blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Samson René

René Samson over Kultuurtuin kawina

Op vrijdag 6 december gaat Kultuurtuin kawina in première, bij de viering van het eerste lustrum van de Werkgroep Caraïbische Letteren. Het stuk is geschreven door de Surinaams-Nederlandse componist René Samson. Hij componeerde een uniek stuk met zang, slagwerk en dans op gedichten van Michael Slory en Bernardo Ashetu. Hieronder volgt zijn toelichtende tekst.

Aantekeningen van de componist over Kultuurtuin kawina voor mezzosopraan en slagwerk

Het begon allemaal met een telefoontje van Michiel van Kempen: of ik er zin in had een stuk te schrijven gebaseerd op de poëzie van Michaël Slory en Bernardo Ashetu? Michiel en ik kennen elkaar al jaren. Mijn vriendin en ik waren aanwezig bij de verdediging van zijn proefschrift en het memorabele feest na afloop (mijn moeder zaliger zou zeggen: ai baja, feesten … dat a sabi) en daarna bleven we elkaar bij vele plezierige sociale evenementen ontmoeten. Hij wist van mijn adoratie voor Slory’s poëzie. Ik had hem waarschijnlijk verteld dat mijn vader mij vol vuur grote delen uit Slory’s Koroni Kawina uit het hoofd reciteerde (ai baja, gedichten lezen… na dat a ben sabi). Op de kleine jongen die ik toen was, maakte dat een diepe indruk. Michiel vertelde mij over Bernardo Ashetu van wiens werk ik toen nog nooit gehoord had. Wat ik van Ashetu las, overtuigde me vanaf de allereerste kennismaking: een diepe geest. Ik kon me geen mooiere compositieopdracht voorstellen. Hoe pak je zo iets aan? Bij mij begint dat vaak met nadenken over de instrumentatie. Ik wilde in elk geval iets met die prachtige teksten doen, dus een zanger of zangeres was absoluut noodzakelijk. Wat verder? Een piano? De door-de-eeuwen-beproefde combi van zingende dame of heer, bevallig gedrapeerd in de bocht van een concertvleugel? Als dat goed genoeg is voor Schubert, zou ’t voor Reneetje Samson toch ook moeten voldoen? Op de een of andere manier dreven mijn muzikale impulsen me toch een andere kant op. Ik bleef maar de ritmische klanken van een apintiedrum horen bij veel van de gedichten die ik las. Waarom weerstand bieden aan zo iets? Zangeres en slagwerker; dat moest ’t worden. Om behalve een ritmisch ook een melodisch element in mijn gereedschapskist te hebben, wilde ik een slagwerker hebben die zeer goed uit de voeten kan met de marimba: een fantastisch flexibel en veelzijdig instrument. Fanny Alofs en Tatiana Koleva (de laatste een virtuoze marimba-expert) leken me geknipt voor deze job. Behalve dat m’n jejeeen apintiedrum hoorde, zag m’n geestesoog ook dansende vrouwen en mannen; niet zo vreemd eigenlijk voor een Surinaamse jeje. Precies in diezelfde tijd had ik intensief contact met dansgroep LeineRoebana en ontmoette daar danser/choreograaf Michael Jahoda. Hij vertelde mij enthousiast over zijn leertraject bij het befaamde Alvin Ayley American Dance Theatre. Hij leek me dè man voor dit project. Mijn intensieve herlezing van Slory’s en Ashetu’s gedichten confronteerden mij met de rijkdom en gelaagdheid van hun werk. Het begon tot me door te dringen dat beide dichters vele poëtische personae in zich verenigden. Bij Slory zag ik behalve een echte Surinaamse kawinadichter, ook een verfijnde geest die de schoonheid van de natuur en van de vrouw bezong. Bij Ashetu zag ik soms beelden die me aan de Italiaanse commedia dell’ arte-traditie deden denken, maar ook veel gedichten waarin ik de stem van een beschadigd kind meende te horen. Mijn muziek kon niet anders zijn dan een reflectie van de rijkdom en verscheidenheid die ik in al die gedichten vond. Sommige van mijn stukken staan vrij dicht bij de kawinatraditie; in andere stukken zal de ervaren luisteraar moeiteloos de stijl van de Europese kunstmuziek van de afgelopen honderd jaar herkennen; zoals de toonzetting van één van Ashetu’s gedichten (Amatijo) die een directe parafrase is van Arnold Schönbergs Pierrot lunaire. In weer een ander Ashetu gedicht (Marcel) kon ik de onweerstaanbare neiging niet onderdrukken om een stuk Nederlandse tekst (“God alleen …”) te versurinaamsen (“Gado nomo ….”) in de context van een gestileerde quasi-Surinaamse bazuinkoraal. Ik kan alleen hopen dat het publiek even veel lol zal beleven aan het beluisteren van Kultuurtuin kawina als ik had tijdens mijn compositiearbeid. (René Samson, november 2013)  

Over de componist

René Samson, geboren en getogen in Suriname, kwam de eerste helft van zijn professionele leven aan de kost als chemicus. Op z’n 40ste jaar begon hij te componeren, min of meer als autodidact. Na een moeizaam begin wordt zijn werk nu met enige regelmaat uitgevoerd op concertpodia in Nederland en elders door gerenommeerde professionele uitvoerende musici. Voor meer gedetailleerde informatie (lijst van werken, concertagenda, uitgebrachte CD’s, recensies, enzovoorts) zie zijn website: www.renesamson.nl  Klik hier voor het gehele programma van de lustrumviering op 6 december 2013 en voor informatie over het bestellen van kaarten.

Bernardo Ashetu – ‘t Lampje

Er brandde één
verschrikkelijk lampje
tot diep in de nacht.
Verbazend veel
suikergoed bracht ik mee
voor m’n kleine zoon.
Z’n ontwaken was
helder groen en mijn
adem afschuw’lijke pijn.
[Dit gedicht is één van de gedichten die door René Samson op muziek zijn gezet, een compositie die bij de lustrumviering van de Werkgroep Caraïbische Letteren op 6 december a.s. in wereldpremière gaat.]

UITVERKOCHT / Drie wereldpremières op Vijfde Caraïbische Letterendag

De Werkgroep Caraïbische Letteren nodigt u van harte uit voor de vijfde Caraïbische Letterendag. Voor deze lustrumviering pakken we groots uit met drie wereldpremières.

read on…

René Samson zette poëzie van Slory en Ashetu op muziek

In opdracht van de Werkgroep Caraïbische Letteren heeft de Surinaams-Nederlandse componist René Samson een tiental gedichten van Michael Slory en Bernardo Ashetu op muziek gezet. Het werk, getiteld Kultuurtuin kawina, is geschreven voor mezzosopraan, twee koorstemmen en slagwerk (conga´s, marimba, bamboe- en metalen chimes, gong, wood blocks, bass drum). De zangers/sprekers brengen teksten in het Sranantongo en het Nederlands. Het werk zal zijn wereldpremière beleven op de lustrumviering van de Werkgroep Caraïbische Letteren, op 6 december a.s., in het Theater van het Woord in de Openbare Bibliotheek Amsterdam. Samson heeft van Michael Slory onder meer diens misschien wel allerbekendste gedicht op muziek gezet: ‘Koroni kawina’. Van Bernardo Ashetu kan het publiek onder meer diens vaak gebloemleesde gedicht ‘Marcel’ horen op muziek van Samson.
De avond van 6 december beleven nog twee andere werken hun wereldpremière: De lussen van Favereyvan componiste Margriet Hoenderdos, een compositie voor blaaskwintet op gedichten van Hans Faverey. Verder heeft de Werkgroep Caraïbische Letteren een opdracht verleend aan Randal Corsen om een jazzwerk te componeren op basis van gedichten in het Papiamentu. Ook dat wordt op 6 december ten gehore gebracht.

Wereldpremière René Samsons Sporen

In de Oude Dorpskerk van Abcoude, onder de rook van Amsterdam, werd op zondag 20 februari 2011 het werk Sporen van de Surinaams-Nederlandse componist René Samson ten doop gehouden. Het ca. 10 minuten durende werk heeft een bezetting voor fluit, harop, viool, altviool en cello, een bezetting die in zwang kwam aan het begin van de twintigste eeuw onder Franse componisten als Albert Roussel. Van Roussel werd een sonate uitgevoerd en van de Belgische componist Joseph Jongen een concert voor vijf instrumenten. Het werk van René Samson bleek zich qua klankkleur prachtig bij deze werken aan te sluiten, en is opgebouwd rond een motief dat de verschillende instrumenten herhalen. Voor de veelal atonaal schrijvende René Samson is Sporen een opvallend gemakkelijk in het gehoor liggende muziek. Hij schreef het werk voor het ensemble Lumaka, dat daarmee voor het eerst een werk uitvoerde dat voor dit gezelschap is geschreven. De wereldpremière van Sporen werd bijgewoond door een honderdtal mensen en de componist zelf, vooraan gezeten in wit-rode trui.

Nieuwe compositie René Samson

Op zondag 20 februari speelt het Ensemble Lumaka in de Dorpskerk van Abcoude een programma met o.m. een nieuw werk van de componist René Samson.Het Ensemble begint met een programma A la française, hedendaagse composities uit de 20e en 21e eeuw met werken van Roussel (1869-1937), Ravel (1875-1937) en Jongen (1873-1953). Vervolgens geeft het Ensemble ook de première van Sporen, een nieuwe compositie van René Samson (geb. Paramaribo 1948), die deze middag bij de uitvoering aanwezig zal zijn.

read on…
  • RSS
  • Facebook
  • Twitter