Op donderdag 27 mei 2021 ondertekenden Rita Rahman, voorzitter van de Werkgroep Caraïbische Letteren, en... Lees verder →
Caraïbische Letterendag op 13 september 2014 over film en literatuur
Met veel plezier nodigen we u uit voor het Read my World Internationaal literatuurfestival in Amsterdam dat plaatsvindt van 10 tot 14 september en volledig gewijd is aan de hedendaagse literatuur van de Caraïben. De Werkgroep Caraïbische Letteren organiseert tijdens het festival op zaterdag 13 september de jaarlijkse Caraïbische Letterendag, waarin ditmaal het thema ‘film’ centraal zal staan. Middels column, gesprek en fragmenten wordt een beeld geschetst van de cinema uit de Caraïben en wordt er in het bijzonder ingegaan op de rol van het schrijversportret. read on…
Read my World 2014: Literatuur uit de Caraïben
Het programma is rond, de site online en de kaartverkoop van start: Read My World is er klaar voor. Op 12, 13 en 14 september presenteert hét internationale literatuurfestival van Amsterdam de poëzie en verhalen van de Caraïben. Voorbij de waan van de dag onderzoekt het festival de grens tussen literatuur en journalistiek, tussen hier en daar – en vestigt de aandacht op alles ertussen. Drie curatoren uit de regio nemen je mee op avontuur door het vaak onbekende Caraïbische literaire landschap. Maak kennis met de talentvolle schrijvers, uitgesproken dichters en prikkelende spoken word-artiesten die zij selecteerden in Jamaica, Guyana, Suriname, Saint Lucia, Barbados, Trinidad & Tobago en Haïti. read on…
Read my World Festival in teken van Caraïbische literatuur
Op 12, 13 en 14 september 2014 staat de Tolhuistuin in het teken van Caraïbische literatuur, poëzie en verhalen. Voorbij de waan van de dag onderzoekt Read My World de grens tussen literatuur en journalistiek, tussen hier en daar – en vestigt de aandacht op alles ertussen. Verwacht in de drie zalen én idyllische tuin van de Tolhuistuin een rijk geschakeerd programma met vurige voordrachten, integere interviews, Literaire Potpourri, Dichtersmarathon, Spoken Beat Night en muziek. Een levendige ontmoeting van ideeën en dromen, humor en passie, politiek en journalistiek – van ruim 80 auteurs en artiesten uit Nederland, Vlaanderen en de Caraïben. read on…
Read My World ontvangt Haïtiaanse schrijfster Kettly Mars
Read My World blikt vooruit. Volgend jaar draait het jaarlijkse internationale Read My World Festival (over letteren & maatschappij) om de letteren uit de Caraïben. Zo ver is het natuurlijk nog lang niet, maar curator Kettly Mars (Haïti) is momenteel Writer in Residence voor het Letterenfonds: reden genoeg voor Read My World om haar vast aan u voor te stellen.
Op 12 mei stelt Mars zelf ook enkele Haïtiaanse auteurs aan u voor, waaronder Évelyne Trouillot, Euphele Milce en Emmelie Prophete. Al deze auteurs zijn nauw betrokken bij de actuele werkelijkheid in Haïti en verwerken hedendaagse kwesties omtrent afkomst, migratie, sekse en actualiteit in hun romans, gedichten en verhalen. Een aantal van hen komt aan het woord via Skype.
De middag vindt plaats op de tweede verdieping van de OBA (Centrale Bibliotheek Amsterdam), tussen 15:00 en 17:30. De toegang is vrij.
Blijf op de hoogte van het laatste nieuws op www.readmyworld.nl, of volg Read My World op Facebook (http://www.facebook.com/ReadMyWorld) en Twitter (@rmwadam). Ook voor al het nieuws over Festival Read My World 2013 (12, 13 en 14 september, focus: Palestina en Egypte)
Wrede seizoenen, een roman die het lezen waard is
door Els Moor
De roman Wrede seizoenen (2011) van de belangrijke Haïtiaanse schrijfster, Kettly Mars, las ik in één adem uit. Het is niet alleen met een meesterhand geschreven, spannend, beeldend en met een functionele structuur, maar het is ook herkenbaar voor Surinaamse lezers. Wrede seizoenen speelt in de jaren zestig van de vorige eeuw. Van 1957-1986 was Haïti in de greep van de dictatoriale macht van de Duvaliers, eerst François, met bijnaam Papa Doc en later Jean- Claude, oftewel Baby Doc. Het aantal vermoorde Haïtianen tijdens dit wrede regime wordt geschat op meer dan 50.000. Hierbij schakelden de machthebbers de ´Tonton Macoute´ (Oom Jutezak, of Boeman), een paramilitaire macht, in vanaf 1959.
read on…Krik? Krak! Kri, Kra!: Franstalige Caraïbische literatuur
door Els Moor
Suriname maakt deel uit van het Caraïbisch Gebied, op het vasteland van Zuid-Amerika. Waarom zijn wij niet Latijns-Amerikaans? Alle andere landen werden gekoloniseerd door Spanje of Portugal (Brazilië) en het Spaans of Portugees is er de taal. Frans-Guyana, Suriname en Guyana zijn gekoloniseerd door respectievelijk Frankrijk, Nederland en Engeland en de talen van die landen zijn er de officiële taal.
Deze drie landen horen dus bij de Caraïbische eilanden, die – met uitzondering van het Spaanstalige Cuba, de Dominicaanse Republiek en Puerto Rico – Frans, Nederlands of Engels zijn of waren. Met deze landen en eilanden heeft Suriname een stuk geschiedenis gemeen – met de Nederlandse Antillen ook de taal, hoewel het Papiaments daar een veel sterkere rol heeft dan het Sranan bij ons – en culturele kenmerken. Geen wonder dat ook de literatuur van de Caraïbische landen en eilanden veel gemeenschappelijks heeft wat betreft thematiek en in andere opzichten.
‘Krik? Krak!’ is de titel van een verhalenbundel van Edwidge Danticat (1969). Zij is afkomstig uit Haïti en woont in de Verenigde Staten. Kri, Kra! Proza van Suriname (1972) is een bloemlezing, samengesteld door Thea Doelwijt. ‘Krik? Krak!’, ‘Kri, Kra!’, het is de aanhef van orale tori, ook van Anansitori. De verteller riep het en de hoofden van de luisteraars gingen omhoog, Haïtiaanse, Surinaamse: Caraïbische!
Grote thema’s in de Caraïbische literatuur zijn onder andere: slavernij en koloniale geschiedenis, ras en kleur, klassentegenstellingen, Afrika, religie, identiteit, gender en de trek naar metropolen zoals Londen, Parijs, Amsterdam en de Verenigde Staten. Die thema’s herkennen wij ook.
In dit artikel richten we ons op de Franstalige Caraïbische literatuur, van Martinique, Guadeloupe en Frans-Guyana. Deze drie zijn nu delen van Frankrijk in tegenstelling tot Haïti dat in 1804 onder invloed van de Franse Revolutie al onafhankelijk werd en een totaal andere geschiedenis beleefde, vol machtswellust, onderdrukking, corruptie en armoede. De literatuur van Haïti is zeer interessant met figuren als René Depestre (1926), een dichter die in zijn werk evolueert van zeer militant tot beschouwend. In 2002 kwam in vertaling van René Smeets in Nederland een bundel uit met een keuze uit Depestres poëzie. Hij heeft om zijn werk in de gevangenis gezeten en woont nu in Zuid-Frankrijk. Voor ons is ook het werk van Edwidge Danticat belangrijk: gedichten, twee romans, en verhalen, geschreven in het Engels en vertaald in het Nederlands.
Maar het interessantst is het werk van Kettly Mars (1958). Ondanks gewaagde thema’s in haar romans, bijvoorbeeld over het schrikbewind van de Duvaliers, woont ze nog in Haïti en schrijft ze over de worsteling met het bestaan van haar landgenoten. Ze is een laureaat van het Prins Claus Fonds vanwege haar gedurfde onderwerpen. Haar laatste roman, Wrede seizoenen, speelt in de woelige jaren zestig, is in het Nederlands verschenen bij uitgeverij De Geus. Kettly Mars was aanwezig bij de presentatie; Lucia Nankoe ook. Zij is zeer enthousiast over de roman en ook over de schrijfster als mens.
Terug naar de literatuur van Martinique, Guadeloupe en Frans-Guyana. Die heeft een duidelijke indeling in periodes. Uiteraard eerst een orale fase. Veel van die verhalen zijn gelukkig overgeleverd en later vastgelegd. De slimme helden waren in de slaventijd vaak dieren. Zoals bij ons Anansi de slimmerik is, hebben Martinique en Guadeloupe hun Compé Lapin (konijn). Uiteraard zijn er ook laitori en odo overgeleverd. Dit zijn getuigenissen van slaven, die voor de rest niets achterlieten. In de tweede helft van de 19de eeuw ontstaat er een Antilliaanse poëzie, die later ‘hangmatliteratuur’ wordt genoemd, met suiker- en vanillegeur. Je zou ook kunnen zeggen ‘literair exotisme’, de natuur en samenleving gezien door een Franse bril. Langzaam maar zeker ontwaakte echter een bewustzijn van het eigene, van het neger zijn, met als oorsprong Afrika. In de twintiger jaren van de 20ste eeuw komen er lokale protestdichters, jonge anti-burgerlijke kunstenaars. Ze hadden via tijdschriften ook contact met Haïtiaanse kunstenaars. Die hadden relaties in de Verenigde Staten en zo bereikte hen de beweging van Amerikaanse zwarten, ‘Black is beautiful’, terug naar Afrika. Met als grote figuren Marcus Garvey en E. du Bois. Mede onder invloed hiervan ontstond de Négritude-beweging. Studenten in Parijs vonden elkaar en werden de grote dichters van de beweging: Leopold Senghor uit Afrika zelf, Aimé Césaire uit Martinique en Léon Gontran Damas uit Frans-Guyana.
Césaire is wel de grootste dichter van de Négritude. Hij had een brede visie en emotionele kracht. Zijn meest bekende werk is Cahier du retour au pays natale (Logboek van een terugkeer naar mijn geboorteland) in proza en poëzie. Behalve gedichten en proza schreef hij drama. Hij was auteur en politicus en werd burgemeester van Fort de France. De leukste is Léon Gontran Damas, die in zijn poëzie de spot drijft met de Franse burgerlijkheid. De Surinaamse dichter die al vroeg verwantschap toonde met de Négritude is Eugène Rellum (1896-1989). Zijn gedichten zijn vooral verwant aan die van Léon Gontran Damas uit ons buurland. Ook de Curaçaoënaar Frank Martinus Arion voelde zich aangetrokken tot de Négritude, getuige zijn bundel Stemmen uit Afrika (1957). De beweging ‘Wie Eegie Sanie’ zit eveneens op de lijn van ‘eigenheid’, zij het niet zo Afrikaans.
Na de Tweede Wereldoorlog is de terug-naar-Afrika-droom gaan slijten. Vooral opstandige jonge dichters en kunstenaars gaan begrijpen dat de Antillen een heel andere werkelijkheid vertegenwoordigen dan Afrika. De stroming Antillianiteit komt dan op. De centrale figuur hierin is Edouard Glissant (1928-2011), schrijver en dichter van Martinique. Zijn visie op de rol van de schrijver is: meewerken aan de genezing van een zieke maatschappij. Geëngageerde literatuur dus. Schrijvers zoeken naar het ware gezicht van hun land. Het verleden blijft een belangrijk thema, ook kleurvooroordelen, het leven op het platteland en de trek naar de stad.
Belangrijke schrijvers van de moderne Franstalige Caraïbische literatuur – van wie de werken in het Nederlands zijn vertaald – zijn Maryse Condé (1936) uit Guadeloupe, het echtpaar Simone en André Schwartz-Bart (zij van Martinique, hij Fransman van joodse afkomst), en Patrick Chamoiseau (1953) van Martinique. In de komende maanden zullen we werk van hen bespreken. Vooral ook in verband met keuzes ‘voor de lijst’ van de scholieren. Mijn favoriet is De oude slaaf en de bloedhond (2001) van Patrick Chamoiseau, uitgegeven door De Geus in de vertaling van Eveline van Hemert (die naar Suriname kwam om Surinaams-Nederlands te leren en dat gebruikte bij haar vertaling van het gecreoliseerde Frans van Chamoiseau). Lucia Nankoe is de samensteller van de bundel met Caraïbische verhalen, De komst van de slangenvrouw en andere verhalen van Caribische schrijfsters (Van Gennep-Novib-Ncos, 1998). Een herdruk is gewenst, want het is inspirerende leesstof voor iedereen die wil kennismaken met de Caraïbische literatuur.
Wrede seizoenen
door Margot Dijkgraaf
Nirvah Leroy wendt zich, in opperste wanhoop over het lot van haar opgepakte communistische echtgenoot, tot een machtige staatssecretaris in Haïti. Deze realiseert zich dat hij het lot van deze mooie vrouw in handen heeft. Ooit waren vrouwen van haar klasse onbereikbaar voor hem, maar nu ‘vertegenwoordigt ze datgene waarnaar meer dan naar al het andere op de wereld zijn begeerte uitging’. Nu heeft hij haar in zijn macht en stelt zich voor hoe hij haar ‘ruw zou (nemen), zonder een woord, zich bedwelmend aan haar klachten, genietend van de ontreddering in haar ogen op het moment dat hij klaarkwam’. Macht, onmacht en begeerte – dat zijn de belangrijkste thema’s in Wrede seizoenen, de onlangs vertaalde roman van de Haïtiaanse schrijfster Kettly Mars.
Mars is dit jaar een van de laureaten van het Prins Claus Fonds, personen die volgens het fonds allen een ‘uitmuntende prestatie op het gebied van cultuur en ontwikkeling’ hebben geleverd. Mars (1958, Port-au-Prince) wordt geëerd als een ‘krachtige en indringende schrijver die frisse inzichten heeft ten aanzien van de hedendaagse werkelijkheid en een levendig, genuanceerd beeld schetst van de Haïtiaanse maatschappij’.
Nu zijn er op Haïti veel schrijvers die een stem geven aan de historie en aan de recente politieke en klimatologische ellende die het land moet doorstaan. Ieder jaar is er een aantal te gast op het Franse festival Étonnants Voyageurs in St. Malo en sinds kort organiseert de organisatie ook een dochterfestival in Port-au-Prince. Tijdens de voorbereidingen voor het festival van dit jaar had de verwoestende aardbeving plaats, waarbij ook enkele schrijvers het leven verloren. Dat drama heeft inmiddels tot aangrijpende literatuur geleid, zoals Tout bouge autour de moi van Dany Laferrière en de bundel Pour Haïti (ed.S. Dracius).
Infuus
De Haïtiaanse literatuur ligt, zo lijkt het, aan het infuus van het dagelijks leven. De verhalen van de Haïtianen gaan bijna zonder uitzondering over het leven van alle dag in Haïti, over geweld, corruptie, chantage, willekeur en verscheurde families. De verhalen zijn vaak even chaotisch en heftig als de geschiedenis van Haïti.
Legendarisch is bijvoorbeeld Frankétienne, schrijver, toneelschrijver en schilder tegelijk, die zijn hele oeuvre zelf uitgaf, een politieke en literaire mythe. Zijn boeken zijn volledig onorthodox, bevatten prozagedichten, kreten, opsommingen en een veelvoud van stemmen waarbij klank en vorm, zo lijkt het, belangrijker zijn dan inhoud of plot. Met alle creatieve middelen waarover hij beschikt vecht hij tegen de misère, tegen de corruptie, tegen degenen die om redenen van persoonlijk gewin de heropbouw en de vooruitgang belemmeren.
Ook zijn collega Lyonel Trouillot, die net als Frankétienne, ondanks de gevaren waaraan schrijvers in Haïti blootstaan, het land nooit verliet, schreef, in het Frans en in het Creools, een belangrijk oeuvre bij elkaar. Met zijn recente roman, La belle amour humaine, wat toegankelijker dan zijn eerdere werk, greep hij dit jaar net naast de prix Goncourt.
De meest spraakmakende auteur uit Haïti is ongetwijfeld de eerder genoemde Dany Laferrière. Zijn werk is verrassend, vernieuwend, satirisch en vaak erg geestig. Ook andere bekende in het Frans schrijvende auteurs uit Haïti – er zijn ook Haïtiaanse auteurs die in het Engels schrijven – zoals Edwige Danticat, Marie-Cécile Agnant, Yanick Lahens en Evelyne Trouillot, blijven dichtbij de verwarrende ervaring van de hedendaagse Haïtiaan.
Waar binnen dit panorama bevindt zich nu de gelauwerde Kettly Mars en Wrede seizoenen? Saisons sauvages (2010) is haar vierde roman, een boek met een plot, dat een verhaal vertelt op de Amerikaanse manier. Bij haar geen taal-, vorm- of ritme- experimenten, geen humor of uitgesproken poëtisch taalgebruik, zoals bij andere Franstalige Haïtiaanse auteurs.
Mars schreef eerst poëzie en debuteerde in 2003 met Kasalé, een roman over natuur, spiritualiteit en ongrijpbare lokale tradities. Eerder dit jaar publiceerde ze, samen met collega-schrijver Leslie Péan Le prince noir de Lillian Russell, een roman over de gelijknamige vaudeville-ster, gesitueerd in 19de-eeuws New York.
Mulattin
In Wrede seizoenen vertelt ze over de cruciale vragen waarvoor haar vrouwelijke hoofdpersoon, Nirvah Leroy, wordt gesteld. De mooie mulattin wordt de obsessie van de machtige staatssecretaris, zijn leven en zijn zwakke plek. Al snel is alleen haar lichaam hem niet genoeg: hij eigent zich haar 15-jarige dochter toe en uiteindelijk ook nog het onschuldige jongenslijf van haar zoon. Nirvah levert, bewust of onbewust, haar hele gezin uit aan een bezeten man.
Dan vertroebelt de tegenstelling goed versus kwaad. De dictator uit de onderste lagen van de bevolking, die er genoegen in schept zelf martelingen uit te voeren, blijkt in staat tot liefde en ontpopt zich zelfs tot een belezen amateurhellenist die de zoon van zijn gevangene helpt bij het leren van zijn Griekse grammatica. Nirvah van haar kant ziet mettertijd de goede kanten van haar verkrachter en wordt verscheurd tussen schuldgevoel en genot.
Het vergt nogal wat van de lezer om met deze wendingen mee te gaan. Mars schetst met vaardige hand de gruwelen van de dictatuur, die een vrouw zonder man aan haar zijde moet doorstaan. Ze kan een verhaal vaart geven. Maar de diepgaande morele dilemma’s waar het haar om te doen moet zijn geweest weet ze niet overtuigend met de lezer te delen.
Kettly Mars, Wrede seizoenen.
Vert. door Marianne Kaas. De Geus/Novib, 283 blz. €19,90
[uit NRC Handelsblad, 25-11-2011]
Kettly Mars & Natasja Kensmil in MC Theater
Wrede Seizoenen Tussen macht en machteloosheid, over leven en overleven onder dictatuur
Op 24 november om 20.00 uur presenteert Kettly Mars de Nederlandse vertaling van haar roman Wrede seizoenen in het MC Theater in Amsterdam. Tijdens de avond vertelt ook beeldend kunstenares Natasja Kensmil over haar werk en zorgt de soulvolle zangeres Shirma Rouse voor de muzikale omlijsting.
De avond wordt geleid door Tanja Fraai, journaliste en programmamaker.
Lucia Nankoe, romaniste en literatuurwetenschapper, is de curator van deze avond.
Kettly Mars is één van de 2011 Prins Claus Laureaten. Het Prins Claus Fonds eert met de Prijs haar gedurfde aanpak van onconventionele onderwerpen die een belangrijke nieuwe impuls gaf aan de Caribische literatuur. De Prijs en het verschijnen van een Nederlandse vertaling van haar voorlaatste roman bij uitgeverij De Geus/ Oxfam Novib is de aanleiding een avond aan haar te wijden en bepaalde onderwerpen uit te diepen die in het boek belicht worden.
Tijdens deze avond leest Kettly Mars passages voor uit Wrede Seizoenen. Het verhaal speelt zich af in het Haïti van de jaren zestig, dat beheerst wordt door het schrikbewind van de Duvaliers. De man van Nirvah werkt als journalist voor de belangrijkste oppositiekrant. Zijn kritiek op het regime wordt hem niet in dank afgenomen: hij wordt opgepakt door de militie en Nirvah blijft achter met hun kinderen. De enige manier om haar man terug te zien en voor haar gezin te kunnen zorgen, is dat ze zich inlaat met de gevaarlijke Raoul Vincent, een belangrijke functionaris binnen het regime.
In het werk van beeldend kunstenares Natasja Kensmil is het fenomeen macht ook een terugkerend thema. Zo maakte ze bijvoorbeeld de serie Raw Couples, portretten van voornamelijk machthebbers van eind negentiende, begin twintigste eeuw. De geportretteerde echtparen waren vaak via familiebanden aan elkaar verwant en stonden soms al zeer jong en onervaren aan de macht van een groot imperium wegens voortijdig overlijden van hun voorganger.
Kettly Mars (Port-au-Prince, 1958) is één van de succesvolste Caribische schrijfsters van dit moment. Ze begon rond haar 35ste te schrijven. Eerst schoorvoetend, erotisch geladen poëzie waarin ze de liefde, de natuur en alledaagse dingen bezingt. Daarna volgt in 2003 haar eerste roman Kasalé over Haïtianen die worstelen met hun bestaan. L’heure hybride (2005) gaat over Rico, een man die na een nacht vol drank en seks nadenkt over het leven en concludeert dat er maar een vrouw is van wie hij houdt: zijn moeder die prostituee is. Kettly Mars is een daadkrachtige schrijfster die weet te ontroeren en die een fascinerend en scherp beeld schetst van de Haïtiaanse maatschappij.
Natasja Kensmil (1973) is van Surinaamse afkomst. Ze studeerde aan De Vrije tekenacademie en de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam, waarna zij De Ateliers in Amsterdam volgde. Geschiedenis is een belangrijk thema in het werk van Kensmil. Haar beelden van angst zijn raadselachtig, vaak gerelateerd aan religie en mythologische verhalen. In de schilderijen en tekeningen vallen de lichte en donkere kleuren in eerste instantie op, daarna ontvouwen zich de andere kleuren die verborgen liggen in en onder de huid. Haar nieuwste werk is getiteld Sleeping Beauty waarvoor zij zich liet inspireren door foto’s van overleden kinderen.
Shirma Rouse (1980) is zangeres en geeft les op het conservatorium in Enschede en op het Albeda College voor muziek en productie. Ze werd geboren op Curaçao, bracht een groot deel van haar jeugd door op St.Eustatius en verhuisde in 1999 naar Nederland waar ze haar tienjarige muziekcarrière opbouwde. Ze verdiepte zich in funk, jazz en soulvolle muziek. Ze was achtergrondzangeres in de groep Tasha’s World en daarna trad ze op, toerde ze en nam ze nummers op met artiesten uit verschillende genres, waaronder Intwine, Extince, Wouter Hamel, Candy Dulfer, Alain Clark, Anouk, Randal Corsen, Margriet Sjoerdsma en Gerard van Maasakkers. Het debuutalbum van Shirma Rouse verscheen in 2010 onder de naam Chocolate Coated Dreams.
Toegang gratis.
Aanmelden verplicht: klik hier
Het MC Theather: Polonceaukade 6 1014 DA Amsterdam
Tel 020- 6065050
Dit programma is onderdeel van Internationale Kunst in Amsterdam van het Prins Claus Fonds en het Amsterdams Fonds voor de Kunst.
Wrede Seizoenen
Tussen macht en machteloosheid, over leven en overleven onder dictatuur
Een avond met Kettly Mars (Haïti)
ook met Natasja Kensmil en Shirma Rouse
Op 24 november om 20.00 uur presenteert Kettly Mars de Nederlandse vertaling van haar roman Wrede seizoenen in het MC Theater in Amsterdam. Tijdens de avond vertelt ook beeldend kunstenares Natasja Kensmil over haar werk en zorgt de soulvolle zangeres Shirma Rouse voor de muzikale omlijsting.
De avond wordt geleid door Tanja Fraai, journaliste en programmamaker. Lucia Nankoe, romaniste en literatuur-wetenschapper, is de curator van deze avond.
Kettly Mars is één van de 2011 Prins Claus Laureaten. Het Prins Claus Fonds eert met de Prijs haar gedurfde aanpak van onconventionele onderwerpen die een belangrijke nieuwe impuls gaf aan de Caribische literatuur. De Prijs en het verschijnen van een Nederlandse vertaling van haar voorlaatste roman bij uitgeverij De Geus/ Novib is de aanleiding een avond aan haar te wijden en bepaalde onderwerpen uit te diepen die in het boek belicht worden.
Tijdens deze avond leest Kettly Mars passages voor uit Wrede Seizoenen. Het verhaal speelt zich af in het Haïti van de jaren zestig, dat beheerst wordt door het schrikbewind van de Duvaliers. De man van Nirvah werkt als journalist voor de belangrijkste oppositiekrant. Zijn kritiek op het regime wordt hem niet in dank afgenomen: hij wordt opgepakt door de militie en Nirvah blijft achter met hun kinderen. De enige manier om haar man terug te zien en voor haar gezin te kunnen zorgen, is dat ze zich inlaat met de gevaarlijke Raoul Vincent, een belangrijke functionaris binnen het regime.
In het werk van beeldend kunstenares Natasja Kensmil is het fenomeen macht ook een terugkerend thema. Zo maakte ze bijvoorbeeld de serie Raw Couples, portretten van voornamelijk machthebbers van eind negentiende, begin twintigste eeuw. De geportretteerde echtparen waren vaak via familiebanden aan elkaar verwant en stonden soms al zeer jong en onervaren aan de macht van een groot imperium wegens voortijdig overlijden van hun voorganger.
Plaats: MC Theater (Grote zaal) in Amsterdam
Datum: donderdag 24 november 2011
Start programma 20.00 uur
Toegang gratis
Haïtiaanse schrijfster Kettly Mars in Nederland
Kettly Mars (Port-au-Prince, 1958) is een van de succesvolste Haïtiaanse schrijfsters van dit moment. Ze begint rond haar 35ste te schrijven, aanvankelijk erotisch geladen poëzie waarin ze de liefde, de natuur en alledaagse dingen bezingt. Daarna volgt in 2003 haar eerste roman Kasalé over Haïtianen die worstelen met hun bestaan. L’heure hybride (2005) gaat over Rico, een man die na een nacht vol drank en seks nadenkt over het leven en concludeert dat er maar een vrouw is van wie hij houdt: zijn moeder die prostituee is. Kettly Mars is een daadkrachtige schrijfster die weet te ontroeren en die een
fascinerend en scherp beeld schetst van de Haïtiaanse maatschappij. Zij is een van de elf winnaars van de Prins Claus Prijs 2011. Het Prins Claus Fonds eert haar gedurfde aanpak van onconventionele onderwerpen die een belangrijke nieuwe impuls aan de Haïtiaanse literatuur heeft gegeven. De prijs en het verschijnen van een Nederlandse vertaling van haar meest recente roman Wrede seizoenen (vert. Marianne Kaas) zijn de aanleiding voor deze avond.
Datum: donderdag 24 november.
Locatie: Polonceaukade, Amsterdam.
Vuile was en schone handen
Vuile was en schone handen. Dat is een terugkerend onderwerp in het Surinaamse deel van het Winternachten-programma in januari.
De Surinaamse documentairemaker Frank Zichem staat centraal in het filmprogramma van zaterdagavond 16 januari. Hij spreekt – aan de hand van filmfragmenten uit zijn indrukwekkend aantal documentaires – met filmkenner Bert Jansma over hoe hij omging met controversiële onderwerpen in Suriname. Mag je de vuile was wel buiten hangen? Ditzelfde thema komt aan de orde in een gesprek onder leiding van de Surinaams/Nederlandse publicist Sandew Hira (Dew Baboeram) met de Caribische auteurs Junot Diaz (Dominicaanse Republiek) en Kettly Mars (Haïti). Ook zij hebben te maken met de druk van hun lezers om de vuile was niet buiten te hangen.
Voor het hele Winternachtenprogramma klik hier