje
•Gerry Knobbe met Wat woorden
•Inge van Prooijen met Verkeerd ingeschat
•Ini Statia met De ongeschreven geschiedenis van Alma Balente en Corpus Dominus
•Iraida van Dijk met De oogst
•Janna van der Kamp met Zonde van het ongeschreven woord?
•Jeanette Kim met Vader: onbekend
•Jolanda van den Braak met Zonde van het ongeschreven woord
•Lianne de Wilde met Zonde van het ongeschreven woord
•Madeleine Brugmans met Zonde van het ongeschreven woord
•Mandy Meijer met Zonde van het ongeschreven woord
•Melissa Wouters met Het testament
•Nicolette de Wandeler met Zonde van het ongeschreven woord
•Sakoentela Hoebba met Het roze briefpapier
•Sergio Bunsee met Het ongeschreven woord

Het boek als reisgenoot

Martha Gellhorn noemde Ernest Hemingway in haar reisboeken ‘de onwillige reisgenoot.’ In Amerika is net een serie van start gegaan over deze twee grootheden van de reisliteratuur. Hemingway & Gellhorn.

Toerisme in Paramaribo. Foto © Michiel van Kempen

Literair Nederland nodigt lezers uit om een kort essay te schrijven over ‘het boek als reisgenoot’. De vraag is: wat is uw favoriete boek op reis en welke bestemming hoort daarbij? De spelregels zijn eenvoudig. Het maximaal aantal woorden is 400 en de inzending moet binnen zijn op 19 juli 2012. De winnaars worden bekend gemaakt in de nieuwsbrief van 20 juli. Natuurlijk kunt u ook een kort essay schrijven over uw favoriete reisschrijver. U kunt uw inzending insturen naar: boris@literairnederland.nl.

We hebben mooie prijzen beschikbaar. De drie beste inzenders krijgen een voucher van Wimdu.nl. en worden gepubliceerd op Literair Nederland. Wimdu.nl is een online platform dat bed & breakfasts, privé-appartementen en allerlei andere accommodaties aanbiedt. Het motto van Wimdu is ‘Travel like a local’. Dit doen ze door niet alleen toeristische trekpleisters maar ook onbekende plekken te bezoeken. Plekken waar alleen ‘locals’ komen, maar die niet minder de moeite waard zijn. Wimdu.nl heeft accommodaties in steden over de hele wereld – van Antwerpen tot Kaapstad en van San Fransico tot Sydney – en zorgt ervoor dat reizigers iedere keer weer een authentieke en originele vakantie hebben.

Hetty Amatodja wint Sori Yu Talenti

De Clark Accord Foundation heeft in het kader van de herdenking van Clark Accord, die vorig jaar op 11 mei overleed, verschillende activiteiten georganiseerd. Zo zijn er scholen bezocht en is er een schrijfwedstrijd voor jongeren georganiseerd. Op 11 juni vond in Theater On Stage de prijsuitreiking plaats van de schrijfwedstrijd. Als winnaar kwam Hetty Amatoja uit de bus met het verhaal ‘Het geheim van Ston Oso’. Er waren 32 uitzendingen. De 10 beste inzendingen zullen worden gebundeld en gepubliceerd. Volgens de jury is aangetoond dat er onder de Surinaamse jongeren veel schrijftalent schuilt.

Winnaar Write now! Su naar finale in Nederland

Zerachiël van Mark, de winnaar van Write Now! Suriname is samen met zijn begeleider en coach, Rappa, naar Nederland vertrokken voor de uitslag en prijsuitreiking van de finale Write Now! De verschillende finalisten uit het Nederlandstalig gebied hebben allen nieuw werk ingestuurd voor de finale. Op 17 juni wordt tijdens een feestelijke bijeenkomst bekendgemaakt wie de winnaar zal zijn.

Tropische schrijfwedstrijd

Schrijven Magazine/Schrijven Online organiseert in samenwerking met Schrijversvakschool Paramaribo en Scriptplus de Tropische Schrijfwedstrijd. Doe ook mee en maak kans op een uitgebreid prijzenpakket, met onder meer een schrijfcursus en een e-reader.Voor deze schrijfwedstrijd nodigen we iedereen binnen het Nederlandse taalgebied uit – van Nederland en België tot aan Suriname – om mee te doen.

read on…

Jouw poëzie op Incubate

In aansluiting op succesvolle eerdere Open Source Artsprojecten van Incubate, is er nu ook Open Source Poetry. De opzet is even simpel als bij de andere projecten: Wij bieden een podium aan iedereen die mee wil doen. Dat gebeurt op verschillende manieren:
Om te beginnen worden de inzendingen gepubliceerd op het blog van Incubate (www.inlog.org, 1.000+ bezoekers per dag).Daarnaast zal per inzender één gedicht worden geselecteerd om tijdens de festivalweek (10-16 september 2012) te worden voorgedragen in een speciaal programma op Incubate Radio.
Tenslotte zal enkele geselecteerde inzenders worden gevraagd om uit eigen werk te komen voordragen tijdens de Incubate Poetry-avonden. Die vinden plaats op woensdag 12 en donderdag 13 september. Voorafgaand aan het optreden krijgen deze mensen een workshop van één van de professionele dichters die op diezelfde avond zullen voordragen.
Dus wil je met je poëzie in de schijnwerpers staan? Stuur dan je inzending voor 13 augustus (incl. je volledige naam, e-mailadres en telefoonnummer) naar poetry@incubate.org.
Wij nemen voor 27 augustus contact met je op.

Voorwaarden:
– Alleen eigen werk
– Maximaal 5 gedichten
– Houd rekening er rekening mee dat we, in verband met de beschikbare tijd, de voorkeur zullen geven aan niet al te lange teksten
Alle inzendingen zullen worden opgenomen: iedereen die iets opstuurt doet mee. Aan deelname zijn geen verdere kosten verbonden. Incubate vraagt geen commissie voor eventuele opdrachten of publicaties als gevolg van deelname aan Open Source Poetry.
Voor meer informatie over Incubate zie www.incubate.org of mail poetry@incubate.org

2e poëziebundel in Jaar van de Poëzie

In het kader van het Jaar van de Poëzie wordt ter gelegenheid van 1 juli in Suriname een gedichtenbundel samengesteld met als thema ‘vrijheid’. Het wordt de tweede bundel van het Jaar. Dichters kunnen hun bijdrage zenden naar acodfried@sr.net. Per dichter mogen maximaal twee gedichten worden ingezonden. Arlette Codfried, die de eerste bundel samenstelde, zal de selectie van gedichten plegen. Alphons Levens heeft de taak van redacteur. Om de bundel voor een groter publiek bereikbaar te maken, wordt overwogen deze bundel wel ter verkoop aan te bieden.

Laat je boompje groeien: Write Now!

door redactie de Ware Tijd Literair

‘Write Now’ is dé belangrijke schrijfwedstrijd voor jongeren tussen de 15 en 24 jaar in landen waar Nederlands gesproken wordt, België, Nederland en Suriname. Dit voorjaar waren er in die landen voorrondes, afgesloten met een prijsuitreiking. Op 16 en 17 juni is het finaleweekend voor de prijswinnaars van de eerste ronde in Nederland. Op 5 mei vond de Surinaamse prijsuitreiking plaats in Theater Unique. De derde prijs was voor Karin Keesmaat en haar verhaal ‘Verborgen schuld’, de tweede voor Rose-Marie Maître en haar gedichtenbundeltje. De grote winnaar die ook naar de finale in Nederland gaat, is Zerachiel van Mark, pseudoniem. Zijn verhaal, ‘Yorka’s in de Mall’, is een combinatie van het moderne leven en de oude yorkawereld. De jury bestond uit Rappa, Arlette Codfried en Jeffery Quatier, alle drie van Schrijversgroep ’77. De criteria waren duidelijk en functioneel: originaliteit, schrijfstijl, verbeeldingskracht, keuze van het thema en uiteraard verzorgd taalgebruik. De jury was tevreden: 33 inzendingen; dat is een mooi aantal! Veel talent zit ertussen. Helaas maken veel jonge schrijvers nog veel taal- en constructiefouten. Dat is heel jammer en in het juryrapport staat daarover een mooie beeldspraak: ‘Talent moet net als een boompje, op tijd en op de juiste plekken gesnoeid worden, ontdaan van schimmels, insecten, parasieten en slingerplanten, dan ga je dat boompje zien groeien tot een trotse en fiere boom die voedzame vruchten geeft […]’

Het winnende verhaal van Zerachiel van Mark is inderdaad een goed verhaal. De verhouding tussen de hoofdpersoon met zijn aftakelende moeder en daarnaast zijn vriendschap met de yorka’s in de mall, laten de lezer de diepte ingaan. Een prachtig motief is een stoffige foto van de hoofdpersoon, toen hij nog mensen als vrienden had, geen yorka’s. Het is niet alleen een verhaal met emoties en spanning, maar het geeft ook aanleiding tot herkenning en discussie, met name over de verbanden binnen de thematiek. Jammer is het dat ook dit goede verhaal veel fouten heeft. Laat Van Mark ernaar streven om in Nederland met een foutloze tekst te komen. Hij kan toch iemand vinden die wil meelezen op taal- en contsructiefouten? En als het verhaal op de website van S ’77 komt, zal het eerst verbeterd moeten worden. Wij ouderen moeten de jongeren helpen om steeds verder te komen met een creatieve literatuur, die zowel aansluit bij verleden en cultuur als bij het hedendaagse leven. Een erf met trotse bomen vol vruchten! De drie redactieleden van ‘dWTL’ staan altijd klaar om beginnende schrijvers te helpen met correcties, niet als betweters, maar als ervaren redacteuren.

Opstelwedstrijd Cliff Djamin Press Freedom Award

De Amerikaanse ambassade organiseert een opstelwedstrijd in verband met de Dag van de Persvrijheid en ter nagedachtenis van journalist en voormalig personeelslid van de ambassade Selvin ‘Cliff’ Djamin. De Ambassade nodigt geïnteresseerden uit om mee te doen aan deze opstelwedstrijd.

read on…
  • RSS
  • Facebook
  • Twitter