blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Levens Alphons

Ralicon geeft 30e boek uit

door Rihana Jamaludin

Uitgeverij in Suriname
Voor uitgeverijen in Suriname is het hard timmeren aan de weg. Gebrek aan middelen, aan kapitaal en valuta, aan distributiesystemen en zelfs aan kopers, ontmoedigen ondernemende schrijvers echter niet. De meeste schrijvers geven in eigen beheer uit en in sommige gevallen richt een schrijver zelf een uitgeverij op, om vooral het eigen werk te kunnen publiceren. Zo zijn er Publishing Services Suriname (start 1989) van Ismene Krishnadath en van Gerrit Barron de uitgeverijen Sorava (vanaf 1983) en later Afaka (1999).

Sinds eind 1999 is daar uitgeverij Ralicon van Robby Parabirsing (Rappa) bijgekomen. Naast enkele titels van schrijver Rappa zelf, heeft Ralicon voornamelijk werk van nieuwe auteurs in het fonds. De Ralicon Collectie bestaat uit boeken van uiteenlopende aard, zoals romans, short story’s, poëzie, jeugd- en kinderboeken, en werken met een culturele of geschiedkundige invalshoek. Ondanks alle tegenwind heeft Ralicon lezers in Suriname en Nederland weten te bereiken en is inmiddels aan de dertigste uitgave toe. Het wordt een jubileumboek, getiteld 41 Spontane reacties op het gedicht ´Recreëren te Domburg`.

Rappa
Robby Parabirsing is docent Nederlands en bekend als schrijver en columnist onder het pseudoniem Rappa. Hij is verder secretaris van de Schrijversgroep ´77. Ook beheert hij al jaren een thuisbibliotheek, waar men terecht kan voor ontspanningslectuur, maar waarvan vooral scholieren uit de examenklassen gebruik maken om boeken voor hun literatuurlijst te lenen. Zodoende biedt Rappa een extra studieservice, geen onnodige luxe in Suriname.

Duizendpoot Parabirsing is ook directeur van uitgeverij Ralicon in Paramaribo. Bij Ralicon kunnen vooral aankomende schrijvers terecht; hun manuscript wordt er geredigeerd en waar nodig samen met de auteur bewerkt. Volgens het systeem van ‘Printing On Demand’ kan het werk dan in kleine oplagen uitgegeven worden, ideaal voor het kleine lezerspubliek in Suriname.

30e uitgave
Dit najaar komt bij Ralicon het 30e boek uit, een jubileumboek waarvan de basis gelegd werd, toen leden van de Schrijversgroep ´77 spontaan reageerden op het gedicht ‘Recreëren te Domburg’ van Alphons Levens. De reacties, die via e-mail binnen de Schrijversgroep circuleerden, bleken zo divers, kritisch, humoristisch, maar ook leerrijk, dat uitgeverij Ralicon besloot om deze in overleg met de leden en met Alphons Levens uit te geven. Het geheel is zodoende een gezamenlijke ode geworden aan het schrijven als vak.

Terugblik
Na ruim tien jaar Ralicon en dertig boeken later, is het tijd voor een terugblik en een gesprek met Robby Parabirsing. Het eerste boek van Ralicon kwam in november 1999 uit, Oompie Sem Kleuters van Orlando Emanuels, een verzameling gevatte kinderuitspraken.

Hoe kwam Rappa op het idee van Ralicon?
‘Al jaren was ik bezig met het corrigeren, screenen en bewerken van uiteenlopende manuscripten. Vaak kwam dan van de schrijvers de vraag of ik hen niet kon helpen bij het uitgeven. Maar dat stuitte op het probleem van de financiering. Een drukker gaat z´n machines niet in werking zetten voor 100 exemplaren. Hij drukt minstens 500. Maar waar ga je in Suriname in een jaar tijd 500 boeken kwijtraken?’

Er waren op dat moment al meerdere uitgeverijen in Suriname, maar de meeste kwamen en gingen, vooral vanwege de hoge drukkosten en de kleine afzetmarkt. En voor de Nederlandse markt waren de Surinaamse werken niet aantrekkelijk. Toen de technische mogelijkheid van Printing on Demand (POD) zijn intrede deed, werd het mogelijk kleine oplagen op de markt te brengen. Samen met het bedrijf Office World heeft Ralicon aan de wieg gestaan van POD-publicaties in Suriname.

Ralicon
De naam Ralicon is samengesteld uit een afkorting van de woorden RAppa’s LIteratuur CONsultancy. Onder Ralicon vallen ook activiteiten zoals tekstredactie voor afstudeerscripties van universiteitsstudenten, van manuscripten voor andere uitgeverijen en divers ander tekstwerk. Ralicon is een eenmanszaak, maar de technische onderdelen als lay-out en omslagontwerp worden uitbesteed. Wat is Ralicons best verkochte boek? Dit blijkt een gedeelde eerste plaats voor drie uitgaven: de roman De vlek uit het verleden van Rappa, en in het genre cultuur August, een bonoeman van Juliën Zaalman en de bundel vertellingen Vreemde dingen uit Mariënburg van Ronald Haselhoef.
De voorkeur van de uitgever zelf, gaat uit naar waar gebeurde verhalen uit het verleden van Suriname, met veel tot de verbeelding sprekende anekdotes.

Op de vraag of Ralicon wel eens een manuscript weigerde, is het antwoord: ‘Ja, dat ging toen over een bundeling van e-mails tussen mensen met allerlei extreme seksuele voorkeuren. Andere manuscripten vereisten heel wat werk om ze ‘up te graden’ en de aanbieders wilden de tijd daarvoor niet uittrekken. Ik doe veel werk in mijn vrije tijd, als een soort sociale steun, maar die vrije tijd is soms zo beperkt, dat zulke manuscripten bleven liggen. Ook zijn er wel redelijke manuscripten die halverwege de bewerking bleven liggen, omdat de aanbieder dacht dat ik de rest van het werk ‘fu soso’ (voor niets) zou doen. Meestal bewerk ik één hoofdstuk als voorbeeld en als de aanbieder dan zegt: “Ja, dat is wat ik wil, gaat u maar door”, dan moet er wel wat over de brug komen. Ik moet toch ook surviven en ik lever kwaliteit. Dat is o.a. gebleken bij Ter dood veroordeeld van John de Bye, de derde uitgave van Ralicon, die in Nederland zowat ongewijzigd is heruitgegeven bij uitgeverij Conserve.’

Crisis
Hoe ging het tijdens de crisisjaren met Ralicon? Werden er wel boeken uitgegeven?
‘Het systeem is juist ontstaan als antwoord op de crisisjaren (1991 – 1997), toen we een hyperinflatie kenden. Omdat het Surinaamse geld toen dagelijks in waarde daalde, ontstond er een groot verschil tussen de eerste prijscalculatie van de drukker en de uiteindelijke afrekening bij het drukken van het boek, weken later.
Ook berekenden de drukkers hun kosten in US dollars of in de toen geldende Nf. Bij afrekening werden dan liefst dollars of Nederlandse guldens gevraagd, want dan kon de drukker daarmee direct weer z’n importen betalen. In deze periode was het zowat onmogelijk om boeken uit te geven, of je moest over harde valuta beschikken.
Vandaar dat Ralicon na deze periode stapje voor stapje begon met uitgeven, in kleine oplagen, dankzij het POD-systeem. Je kostprijs per boek is wel wat hoger dan bij de drukker, maar je kunt bij wijze van spreken met vijf exemplaren beginnen en daarmee bestellingen binnenhalen. Loopt de afzet terug, dan print je minder. Bij de drukker zat je gelijk met minstens 500 exemplaren en een af te lossen schuld in je maag, en dan nog wel in een kleine markt met een fragiele koersstabiliteit, waar boeken echt niet behoren tot de eerste levensbehoeften.’

Toekomst
Is de situatie nu verbeterd voor uitgeverijen in Suriname?
‘Wat betreft stabiliteit van de koersen is de situatie nu wel verbeterd. Verder is daardoor ook een grotere koopkracht dan tijdens de crisisjaren, maar die wordt voor het merendeel consumptief besteed.
Uit de jaarlijkse activiteiten van het Kinderboekenfestival blijkt wel duidelijk dat er onder de jeugd, vooral in de gebieden buiten de stedelijke vestigingen, een enorme leeshonger is. Deze honger wordt echter voornamelijk gestild met boekjes en boeken uit Nederland, veelal afgeschreven titels van Nederlandse bibliotheken. Dat is tenminste wat, maar ideaal is dat niet. Het Surinaamse kind vervreemdt daardoor eerder van zijn eigen omgeving en achtergronden, waardoor de band met het eigene, ondergeschikt wordt aan de betrokkenheid met Nederland en de Nederlandse cultuur. En dat maakt dat ons land met zoveel mogelijkheden, toch achterblijft in zijn ontwikkeling.
Uit de actie van Ismene Krishnadath om de boeken van Surinaamse auteurs naar de scholen toe te brengen en middels een bestellijst aan te bieden, blijkt dat er wel verkocht wordt als het boek naar de leerlingen toe gebracht wordt.’

41 Spontane reacties op het gedicht ‘Recreëren te Domburg’
Het 30e boek uit de Ralicon Collectie, getiteld 41 Spontane reacties op het gedicht ´Recreëren te Domburg` (72 blz.), verschijnt eind november in een beperkte oplage en zal in de boekhandels in Paramaribo verkrijgbaar zijn voor de prijs van 36 srd. (of 8 euro, excl.verzendkosten)

Voor de volledige Ralicon Collectie klik hier
Voor bestellingen van boeken en het aanbieden van manuscripten:
e-mail rappa.stripbieb@gmail.com of litap@cq-link.sr Tel: 00-597- 464725.

Gewetensvraag voor de Surinaams/Nederlandse schrijver

door Rihana Jamaludin

Het is een vraag die steeds weer langs komt in interviews en bij optredens: is een schrijver niet aan zijn/haar publiek verplicht, om een stem te geven aan de arme Surinaamse volksvrouw, of de arbeider of marron of slaaf.

Keuzen

Eigenlijk is het antwoord kort: een schrijver is tot niets verplicht; wanneer het verhaal geschreven wordt, is vaak nog lang niet zeker of het manuscript ook een uitgever en publiek zal vinden. De schrijver kan dus alleen van zichzelf uitgaan en moet beslissen hoe, waarom en voor wie het boek geschreven wordt. Daarbij kan nooit iedereen tevreden gesteld worden. Dat is al inherent aan het maken van keuzes: is het verhaal bestemd voor kind of volwassene, wordt van de lezer al of niet een zekere mate van scholing verwacht, moet het verhaal ook buiten Suriname te volgen zijn of hoeft dat niet, etc. Bij elke keus zal een groep lezers teleurgesteld worden.  

Historie
Aan de desondanks terugkerende vraag gaat in Suriname een traditie vooraf, van auteurs die zich ten doel stelden het volk ´op te voeden`. Het begon al in de 30er jaren bij Anton de Kom die met zijn Wij slaven van Suriname politieke bewustwording beoogde.
Dobru slechtte in de jaren ´60 raciale barrières met o.a. De Plee en zijn bekende gedicht ‘Wan (bon)’. In deze tijd is het Alphons Levens (foto rechts) die consequent taalgebruik, vorm en onderwerp aanpast aan zijn doel: met poëzie een kritische kijk op de samenleving bij zijn lezers te bewerkstelligen.  

Schrijverschap
Het is ook een vraag die eerder door Surinaams publiek wordt gesteld dan door Nederlanders; de verantwoordelijkheid om niet alleen iets voor jezelf, maar ook voor de ander te schrijven. Dat past nu eenmaal meer in de ´wij-cultuur´ van Suriname en minder in de ´ik-cultuur´ van Nederland, de periode van moralistische verzen en verhalen ligt hier in het verleden. En een land in opbouw verwacht van schrijvers en kunstenaars meer ´nuttige` dan creatieve producten, voor jezelf bezig zijn komt dan egoïstisch over.
Het brengen van een boodschap spreekt het verstand aan = nuttig. Het creëeren van schoonheid spreekt het gevoel aan en kan minder aanspraak maken op nut. Zonder boodschap krijgen we ´leeg geschrijf`, verstand en gevoel willen beiden aangesproken worden.
Leeg geschrijf heeft minder te maken met onderwerp, maar meer met hoe de inhoud is vormgegeven. Immers ook onderwerpen als politiek of religie kunnen stuurloze geschriften opleveren. Het vinden van de balans vergt oefening, ontwikkeling van het schrijverschap. Dit geeft aan dat schrijven een vak is. Het ´opvoeden` blijft ondergeschikt aan het schrijverschap omdat het vak dat vraagt. De schrijver zou anders geen schrijver zijn, maar opvoeder.  

Inspiratie
Daarom hebben kunstenaars en schrijvers het privilege om op hun eigen wijze vorm te geven aan dat wat nog tot uitdrukking moet komen. Dat, wat nog niet zichtbaar is, maar toch versluierd aanwezig is. Ideeën die zo vluchtig zijn, dat ze met een zekere onbevangenheid tegemoet getreden moeten worden. Hoe goed kan de ontvanger de inspiratie duiden, ´de boodschap thuis brengen`? Verplichting vormt dan een belemmering, inspiratie kan niet van buitenaf gedicteerd worden. Voor de ontwikkeling van het schrijverschap is vrijheid noodzakelijk.

Schrijversgroep eert de vrouw

Woensdag 31 maart wordt een bijzondere avond van de Schrijversgroep ’77 in Tori Oso in Paramaribo, speels maar toch met een stevige inhoud. Presentaties van vrouwen, gedichten over vrouwen, commentaar van mannen en het laatste woord voor de vrouw. We beginnen stipt om 20.00 uur. Conferencier: Anne-Marie Sanches.
Programma:
Alphons Levens met zijn gedicht LEVEN
Ismene Krishnadath met het verhaal Eens op een einde
Panelcommentaren door Frits Wols, Eddy van der Hilst en Roué Hupsel
Arlette Codfried met kort proza
Panelcommentaren
Jeanette Vonsee met een poëtische verbeelding van een moeder
PAUZE
Michiel van Kempen met drie odes aan de vrouw en de liefde
Hilde Neus met een diversiteit aan petten
Panelcommentaar
Claudett de Bruin met limericks
Panelcommentaar
Alida Neslo met observaties en column
Panelcommentaar
Afsluiting

[Bericht van Schrijversgroep ’77]

Een literaire prijsvraag, maar dan beter

Onlangs heeft de Schrijversgroep ’77 een prijsvraag georganiseerd voor de beste verkiezingscolumn, welke contest inmiddels door een uit Hilde Neus, Sombra en Alphons Levens bestaande jury is beslecht en waarvan de prijswinnaar gister zijn prijs in ontvangst heeft genomen.

De opdracht luidde: “De column moet focussen op de komende verkiezingen in Suriname. Bij het kiezen van de beste column wordt vooral gelet op creatief taalgebruik, opbouw en ontknoping van de column. Gebruik van humor kan een positieve invloed hebben op de beoordeling.”

(ter verluchtiging een geheel andere ‘column’: een in het westfront van de kathedraal van Chartres)

Uit het verlsag van de jury blijkt dat er zes columns zijn binnengekomen en een liedtekst. De liedtekst is vanwege de vorm buiten de beoordeling gelaten. Tussen de verschillende inzendingen was er een behoorlijk verschil in visie. Vier van de columns zijn te lezen op de website van Schrijversgroep ’77. De juryleden hebben unaniem, maar onafhankelijk van elkaar de prijswinnende column aangewezen, waarbij de literaire creativiteit van de schrijver een belangrijke rol heeft gespeeld bij de beoordeling.

Het is te betreuren dat dit overigens uitstekende initiatief met z’n zeven armzalige inzendingen slechts zo weinig weerklank heeft gevonden. Het verdient daarom zeker aanbeveling –mede met het oog op toekomstige soortgelijke wedstrijden– onderzoek te doen naar de mogelijke redenen daarvoor. Zo op het oog zou ik al wat kunnen noemen, want de ‘beloning’ is gewoon schraal: een (te) kleine geldprijs, het afschrikwekkende beeld de column voor een groot publiek te moeten voorlezen, en nauwelijks zicht op publicatie.

Nu vind ik die geldprijs niet eens het belangrijkste, maar er zouden tenminste zekere kansen op publicatie moeten worden ingebouwd. Het moet toch mogelijk zijn één van onze Surinaamse dagbladen te bewegen om de prijswinnaar de toezegging te doen dat hij/zij gedurende de tijd van een half jaar of een jaar één- of tweewekelijks daar zijn eigen column mag plaatsen.

Tot slot heb ik nog een paar vragen aan de jury.

1) Van de zes beoordeelde inzendingen zijn er vier te lezen op de website van Schrijversgroep ’77, waarom worden de overige twee niet gepubliceerd?

2) Volgens uw oordeel heeft de literaire creativiteit van de prijswinnaar een belangrijke rol gespeeld bij de beoordeling. Kunt u aangeven waarin die zich zoal uit?

3) U heeft unaniem de prijswinnaar aangewezen, was het kwaliteits- verschil zó groot, of liggen daar andere zaken aan ten grondslag, zoals bijvoorbeeld het door u aangehaalde verschil in visie van de contestanten?

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter