Op donderdag 27 mei 2021 ondertekenden Rita Rahman, voorzitter van de Werkgroep Caraïbische Letteren, en... Lees verder →
Atheïst tussen kruis en kalebas
door Walter Lotens
God zij met ons Suriname is een uitstekend boek geworden waarvoor de sociologiestudent Herman Vuijsje die hij in 1969 was, vijftig jaar later naar Suriname is teruggekeerd om een veel rijker, genuanceerder en evoluerend beeld te kunnen geven van die moeilijk te ontcijferen religieuze puzzel die Suriname voor vele buitenstaanders blijft.
read on…In Memoriam: Harold Jap A Joe
door Jack Menke en Jerome Egger
Op 4 juli 2019 overleed Harold Jap A Joe (onder vrienden bekend als Jap), een van de oprichters van Stichting Wetenschappelijke Informatie (SWI). Medeoprichters waren Frank Martinus, Ramon Reeder, Carlo Vrede, France Olivieira en Evan Rozenblad. read on…
De EBGS stond altijd al buitenspel
Huwelijk bij Afro-Surinamers niet door religie ingegeven
door Donovan Mijnals
Paramaribo – ‘Afro-Surinamers en het huwelijk’, luidt het thema van de door de EBG georganiseerde lezing in de Rust en Vredekerk. Donderdag stond de lezing in het licht van de herdenking van 149 jaar afschaffing van de slavernij op 1 juli aanstaande.
De inleider, socioloog Harold Jap A Joe, voerde in “een poging tot historisch-sociologische reflectie op de wijze waarop Afro-Surinamers het huwelijk beleven”, de aanwezigen mee in een virtuele reis vanaf de slavernij tot de hedendaagse situatie.Verder was er na de lezing nog een vragenronde en paneldiscussie. In het panel zaten behalve Jap A joe, Ook Kortensia Sumter, huwelijksambtenaar vanuit de wintigebruiken en John Kent, bisschop van de Unitas Fratum.
Jap A Joe haalde in zijn lezing aan dat gedurende de slavernij, de slaven niet wettig mochten huwen. Dit betekende volgens hem echter niet dat er een losbandige situatie ontstond. Want de tot slaaf gemaakte Afrikanen hadden hun eigen huwelijkstradities meegenomen uit hun land van herkomst. Binnen die tradities had de vrouw overigens geen ondergeschikte rol.
Tijdens de lezing kwam naar voren dat polygamie in die periode tot op zekere hoogte geaccepteerd was op de plantages. Het kwam dan voor dat paren niet op dezelfde plantage leefden en een man bijvoorbeeld een vrouw erbij nam. Maar ook dat was aan strenge regels onderworpen. Zo moest de eerste vrouw op de hoogte zijn van de tweede verbintenis die werd aangegaan. Langzamerhand ontstond er uit de verschillende Afrikaanse tradities een lokale gewoonte waarbij de families bij elkaar gebracht werden. Uit onderzoek van Huub Everaert blijkt dat er een vrij grote stabiliteit onder de paren bestond. De paren werden overigens door de Broedergemeente wel geregistreerd. “Later in 1832 voerden diezelfde Broeders het ‘ferbontu’ in”, vertelt Jap A Joe. Daardoor trouwden de reeds bestaande en de nog te vormen paren voor de kerk. Maar daar was van beide zijden niet veel animo voor, omdat de vrouwen volgens de liturgie dan ondergeschikt werden gesteld aan de man. In wezen werd tot 1981 de vrouw bij het trouwen weer kind omdat ze haar man onvoorwaardelijk moest gehoorzamen.
Kortensia Sumter, vertelt dat hoewel vanaf 1735 er zendelingen naar Suriname kwamen, het tot 1874 duurde voordat winti expliciet als afgoderij bestempeld werd en bij wet strafbaar werd gesteld. Gedurende die periode leefde een groot deel van de Afro-Surinaamse gemeenschap volgens de Afrikaanse traditie.
Bisschop Kent voerde aan dat voor hem het huwelijk niet speciaal vanuit een bepaalde religie komt, maar dat het een verbond is waarbij respect, liefde en trouw de basis vormen.
[uit de Ware Tijd, 23/06/2012]
Creolisering van de wintireligie
door Jerry Dewnarain
Harold Jap A Joe was een van de sprekers tijdens de boekpresentatie van ‘A Nyame. Een uiteenzetting van de Winti-leer van Juliën Zaalman. Jap A Joe doceert aan de AdeKUS. Vanwege zijn beroep houdt hij zich bezig met historische sociologie en cultuurstudies. Binnen deze disciplines vallen ook de onderzoeksgebieden religie, cultuur en samenleving. De socioloog vindt dat de wintireligie een gecreoliseerde religie is. Het begrip ‘creolisering’ komt oorspronkelijk uit de taalkunde. Door het contact tussen Europese en niet-Europese talen – meestal Afrikaanse – ontstonden nieuwe talen. Volgens Jap A Joe is creolisering een proces van acculturatie: het ontstaan van nieuwe sociaal-culturele vormen in het Caraïbisch Gebied en in andere werelddelen waar Europeanen en niet-Europeanen elkaar ontmoetten voor een langere periode. Zo vond er – eenvoudig gezegd – versmelting van culturen plaats.
Deze vorm van assimilatie gebeurde op allerlei gebied. Binnen de taalkunde ontstonden de creolentalen zoals het Sranantongo. In de muziek kreeg je bijvoorbeeld kawina en kaseko. En op het religieuze vlak de wintireligie. Dat er elementen van Afrikaans christendom voorkomen in de wintireligie is nog niet bewezen, maar waarschijnlijk zijn die er wel. Een groot deel van de slaven die naar Suriname kwamen, was afkomstig uit de (vroegere) koninkrijken Kongo en Angola, aangeduid als het Luangogebied. In het koninkrijk Kongo werd al in de vijftiende eeuw het christendom geïntroduceerd door de Portugezen. Dit geloof heeft zich op gegeven moment naast de bestaande Europese rituelen ook met Afrikaanse rituelen vermengd. In de zestiende eeuw ontstonden er zelfs twee bisdommen die door het Vaticaan werden erkend. Aangezien er vooral in het begin van de slavernij een aanzienlijk deel van de slaven uit vooral het Kongo-gebied kwam, is de kans volgens Jap A Joe groot dat deze slaven ook dit geloof beleden en het naar Suriname meenamen. Er zijn zelfs in het Sranantongo woorden – Kikongo-woorden – die hun oorsprong hebben in Kongo. De wintireligie is dus een gecreoliseerde religie met Afrikaanse, inheemse (ingi winti) en Europese elementen (christendom), waarbij waarschijnlijk ook elementen uit het Afrikaans christendom te vinden zijn. Wintireligie ontstond waarschijnlijk al met de komst van de eerste slaven naar Suriname en wel in de tweede helft van de zeventiende eeuw. De etymologie van dit woord moet nog worden onderzocht. Het begrip ‘winti’ komt wel voor in John Gabriel Stedmans boek Narrative of a five years expedition against the revolted Negroes of Surinam, dat in 1796 in Londen werd uitgegeven, met gravures van William Blake naar tekeningen van Stedman. Vermeldenswaard is dat het begrip ‘winti’ niet voorkomt in de marrontalen. Voorzichtig mag de conclusie getrokken worden, dat dit begrip niet bestond tijdens de marronageperiode. De marrons kennen wel een watergeest die winti heet. Of deze watergodin/winti iets te maken heeft met de ‘watramama’ en de ‘watramamadans’ – waarover al vroeg door Europeanen melding wordt gemaakt – moet ook nog worden onderzocht. Jap A Joe constateert dat binnen de wintireligie er sprake is van decreolisering in twee richtingen: christianisering en, recentelijk, reafrikanisering. Deze laatste komt tot uiting in het boek ‘A Nyame’ van Juliën Zaalman. Hij vindt dat het een poging is tot reafrikanisering, want Zaalman gebruikt Afrikaanse namen, zoals ‘A Nyame’. Het probleem is evenwel, dat het moeilijk te achterhalen is welke periode van Afrika Zaalman bedoelt. Is ’t het Afrika van nu of dat van toen? Als je het Afrika van nu bekijkt, dan zijn er veel christelijke kerken die ontstaan en gecreoliseerd zijn, bijvoorbeeld ‘The Church of the Lord Aladura’ en ‘The Church of Cherubim and Seraphim’. De christianisering in de wintireligie is nog duidelijker dan de reafrikanisering. Tijdens de wintiprei worden er allerlei stichtelijke liederen van de evangelische broedergemeente gezongen zoals ‘Hori faste san yu habi’. Veel wintiprei beginnen ook met stichtelijke liederen begeleid door bazuinkoormuziek. Jap A Joe meent dat vanaf het begin van de massale toetreding van de Afrikaanse slaven tot de evangelische broedergemeente deze groep eigenlijk nauwelijks problemen had met het beoefenen van de wintireligie en het christendom. Dit fenomeen is vergelijkbaar met de Shango-cultis in Trinidad, waar ook christianisering plaatsvond die uitmondde in de ‘Spiritual Baptist Church’. Er doet zich daar eveneens reafrikanisering voor, waarbij getracht wordt in de Orishareligie alle niet-Afrikaanse elementen te weren. In Brazilië zien we dat de macumbah en candomble (vergelijkbaar met winti) zich reafrikaniseren, maar dat er ook (met name in het overwegend blanke zuiden) sprake is van versmelting met Frans spiritisme, waaruit de Umbanda ontstaan is.
[met dank aan Harold Jap A Joe]
Presentatie A Nyame in bomvol Unique
Reafrikanisering
Na de zang en dichtkunsten van kunstenaar Djinti is de zaal intussen volgelopen en volgen schrijver France Olivieira, theoloog Hesdy Zamuel en socioloog Harold Jap-A-Joe elkaar op. Allen becommentariëren het boek A Nyame vanuit hun discipline. Zamuel ziet het boek als een basis religieuze tekst die nader bestudering behoeft, omdat die zoals elke religieuze tekst paradoxen bevat. “Bij die analyse zouden de volgende vragen gesteld kunnen worden. Waar komt deze openbaring vandaan? In hoeverre is A Nyame te vergelijken met Brahma, of Akara met Atman in het hindoeïsme?”, vraagt Zamuel zich af. Hij meent verder dat de diverse elementen in het boek, winti verheffen tot een volwaardige dialoogpartner in de rij van godsdiensten en levensbeschouwingen in de wereld. Jap A Joe schets een sociologisch kader waarin het boek geplaatst kan worden. “Zaalman probeert met dit boek mijn inziens, winti te reafrikaniseren. Terwijl als ik beelden zie van de organisatie Fiti Fu Wini, dan zie ik dat zij het proberen te verchristelijken,” vertelt Jap A Joe. De socioloog legt uit dat reafrikanisering een uitdaging is want, van welk Afrika ga je uit? “Afrika van toen of Afrika van nu?”
Vragen
Na de presentatie was er tijd voor enkele vragen. Helaas is dat gedeelte vanwege gebrek aan tijd ingekort. “Dat vind ik jammer,” meent bezoekster Sherron Rodgers. “Je ziet dat mensen op zoek zijn naar antwoorden en dit soort gelegenheden lenen zich goed daarvoor.” Ook Charissa had wat vragen. “Ik vind dit zo geweldig en ik zit nu met zoveel vragen.” Rinaldo vond de avond leerrijk, maar de presentatie van Zamuel zware kost. “Maar juist daarom ga ik het boek kopen. Het is op een hoog niveau geschreven en ik ga rustig lezen om het te begrijpen.” Zowel Sherron als Rinaldo meent dat de uitgave van zo’n boek een bewonderenswaardig initiatief is van Zaalman. De auteur had dan ook de handen vol aan het signeren van zijn boek.
[uit de Ware Tijd, 16/04/2012]
Boekpresentatie Juliën Zaalman
Datum: vrijdag 13 april 2012
Plaats: Theater Unique, Paramaribo, aan de F. Derbystraat, 19.00u