blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Rahan Stuart

‘Oom Tom was een lafaard’

door Stuart Rahan

Den Haag – Het mensonterende verhaal van Oom Tom is ontsproten uit het brein van de blanke schrijfster Harriet Beecher-Stowe. Zij vergrootte en exploiteerde het verhaal van Oom Tom dat de geschiedenis is ingegaan als het keerpunt van besef bij het toen heersende blanke instituut om een eind te maken aan de slavernij. De bevinding dat de slavernij uit economisch oogpunt is gestart maar de meest wrede verachting van het mens-zijn met zich meebracht, is geen reden om slavernij en economische ontwikkeling in één adem te noemen.

read on…

Doe-theater schrijft geschiedenis

door Stuart Rahan

Amsterdam – Even leken oude theatertijden te herleven. Een stukje Land te koop uit 1973 van het Doe-theater werd zondag opgevoerd voor een volle zaal van Vereniging Ons Suriname. Maatschappijkritisch theater van toen Suriname nog niet onafhankelijk was en zoals het stuk de relatie benoemde, het enige ontwikkelingsland dat ontwikkelingshulp gaf aan het moederland, Nederland.   Die geschiedenis is nu opgetekend in Lachen, huilen, bevrijden door historicus Annika Ockhorst en geeft een stukje geschiedenis weer van het Doe-theater. Aan dat Doe-theater zullen ook de namen Thea Doelwijt en Henk Tjon altijd mee verbonden blijven. Het was hun idee om kritisch om te gaan met de verworvenheden van de Surinaamse samenleving, maar dan in theatervorm. Het mikpunt was Surinaamse politiek en politici die, in het dertienjarig bestaan van het eerste professionele theatergezelschap, transformeerde van slap lullende corrupte apen in het parlement tot jaknikkende, ook corrupte politici, die deze keer hun uzi’s het woord lieten voeren.  

Uzi op schoot

Het historische naslagwerk is tot stand gekomen nadat Ockhorst in de archieven van de culturele relatie Suriname-Nederland dook en een minimaal zinnetje tegenkwam over een culturele uitwisseling. In Nederland vroeg men zich af of het wel een goed idee was om het Doe-theater in het kader van een cultureel akkoord naar Nederland te halen. De Surinaamse regering van eind jaren zeventig van de vorige eeuw had net Keskesi sani voor zijn kiezen gehad en het was toen de vraag of financiële middelen uit het akkoord voor de uitwisseling gebruikt moesten worden. Het Surinaamse parlement werd letterlijk en figuurlijk voor aap gezet. “Het was de vraag voor beide partijen of dat wel wenselijk was. Ik weet niet of de Surinaamse regering daar toestemming voor zou hebben geven.”, voert Ockhorst aan.   Het Doe-theater heeft ook na de militaire ingreep in 1980 de politieke leiding een spiegel voorgehouden zoals dat daarvoor ook het geval was. Helaas waren de militaire machthebbers niet altijd gecharmeerd van het Doe-theater. Ba Uzi werd twee maanden na de coup in 1980 opgevoerd waar de militaire leiding met uzi’s op de schoot naar de voorstelling kwamen kijken.   Het laatste stuk dat het podium overleefde, was het kindertoneelstuk Roy nanga den fufuruman dat drie dagen vóór de decembermoorden werd opgevoerd.

Kritische reflectie

Na de moorden is een poging gewaagd om die zwarte bladzijde uit de Surinaamse geschiedenis vertolkt te krijgen. Beestachtig heeft het nooit gehaald. In september 1983 vertrok Thea Doelwijt naar Nederland wat ook het einde van het Doe-theater betekende. Een naaste medewerker van de toenmalige legerleider Desi Bouterse gaf haar dat advies omdat zoals de medewerker het toen formuleerde: “Tenslotte zijn wij een deel van Zuid-Amerika en elk Zuid-Amerikaans land heeft schrijvers in ballingschap.” Thea Doelwijt reageerde daarop: “Ik kan niet zeggen dat ik gevlucht ben, ik ben weggegaan omdat ik moeilijk kon werken.”  

Of het Doe-theater nu weer een plek zou verwerven binnen het nieuwe Surinaamse politieke bestel wil Ockhorst bevestigen noch ontkennen. “Ik denk dat een kritische reflectie op de samenleving altijd goed is, maar het is een waardevolle bijdrage als kritisch theater wordt gemaakt.”

Het boek Lachen, huilen, bevrijden is uitgegeven door Koninklijke Brill in samenwerking met het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde (KITLV). Daarbij hoort een dvd met de theatervoorstelling Libi span ini na ati fu Sranan.  

[uit de Ware Tijd, ­­12/12/2012]

Valika Smeulders: ‘Misschien is opheffing NiNsee goed’

door Stuart Rahan

Rotterdam – Er bestaat brede belangstelling voor slavernij. Echter blijkt dat nieuwe presentaties zeer uiteenlopende perspectieven weergeven. Dat concludeert Valika Smeulders in haar promotieonderzoek Slavernij in perspectief: Mondialisering en erfgoed in Suriname, Ghana, Zuid-Afrika en Curaçao. De presentaties worden van twee kanten gebracht. Het perspectief van de koloniale machthebbers wordt anders ingevuld dan de invalshoek van de nazaten van tot slaaf gemaakten.

read on…

Black Magic Woman Award voor Tanja Jadnanansing


door Stuart Rahan
 .
Amsterdam – Politica Tanja Jadnanansing (kamerlid voor de Partij van de Arbeid) ontving afgelopen weekend de Black Magic Woman Award 2012 tijdens het gelijknamige festival in Amsterdam, Nederland. Jadnanansing reageerde zeer verrast, want ze dacht dat ze uitgenodigd was om het festival te openen. Het moment liet haar dan ook niet onberoerd.
Jadnanansing groeide op in Suriname. In Nederland werkte de jurist onder meer bij de Nederlandse Publieke Omroep en was presentator en programmamaker bij de Multiculturele Televisie Nederland en de omroep Organisatie Hindoe Media. Ze won in 2002 de diversiteitsprijs van de gemeente Amsterdam en in 2003 de publieksprijs op het Hollandse Nieuwe schrijversfestival.
Het Black Magic Woman Festival werd voor de zeventiende keer georganiseerd en had als thema ‘Be You’.
.
[uit de Ware Tijd, 13/12/2012]

LPS verafschuwt Nederlandse voordracht: ‘Sinterklaas is racisme’

door Stuart Rahan

Het Landelijk Platform Slavernijverleden (LPS) verafschuwt de voordracht van de Nederlandse Commissie Immaterieel Erfgoed om de Sint Nicolaas Traditie door de Unesco genomineerd te krijgen op de Erfgoedlijst. Daarom zijn naar verschillende internationale VN-organen brieven gezonden waarin gelobbyd wordt om de nominatie af te wijzen. Ook zijn er brieven gezonden naar het Nederlands Centrum voor Volkscultuur en immaterieel erfgoed, de fracties van de Tweede Kamer der Staten-Generaal en de verantwoordelijke minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen.
“Zoals verwacht bleven reacties uit”, beklaagt Barryl Biekman van het LPS zich. “Ook brieven aan premier Mark Rutte bleven onbeantwoord, want ook voor Rutte is de traditie inclusief het ‘zwarte Pietverschijnsel’ heilig.” Biekman stoort zich ook ontzettend aan het uitblijven van een reactie van de Tweede Kamer. “Nu hebben ze met de verkiezingen wel onze stemmen nodig, maar aanpakken van Black Racism, ho maar.”

Verwerpelijk

De discussie rond het fenomeen ‘Zwarte Piet’ is met de ratificatie door Nederland dit jaar van de Conventie Immaterieel Erfgoed van de Unesco, welke aangenomen is in 2003, nu verplaatst naar het internationale speelveld waar racisme, in welke vorm dan ook, verboden is. Zwarte Piet is voor de zwarte samenleving in Nederland verwerpelijk gelet op de historische context waarin de knecht van de ‘goedheiligman’ zijn intrede deed. En laat het nou net deze historische context zijn die Nederland (bewust) niet voorlegde aan de Unesco. “Om de ware aard van de traditie te omzeilen of te verdoezelen, is de karikatuur ‘Zwarte Piet’ en alle andere attributen en gebruiken in de relevante documenten weggelaten. Immers het zou de Unesco onwaardig zijn om racistische stereotypen die tot doel hebben volkeren te demoniseren via volkscultuur, volksgewoonten en volkstradities te ondersteunen. Vooral daar waar het om een volksgemeenschap gaat waarbij de meerderheid van het volk geen rekening houdt met de mensenrechten, gevoelens en het ‘lijden’ van een minderheid van het volk. De Unesco is een orgaan dat geacht mag worden er nauwlettend op toe te zien dat geen enkel mensenrecht (meer) wordt geschonden”, legt Biekman uit. In paragraaf 13 van de Durban Verklaring en Programma van Actie 2001 erkennen de VN-lidstaten, inclusief Nederland, dat ‘slavernij, slavenhandel, met inbegrip van de trans-Atlantische slavenhandel’, afschuwelijke drama’s waren in de geschiedenis van de mensheid. Niet alleen door de gruwelijke barbaarsheid ervan maar ook door de omvang. Het georganiseerde karakter en vooral door de ontkenning van de essentie van de slachtoffers.  

“De VN-lidstaten erkennen voorts dat slavernij en slavenhandel misdaden tegen de menselijkheid zijn en dat het ook in die tijd ondanks de toenmalige opvattingen en wet- en regelgeving in het bijzonder de trans-Atlantische slavenhandel één van de grootste bronnen en uitingen van racisme, rassendiscriminatie, vreemdelingenhaat en aanverwante onverdraagzaamheid zijn geweest. Afrikanen en personen van Afrikaanse afkomst zijn het slachtoffer van deze daden en dragen nog steeds de gevolgen”, verwijst Biekman naar de huidige situatie.

Nederlandse misleiding

Het is precies om deze redenen dat de VN-lidstaten Afrikanen en personen van Afrikaanse afkomst tot een speciale doelgroep hebben verklaard op grond waarvan specifieke antiracisme actieprogramma’s dienen te worden gerealiseerd. Het LPS vindt het dan ook buitengewoon misleidend om een Sinterklaastraditie te presenteren als ‘pakjesavond’ met weglating van de elementen die wezenlijk onderdeel zijn van de traditie. “Dit met als doel om het op de Wereld Immaterieel Erfgoedlijst genomineerd te krijgen”, stoort Barryl Biekman enorm. Volgens het Nederlands Centrum voor Volkscultuur behoren tradities tot de culturele bagage die mensen van huis uit hebben meegekregen. Mensen geven de tradities van de ene generatie aan de andere generatie door, maar passen die tradities ook aan, zodat ze geschikt zijn voor hun eigen, hedendaagse leven.

Tradities hebben dus niet alleen betrekking op vroeger, het zijn gebruiken van vandaag, maar met een wortel in het verleden. Rituelen zijn ook tradities, maar hebben een plechtig karakter, zoals bidden voor het eten en bij begrafenissen. Immaterieel erfgoed is levend erfgoed. Je kunt het niet conserveren of restaureren, zoals monumenten, archiefstukken en museumvoorwerpen. Tradities en rituelen moeten een hedendaagse betekenis hebben, anders worden ze niet meer gebruikt en verdwijnen ze. Daarom is het belangrijk dat immaterieel erfgoed evolueert. “Immaterieel erfgoed is de schakel tussen heden, verleden en toekomst. Het geeft een gevoel van verbondenheid met vorige generaties, maar is ook toekomstgericht omdat mensen het willen doorgeven aan volgende generaties.”

Verkleuren helpt niet

Sinterklaas heeft al vele stormen overleefd. Het kinderfeestje stamt uit de zestiende eeuw. Halverwege de negentiende eeuw, vond men toen dat de goedheiligman een knecht nodig had. De slavernij in de koloniën was nog volop aanwezig en de enige geschikte knecht moest het karakter en uiterlijk van de Nederlandse welvaart vertegenwoordigen: de tot slaaf gemaakte Afrikaan werd ‘Zwarte Piet’. In de Nederlandse traditie en immaterieel erfgoed spreekt men zelfs over de acceptatie door islamitische kinderen.

Bewust wordt weggelaten dat de beïnvloedbaarheid van kinderen door zo’n feestje makkelijker tot stand komt terwijl aan de andere kant ad rem gereageerd wordt op mensen die anti Zwarte Piet zijn. “Er zijn nog steeds mensen die Zwarte Piet het liefst van kleur zien verschieten en hem willen bevrijden uit zijn traditionele knechtenrol.” Barryl Biekman reageert hierop als volgt: “Wij zijn niet tegen Sint Nicolaas. Laat Nederland vooral haar feestje vieren. Wij zijn tegen het concept ‘Zwarte Piet’. Wij zijn het aan onze nazaten verplicht om in actie te komen. Wij vinden dat besluitvormers bij de Unesco vooral ook bekend moeten zijn wat de visie is van de zwarte (Afrikaanse) gemeenschap in Nederland.” Lang was er geen belangstelling voor het immaterieel erfgoed totdat het Unesco Verdrag in 2003 werd aangenomen. Meer dan 140 landen hebben het inmiddels geratificeerd. Indonesië hoort ook tot deze landen. Suriname en Nederland nog niet. Een opdracht van de Unesco aan landen is dat zij het eigen immaterieel erfgoed in kaart brengen en documenteren. Naast de Werelderfgoedlijst van monumenten en landschappen (Verdrag van 1972) bestaat er een Werelderfgoedlijst voor immaterieel erfgoed, the Intangible Heritage List, dat inmiddels meer dan 200 elementen telt. “Maar wie beslist welke traditie, welk ritueel, welke dans belangrijker is dan een andere? Welke uitingen worden op nationaal niveau op de lijsten opgenomen? Welke identiteit wordt gepropageerd? Wat is het erfgoed van een land?” Allemaal interessante vragen volgens Barryl Biekman voor mensen die het proces in Nederland willen volgen, evenals de processen in het buitenland. “Maar daar Nederland nu de conventie heeft geratificeerd is alertheid geblazen.”

Solidariteit

“Vanuit het perspectief van Nederland als multiculturele samenleving is het belangrijk om in het proces van verzameling van onderwerpen ten behoeve van nominatie door de Unesco niet over één nacht ijs te gaan. Wat voor de ene burger of groepen van burgers belangrijk is om aan te merken als volksgewoonte die een plaats verdient op de Unesco Werelderfgoedlijst, kan voor de andere burger of groepen van burgers als verwerpelijk worden ervaren”, vindt Biekman. Daarom heeft het LPS mede namens het AAD (Africa and African Descendent) Netwerk Nederland in een brief van 23 november 2011 haar bezorgdheid richting de Unesco Parijs tot uitdrukking gebracht. Geen enkele vreedzame actie tot nu toe, ook de aangeboden petitie aan de Nederlandse regering via de Tweede Kamercommissie Justitie en Veiligheid, heeft geleid tot serieuze aandacht voor de zwarte roep tot heroriëntatie van het concept. “Dat is ondermeer de reden waarom wij ook aan de Unesco hebben gevraagd om een wetenschappelijk onderzoek in perspectief van Nederland als multiraciaal land. Dit vanuit een meervoudige onderzoeksmethodologie naar de (verwerpelijke/kwalijke) kant van de effecten van deze traditie. Een groene, gele of blauwe Piet zal niet helpen vooral als de attributen, fysieke kenmerken, taal en spraakgebruik, georiënteerd blijven op de uiterlijke kenmerken van de zwarte Afrikaanse mens”, vindt LPS-voorzitter Barryl Biekman. Suriname heeft in 2011 een motie van de NPS aangenomen ten aanzien van de traditie in Suriname.

Sinterklaas was na 1980 als evenement verbannen. In Nederland is vorig jaar woordkunstenaar en theatermaker Quinsy Gario hardhandig door de politie aangepakt toen hij protesteerde bij de aankomst van de boot. Een actie die niet onopgemerkt is gebleven en de discussie alleen positief heeft beïnvloed. Barryl Biekman verwacht solidariteit van de zwarte gemeenschap in Suriname en Nederlandse Caribische landen om bij hun Unesco te lobbyen deze traditie voor zuiver wat Zwarte Piet betreft af te wijzen. 

[uit de Ware Tijd, 15/09/2012]

Kwakoe haalt deadline voor betalen schulden niet

door Stuart Rahan

Amsterdam – Het lukt de organisatie van het Kwakoe Festival niet om de schulden aan het stadsdeel Zuidoost op tijd af te betalen. Een dag voor het verstrijken van de deadline laat voorzitter Ricardo Verwey van de stichting Kofoe weten niet aan de verplichtingen te kunnen voldoen. “Wij hopen op een betalingsregeling,” aldus Verwey.

read on…

Reddingsactie NiNsee: Zijn het gezag van Beatrix en 16.000 handtekeningen voldoende?

door Stuart Rahan

Het lijkt wel zwarte pietenspel. Niemand durft de verantwoordelijkheid voor de sluiting van het NiNsee, het Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis, op zich te nemen. De politieke beslissing is weliswaar genomen door het kabinet van Mark Rutte, momenteel demissionair, maar onder dwang van gewezen gedoogpartner PVV, de partij van Geert Wilders die ‘vrijheid’ in de naam heeft maar intussen de vrijheid van minderheidsgroepen als de Afrikaanse gemeenschap steeds beperkter wil zien.

Cadeau of rechtmatigPVV wil af van de zogenaamde linkse hobby’s waaronder ook het NiNsee valt. CDA en VVD stemden ermee in onder het mom van nationale bezuinigingen. Uit verschillende groepen en individuen klinkt het steeds luider dat het nog niet definitief afgelopen is met het NiNsee. Echter neemt geen groep of individu het initiatief om de genadeslag op het Landelijk Platform Slavernijverleden (LPS) en African and African Descendent (AAD) Netwerk Nederland na te voorkomen. De handelingen van de gemeente Amsterdam missen erkenning voor het NiNsee. Als nationaal documentatie- en informatiecentrum wordt het instituut overgeslagen bij de herdenking van 150 jaar afschaffing slavernij. Het NiNsee moet voor activiteiten in dat kader aankloppen bij Stichting Herdenking Slavernijverleden 2013 van Joan Ferrier. “De wereld op z’n kop”, beweren tegenstanders van de sluiting.

Iedereen hoopte op een cadeautje van demissionair premier Rutte toen die voor het eerst zijn gezicht liet zien bij de jaarlijkse herdenking op 1 juli, onlangs in het Oosterpark. “Helaas, ik heb geen cadeau voor het NiNsee meegenomen”, uitte Rutte zich zonder omwegen terwijl niet alleen sprake was van herdenking van de afschaffing van de slavernij maar ook nog het tienjarig bestaan van het met sluiting bedreigde NiNsee. “Het minste wat je mee kan nemen op een jaardag, hoe klein dan ook, is een cadeau”, hoopte het gros van de aanwezigen. Het jammerlijke aan het idee van een cadeau in het geval van NiNsee is dat het instituut geen cadeau behoeft. Het bestaan van NiNsee is geen cadeau voor de Afrikaanse Nederlanders, voornamelijk uit Suriname en de Nederlandse Antillen, maar een verplichting van de Nederlandse staat als erkenning van het Nederlandse slavernijverleden en genoegdoening van de mensenrechtenschendingen. De Nederlandse geschiedenis vertelt in de marge over het slavernijverleden en wie het onderwerp beter wil bestuderen is aangewezen op nationale archieven die hoogdrempelig zijn. Het NiNsee zou dit historische vacuüm moeten invullen, toen in 2002 de regering van Wim Kok zijn verantwoordelijkheid nam en het NiNsee in al haar facetten ondersteunde. Het jaar daarvoor was al toestemming gegeven voor een nationaal monument Nederlands slavernijverleden wat resulteerde in het ontwerp en de bouw van het monument door kunstenaar Erwin de Vries.

Barryl Biekman van het Landelijk Platform Slavernij die op eigen titel spreekt, hekelt de houding van de politieke oppositie momenteel in de Tweede Kamer. “Ooit iets van D66 gehoord? Hebben wij iets aan uitspraken van de SP over excuses terwijl het NiNsee nu ‘aan het sneuvelen’ is?” Zij haalt ook fel uit naar andere zogenaamde Nederlandse historici die nauw betrokken zijn bij het Nederlandse slavernijverleden en de onderwijzing daarvan. “Ook al aan figuren als Piet Emmer gedacht zijn onverbeterlijke rancuneuze rol? Maar als NiNsee een professor Small introduceert, hoor en zie je hem niet. Ik heb ook nog geen reactie gezien of gehoord op Emmer van professor Alex van Stipriaan, Dr. Frank Dragtenstein en Dr. Aspha Bijnaar. Ik wacht af.” Piet Emmer ziet de oprichting van NiNsee als een schuldgevoel bij de Nederlandse politiek en beweert dat vanuit die gedachte, nooit goed wetenschappelijk onderzoek verricht kan worden. Hij is er dan ook niet huiverig voor dat het instituut ophoudt te bestaan: “NiNsee heeft in de afgelopen tien jaar geen enkel uniek onderzoek verricht. Daarom maak ik mij geen zorgen om de sluiting van het instituut. Onderzoek naar het slavernijverleden zal ongetwijfeld voortgang vinden.” “Vooral het onderzoek waarbij de waarheid wordt verdoezeld, de mensenrechtenschendingen in boeken worden weggemoffeld en het economisch profijt wordt ontkent”, merkt Biekman op, als reactie op Emmer.

Hoop op Beatrix
Tijdens dezelfde herdenkingsplechtigheid vroeg NiNsee-voorzitter Eddy Campbell aan demissionair Rutte en burgemeester Eberhard van der Laan om het NiNsee niet te begraven. “Zijn intentie was helder”, memoreert Biekman zijn uitspraak. Campbell beloofde Rutte twee extra zetels bij de komende verkiezingen als deze alsnog met een cadeau op de proppen zou komen. Blijkbaar heeft Campbell een Afrikaanse achterban van wie hij op commando het stemgedrag kan beïnvloeden. En het zijn de komende verkiezingen die bepalend kunnen zijn voor een eventuele doorstart van NiNsee als zelfstandig historisch orgaan als argument om het geweten te sussen.

Nu het wachten is op de winnaars van de verkiezingen, heeft het LPS alvast het hoogste gezag van Nederland aangeschreven om de politiek te bewegen tot andere inzichten. Koningin Beatrix is in een persoonlijke brief gevraagd haar invloed als staatshoofd aan te wenden het kabinet Rutte de sluiting van NiNsee te doen herzien. In een 36 punten tellende oproep legt het LPS de noodzaak van het voortbestaan van het NiNsee uit. Het NiNsee en het slavernijmonument na parlementaire goedkeuring en zijn gerealiseerd door middel van beschikbaarstelling van overheidsfinanciering. Om de daad bij het woord te voegen schuwt het LPS de confrontatie met het Nederlandse vorstenhuis dan ook niet. “Nederland heeft in vele opzichten, zoals blijkt uit wetenschappelijk onderzoek, geprofiteerd van de trans-Atlantische slavenhandel, slavernij en kolonialisme. Nederland, in casu wordt de Nederlandse regering, daarom verantwoordelijk geacht, is hoofdelijk aansprakelijk voor alles wat ertoe bijdraagt aan de verwerking van het slavernijdossier en de effecten van slavenhandel, slavernij en kolonialisme, mede te financieren.” In de brief verafschuwt het LPS dan ook de houding van staatssecretaris van Cultuur Halbe Zijlstra, die beweert dat het werkgebied van de activiteiten en projecten van het NiNsee, noch een wetenschappelijke, noch een culturele dimensie heeft en daarom niet tot het OCW-beleidsveld wordt gerekend en om die redenen overheidsfinanciering niet mogelijk is. “Reden te meer om aan te tonen dat Zijlstra de inhoud van zijn functie niet heeft begrepen”, bijt Barryl Biekman van zich af. Voor volgend jaar vraagt het LPS aan Beatrix ook haar invloed aan te wenden om bij de herdenking van 150 jaar afschaffing slavernij 1 juli uit te roepen tot nationale bezinningsdag en het elke vijf jaar een nationale vrije dag te laten zijn, zoals nu het geval is met de herdenking van de Tweede Wereldoorlog. De brief aan de koningin ging vergezeld van zestienduizend handtekeningen die in de afgelopen periode zijn verzameld.

[uit de Ware Tijd, 14/07/2012]

Memre Clark Accord in Amsterdamse bibliotheek

door Stuart Rahan

Amsterdam – In een volle zaal in de Openbare Bibliotheek van Amsterdam werd rondom zijn sterfdag de eerste Memre Clark Accord-avond georganiseerd. Het was ook de avond waarop schrijfster en goede vriendin Karin Amatmoekrim de eerste Clark Accord-lezing hield. Zij pleitte voor acceptatie van het Surinaams-Nederlands in de Nederlandse literatuur. ‘Surinamers douchen niet…, Surinamers baden’, is zo’n uitdrukking. De timing van Amatmoekrims uitspraak zorgde voor een bijna ongemakkelijke houding bij het overwegend Surinaamse publiek vrijdag.

Deze en nog meer typisch Surinaams-Nederlandse uitspraken waren tekenend voor de vorig jaar overleden schrijver Clark Accord. Hij wees zijn Nederlandse redacteuren erop dat dit voor Surinamers normale taalgebruik ook als literaire taal gezien moest worden. Dat onbegrip werd vaak gevolgd door lange discussies. Maar Clark Accord stond erop dat elk woord, zoals hij dat gebruikte en plaatste in zijn zinnen, ook als zodanig in het verhaal bleef staan. Hij had er over nagedacht.

Stichting
De uitgesproken lezing oftewel een aanklacht tegen de heersende opvatting als zou in het Surinaams-Nederlands geen literatuur geschreven kunnen worden, wordt de komende weekenden in zijn geheel gepubliceerd in de rubriek Mens & Maatschappij van deze krant. Zus Liesbeth Accord vertelde over haar broertje Clark als iemand die een geboren leider was en die menigeen als vriend wilde hebben, zowel jongens als meisjes. Uit de gratie raken bij Clark leverde je een passende bijnaam op. “Hij kon treiteren als de beste”, voegde Liesbeth Accord er aan toe. Ook roemde zij niet alleen de literaire bijdragen van haar overleden broer, maar ook zijn ideeën over maatschappelijke onderwerpen.

Op de avond maakte zus Liesbeth bekend dat die ochtend de Clark Accord Foundation was opgericht. Een stichting die in de lijn van de gevierde schrijver zal opereren. “De foundation zal zich voornamelijk richten op de Clark Accord-lezing en een Talent Award in zowel Nederland als Suriname.” In Suriname houdt Cynthia Mc Leod op 10 juni een lezing waarna op 11 juni de Sabi yu Talenti Clark Award wordt uitgereikt tijdens een feestelijke bijeenkomst.

Ode
Clarks uitgever Nijgh & Van Ditmar vond de schrijver een typische overleveraar van de orale traditie. “Clark kon heel goed verhalen vertellen. Dat is wat wij het meeste van hem missen.” Er waren niet alleen woorden van dank en gemis gericht aan de geroemde schrijver maar er werd ook gezongen. Speciaal voor Clark heeft singer/songwriter Rajae El Mouhandiz het lied ‘King of Paramaribo’ geschreven. Zij beloofde het nummer op cd te zetten en de opbrengsten daarvan beschikbaar te stellen aan de nieuwe stichting. Een gebaar dat met luid applaus werd ontvangen.

[uit de Ware Tijd, 16/05/2012]

Kunstenaars over Amnestiewet

Kompe,

Met de aanname van de amnestiewet 2012 in de Nationale Assemblee van Suriname is de periode van willekeur aangebroken in Suriname. De dictatuur van de democratische meerderheid heeft bewezen weinig gevoel te hebben voor de gevoelens van de minderheid, slachtoffers en nabestaanden van geweldadige misdrijven tijdens de militaire periode in de jaren tachtig. Met een zogenaamde democratisch gekozen meerderheid hebben de politieke machthebbers de wet naar hun hand gezet. Er zijn verschillende afkeurende geluiden gehoord over de aanname van de amnestiewet. Meer nog dat het jammer is dat de daders hun straf ontlopen. Echter, zeker naar de jeugd toe, heeft de aanname van de wet wegen vrijgemaakt voor het straffeloos vernietigen van de toekomst van het land. Als vrijdenkers en geweten van de samenleving vraag ik bij deze wat jouw mening is. Wat denk jij ervan? De verschillende meningen wilde ik samenvatten in een stuk/verklaring ter ondersteuning van de stille protestmars die op dinsdag aanstaande in Suriname wordt gehouden. Mijn verzoek is om in maximaal honderd woorden elkaar zowel in Suriname als in Nederland een hart onder de riem te steken.
We hebben allemaal een mening, laat je horen. Alleen dan weten alle Surinamers zich gesteund door de uitdragers van het vrije woord.

Tan bun,
Stuart Rahan

(NB Niet alle reacties konden worden geplaatst, er werd gekozen voor het symbolische getal van 15, zie hieronder)

Ook ik ben met stomheid geslagen. Woorden schieten te kort. Er gaat wel door m’n hoofd: ‘wij (wij want dit is grensoverschrijdend) hebben besloten te vergeten’ las ik op Facebook. En zo is het. Iets vergeten wil niet zeggen dat het niet heeft bestaan. Een volk dat vergeet, vergeet ook het recht op bestaan. Als je vergeet te bestaan kun je ook niet verder. Verder willen we allemaal, dus laten we niet vergeten. Nooit! We moeten blijven praten. Altijd! Sari odi. Manoushka Zeegelaar-Breeveld (Theatermaker)
Met het aannemen van de amnestiewet heeft Suriname zichzelf neergezet als een kortzichtige natie, die het ontbreekt aan zowel toekomstvisie als historisch besef. In plaats van de nabestaanden van de decembermoorden te steunen in hun verlangen naar rechtvaardigheid, planten wij hen een dolk in de rug. Elke fatsoenlijke Surinamer zou van zich moeten laten horen, zodat de wereld weet dat ons land, ons volk, niet uitsluitend uit boeven, opportunisten en onnozelaars bestaat. Opo kondreman, un opo! Karin Amatmoekrim (Schrijver)

Suriname laat een kans liggen, een kans op waarheid en op recht. Hoe kunnen volksvertegenwoordigers zichzelf zo misleiden? Weten ze niet dat wat ze vandaag aanrichten door de rechterlijke macht opzij te zetten, niet enkel gevolgen heeft voor de slachtoffers en hun nabestaanden van het regime Bouterse, maar ook gevolgen heeft voor de lange termijn? Geven ze hun president (en nog toekomstige machtshebbers) willens en wetens een vrijbrief om het recht naar hun hand te zetten? Dit is een bijna even zwarte dag in de geschiedenis van Suriname als 8 december 1982. Rihana Jamaludin (Schrijver)

Mijn zoon is 8, groeit op in Nederland en krijgt les over de tweede wereldoorlog. Daardoor heeft hij een hekel aan Duitsers. Ik wil mijn zoon leren niet te haten. Bij de Duitsers kan dat, omdat de daders zijn gestraft. Ik zal deze dinsdag met hem meelopen in de stille tocht tegen de straffeloze amnestieverlening voor de daders van de decembermoorden. Ik zal hem vertellen wat er is gebeurd. Als hij daarna de daders haat, kan ik hem begrijpen. Helaas. Als hij na de mars het onvoorstelbaar vindt dat Surinamers een moordenaar als president kiezen, kan ik hem begrijpen. Als hij het daarna moeilijk vindt om te beseffen dat hij Surinamer is, zal ik hem zeggen dat hij niet moet zeuren. We zijn Surinamers in goede en in slechte tijden. Guus Pengel (Schrijver/Theatermaker)

Ik vergeef wel, maar ik vergeet niet. De dag van de decembermoorden zal ik ook niet vergeten! Maar ja, JA IK WIL SURINAME WEL ZIEN VOORUITGAAN EN DIE VRIJHEID EN DEMOCRATIE IS GEBLEKEN…! Razia Barsatie (Kunstenaar)
Een volk van ongeveer een half miljoen Surinamers is wakkerder dan ooit dankzij de Amnestiewet en de democratische processen zoals die zich in onafhankelijke naties als Suriname ontvouwen. Als je de stille tocht in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht en Groningen zou laten plaatsvinden, krijgen nabestaanden van slachtoffers van Nederlandse willekeur en terreur ook een podium om zich tegen dwaling van de rechtstaat Nederland uit te spreken. Gelukkig is de kans klein dat de falende rechtspraak in Nederland onder vergelijkbare loupe wordt bekeken want dan zou men een permanente stille tocht langs zien komen van slachtoffers van falende rechtstaat principes. Forward ever! Laat de geschiedenis geen strop voor de toekomst worden. Soso lobi. Tide tamara Sranan e stree gi wan moro switi tratamara. Martha Tjoe Nij (Dichter/Theatermaker)

Opportunisten en lafaards, die zich bestuurders noemen, beseffen niet dat zij met ondertekening van de barbaarse Amnestiewet Suriname buiten de gemeenschap van beschaafde landen plaatsen. Het isolement waarin ons land zal geraken treft dan helaas ook de goedwillende Surinamers. Wat men hiermee komende generaties meegeeft is dat leugen, lafheid, bedrog en egoïsme wapens zijn die gebruikt mogen worden in de strijd om zelfverrijking en nepotisme: het doel heiligt immers de middelen. Dit is het absolute dieptepunt van Sranan. Lydia Emanuels (Schrijver/Radiomaker)
Ik zou graag willen reageren. Ik heb ook wel een mening maar mijn woorden zijn verstomd. De borst van Suriname brandt van pijn en niemand lijkt iets te kunnen doen. Toch gebeurt er veel. Ik zou zeker wat willen zeggen maar… Ik wens ons allen veel troost en kracht toe. Brasa! Raj Mohan (Zanger/Dichter)

Den man di a Sranan pipri piki meki wi sabi fa den e denki. Suma na mi? Ala di a de so taki mi no agri taki suma di kiri no e kisi den strafu, mi feni taki wi no mu waka leki fowru sondro frustan na Ptata baka. Wi mu sabi wi historiya. Dan te wi luku wi historiya wi e syi taki ten biten suma ben e kiri trawan, dan kaba den no ben kisi den pai. Mi ati de na den pitani di gro tron bigiman nanga -uma sondro papa na den sey. Ma ete efu a Sranan pipri no agri nanga san e pasa nownow, dan na fu tra leysi te den musu poti den sten, den sorgu taki den man disi no kon moro. Dan mi sabi taki awinsi na baka dritenti yari, den man di kiri brada fu soso o kisi den pai. Sranan pipri sabi yu historiya, dan na a kaba yu o de winiman nomo nomo. Romeo Grot (Skrifiman)

Wat gaat er gebeuren, Met mijn kinderen, Die de geschiedenis van hun land niet kennen? Wat gaat er gebeuren, Met mijn dochter en mijn zoon, Die ik nooit iets heb verteld, Van die nacht in december, Een nationale schande. Wat is er gebeurd die nacht, Wacht, wacht, wacht…, Ik weet het, je bent nog niet gehoord, Je bent nog niet verhoord, Je hebt nog niemand vermoord. Wat doe je met de dood, Van mensen op je geweten, Wat doe je met je eigen lafheid, Wat rijmt er op lafheid… SCH… verwijt. A bun, mi e stop, Onze woorden zijn nog niet op, Maar er zijn grenzen aan mijn zinnen, M’e begi un alamala, Laten wij ons bezinnen. SLOTWOORD 2012: GAAT ALLES (HOPELIJK NIET ALLES) ZICH HERHALEN? Thea Doelwijt (Theatermaker)

Het verleden waar zij het over hebben, is ook het verleden waar méér dan 15 mensen…
mensen van alle rangen en standen, van elke kleur, uit de stad en het binnenland, genadeloos en zonder vorm van proces werden vernederd, gemarteld en vermoord. Dat moeten we vanaf nu gewoon vergeten. De rechter mag daar niet meer over oordelen. De 28 parlementariërs hebben dat namens u, volk van Suriname, besloten. Voordat deze wet er was, wisten we wie er verdacht werden van de gruwelijkheden uit dat verleden. Zekerheid hadden we (nog) niet, want je bent onschuldig tot het tegendeel wordt bewezen. Dat is in een rechtstaat zo. Maar nu? Nu weten we wie de daders zijn, omdat ze er alles aan hebben gedaan om aan het oordeel van de rechter te ontkomen. Het lukte ze in drie dagen. Jessica Dikmoet (Journalist)
Als we onszelf niet de hoogste waarde toekennen, kunnen we ook niet het hoogste goed in de wereld bereiken: Liefde en Rechtvaardigheid! Nu wordt in ons geliefd Suriname de Rechtvaardigheid geweld aangedaan. Waar eerst, als in een echte democratie, de verdachten van bloedbaden (Moiwana) en moordpartijen (Fort Zeelandia), via de rechtsgang ter verantwoording werden geroepen, wordt nu, middels een politiek machtsspel, de rechtsstaat terzijde geschoven. Surinamers, waar ook ter wereld, het is onze taak en onze plicht dat licht brandende te houden. Het licht van de menselijke waardigheid, de rechtstaat, de democratisch bepaalde grondwet, de gemeenschappelijke idealen van onze voorouders uit India, Afrika, Java en waar ook ter wereld. Gezamenlijk tegen rechtsongelijkheid en moreel verval – geen tropische, morele, duisternis meer! Felix Burleson (Acteur)

Surinames internationale reputatie is verkwanseld door opportunisme en eigenbelang, onder het mom van”volksvertegenwoordiging”. Ik schaam me diep. Vast staat nu wel dat de coalitie zó zeker was van een op handen zijnde veroordeling -dus schuldigverklaring!- van hun grote leider dat alles op alles gezet is om een vonnis te voorkomen. Onze grootste opdracht nu is om de woorden “Recht en Waarheid maken Vrij” weer zeggingskracht te geven, door met name de jongeren te doen inzien dat de nu gepredikte rechteloosheid slechts een teken is van moreel verval en absoluut niet deugt. Opgeven is geen optie. Die –vele!- zielen verdienen rust! Gado blesi wi kondre… Denise Jannah (Jazz zangeres)

Hoe laag kan een land, een volk, een parlement geraken, dat koelbloedige moorden legitimeert, om behoud van macht? Hoe gemeen, laag, laf kunnen parlementariërs zijn die doden in klassen verdelen, door voor amnestie te stemmen ter vrijwaring van de moordenaars van de ene (december 1982) koelbloedige moorden terwijl zij tegen amnestie zijn voor de moordenaars van de andere (Moiwana, 1986) koelbloedige moorden, alsof de slachtoffers van de ene koelbloedige (Moiwana, 1986) moorden, menselijk waardiger zijn dan de slachtoffers van de andere koelbloedige (december 1982) moorden. Hoe gemeen, laag, laf kunnen parlementariërs zijn die een dergelijk amnestiewetsvoorstel indienen, die zo een wet verdedigen, die voor zo een wet stemmen. Maar ook, hoe gemeen, laag, laf kunnen parlementariërs zijn die niet krachtig TEGEN de amnestieverlening stemden, maar zich slechts van stemming onthielden. En dus stilzwijgend instemden. André Pakosie (Fytotherapeut)

Makandra Sranan, Brudu ben lon pasa skin, Miti goron.
Mama Aisa, Mi afo kruderi, Lontu miti, Libi suma kondre, Pe surdati e go barpuru, Rumuru sa e tan degedege na ini den ede, Fu sribi kondre no e tan tiri, Uma nanga bere de bari na uma ede, Di no ben sabi sondu pe pasa, Di brada du, No ben de, fu syi.
No frigiti, Te yu du wan sani, Na ini dungru, pe alasani tiri, Dungru, e tyari nyun siri, Prani wi sa prani, Baka, sibibusi, Oten a siri sa gron?, Meki wi ala sa nyan!
Makandra Sranan, Kreiwatra na ai, Di wi famiri, Sof´ den nanga nen, Ma sof´ den n’abi nen, Oten den sa drai kon na oso baka?, Makandra Sranan, Makandra Sranan.
Grontapu sondu alontu a de, Winsi tori e draitapu, Makandra Sranan, Drei yu krei ai, Sabi tamara, na esde nanga tide wi sa de. Orsine ‘Hansé Muye’ Walden (Spoken word Artist)

Anil, chukuria!

door Stuart Rahan

Hij wilde universalist zijn met Suriname, Nederland en India als referentiekader. Suriname als geboorteland, Nederland vanwege zijn woonplaats en het India van zijn voorouders. Anil Ramdas, schrijver, columnist en programmamaker heeft er zelf voor gekozen uit het leven te stappen. Een absolute stap, die veel vragen oproept, kijkend naar een leven vol van passie om te leven en te laten leven. De universalist Anil Ramdas schuwde de discussie en het debat niet. Integendeel, hij zocht het op en velde gefundeerd zijn oordeel. Niet alle critici waren lovend. Logisch, want in een multiculturele samenleving als Nederland was hij niet alleen allochtoon, hij was ook een niet-westerse allochtoon die zich niet moest verbeelden dat hij de oplossing had voor acceptatie van twee miljoen buitenlanders (inclusief tweede en derde generatie in Nederland geborenen) door vijftien miljoen Nederlanders. Anil Ramdas was een van de weinige gekleurde critici die regelmatig de geïnstitutionaliseerde haatzaaierij door Geert Wilders en zijn PVV bij het afval schreef. In een essay (Universalisme, relativisme en barbarisme, 31-08-2011) ziet Ramdas duidelijk een culturele klasse ontwaren van onbeschaafde blanken, die we de onderklasse noemen en die zich gedraagt als een nieuwe etnische groep. De Henk’s en Ingrid’s waar in plaats van hen op te voeden en te verheffen Wilders en gelijkgestemden compassie en deernis voor tonen. In zijn roman Badal noemt hij deze onderklasse ook wel ‘white trash’ die de moeite van een studie waard is. Alleen, zoals de Hollanditische instelling altijd redeneert, zal de onderzoeker niet van allochtone afkomst mogen zijn, terwijl omgekeerd de blanke invalshoek op de multiculturele ontwikkeling de enige en juiste benadering is (geweest). Wetenschappelijke onderzoeken laten zich niet leiden door etnische afkomst. Het is zelfs een toegevoegde waarde. Al tientallen jaren bestrijden elke week weer witte voetbalhooligans elkaar ergens buiten de voetbalstadions (soms ook erbinnen) op leven en dood. Het kost de Staat klauwen met geld zonder zicht op definitieve uitbanning. Het hooliganisme lijkt te horen bij de witte Nederlandse cultuur, maar als Marokkaanse raddraaiers weer eens voor overlast zorgen dan is Nederland te klein en moeten deze ongenode gasten maar hun Nederlands paspoort inleveren en vertrekken. Wat te doen met voetbalhooligans? Ik zeg: “Stop ze in een arena en laat Darwins natuurlijke wet van de sterkste maar op ze los.” In deze wij-tegen-zij-samenleving maakte Anil Ramdas zich ook zorgen om zijn eigen kroost. Geboren en getogen in Nederland, gevoed en opgevoed volgens de Nederlands- westerse maatstaven zullen zij hetzelfde lot ondergaan als hun vader. Een ‘allochtonenstatus die niks toevoegt aan de Nederlandse identiteit’, ook voor zijn nazaten, met nationale instemming van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De universalist Anil Ramdas had zijn angsten maar wist ook met veel humor de etnische strafhokken te relativeren. In zijn tienerjaren had hij Turks Fruit van Jan Wolkers gelezen met muzikale begeleiding van Abraxas van Carlos Santana. Een wereld van verschil in vergelijking met de weeïge tonen van Toots Thielemans. “Mijn exemplaar van Turks Fruit had ik gestolen uit de boekhandel van Kersten, aan de Domineestraat in Paramaribo. Ik was zo onder de indruk van het omslag, dat ik het boek in mijn rechtersok stopte. Ik vind het stelen van een boek zoiets als een mensenrecht, zoals het stelen van brood als je honger hebt. Abraxas had ik niet gestolen, een langspeelplaat past niet in je sok en bovendien is het stelen van muziek geen mensenrecht.” Anil Ramdas had niet de politieke arena als strijdtoneel, het was de haat-liefdeverhouding met zijn afkomst en de onzekere toekomst over zijn benoeming in de analen van de Nederlandse samenleving die hem kritischer maar tegelijk somberder maakten. Misschien had hij de biografie van zijn held V.S. Naipaul tot zich moeten nemen: The world is what it is. Chukuria, Anil!

[uit de Ware Tijd, 23/02/2012]

Van Lierlezing: Suriname moet ‘wantok’ ontstijgen

door Stuart Rahan

Leiden – Om de ontwikkeling van Suriname versneld te doen plaatsvinden, moeten politieke partijen hun wantok (taalgroep) ontstijgen. De etnische scheidslijnen moeten doorbroken worden en partijleiders moeten verder kijken dan hun eigen enge belangen. Etnische verzuiling belet nationale ontwikkeling.

Tot deze conclusie kwam de Surinaamse jurist Hugo Fernandes Mendes in zijn lezing ‘Politieke cultuur en leiderschap in Suriname’, tijdens de laatste Van Lier-lezing georganiseerd door de Werkgroep Caraïbische Letteren. De tweejaarlijkse lezing werd vrijdag gehouden op de Universiteit Leiden.

Fernandes Mendes zag dit positieve vooruitzicht zich nu al ontwikkelen bij de VHP. Tijdens de laatste partijverkiezingen werd Chandrikapersad Santhoki met een duidelijk overwicht kandidaat-voorzitter om vervolgens met groot verschil de voorzittershamer over te nemen. ‘Een verhelderend transparante partijdemocratie’, noemde de inleider deze nieuwe politieke ontwikkeling in Suriname.

Karakteristiek

‘In Suriname legt de partijvoorzitter geen politieke verantwoordelijkheid af voor zijn daden, hij wordt niet weggestemd.’ Fernandes Mendes staafde deze stelling door Jagernath Lachmon, Ronald Venetiaan en Willy Soemita als voorbeeld te nemen. ‘Het is karakteristiek voor Suriname: een lange zit met slechte resultaten. Lachmon is de langstzittende partijvoorzitter geweest in de wereldgeschiedenis.’ De daaropvolgende actie van Santhoki keurde hij wel goed. Santhoki begon Surinamers in diaspora te interesseren in investeringen in hun geboorteland. Vroeger was de VHP slechts tijdens de verkiezingen een partij van alle hindostanen maar na de verkiezingen werd het een partij van Lachmon en enkele welgestelde hindostaanse families. ‘Santhoki is niet als de vorige VHP-leiders. Alleen moet hij nog zijn “wantok” ontstijgen om een nationaal leider te zijn’, betoogde Hugo Fernandes Mendes. Hij ziet ondanks de antinationale partijpolitiek van Suriname dat dit kenmerkende leiderschap wel etnische onrusten heeft weten te voorkomen zoals in andere Caraïbische landen. Het merkwaardige van zijn betoog is net zo goed van toepassing op de NDP van president Desi Bouterse. De partij heeft zich vanaf de oprichting afgezet tegen de oude op etnische leest geschoeide partijen hetgeen, zij het gestaag, heeft geresulteerd in de meest overtuigende overwinning in 2010 sinds het herstel van de democratische rechtstaat. ‘De oude politiek heeft de tweede kans sinds 1987 niet benut’, constateerde Fernandes Mendes, die enige hoop put uit de gedachte dat het raciale leiderschap op termijn op z’n retour is. Dat Fernandes Mendes moeite heeft met de persoon Bouterse heeft in zijn beleving alles te maken met zijn veroordeling in Nederland voor drugshandel en het feit dat hij hoofdverdachte is in het decemberproces. ‘Het is het ultieme faillissement van de politiek dat iemand als Bouterse met zijn verleden in drugs en coups heeft kunnen winnen.’

21 DNA-zetels

Dat de vooruitzichten op economisch vlak voor Suriname goed te noemen zijn, is volgens Fernandes Mendes te danken aan het opgezette beleid van de regering-Venetiaan in samenwerking met de toenmalige president van de Centrale Bank van Suriname, André Telting. ‘Zij kozen voor monetaire stabiliteit. Desondanks, Suriname blijft onvoorspelbaar.’ Dat die toekomst onzeker is, heeft ook te maken met onder andere het ontbreken van de anti-corruptiewet en de belangenverstrengeling van politici. Assembleelid Paul Somohardjo van coalitiepartij Pertjajah Luhur is beleidsadviseur op het ministerie van LVV, dat hij als parlementariër kritisch zou moeten volgen. Ronnie Brunswijk van A Combinatie heeft ook een dergelijke functie op het ministerie van Sociale Zaken. De beide mannen verdienen een dubbel inkomen voor werkzaamheden die niet voltijds verricht worden. De politieke belangenverstrengeling is niet nieuw. Jopie Pengel had ten tijde van zijn minister-presidentschap vier departementen onder zich en toucheerde vier afzonderlijke salarissen. ‘Er werd toen niet geprotesteerd’, was zijn conclusie. De moeizame relatie met Nederland is afgebouwd. ‘Wat driehonderd jaar niet met Nederlandse ontwikkelingshulp lukte, lijkt nu met de zuid-zuidrelatie (China en Brazilië) en eigen intellectuelen wel te gaan lukken’, merkte een vrouw in het publiek op. Zij noemde daarbij Staatsolie, waar het wel gelukt is om met eigen inspanning succesvol te zijn. Een ontwikkeling die door referent historicus Hans Ramsoedh onderstreept werd. Hij is van mening dat het aantal politici in Suriname drastisch moet worden verminderd. De Districts- en Ressortraden vindt hij overbodig en het aantal leden van de Nationale Assemblee moet teruggebracht worden tot 21.

R.A.J. van Lier, naar wie de lezing is vernoemd, was van 1949 tot 1980 buitengewoon hoogleraar in de Sociologie en Cultuurkunde van Suriname, de Nederlandse Antillen en het Caraïbisch gebied aan de Rijksuniversiteit Leiden.

[uit de Ware Tijd, 13/02/2012]

Writers Unlimited 2012: Surinamers dromen altijd!

door Stuart Rahan

Den Haag – De één is angstig, de ander wil een perceeltje aan de Saramaccarivier met een hangmatje en voor de derde ligt de toekomst van Suriname in de lucht. Drie verschillende dromen voor drie van origine Surinaamse schrijvers tijdens het literatuurfestival Writers Unlimited 2012. Karin Amatmoekrim, Sheila Sitalsing en Anil Ramdas hebben, onder leiding van presentatrice Noraly Beyer, hun dromen met het publiek gedeeld. Het uitgangspunt was de beroemde speech van dr. Martin Luther King “I have a dream”.

Deze zeventiende editie van het Winternachtenfestival had als thema “Keep on dreaming”, naar aanleiding van de verschillende crisissen, die de wereld momenteel doormaakt. Een economische crisis, een financiële crisis en de Arabische Lente. Een variatie op wat zich in Noord-Afrika afspeelt, was de discussie of er een ‘Hollandse Lente’ moest komen en hoe die zich zou moeten voltrekken. De schrijvers Kader Abdolah (Iran) en Tommy Wieringa (Nederland) stonden tegen over elkaar. Kader Abdolah vond de Nederlandse samenleving een eenheid, terwijl Tommy Wieringa de peroxide Geert Wilders als een splijtzwam bestempelde.

Satellieten en vliegtuigen
Schrijfster Karin Amatmoekrim heeft, met betrekking tot Suriname, angstdromen dat de huidige president Desi Bouterse nooit meer afstand zal nemen van het presidentschap. In haar gelezen column “De hoop en niet de verwachting”, ziet zij een herhaling van de jaren 1980 en 1982. Waar die angst nou precies op gebaseerd is, werd niet duidelijk. “Je kunt niet over Suriname praten zonder het niet over Bouterse te hebben. Ik hoop op een leider die Suriname verdient. Geen boef of drugsbaron.”
Toch blijkt in haar overpeinzing, de persoon van Desi Bouterse niet alle credits te hebben verloren. Amatmoekrim begrijpt heel goed dat Bouterse gekozen heeft voor verbeterde en intensievere samenwerking met het Caraibisch Gebied en zich niet meer richt op de traditionele samenwerkingsverbanden met Nederland en Europa.
Anil Ramdas noemde Cuba en Venezuela cynisch de partners van Bouterse in het Caraibisch Gebied. Volgens Amatmoekrim roept Ramdas maar wat aan de kantlijn, in plaats van zelf te participeren in de ontwikkeling van het land. “Ik begrijp Surinamers heel goed als zij dan roepen: Waar bemoei jij je mee.”
Volgens Ramdas ligt de toekomst van Suriname niet in de landbouw, mijnbouw noch in de bosbouw of de olie. “De toekomst van Suriname hangt in de lucht. In satellieten en vliegtuigen vol Surinamers die naar hun geboorteland terugkeren.” In zijn relaas, dat veel weg had van een anti-Suriname-pleidooi, kon Ramdas weinig zaken bespeuren die goed waren. Toch kan hij geen afstand nemen van zijn geboorteland, het land waar hij zijn eerste kus en vriendin heeft gehad. “Ik eigen mij dat land toe, maar Suriname is niet mijn droom.” In zijn bijdrage droomt hij dat Suriname de 21ste eeuw gaat halen. Leiders als ex-president Ronald Venetiaan ziet hij als mensen die bewust moderne ontwikkelingen hebben tegengehouden. Het land is niet meegegaan met IT en internetgebied.

Wet op zestigplussers
In een gesprek met een vriend, onderdirecteur van de posterijen in Paramaribo, kon Ramdas zich niet voorstellen dat de onderdirecteur de hele stad van WIFI kon voorzien maar het naliet. De reden lag volgens hem in het feit dat de man niet over technische en financiële middelen beschikte, niet de juiste functie bekleedde en zijn superieuren van het ministerie van TCT er geen oor naar hadden. “Suriname heeft geen dromers meer. Albert Helman en Frank Essed waren grote dromers. Essed heeft het achterland opengelegd”, beperkt Ramdas zich. Zelfs zijn Surinaamse privé taxichauffeur moest het ontgelden. De man droomt van een rijk leven met de kweek van pitbulls. Maar elke keer als er een worp is, zijn de puppies binnen enkele dagen dood. Voor elke pup zou de taxichauffeur 900 Surinaamse dollars kunnen verdienen. “Hou op met je pitbullshit. Blijf de gewone taxichauffeur”, sneerde hij de man. Volgens Ramdas zou de overheid Surinaamse studenten in de gelegenheid moeten stellen een studie in het buitenland te voltooien. Bij terugkomst krijgt dan elke afgestudeerde een perceel met een huisje erop.
In de droom vergeet Ramdas echter, dat nergens ter wereld deze luxe vergeven wordt. In het rijke westerse Nederland bijvoorbeeld begint het gros van de afgestudeerden hun maatschappelijke carrière namelijk met het aflossen van hun studieschuld. Toch heeft de vermaarde Surinaamse schrijver één grote droom: Het aannemen van een wet die zestigplussers in Suriname verbiedt, zich verkiesbaar te stellen voor een politieke functie. “Wij willen geen bejaarde leiders die in het verleden leven.”

[uit de Ware Tijd, 24/01/2012]

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter