blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Jordaan Han

De ziel van Tula in onze Literatuur

Spiegel van 160 jaar na de Afschaffing van de Slavernij

door Quito Nicolaas

Aan de vooravond van de eeuwwisseling naar de 21e eeuw gingen zelforganisaties in Nederland zoals Caribbean Lagoon (Utrecht) aandacht besteden aan de Arubaanse/Antilliaanse literatuur. De Zondagmiddag was gereserveerd voor de post-koloniale literatuur. Deze bijeenkomsten waren bedoeld om de eigen cultuur en literatuur onder de Arubaanse gemeenschap in Nederland bij te brengen. En er hopende dat men bewust werd van de eigen cultuur in het buitenland, waarvoor je echt niet hoefde te schamen. Een tendens die je steeds vaker tegenkomt onder migranten. Met de oprichting van de Werkgroep Caraïbische Letteren en zijn blog Caraïbisch Uitzicht en de stichting Simia Literario werd doelgericht gestreefd naar de opleving van de Caribische literatuur in Nederland.

read on…

Voortdurende belofte (7 en slot)

Verslag van een verblijf op Curaçao van 9 tot 28 april 2016

door Willem van Lit

IX.
Boeken. Ook daarvoor zijn we hier. Altijd snuffelen tussen de boeken die over Curaçao en aanverwante gebieden gaan. We hadden zelf ook nog wat in onze koffer gestopt. Kruispunt van Jopi Hart en ook zijn Verkiezingsdans. Van Freek van Beetz Uitzicht op zee. read on…

Twee lezingen over Den Haag, Curaçao, slavernij en vrijheid

De Dutch Caribbean Book Club presenteert twee lezingen over Den Haag, Curaçao, slavernij en vrijheid op zaterdag 12 april 2014.

read on…

Slavernij en vrijheid op Curaçao

De dynamiek van een achttiende-eeuws Atlantisch handelsknooppunt
In oktober 2013 verschijnt bij Uitgeversmaatschappij Walburg Pers te Zutphen het boek Slavernij en vrijheid op Curaçao. De dynamiek van een achttiende-eeuws Atlantisch handelsknooppunt van Han Jordaan. In de achttiende eeuw leefden op Curaçao niet alleen zwarte slaven en blanke slavenhouders maar ook een gestaag groeiende groep vrije niet-blanken. Han Jordaan beschrijft de interactie en spanningen tussen deze bevolkingsgroepen. Tijdens de revolutionaire onrust rond 1795 werd hieraan een extra aspect toegevoegd.
Curaçao bleek ongeschikt voor tropische plantagelandbouw. Met de slavenhandel als motor ontwikkelde het eiland zich tot een Atlantisch handelsknooppunt. De concentratie van de bevolking in het stedelijk gebied rond de haven, waar ook de helft van de slaven woonde, weerspiegelt deze economische gerichtheid. Stad en haven boden goede mogelijkheden voor slaven om geld te verdienen en daarmee zichzelf en vooral hun kinderen vrij te kopen. Bijna de helft van de gemanumitteerden (vrijgelaten slaven) was kind. Gedurende de achttiende eeuw groeide de bevolkingsgroep van vrijgelaten slaven en hun vrijgeboren nakomelingen snel. Omstreeks 1790 waren de aantallen vrije niet-blanken en blanken vergelijkbaar. De blanken beschouwden de vrije zwarten en kleurlingen met een mengeling van verachting, achterdocht en angst. In blanke ogen vormden zij met de slaven één groep. Dit kwam tot uiting in repressieve lokale wetgeving en leidde tot misstanden bij onder meer de rechtspraak. Desondanks wisten vrije niet-blanken een stevige positie binnen de Curaçaose economie te verwerven. En zij werden onmisbaar bij interne ordehandhaving en defensie. Er ontstond een spanningsveld tussen het gouvernement, de blanke bevolking en de vrije niet-blanke groep. Aan het spanningsveld tussen de bevolkingsgroepen werd een dimensie toegevoegd toen het eiland eind achttiende eeuw werd meegezogen in een regionale maalstroom van maatschappelijke onrust en geweld op de schokgolven van de Franse en Haïtiaanse revoluties.
Han Jordaan (1954) promoveerde als historicus. Hij heeft verschillende publicaties op zijn naam staan over de vroegmoderne geschiedenis van de voormalige Nederlandse koloniën in de Antillen.
Han Jordaan, Slavernij en vrijheid op Curaçao. De dynamiek van een achttiende-eeuws Atlantisch handelsknooppunt, Uitgeversmaatschappij Walburg Pers, ISBN 978.90.5730.923.6, prijs € 39,50 – 320 pagina’s.

Vrijgekochte slaven waren geen uitschot

Vrijgekochte slaven hadden een betere positie dan wordt gedacht. Ze verdienden geld en konden een redelijk bestaan opbouwen. Dat betoogt Han Jordaan in zijn proefschrift Slavernij en vrijheid op Curaçao, waar hij donderdag 14 juni op gepromoveerd is aan de Universiteit van Leiden.

Jordaan heeft voor het onderzoek alleen de vrijgekochte slaven onderzocht: “Over die specifieke groep bestond een negatief beeld.” Het idee was dat het paupers waren, die vaak gewelddadig was. “Dat beeld klopt niet.” Volgens de onderzoeker komen zijn bevindingen overeen met andere studies in andere kolonies.

De oorzaak voor het vertekende beeld is volgens Jordaan dat de focus altijd ligt op de slaven. De ‘tussengroep’ wordt een beetje vergeten: “Terwijl die een belangrijke functie in de samenleving had.” Manumissie, zoals het vrijkopen van slaven wordt genoemd, had in andere gebieden meer kans dan op Curaçao. In bijvoorbeeld Paramaribo waren er mogelijkheden om aan werk te komen. “Het hangt samen met de eocnomische mogelijkheden.” En die waren er vooral in de steden.

Actief beeld

Voor de nazaten van de vrije slaven kan het onderzoek van belang zijn. “Het passieve beeld van mensen die geen kant op konden moet bijgesteld worden naar een actief beeld.” Ze namen veel meer hun lot in eigen hand, zoals de Marrons in Suriname dat deden door te vluchten. Jordaan benadrukt dat hij met zijn onderzoek de slavernij niet goed praat. “Maar de slavernij heeft ingewikkelde samenlevingen gecreëerd. Daar is veel meer onderzoek naar nodig.”

[RNW, 19 juni 2012]

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter