Op donderdag 27 mei 2021 ondertekenden Rita Rahman, voorzitter van de Werkgroep Caraïbische Letteren, en... Lees verder →
Kenneth Rellum – Dat ding van ons ~ (Suriname)
In tegenstelling tot Nederlanders
Vinden wij Surinamers het niet nodig
Om alles tot in de puntjes te benoemen
Of te verduidelijken
Maar ook weer niet zodanig
Dat de ander in het duister moet tasten
Je weet toch, dat ding
Welk ding? Oja! meisje, vertel!
Hoe is het gegaan met die torie?
Dat ding is gebost, zeg ik je
Zogenaamd speelt meneerje geweldig
Zomaar komt hij z’n dingens voor me maken
Omdat ik hem dat ding niet wilde geven
Kenneth Rellum – De Val van Paramaribo
Opgedragen aan: Scrappy W ~ Super Saamaka
Ode aan de Marrons van Suriname
Directe afstammelingen van slaven zijn ze
Die van Afrika naar Suriname gebracht
Zich moedig vrij vochten uit slavernij
Om in de oerwouden in stamverband te leven
“Bosnegers” worden ze smalend genoemd
Aukaners, Saamaka’s, Boni’s en anderen
Niets is ze intussen bespaard gebleven
Oorlogen, natuurrampen, migratie en grondroof
Maar als Marrons bestormen ze opnieuw de stad
De universiteit, de politiek en haar kantoren
Als de nieuwe macht zijn ze niet te stuiten
Wie had ooit gedacht, dat uiteindelijk toch
Het arrogante Paramaribo vallen zou?
Kenneth Rellum – Onze Volksboom
voor Dobru
Wie denkt of zegt
“Wan Bon”
Voelt het warme groeien
Van onze volksboom
In het trotse hart
Hoort het ruisen van bladeren
Als een meerstemmig lied
Gekreun van takken
In het uiten van verdriet
Weet dat ons aller boom
Staat als een kankantrie
Diep geworteld in aarde
Die ons baarde
Kenneth Rellum – Cultuurdrager ~ (voor Robby ‘Rappa’ Parabirsing)
Robby ‘Rappa’ Parabirsing
Met groot genoegen
Las ik je al vele malen
Toen ik eindelijk
Je stem te horen kreeg
In een interview met Thea Doelwijt
Je danste op de tonen van humor en taal
En Thea walste lachend met je mee
Wat een literair feest was dat!
Je stemmetjes zo vermakelijk
Een waar voorlees kanon ben je
Je andere kwaliteiten daargelaten
Bij elke Surinamer welbekend
Rappa, nationale cultuurdrager read on…
Kenneth Rellum – Paradijselijk geschenk
voor Michaël Slory
Ik ontmoette je
In mijn jeugd in Suriname
Vlak voor het CCS gebouw
Ik, een kind nog
Jij, een jonge dichter
Een boekje bood je me aan
Ik wees het af, beleefd
Ik was er nog niet rijp voor
Maar de herinnering bleef
Want later, veel later
Accepteerde ik alsnog
Het paradijselijk geschenk
De poëzie die jij toen al schreef
Kenneth Rellum – Onpoëtisch
voor Alphons Levens
Onpoëtisch
Er zijn dichters
Die in het zwart gekleed gaan
Voor zichtbaarheid
Maar niet jij
Die zo onpoëtisch
Met knallende zweep
Gewetensvragen neerlegt
Op hoeken, hier en daar
Van een chaotische maatschappij
Als een engel des doods
Ongezien haast
Vluchtig verder trekt
Zonder een antwoord af te wachten
Kenneth Rellum – Dichters van Suriname ~ (voor Gianni Wip)
Dichters van Suriname
Zoals zij in de loomheid
Van saaie brede rivieren
En het ontoegankelijke
Van vijandige wijdse bossen
Het paradijselijke gewaren
In het hopeloos verdeelde
Het onderlinge wantrouwen
Van verschillende culturen
Een bloeiende samenleving
Een volk in wording zien
Dansend naar de toekomst
Op muziek van veeltaligheid
Kenneth Rellum – Hoe Duur was de Suiker
Kenneth Rellum – De Witte Verleiding
Aangetrokken
Door de valse schijn
Van de witte verleiding
Loopt een vlieg tegen de lamp
En weer betreuren wij
In collectieve pijn
Een gevallen zoon of dochter
Laten wij Surinamers
Net als de robben op de kust
Omringt door groot gevaar
De rangen sluiten
Niet enkel wijzen naar
Maar beschermen elkaar
[van Gladius Poeticus, 19 augustus 2013]
Kenneth Rellum – De Laatste Koloniaal
Vandaag onverwachts
Gaf de laatste koloniaal
De pijp aan Maarten
Als een brullende muis
In het hol van de leeuw
Was zijn vaste overtuiging
Dat “Neks no fout”
“Alles is fout” moet zijn
Dus haalde hij pen en karwats
Over onrecht en nationalisme
Dan plots die leegte
En nu?
Wie zijn stokje is dit?
[Bij het overlijden van Rolf van der Marck]
Kenneth Rellum – Dren/droom
M’e dren fu redi doti
Nanga kowru, blaka watra
Soso futu
Naini waran santi
Fu singibusi
Nanga tiri, weti sabana
Dungru buba
Naini faya son
M’e dren fu matilobi
Nanga safri pina
Sweti skin
Naini freydoti
Fu bigi liba
Nanga botobar’bari
Sranan, mi lobi
M’e dren fu yu
Droom (vertaling)
Ik droom van rode grond
En koel, zwart water
Blote voeten
In het warme zand
Van ruisende wouden
En stille, witte savannes
Bruine huid
In de felle zon
Ik droom van vriendschap
En tevreden armoe
Bezwete lichamen
In het waaiend stof
Van grote rivieren
En ronkende bootmotoren
Suriname, mijn lief
Ik droom van jou
Kenneth Rellum – Sranan Tongo
Kibrifas’ tongo
Fu mi pikinten
Fa y’e switi mi yesi
Waran mi ati so
Bakra tongo
Nanga den tyamu f’ en
A no man broko yu
Awasi omeni afrontu
Osortu por’nen
Yu nengrefiri
A no abi kwet’kweti
Mofokoranti f’ yu
A no man doro
Sranan Tongo (vertaling)
Heimelijke taal
Uit mijn kindertijd
Zo prettig in het gehoor
Je warmt mijn hart
Het Nederlands
En haar voorvechters
Ze kan je niet breken
Alle belediging
Slechte naam ten spijt
Jouw zwartbewustzijn
Mist ze absoluut
Aan jouw bereik
Kan ze niet tippen