blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Samuel Tascha

Dobru-avonden spontaan en creatief

door Tascha Samuel

Paramaribo – “De eerste Dobru-avond op de SMS-pier was succesvol”, meent Rutu Raveles. Ter ere van zijn vader en het gedachtegoed dat hij heeft nagelaten, worden er tot vrijdag Dobru-avonden gehouden waarbij artiesten binnen de thema’s nationalisme, eenheid, liefde, armoede en strijden tegen onrecht optredens verzorgen.
“Dat zijn dingen waar mijn vader zich warm voor maakte”, geeft Raveles van de R. Dobru Stichting aan. “Het is echt een geweldige belevenis. Het zijn artiesten die ons als organisatoren en het publiek enorm hebben verrast. Scrappie met zijn a capella-optreden, Sombra die ons met zijn gedichten op het puntje van onze stoel liet zitten, maar soms ook heel erg liet lachen”, vertelt Raveles. De avond werd creatief aan elkaar gesproken door MC Complex, Adeiye Tjon (zoon van wijlen Henk Tjon). “Hij is ook een beetje ter ere van zijn vader erbij.”
Er was op dinsdag ook een open mic night waarbij eenieder die wat had, aan zijn trekken kwam. “Ik hoop dat vandaag even leuk wordt als dinsdag. Toen kwam een artiest met zijn saxofoon, Ron Duysker met zijn trompet, en anderen die gezellig kwamen mee jammen. Enkele jonge professionele musici hebben de boel op stelten gezet. Het was echt leuk”, zegt Raveles enthousiast. Er worden geluidsfragmenten en beelden van Dobru getoond op de avonden. In een aparte ruimte zal een grote collectie houtsnijwerk geëxposeerd worden uit de privécollectie van Dobru.
[uit de Ware Tijd, 23/08/2013]

Caribische mode tijdens Grandeur Fashion Show

door Tascha Samuel
Paramaribo – Twaalf Caribische modecollecties passeerden maandagavond de revue tijdens de Grandeur Fashion Show in de tuin van Royal Torarica. In de prachtige ambiance werd mode gepresenteerd van ontwerpers uit onder andere Haïti, Belize, Guyana en Suriname.
De twee uur durende show was een aaneenschakeling van creativiteit en schoonheid met mooie modellen die hun best deden en prachtige kleding, sieraden.
Niet elke collectie kan een ‘collectie’ genoemd worden. Daarvoor waren de stukken te verschillend. Enkele hadden het heel goed begrepen, zoals Sonia  Noel van Guyana met haar asymmetrisch lopende kaftan-achtige kleding en imposante hoeden. Maar ook Jaeyln design van Guyana met de zwarte kleding afgezet met fleurig Madras en Miko Guillaume uit Haïti, de enige met een prachtige mannencollectie, en het vloeiende lijnenspel van Maria Fouchard uit Haïti, wisten danig te bekoren.
In de show was er veel gebruik van natuurlijke stoffen zoals katoen en linnen. Er werd ook gehaakte kleding gepresenteerd door de Surinaamse Regina Chin. Opmerkelijk waren ook de strakke vloeiende lijnen van Belize ontwerper Joris Hendrik.
Dinsdag- en woensdagavond zijn er voor geïnteresseerde kopers en fashionista’s vanaf 18 uur meet- en greetbijeenkomsten met de ontwerpers.
[uit de Ware Tijd, 20/08/2013]

 

Uitzonderlijke dansact uit Indonesië tijdens Carifesta

door Tascha Samuel

 
Paramaribo – Aan Carifesta doen dit jaar niet alleen personen uit het Caraïbisch gebied mee. Uit Indonesië komt de danser bekend als Mr. Didi Nini Thowok. Deze internationaal gerenommeerde uitvoerder van de klassieke Javaanse dans geniet enorme populariteit in Azië. Didi Hadiprayitno, zoals hij echt heet, voert de exclusieve Tari Dwimukja Jepindo dans uit.
Tari Dwimukja Jepindo is een soort transgenderdans, waarbij hij zich opmaakt en hult in een kostuum van een man en vrouw. Hij danst en zingt dan een ‘duet’ tussen deze ‘twee’ mensen. Deze kunstvorm is zeer moeilijk onder de knie te krijgen. Mr. Didi Nini Thowok zal ook de traditionele volksdans Lengger Banyumas presenteren, welke uitgevoerd wordt op Calung gamelanmuziek. Ook deze dans is transgender, meestal uitgevoerd door mannen verkleed als vrouwen.
Didi begon in 1966, op twaalfjarige leeftijd, al met danslessen. Het waren vooral de gracieuze vrouwelijke bewegingen die hem fascineerden. Hij studeerde af aan The Indonesian Academy of Arts in Yogyakarta in 1974. Inmiddels is hij een gevierd danser en choreograaf. Hij heeft twee boeken geschreven over dans en theatermake-up.
[uit de Ware Tijd, 15/08/2013]

Comedy Hour mist saus

door Tascha Samuel
Paramaribo – Surinamers houden echt van lachen. ‘Comedy Hour’ – een initiatief van onder meer Stephen ‘Wesje’ Westmaas in samenwerking met ATV, is dan ook een publiekstrekker.
Door miscommunicatie, namelijk op de kaarten stond 21:00 uur vermeld als starttijd in plaats van 20:00 uur zoals in de advertenties was aangegeven, eindigde de show zaterdagavond in Shakers dan ook veel later dan gepland. Ruim twaalf ‘grappenmakers’ hadden zich opgegeven om hun beste tori of grap te vertellen. Echter, het grootste deel van de show miste de nodige saus om het aanwezige publiek echt aan het gieren te krijgen.
Zenuwen
Max Moessan, Robby van der Leeuw, Gracia Stamper en de MC Romano ‘De Wipper’ Wip waren de enige die hun act met genoeg originaliteit brachten. Vanaf het begin van de avond was De Wipper helemaal ready om de avond op een creatieve en grappige manier aan elkaar te praten. Wellicht hadden de andere grappenmakers wel wat van hem kunnen leren. Intonatie, lichaamstaal en de juiste mimiek geven een extra kick aan elke tori of mop. Gewoon staan en vaak door zenuwen ook nog lachen om je eigen vaak ‘zoutloze’ mop, deed sommige deelnemers de mist ingaan.
Sommige moppen waren leuk, maar niet van het soort waarvan je gaat gillen. “Te un doro oso, dan pas unu grab’ en”, vond Mr. Bombelman uit Nickerie. Niet dus.
Van der Leeuw kwam met een heleboel opo skoifi op het podium. Zijn sterke kant was vooral het contact met het publiek. Moesan is er al jaren bij en dat was te merken. Hij bracht als ode aan de viering van de dag der inheemsen alleen maar tori’s van inheemsen.
Ryan Krimbo begon veelbelovend, maar grappen over mensen met een beperking zijn toch op het randje. Je kon duidelijk merken dat men een beetje ‘gespannen’ lachte.

Trainingen

De Flip Dancers waren een vrolijk dansintermezzo, maar uiteindelijk was het toch verrassend genoeg de enige vrouwelijke deelneemster Gracia Stamper die de luidste lachsalvo’s los kreeg van het publiek. Haar act duurde wat lang, maar was het meest originele qua inhoud met een stevige dosis zelfspot.
Ze was de enige die attributen gebruikte om haar act kracht bij te zetten. Uit haar grote buste haalde ze geregeld spullen. Er kwamen een glas, ijs, een flacon sap, een kleine fles campari en ook nog een zakje muntjes tevoorschijn. “En als ze je chubby noemen, zeg dan welke smaak wil je? En als ze je gasbom noemen, zeg hoe kan je koken zonder me?”
[uit de Ware Tijd, 05/08/2013]

Carifesta Baithak Gana slaat brug tussen generaties

door Tascha Samuel


Paramaribo – Met haarzuivere stem laat Kries Ramkhelawan horen dat er verschillende soorten Baithak Gana zijn. Hij begeleidt zichzelf daarbij kundig op de harmonium. Als hij dan de Afro Surinaamse Michel Eind (74), ten tonele voert, die in zuiver Sarnami enkele Baithak Chutney liederen laat horen, is het duidelijk wat Ramkhelawan wil. Baitak Gana gebruiken om jong en oud samen te brengen op 24 augustus tijdens de Grand Cutural Market op het KKF terrein tijdens de Baithak Chutney Dag.
Living Legends
Ramkelawan is heel enthousiast over de mogelijkheid die hij heeft gekregen om zijn filosofie uit te dragen. Waar hij zich namelijk al jaren sterk voor maakt via zijn stichting Saathi (vrienden onder elkaar), is het gebruik van de Living Legends. “In Trinidad wordt het talent van deze mensen geaccommodeerd. Mensen als Eind of oud politie-muzikant Lalpersad ‘Bongo Lal’ Thakoer, hebben veel kennis in huis.” De artiest meent dat deze kennis verloren gaat. Zoals uitgezet door het Carifesta comité, zullen er veel jongeren deelnemen. “Maar van wie moeten ze het leren?” vraagt de artiest zich af. Daarom is het programma een uitgebalanceerd geheel van jonge en oudere baithak gana musici en zangers op 24 augustus.
Eigen identiteit
“Ik ben de mening toegedaan dat je moet veredelen wat je hebt en er een eigen draai aan moet geven.” Ramkhelawan meent dat de Surinaams Hindostaanse dansers en choreografen zich meer moeten inzetten om choreografieën te maken op Surinaams Hindostaanse muziek. “Ik ben geschoold in vele vormen van de Indiase muziek. Maar door het me eigen te maken geef ik er een eigen identiteit aan. Het is Surinaams,” meent hij resoluut. Hij is daarom heel blij met dansers als Hans Bhawan met wie hij samenwerkt die durven om andersoortige choreografieën te maken zonder de typische Bharat Natyam of Kathak-bewegingen.
Masala
Op 24 augustus start om 10 uur de inloop, waarbij de gasten verwelkomt worden door onder meer de meisjesgroep Taaza Angels uit Nickerie en een dhapla speler. “De dhapla is in Trinidad en Guyana niet eens bekend”, benadrukt de artiest het unieke karakter van deze dag. Daarna zullen vrouwen in traditionele kleding curry gerechten – hier beter bekend als masala – bereiden. Op het centraal podium zal er intussen Baithak Gana gespeeld worden door jongeren. Hans Bhawan heeft een speciaal stuk gemaakt op het Dhrupat-nummer dat Ramkelawan heeft geschreven. “Het is een klassiek religieuze baithak die van langzaam naar snel gaat. De muziekkunstenaar heeft zich erg uitgeleefd met eigen creatie de Bai Sa Bingi-Jam. “Het is een mix van Sambura, Naya Bhingi van de rasta’s en baithak-muziek. Het is een harmonische en uitgebalanceerde versmelting van verschillende stijlen.”
[uit de Ware Tijd, 02/08/2013]

Slavernij abstract poëtisch neergezet

door Tascha Samuel

De slavernij is zo langzamerhand een uitgekauwd onderwerp. Maar indien goed overdacht en met voldoende creativiteit benaderd, kan het verfrissend gepresenteerd worden. De makers van From Roots To Crown, Gianni Grot (choreografie) en Helen Kamperveen en Ann Hermelijn (productie) hebben laten zien dat het anders kan. Het woord voorstelling dekt de lading nauwelijks. Het is een belevenis. Via moderne dans, klassiek en hiphop op hoogstaand niveau, worden bezoekers naar het puntje van hun stoel gedreven. Het resultaat is dat je je waant in een rollercoaster, waar dans, muziek en spoken word samenvloeien tot één geheel.
Abstract
De indringende pianomuziek waarop de lichamen synchroon en krachtig, op het acrobatische af bewegen, grijpt de aandacht vast als de wortels van een boom. De spanning wordt gedurende de avond langzaam opgebouwd. Spoken word, in overwegend Engels, door Daniel Kolf, Aisa Winter en Renate Galdey, is een prachtige aanvulling en gaf body aan het vrij abstracte stuk. De beeldspraak is fenomenaal, poëtisch schoon, scherp en confronterend.
Klaagzang
De volgende scène beeldt het harde leven uit op de plantage. De naakte bovenlijven, knikkende knieën die de zware last dragen, soms van dode lichamen in samenspel met de zang en spoken word hebben veel meer weg van een jeremiërend klaaggezang. Deze worden vervolgd met de gluiperige, begerige blik van de plantagemeester. Zijn grijpende handen beelden macht uit, die hij meent te hebben.
Indringer
De aangrijpende mimiek, terwijl een slavin haar eer probeert te bewaren, is bloedstollend. Vol agressie, wreed en ondanks haar verzet is ze niet opgewassen tegen de smerige indringer. Bijzonder was het contrast van de blanke meesteres die haar blik laat vallen op het donkere gespierde lichaam van een slaaf. De mimiek is daar een stuk sierlijker en geeft meer het gevoel van verleiding en genot van de daad. Maar dat de slaaf zich daar uiteindelijk onprettig bij voelt, wordt toch duidelijk.
Mensenrechtenstrijd
De stille schreeuw van de slaven die in eeuwen niet gehoord is. De pijn en mensonterende wreedheid waarvoor de wereld haar ogen gesloten heeft, wordt opgeroepen als de dansers middels mimiek een stille schreeuw geven.
En dan de vrijheid. Vrijheid om te zijn en om te doen. Maar wat heeft vrijheid gebracht? Geen acceptatie van het eigene. Onzeker over je kroes ede, dat haar dat niet meegaat met de zwaartekracht. Maar we zijn wie we zijn. Dwars door alles heen gaan we door.
[uit de Ware Tijd, 03/08/2013]

Inheemse cultuur in the spotlight

door Tascha Samuel

Paramaribo – Met nog maar zes dagen te gaan, voor de viering van de Dag der Inheemsen, is de speciale lezing over Inheemsen, door Harriëtte Vreedzaam een mooie activiteit. In een goed gevulde achtertuin van Tori Oso stond de inheemse cultuur in de spotlight tijdens de maandelijkse lezing van de Schrijversgroep ‘77 . Vreedzaam, de basya van Pierre Kondre Kumbasi, ging in op de bevindingen van het onderzoek gedaan in 1996 door de vrouwenorganisatie Sanomaro Isa. “De betiteling als arme plattelandsvrouwen zoals de Westerling ons beoordeelt, is onjuist. We zijn niet plattelands en niet arm.”
Westerse normen
Deze opmerking on lokte menig reactie. “Jullie zouden gewoon gebruik moeten maken van wat men zegt en daarmee geld innen.” De inleider gaf echter aan dat de waardigheid van de inheemsen niet te koop is. “De inheemse vrouw is zelfvoorzienend. Wij hebben het land. Een inheemse vrouw die geen kostgrond bewerkt, maar die uit het bos vlees, groente en fruit haalt is hooguit heel lui.”
Daarbij benadrukte zij dat de leefgewoonten en percepties van armoede niet vastgesteld kunnen worden op basis van de Westerse normen. ” Een Europese boerin die grondhuur moet betalen en de grond moet verpachten om te kunnen zaaien; die zijn arm.” Jammer genoeg heeft Vreedzaam haar inleiding niet visueel kunnen ondersteunen door de afwezigheid van haar assistent.
Bescherming
Het programma moest enigszins worden aangepast door het laat komen van de artiest Mark Langaman, maar Nowilia Tawjoeram wist het publiek aardig te bekoren met haar verhalen. Daarna wierp Vreedzaam het element van ‘bescherming van intellectuele eigendommen’ op daar zij zelf ook wel verhalen had die ze graag wilde vastleggen. “Maar ik vrees dat men er misbruik van kan maken als het niet beschermd is.” Volgens S’77 voorzitter Ismene Krishnadath zou in afwachting van betere regelgeving alvast het boek uitgegeven kunnen worden en de rechten daarop zouden beheerd kunnen worden via een stichting. Vreedzaam gaf ook aan dat de verhalen waardevol zijn vanwege de achterliggende ‘waarden en normen’ die ze aanleren. Ook Conrad Rybka die zich de voorbije vier jaar bezig heeft gehouden met de Arowakse (Lokono) taal presenteerde zijn werk. Het tweejarig onderzoek waarop hij afstudeerde bracht hij levendig in beeld. Zijn vrij goede beheersing van het Arowaks kwam daarbij ook tot uiting. De avond werd afgesloten met het vrolijk losgooien van de benen op Sambura muziek.
[uit de Ware Tijd, 02/08/2013]

Sabi Yu Rutu toont noodzaak stamboomonderzoek

door Tascha Samuel

Paramaribo – De expositie Sabi Yu Rutu geeft bezoekers niet alleen een terugblik, maar ook een handleiding van het eigen verleden. De expo bestaande uit kunst, oude foto’s uit het archief van de Evangelische Broeder Gemeente Suriname (EBGS) en stambomen, werd donderdag geopend bij het Jeugdcentrum.
“Ken je eigen geschiedenis. Zoek die op, dan ga je die meer waarderen en kan je er zelf je eigen interpretatie aan geven”, meent Marilva Eiflaar. Zij deed donderdag onder redelijke publieke belangstelling verslag van het jongerengenealogieproject; een samenwerking tussen het EBGS-archief, Na Afrikan Kulturu fu Sranan (Naks), Ancestors Unknown en de organisatie Who.Am.I. “Het is van belang je geschiedenis te kennen. Het is dwaas als we die niet kennen”, meende dominee Edgar Loswijk, die kort Gods zegen afsmeekte voor het samenzijn. De expo is tot 1 juli te bezichtigen.
Zelfonderzoek
Het Sabi Yu Rutu-project is in januari van dit jaar gestart met als doel jongeren bewust te maken van hun afkomst. “We kregen ouderen die in de archieven kwamen zoeken, omdat hun kinderen vragen stelden. Toen dachten we waarom niet de jongeren leren hoe zelf onderzoek te doen? Daardoor kwam Sabi Yu Rutu tot stand”, legt Eiflaar uit, zelf werkzaam bij het EBGS-archief. De Amerikaanse Dana Saxton van de organisatie Ancestors Unknown, trainde de jongeren in onderzoekstechnieken, hoe en waar ze kunnen zoeken en welke bronnen ze kunnen opzoeken. Ze leerden ook om vanuit schilderijen en foto’s informatie te zoeken en zelfs vanuit de dans.
Zoektocht
Ank de Vogel-Muntslag vertelde over haar zevenjarige zoektocht naar de Afrikaanse stamvader van de Surinaamse familie Muntslag, genaamd Avantuur Windhorst. Vorig jaar verwerkte de Ghanese kunstenaar Jeremiah Quarshie, het verhaal van Avantuur en zijn nakomelingen in een kunstwerk voor een expositie van het Stedelijk Museum projectbureau. Dit kunstwerk is gedeeltelijk te zien bij deze expo. Het bijzondere van het werk is dat het gezicht van de Vogel- Muntslag is opgebouwd uit woorden, namen en zinsneden die geschiedkundige informatie bevatten.
Op de expo staan een tweetal werken van Shaundel Horton en ook twee van Miquel Keerveld getiteld ‘Help me take it away’. Kleurige mensfiguren die ‘overschaduwd’ lijken te worden door de zwarte verf die als duisternis over hen heen hangt. Een groot schilderij van Raimen Bijlhout waarop een oude zandstraat met typische houten huisjes is uitgebeeld, heeft een sterke owruten-sfeer. Opmerkelijk is de installatie van terracotta kleihoofden van Ken Doorson getiteld ‘Generation’. Oude foto’s en portrettekeningen uit het EBGS-archief en stambomen maken de expo tot een geheel. Met Sabi Yu Rutu wil de organisatie van de EBGS anderen inspireren om op zoek te gaan naar hun eigen identiteit via stamboomonderzoek. De organisatie wil ook de rol die kunst kan vervullen in de beleving van onze geschiedenis aangeven.
[uit de Ware Tijd, 29/06/2013]

Eindelijk Vrij vertelt kinderen marrongeschiedenis

door Tascha Samuel

Paramaribo – In het kader van 150 jaar afschaffing van de slavernij heeft de stichting Hosea gemeend de marrongeschiedenis vast te leggen. De organisatie geeft dan ook een boek uit met als titel Eindelijk vrij, waarin aan kinderen het verhaal van de Marrons verteld wordt.

Ze maken kennis met helden die al eerder dan 1863 het juk van de slavernij van zich af hebben gegooid. “Vanuit mijn stichting heb ik vaker boeken naar het binnenland gebracht voor kinderen. Ik keek het assortiment nog eens door en schaamde me eigenlijk dat er geen Surinaamse boekjes bij zaten. Ik verlangde ernaar om een boekje uit te geven waarvan het verhaal zich afspeelt in de belevingswereld van de kinderen in het binnenland van Suriname”, legt Hyacinth Bos-Halfhide, voorzitter van de stichting Hosea, uit.

Spannend
Zij kwam in contact met Annelies den Boer-Aside uit Moengo die de tekst voor het boek geschreven heeft. Het is een full-color boek met harde kaft van 35 bladzijden. De tekeningen zijn van Ginoh Soerodimedjo, gemaakt op de achtergrond van echte foto’s van het binnenland. “Wat het uniek maakt is dat deze verhalen niet staan in onze geschiedenisboekjes. Het is echter wel een waargebeurd verhaal gegoten in een spannend kinderverhaal “, licht Bos toe. Professor Frank Jabini, is de historische consulent geweest.

Gratis
Het is de bedoeling dat dit boekje op elke school in het binnenland aanwezig zal zijn, waar het ook gratis verspreid moet worden. “Door het kopen van het boekje in de stad, ondersteun je ook het project. Het boekje zal ook in Nederland verkrijgbaar zijn”, licht Bos toe. De presentatie is donderdag in het Lalla Rookh gebouw. “Er zal een optreden zijn van een dansgroep en enkele korte speeches van de mensen die hebben meegewerkt. Op zaterdag is er een feestelijke bijeenkomst met live muziek en een signeersessie van Den Boer Aside in boekenwinkel de Oase.”

[uit de Ware Tijd, 26/06/2013]

Beeldend schrijven valt aan te leren

door Tascha Samuel

Paramaribo – Het grote verschil tussen tekstsoorten zit hem in de doelgroep. “Voor een toneelstuk ga je het verhaal en de dialogen schrijven. Niet voor een lezer, maar voor de spelers van het stuk”, geeft Ruth San A Jong, directeur van de Schrijversvakschool Paramaribo, aan. Volgens de docent betekent dat leren om beeldend te schrijven met personages in gedachten.
De cursus Drama en Toneelschrijven die zes weken duurt, gaat diepgaand in op het schrijven van scripts voor toneelstukken of films. “Het is een specialisme dat vooral veel aandacht besteedt aan details”, licht de schrijfster toe.
Juiste dramatiek
Het schrijven van dialogen voor drama vergt veel inbeeldingsvermogen. De dialogen moeten echt overkomen en het effect sorteren dat je wilt bereiken. “Het is niet interessant om iemand lange teksten te laten opdreunen zonder dat het zijn doel bereikt. Het moet dé juiste dramatiek hebben.” De ‘vier talen’ die dat moeten bewerkstelligen zijn de pijlers waarop deze stijl rust. “De lichaamshouding of lichaamstaal geeft uiting aan het gemoed op dat moment, maar ook de intonatie, de manier, de toonhoogte waarmee je iets zegt. Dan volgt de kracht van de geschreven tekst en de gezichtsuitdrukking die het moet afmaken. Je moet het kunnen visualiseren en dat in tekst kunnen weergeven”.

Belangrijkste elementen
Een film of toneelscript schrijven lijkt makkelijker dan het is. Aspecten die tijdens de training behandeld zullen worden zijn de belangrijkste elementen bij het schrijven van drama voor toneel en film. De aanleiding, voorbereiding, het research, thema, premisse, de synopsis, het script of scenario, de karakterbeschrijvingen, ontwikkeling van personages, ontwikkeling van conflict, dialogen, points of view, vertelstructuur en locaties zullen worden aangeleerd. Premisse is een moeilijk woord voor ‘doel van het verhaal’. Wat is de moraal? “Als je een fan bent van de serie Scandal dan is de premisse dat, ook al ben je in de hoogste positie je toch een ‘scandal’ kan hebben. Kijk maar naar president Bill Clinton. Of als we naar de film Shrek kijken. Daar is de premisse dat zelfs als je een ‘Oger’ bent enje er schijnbaar niet bij past, je toch ware liefde kan vinden”.

Specialisme

“Voordat de camera’s beginnen te draaien of de doeken open zwaaien op het toneel is er eerst een tekst. Zo heb je bestsellers die verfilmd worden. Daarvoor heb je iemand nodig die in het script het sentiment van de letter moet vertalen naar woorden die beelden gaan worden. Het is een specialisme en een hoofdgenre bij het schrijversvak. Tijdens de training wordt er samen naar een film en toneelstuk gekeken en worden er analyses gemaakt. Aan het eind van de training heeft de cursist zelf een script geschreven voor een korte film of toneel. Deze training is geschikt voor beginners en gevorderden.

[naar de Ware Tijd, 11/06/2013]

Overdracht Saamaka-cultuur broodnodig

door Tascha Samuel

Paramaribo – “Ik ben als Saamaka-vrouw erg geïnteresseerd in mijn cultuur. Ik merkte dat ik heel wat dingen van vroeger niet wist, omdat de tijden en gewoonten zijn veranderd. Hierdoor dreigen tradities verloren te gaan. Zelfs ouderen doen het niet meer. Het is dus van groot belang dat we zulke activiteiten ontwikkelen om de cultuur te behouden”, licht Zinaida Weimans-Huur toe. Zij is assistent jeugdambassadeur en organiseerde in Abenaston een bijzonder cultuuroverdrachtevenement. De dans en culinaire tradities werden door de ouderen aan de jongeren gepresenteerd.

read on…

Nazaten van de Indiase immigranten (5 en slot)

door Tascha Samuel

India, en specifiek Noord-India – waar de Hindostanen oorspronkelijk vandaan komen – kreeg de naam Hindostaan en de inwoners werden Hindostanen genoemd. Zij kwamen vanaf 1873 vanuit het toenmalige Brits-Indië´ naar Suriname. Tussen 1873 en 1916 kwamen ongeveer 35.000 Hindostanen naar het land. De contractanten lieten een armoedig bestaan in India achter zich, maar kregen het in eerste instantie in Suriname niet veel beter. Zij werden zeer slecht betaald, waardoor ze ook wel ‘centslaven’ werden genoemd. In verband met de viering van 140 jaar Hindostaanse Immigratie wordt vandaag de laatste nazaat belicht: Ashwin Adhin, voorzitter van de Culturele Unie Suriname.

read on…
  • RSS
  • Facebook
  • Twitter