blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Hupsel Roué

Ismene Krishnadath over Juliën Zaalman

[Onderstaande tekst is de voordracht die Ismene Krishnadath hield tijdens de presentatie van A Nyame van Juliën Zaalman  in theater Unique in Paramaribo op vrijdag 13 april 2012.]

Het werk van Juliën Zaalman heeft een bijzondere plaats in de Surinaamse literatuur. Hij debuteerde in 2002 met August, een Bonoeman. De beleving van Winti. Vertellingen. Dit boek wil ik de eerste spirituele roman in de moderne Surinaamse literatuur noemen. In een spirituele roman geeft de schrijver met verhalen een handreiking voor geestelijke verheffing van de lezer. Maar laat me eerst het werk van Zaalman in de totaliteit van onze literaire historie bekijken.

De culturen waaruit onze bevolking voortkomt, hebben een rijke verhalentraditie. Een belangrijk deel van die verhalen heeft te maken met de geloofsbelevenis. De vertelling is in alle religies een van de succesvolste methodieken om religieuze waarheden en tradities over te dragen. Elke religieuze groep heeft verhalen die tot het collectief geheugen van de geloofsgroep behoren. Dit komt doordat die verhalen steeds opnieuw verteld worden. Eeuwenlang is dat mondeling gegaan, omdat de massa’s niet geletterd waren. Nu grote massa’s wel geletterd zijn, zien we dat verhalen van de bekendste wereldreligies in grote oplagen op schrift worden verspreid.

August, een bonoeman

Ik zou dit boek willen karakteriseren als een raamvertelling waarbij het uitgangspunt is: een jongeman die op zoek gaat naar spirituele waarheden vanuit de winti-leer. Vanuit dit uitgangspunt zet hij in elk hoofdstuk een verhaal neer waarin een bepaald aspect van de winti-leer naar voren komt. De verhalen in August, een bonoeman lijken allemaal nieuw. Recente belevenissen die hij optekent als hij zijn studie doet naar de winti-leer. In feite zijn het variaties op verhalen die allang behoren tot het collectieve geheugen van winti-belijders. Dit soort verhalen wordt al eeuwenlang verteld in de geloofsgroep. Omdat deze groep (een groep van Afrikaanse oorsprong) erg belangrijk is in de totaliteit van de Surinaamse samenleving, is het zelfs zo dat begrippen en ideeën uit de winti-leer diep geworteld zitten in het collectieve brein van de totale Surinaamse samenleving. Ik ben zelf nooit naar een bonuman gegaan, maar ik heb wel gehoord van bonu, van winti, van kroi en wisi, van leba en abangi, van yorka en dyodyo, en van wasi. Maar omdat de winti-leer zolang in de verdomhoek heeft gezeten, heb ik, en velen met mij, deze begrippen nooit goed kunnen plaatsen. Door de verhalen gerelateerd aan de winti-religie op schrift te stellen en te publiceren haalt Zaalman de winti-religie uit de taboesfeer. Hij emancipeert daarmee niet alleen de winti-religie maar levert ook een bijdrage aan de maatschappelijke discussie over religieuze beleving.

Dan wil ik Zaalman plaatsen binnen de moderne Surinaamse literatuur. Die begint mijns inziens na onze onafhankelijkheid,.na 1975. Deze moderne stroming is op veel manieren te karakteriseren, maar het belangrijkste wat je merkt is een behoorlijke toename van publicatie van prozawerk, meest verhalen, en de taal die gebruikt wordt, overwegend Nederlands. De groei van de kinderliteratuur is daar het meest duidelijke voorbeeld van. Verder zien we dat in de literatuur voor volwassenen er een verscheidenheid aan genres en thematieken ontstaat. Het literaire werk van voor 1975 had vooral te maken met het feit dat Suriname opgesloten zat in koloniale verhoudingen. Dichters en schrijvers richtten zich op het sociaal-maatschappelijke onrecht dat daaruit voortvloeide. Na ’75 is deze thematiek op zijn eigen wijze blijven bestaan. We kennen allemaal schrijvers als Rappa en Alphons Levens, die nog steeds sociaal-maatschappelijke problemen aan de orde stellen.  

Maar je ziet ook dat hierbij het subgenre ‘de historische roman’ populair wordt door werk van Cynthia Mc Leod en Clark Accord. Je krijgt ook een hele stroom van migrantenromans, een ander subgenre, nog steeds over het spanningsveld tussen moederland en neo-kolonie. Een van de belangrijkste migrantenschrijvers is Edgar Cairo. Ook hij schreef over winti. Zie zijn roman Famir’man-sani. Maar bij hem was dat een onderdeel van zijn totale neo-koloniale frustratie. Ik schreef zelf de eerste mythologische science-fiction roman waarin ik de effecten van globalisering voor traditionele samenlevingen aan de orde wilde stellen. Maar je ziet ook een schrijver als Roué Hupsel opkomen met zijn thrillers. Hij debuteert met Blinde muren en schrijft later Zwarte Magie.

Soecy Gummels concentreert zich op de romantische liefde met haar romans Seeds of Hope en Circle of Love. Ook de schrijver Krishan komt met de romantische roman Rachna. Ja en dan natuurlijk, de eerste spirituele roman: August, een bonoeman. Het boek is zeer aanbevelenswaardig voor het middelbaar onderwijs, vooral omdat de winti-religie zolang verboden is geweest en tot nu toe voor velen in de verdomhoek wordt gezet. Het is belangrijk dat onze studenten onze werkelijkheid kennen en de winti-religie behoort tot onze werkelijkheid. Ik beveel het ook aan voor muloscholen, waar ze de discussie over religieuze beleving aan durven gaan. Het boek is prettig geschreven en is al goed te lezen door leerlingen op het niveau mulo 3-4.

Het boek dat Juliën Zaalman vandaag presenteert, A Nyame, is het zesde boek in zijn oeuvre. Ik zie dit boek meer als een filosofisch werk. Voer voor theologen en degenen die zich willen verdiepen in de achterliggende filosofieën van de winti-leer. In ieder geval: Met het oeuvre dat hij tot nu toe heeft neergezet, heeft Zaalman zijn naam gevestigd als dé Surinaamse schrijver in het spirituele genre, met als specialiteit de winti-religie. In de Surinaamse literatuur heeft hij daarmee een unieke plaats ingenomen, waar ik, als promotor van Surinaamse literatuur, bijzonder trots op ben. Ik wil hem van harte feliciteren met dit bereikte resultaat en hem aanmoedigen om door te gaan op deze weg.

Interguyanese literatuur in Fort Zeelandia

Het Inter Guyana Cultural Festival gaat deze week van start en duurt het hele weekend door. In samenwerking met Schrijversgroep ’77 is een literair programma uitgezet. Op vrijdag 26 augustus beginnen de workshops Proza en Drama, verzorgd door resp. Ismene Krishnadath en Tolin Alexander. De workshops worden in de Louiseschool verzorgd en duren van 9.00 – 13.00u.

Op zaterdag 27 en zondag 28 augustus gaat het het literair gebeuren verder in Fort Zeelandia, in de expositiezaal boven de oude apotheek. Het publiek kan de hele dag, vanaf 9.00u boeken bekijken en kopen in de boekenstands. Op zaterdagochtend om 10.00u zijn er presentaties van schrijvers uit Guyana, Suriname en Frans Guyana. Vanuit Frans Guyana schuiven M. Henri Claude Coeta, Tchisseka Lobelt, Monique Dorcy, Marie Benoit aan. Coeta is schrijver, de rest van de delegatie is verbonden aan de Frans Guyanese organisatie Promolivres die regelmatig boekenbeurzen en internationale literatuurfestivals organiseert in Frans Guyana. Uit Guyana komen Jolyon Boston en Petambar Persaud (foto links). Deze laatste is bekend van zijn televisieprogramma’s met spoken word en orale vertellingen en erg actief in Guyanese literaire kringen.

Op zondag is er van 11.30u tot 12.30u een ochtendcauserie, een luchtig gesprek over schrijvers, boeken en leven in de Guyana’s. Hierbij zitten schrijvers Petambar Persaud, Tchissèka Lobelt en Cynthia McLeod aan. Zowel op zaterdag en zondag kunt u aanschuiven bij schrijvers aan tafel om hen de vragen te stellen die u altijd wilde stellen.

Op zaterdagochtend zijn de volgende Surinaamse schrijvers aanwezig: Rappa, Soecy Gummels, Jeffrey Quartier en Sombra. In de middaguren zijn dat: Susan van Dijk, Cobi Pengel en Charles Chang. Zondagmorgen kunt u babbelen met Kadi Kartokromo, Jit Narain, Indra Hu. ’s middags zijn Sombra, Roué Hupsel en Celestine Raalte present. Alphons Levens kunt u beide dagen ontmoeten in de boekenstand. Het is ook een goede gelegenheid om een praatje te maken met onze gasten uit de buurlanden en hun literaire producties te bekijken.

Honderd jaar energie belicht

Verschenen: Honderd jaar energie belicht: van NIGM en OGEM naar EBS: 25 oktober 1909 – 25 oktober 2009. De tekst is van Roué Hupsel, de Engelse vertaling werd gemaakt door Vera Hupsel

Schrijversgroep eert de vrouw

Woensdag 31 maart wordt een bijzondere avond van de Schrijversgroep ’77 in Tori Oso in Paramaribo, speels maar toch met een stevige inhoud. Presentaties van vrouwen, gedichten over vrouwen, commentaar van mannen en het laatste woord voor de vrouw. We beginnen stipt om 20.00 uur. Conferencier: Anne-Marie Sanches.
Programma:
Alphons Levens met zijn gedicht LEVEN
Ismene Krishnadath met het verhaal Eens op een einde
Panelcommentaren door Frits Wols, Eddy van der Hilst en Roué Hupsel
Arlette Codfried met kort proza
Panelcommentaren
Jeanette Vonsee met een poëtische verbeelding van een moeder
PAUZE
Michiel van Kempen met drie odes aan de vrouw en de liefde
Hilde Neus met een diversiteit aan petten
Panelcommentaar
Claudett de Bruin met limericks
Panelcommentaar
Alida Neslo met observaties en column
Panelcommentaar
Afsluiting

[Bericht van Schrijversgroep ’77]

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter