blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: kindermisbruik

Kinderen bovenmatig blootgesteld aan mishandeling

Paramaribo – Surinaamse kinderen worden ten opzichte van de meeste van hun buitenlandse leeftijdgenoten, bovenmatig blootgesteld aan mishandeling. Ons land kent daarenboven een hoog percentage van kinderen die een extreme mate van fysieke en psychologische agressie te verduren hebben. Dit werd zaterdag door diverse sprekers onderkend tijdens de studiedag die de Stichting Weid Mijn Lammeren met medewerking van het Korps Politie Suriname hield, waarbij werd ingegaan op diverse aspecten van kindermishandeling en (seksueel) misbruik en er tevens op interactieve wijze ( vragenrondes, toneel, gespreksgroepen) kennisoverdracht plaatsvond. read on…

Seksueel kindermisbruik binnen rooms-katholieke kerk

door Roy Frits Lansdo

Paramaribo – Dit is een open brief aan de Surinaamse bisschoppen, het Ministerie van Justitie en Politie, De Nationale Assemblee, het Inter-Amerikaanse Hof voor Mensenrechten en de Organisatie voor Gerechtigheid en Vrede, aangaande een potentieel strafrechtelijk justitieel onderzoek naar potentieel seksueel (kinder)misbruik door rooms-katholieke geestelijken in de Republiek Suriname. read on…

‘André Pakosie (58) vergreep zich aan meer kinderen’

Utrecht – Net als zijn collega ridder Jan Wubbeling, blijkt dat de 58-jarige André Pakosie, een waar seksueel roofdier is. In het geval van André Pakosie is bekend geworden dat hij zijn drie dochters jarenlang en stelselmatig in zowel Nederland als in Suriname heeft misbruikt. De incestzaak rond de invloedrijke intellectueel zou veel groter zijn dan tot nu toe naar buiten is gekomen.  

read on…

Levenslang door seksueel misbruik (2 en slot)

door Mineke de Vries

Na de ervaringsverhalen van seksueel misbruik in de katholieke kerk op Curaçao (deel 1, zie hieronder) roept journalist Robert Chesal – die het misbruik grootschalig aan het licht bracht in 2010 – op tot de erkenning van de slachtoffers. Zelf slachtoffer van misbruik weet hij dat erover praten de enige mogelijkheid is tot herstel.

read on…

Seksueel misbruik massaal door de vingers gezien (1)

door Mineke de Vries

 Toen journalist Robert Chesal het seksueel misbruik in de katholieke kerk op grote schaal onthulde in 2010, kwamen vele meldingen binnen van mensen die waren misbruikt in Nederland, maar per direct waren er ook meldingen uit Curaçao. Een golf van publiciteit was het gevolg. In Nederland welteverstaan, niét op Curaçao. In zijn recent verschenen boek Een verzwegen leven doet Chesal verslag van de gruwelijkheden, ook op Curaçao. Maar wie denkt dat het misbruik is gestopt, heeft het mis: met financiële vergoedingen en in die zin afhankelijkheid van de kerk worden momenteel veelal arme gezinnen het zwijgen opgelegd.

read on…

Boa – Aruba in de wurggreep

Kindermisbruik op Aruba

“Omdat ik een groot cliënteel heb moeten achterlaten en het gevoel heb dat er dringend iets moet gebeuren om de kinderen op Aruba te beschermen tegen verdere mishandeling, heb ik besloten dit boek te schrijven, uitsluitend in opdracht van het kind in mij.”

Rita Zecher (Berlijn, 1953) groeit op in Antwerpen, studeert geneeskunde in Brussel en wordt kinder- en jeugdpsychiater. In 2008 biedt Nederland haar de kans een jeugddroom waar te maken: werken en leven op een Caribisch eiland. Naarmate ze zich meer inzet voor seksueel misbruikte kinderen komt ze in aanraking met de politie, de daders en hun advocaten. Als enige kinderpsychiater op Aruba, zonder steun van een sterk team, voelt ze zich niet meer veilig en keert na twee jaar terug naar Nederland. De bevolking van Aruba, een eiland in beweging, is zich bewust geworden dat de situatie zoals zij nu is, waarbij elke schanddaad in de doofpot wordt gestopt, niet meer gedoogd kan worden. De pers, diverse stichtingen en moedige moeders van slachtoffers vechten voor de rechten van het kind. Het is tijd dat de slachtoffers meer hulp van buitenaf krijgen. Onze kinderen zijn de mensen van morgen.

“Eindelijk iemand die durft te praten!”

“Alle ogen zijn op mij gericht. Het zweet breekt me uit. Ik ben geen openbaar aanklager en wil dat ook niet zijn. Ik ben arts en psychiater. Ik wil niemand schade berokkenen. De zaak is niet strafrechtelijk onderzocht, hoe kan ik dan een oordeel vellen? Maar ik wil Debby beschermen. Zo lang er geen tegenbewijs is heeft een slachtoffer het recht geloofd te worden.”

“Mijn hart ligt altijd bij de slachtoffers en ik geef graag mijn steun aan de benadeelden, maar als de volkswoede eenmaal ontvlamt en hiërarchieën omver gestoten worden, dan stap ik eruit. Ministers lynchen is niet de oplossing.”

Titel: BOA – Aruba in de wurggreep 
Auteur: Rita Zecher
Fotografie: Ellen Koelewijn – www.expressionelle.nl
ISBN: 978-94-90352-23-3
Prijs: € 17,50 E-book: € 15,00

U kunt het E-book op twee manieren bestellen: – klik op de link hieronder en ga naar de webwinkel of – maak 15 euro over naar NL72ABNA0541681990 ABNANL2A, t.n.v. Schrijverij Mooi Mens o.v.v. BOA. Het e-book van Rita Zecher ontvangt u per email. Graag aangeven welke e-reader u heeft of dat u een PDF wilt om op de computer te lezen.

Carry-Ann Tjong-Ayong – Een gewetenskwestie

Masiakriki was even het middelpunt. Heeft hier het hoofd van de RK basisschool de leerlingen misbruikt…. Is Sjerome S. de zoveelste Robert M., in Suriname? Wat is er waar van de verhalen die beweren dat hij Nederland is ontvlucht vanwege kindermisbruik en nu in het binnenland van Suriname zijn lusten botviert op kleine meisjes? Is hij Nederlander of Belg?

De vragen wellen telkens weer op en de antwoorden sijpelen moeizaam naar boven, worden met kracht of met vage tegenwerpingen weersproken. Het komt op mij over als een gigantische doofpotaffaire. Getuigen durven hun verhaal niet openlijk te vertellen.

Ik praat met de bewoners van het dorp, die ik al elf jaar van zeer nabij ken. Zij hebben fragmenten van verhalen die allemaal in de richting van een schuldige wijzen. Er is wat gebeurd, ernstig of onschuldiger, maar er is iets voorgevallen. Daarvan ben ik overtuigd geraakt.

De onderwijzer, collega, buurman en na het vertrek van de vermeende kindermisbruiker, waarnemend hoofd van de school, zegt: “Hij was een lieve man, hij speelde veel met de kinderen. Die kwamen in het weekend bij hem thuis. Hij was wel een beetje eigenaardig. Maar hij heeft niets gedaan. Ging ’s-avonds naar de kroeg en kwam dan weer naar huis. Iemand heeft hem vals beschuldigd.”

Zijn vrouw zwijgt. Zij kijkt star voor zich uit met grote lege ogen. Hij gaat door. Hij praat snel en nadrukkelijk. Overtuigend. “Er kwam een man langs het dorp. Een journalist. We kenden hem niet. Hij heeft al die dingen verzonnen.”

Ik stel vragen. Waarom zeiden die kinderen dat. Waarom is het schoolhoofd vertrokken. Wie is er nu schoolhoofd. Waar is S. nu. Is de politie hier geweest. Zijn er ook artsen geweest. Ik vraag alles wat maar een aanwijzing kan opleveren. hij geeft vlot en snel zijn antwoorden. Blijft geduldig en vriendelijk lachen.

“Ach, je weet hoe kinderen zijn. S. was naar de stad gegaan. Hij werd meteen gegrepen door 9 politieagenten en vastgezet. Niet lang. Hij was gauw weer vrij. Hij heeft zich zelf aangegeven. Gezegd dat hij onschuldig was, dat zij alles mochten onderzoeken Toen bleek dat alles was verzonnen.”

De vrouw zit nog steeds roerloos. Zij zegt niets. Kijkt star voor zich uit met grote ogen. Het is alsof zij in trance is.

Wij zijn verbaasd. Wij kennen haar al jaren, als een uitbundige, extraverte persoonlijkheid met een harde, welluidende stem. De onbetwiste topactrice in de stukken, die ik in het binnenland produceer met regisseur Tolin Alexander. Haar rollen zijn gewaagd en realistisch. Deze gedweeë, bijna onderdanige N. is nieuw voor ons. Wat is hier aan de hand?

De erven rond de twee onderwijzerswoningen lopen in elkaar over met slechts hier en daar een struikje of een strook gras van het breedbladige type, dat wij beschuitgras noemen. De vijf kinderen van het wnd. schoolhoofd spelen achter het huis, onzichtbaar voor ons. Ik vraag naar het ene zoontje dat ik ken. Ze roept hem. Hij komt groeten. Hij heeft een ondeugend koppie en glipt snel weer weg. De meisjes laten zich niet zien. We horen ze wel lachen en praten. De jongste, een baby van rond een jaar zit bij zijn moeder op schoot.

We komen hier niets te weten. Maar dorpsgenoten hebben andere verhalen. S. zou wel degelijk kleine meisjes hebben lastig gevallen. Echter, toen de dorpsbewoners moesten getuigen zwegen zij.. Durfden zij niets te zeggen of schaamden zij zich? De dorpsbewoner zucht. Hij schudt vertwijfeld zijn hoofd.

Een andere noemt de kleinkinderen van een vrouw, die inmiddels uit het dorp is vertrokken, als slachtoffers. Waarom is zij weggegaan? Zij had een goede positie in het dorp. Was actief in het dorpsleven.

Hij zegt ook dat de kleine meisjes vrijpostig zijn. Zij gingen zondags zelf naar het huis van het schoolhoofd en vielen hem lastig. Maar waarom stuurde S. ze niet weg? Als schoolhoofd heeft hij toch die autoriteit?

Een feit is dat de kinderen in het binnenland tot een bepaalde leeftijd, 8, 9 jaar halfnaakt rondlopen. De meisjes krijgen later een pangi, een omslagdoek om. De jongetjes gaan dan broekjes dragen. Het is even natuurlijk als de blote borsten van de vrouwen. Voor westerse mannen moet het prikkelend zijn; een pedoparadijs hoorde ik het noemen. Nu in Thailand pedofielen geweerd worden, wijken ze gemakkelijk uit naar landen als Suriname. En dan is het binnenland al gauw luilekkerland.

Meester S is nu werkzaam op Bofokule, een ander dorpje een uur varen van Masiakriki waar hij “zeer geliefd“ is, volgens zeggen. De overplaatsing is zijn eigen keuze. Hij wilde alles achter zich laten.

Wat moet ik geloven, wie heeft er gelijk? Wat doet de regering hier tegen? Wat doen de erkende kinderpsychologen en wetenschappers, die kinderbescherming hoog in het vaandel hebben? Is dit uitputtend onderzocht door de presidentiele werkgroep die het kind optimaal zal beschermen? Wat doen de uit het binnenland afkomstige ministers en Assembléeleden hier tegen? Is dit een gewetenskwestie die in de doofpot is beland?

John Lie A Fo – De Haïtiaanse restavec-kindertjes

In zijn krachtige en impulsieve stijl schildert John Lie A Fo over het thema dat hem tegenwoordig bezighoudt. De restavec oftewel kindslaven van Haïti. Het woord restavec is afgeleid van het Franse ‘reste avec’, en betekent in het Creole ook letterlijk ‘blijven met’. De term wordt in de rest van de wereld geassocieerd met een soort van moderne slavernij. Restavecs zijn jonge kinderen die door hun eigen ouders soms verkocht, maar meestal gewoon worden weggegeven aan familieleden of anderen die er financieel beter vanaf zijn. Deze gewoonte, die in Haïti al jarenlang bestaat heeft zijn oorsprong in de immense armoede waarin het grootste deel van de bevolking zich bevindt. Ouders die hun kinderen afstaan hopen over het algemeen dat hun kinderen in de welvarende huishoudens ten minste beter te eten zullen krijgen en dat ze naar school zullen kunnen gaan. Het tegendeel is echter waar. Het grootste deel van de Haïtiaanse restavec-kindertjes komt in een erbarmelijke situatie van slavernij terecht. Ze werken dag en nacht in de huishoudens, worden vaak misbruikt en mishandeld en worden er maar zelden naar school gestuurd. De werkstukken van Lie A Fo rond dit thema zijn aangrijpende composities waarin het schrijnende leed en de onderdrukking van deze kinderen duidelijk tot uiting komt. De droevige gezichtjes, de afstraffende hand van de meesters en korte teksten op het doek vertellen een triest verhaal. De grote aardbeving die recentelijk een enorme verwoesting op het eiland heeft achtergelaten en vele kinderen tot wees heeft gemaakt, zal er naar verwachting voor zorgen dat het aantal restavec gevallen, dat al verontrustend hoog is, enorm zal toenemen.

Te zien op de Nationale Kunstbeurs Suriname.

[bericht van Readytex Art Gallery]

Ook misbruik kinderen door paters op Antillen?

Uit onze rubriek “Cultuur van toen en nu”

Het heeft er veel van weg dat het deksel van de beerput is, nu op tal van plaatsen in de wereld gevallen van misbruik van kinderen door paters aan het licht komen. Ook tal van gevallen in Suriname zijn nu bekend geworden; tientallen slachtoffers hebben zich al gemeld bij Bert Smeets, de man die de actiegroep Mea Culpa heeft opgericht. De paus heeft het erevoorzitterschap van deze groep nog niet geaccepteerd. Beroerd is deze hele “affaire” voor de inzamelingsacties voor de restauratie van HET symbool van de Katholieke kerk: de vermolmde kathedraal aan de Henck Arronstraat. Die zal alleen nog verder weg zakken. Op momenten als deze, waarop het onnoemelijke leed van honderden mannen (en vrouwen ook) aan het daglicht komt, wordt duidelijk dat het NIET om individuele gevallen van zondeval gaat, maar om een systeem dat het misbruik legitimeerde: de ene hand wast de andere, de biecht blijft immers het alles afdekkende scherm, en voor wie het vergeten is: de ene priester neemt de andere de biecht af. Aan dit binnenkerkse systeem houdt deze paus natuurlijk ook vast, gezien zijn laatste toespraak tot de misbruikte Ierse voormalige misdienaars. Jammer dat hij zijn preek niet in het Papiamentu afstak. Hoe lang moeten we nu nog wachten voor ook de eerste gevallen op de Antillen naar buiten komen? Dat ook deze puur objectieve vraag zal worden bestempeld als tendentieuze opruiing, geeft al aan hoezeer een verderfelijk systeem het denken van velen heeft aangetast.

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter