Op donderdag 27 mei 2021 ondertekenden Rita Rahman, voorzitter van de Werkgroep Caraïbische Letteren, en... Lees verder →
Triple P
Het Tula-tumult
Toelichting van Ini Statia:
Elodie, prachtig verwoord! Heel mooi en treffend. Eén kleine correctie: Tula is bijna vier jaar geleden (in oktober 2009) OFFICIEEL gerehabiliteerd als ‘held.’ Dit gebeurde tijdens een plechtig en serieus symposium in Kurá Hulanda. Ik was daarbij aanwezig. Echter, het was een handjevol mensen, dezelfde groep als altijd. Bijna alleen Curaçaoënaars. Een commissie die onder anderen uit mr. Suzy Camelia-Römer en prof. dr. Jandi Paula bestond, had zich hierover gebogen en heeft in een juridisch document vastgelegd dat Tula officieel gerehabiliteerd is.
Groeien snoeien bloeien
Hecht en sterk van Shrinivási
door Jeroen Heuvel
Hoe meer een gedicht gedicht is, hoe meer een blikopener. Lees de volgende woorden: Pinási men ná bate tu par laymay aváz tor áj tak sáf en iets verderop Pinási par ná bate tu par lahazá tor abhi tak sáf. Is dit een – deel uit een – gedicht? Misschien, als de layout verandert en het twee keer vier regels wordt? Wie kent deze taal, even ervan uitgaande dat het een bestaande taal is.
read on…Woestijnzand laat zien hoe divers mensenlevens kunnen zijn
Woestijnzand is de verrassende titel van het debuut van de op Curaçao woonachtige Elodie Heloise. Wie de verhalenbundel gaat lezen, komt erachter dat er inderdaad Saharazand op de Curaçaose bodem ligt. De wind neemt het fijne zand mee en transporteert het over zee, waarna het duizenden mijlen verder neerkomt. Die rondzwervende zandkorrels vormen een mooie metafoor voor al die verhalen die een schrijver tegenkomt. Elodie Heloise hoort ze aan en legt ze vast, als ze denkt dat dit nodig is. Soms zijn levert dat korte fragmenten op, schetsen zou je ze misschien het beste kunnen noemen. Vaker nog ontstaan verhalen die verder gaan dan een anekdote. Ze laten zien hoe het leven vroeger was op Curaçao, maar ook hoe het nu is en vooral hoe divers mensenlevens kunnen zijn.
Maria ‘Shon Chia’, de verteller in het titelverhaal, zie je voor je. Zittend in haar schommelstoel op de porch is ze het schoolvoorbeeld van de orale traditie. Als ze vertelt, komt het verleden tot leven. Haar verhaal over Melitza en Beta gaat terug naar de tijd toen er nog slaven en plantages op Curaçao waren. Elodie Heloise maakt listig gebruik van een raamvertelling, stort je meteen in de gruwelijke wereld van de slavernij en buigt het verhaal op het eind om tot een spookverhaal. ‘Woestijnzand’ beschrijft het barbaarse gedrag van de plantagebezitters. Het gaat over mishandeling, verkrachting en moord. We lezen over een ‘bomba’, een opzichter op de plantage. Hij is een lichtgekleurde man die ter wereld is gekomen doordat een blanke vrouw vertier zocht met een neger. Iemand die nergens bijhoorde en daardoor uiterst geschikt was zweepslagen uit te delen. Het waren vooral zijn frustraties die neerdaalden op zijn zwarte broers en zusters… De zoon van zijn meester valt op een slavin en verkracht haar tot er een kind van komt. ‘Je plant je zaad niet in een negerin. Geen zwarte bastaarden op deze plantage.’ Het is aan de ‘bomba’ om dit probleem op te lossen. Heel soepel laat Heloise het verhaal en de momenten dat het van commentaar wordt voorzien door de verteller, in elkaar overgaan. Het doet mij denken aan de oude Gothic novel, het spookverhaal van lang geleden, maar dan in een heel nieuw jasje.
Elodie Heloise vindt haar verhalen niet alleen in het verleden. Ook het heden biedt materiaal aan. In ‘Dutch Treat’ komen we drugs en corruptie tegen in de dialogen, terwijl het personage in het verhaal vooral discriminatie te verduren heeft. Toch is het een hilarisch verhaal. Heloise weet je steeds weer aan het lachen te krijgen. Neem een opmerking als: ‘Een Curaçaoënaar met een jas aan is zoiets als een Eskimo in een bikini.’In ‘De cycloop’ lezen we hoe het is om een tropische storm mee te maken. ‘Het zijn vriendelijke namen, als die van een buurmeisje of een lievelingsoom, maar wie hen ontmoet heeft, weet welk geweld er achter hen schuil kan gaan. Huizenhoge golven, schuimbekkend water en windvlagen, gek van razernij. De kust wordt opengereten, de onderwaterwereld gesloopt, alles op het land wordt met de grond gelijkgemaakt.’
‘Bitterzoet’ is ook zo’n verhaal over het alledaagse leven op Curaçao. Hoofdrolspelers in dit drama zijn Alfredo, een man die amper bij zinnen is en op straat leeft, zijn vriend El Chino en dokter Ricardo. Alfredo en El Chino waren verliefd op het buurmeisje van de dokter en dus rivalen.
‘El Chino, een diepzwarte neger met spleetogen, heeft net zoals zovelen in de Penstraat een eigen verhaal. Volgens overlevering werd zijn betovergrootmoeder, een sterke negerin met smaragdgroene ogen, ervan verdacht een affaire te hebben gehad met een Chinese immigrant. Zij had dit verhaal nooit ontkend maar ook nooit bevestigd. Ze had de geruchten simpelweg genegeerd omdat zij van mening was dat mensen toch altijd denken wat ze willen denken. Maar enige generaties later kwam het bewijs van haar vermeende overspel alsnog naar boven. In de vorm van El Chino.’
Als vrienden droegen ze uiteindelijk de kist van het meisje naar de begraafplaats. Elodie Heloise laat met dit verhaal zien welk verhaal er achter een dakloze drugsverslaafde kan schuilgaan. Het rauwe realisme dat ze in dit verhaal gebruikt, staat haaks op de sprookjesachtige sfeer van het verhaal ‘Schelpenvlees’. Het thema: De zee geeft, de zee neemt, had ook een oud Nederlands schippersverhaal kunnen betreffen. Heloise geeft het echter een heel eigen toon doordat Janchi, de visser in het verhaal, een relatie aangaat met de ‘Blauwe dame’. Wanneer Janchi’s vrouw Eleonora zwanger wordt, breekt de zee uit jaloezie zijn benen. Het is het begin van het einde van de liefde tussen Janchi en Eleonora. ‘Schelpenvlees’ heeft de potentie met de jaren een van de legenden van Curaçao te kunnen worden.
‘De bloedende boom’ laat, net als het verhaal ‘Woestijnzand’, zien hoe sterk de kracht van voodoo kan zijn. Ook als de blanke er niets van gelooft en het als idioterie afdoet, ontkomt hij niet aan de gevolgen ervan. Mai Fiti is de enige die het probleem kan oplossen.
‘Een kordaat klein vrouwtje stapt naar voren. Ze draagt een feest aan kleuren. Twee gouden creolen bungelen aan haar oren, en het haar heeft ze weggestopt onder een bonte hoofddoek. Het gezicht van de vrouw is verrassend fijn gesneden maar oud. Ze heeft meer rimpels dan het Spaanse Water dat bespeeld wordt door een windvlaag, en er staat geen fatsoenlijke tand meer in haar mond.’
Bovenstaande passage is typerend voor het proza dat Elodie Heloise schrijft. Het leest vlot, de taal staat in dienst van het verhaal en af en toe verschijnen er pareltjes. De korte en lange verhalen in Woestijnzand geven het leven op Curaçao perfect weer. Door steeds weer nieuwe invalshoeken te kiezen, schetst Elodie Heloise hoe de bewoners van dit Caribische eiland leven en leefden. Vooral in de langere verhalen van de auteur zie je het verteltalent naar voren komen. Het zou mij dan ook niet verbazen als haar volgende boek een roman zal zijn. Als die met net zoveel plezier en compassie geschreven wordt, heeft Curaçao er weer een belangrijke schrijver bij. Woestijnzand is een verrassend hors d’oeuvre en hopelijk de opmaat naar een groots literair diner.
Woestijnzand op Curaçao gepresenteerd
Woestijnzand, de bundel verhalen van Elodie Heloise, is zaterdagmiddag op Curaçao gepresenteerd. Op het strand van Playa Kanoa had de auteur voor dit geboortefeest vrienden, familie en kennissen uitgenodigd. Roy Colastica en Laura Quast waren gevraagd het verhaal Schelpenvlees voor te dragen. Jeroen Heuvel bracht samen met Jelleke Praamsma en Rianne Plaisier de proloog in een theaterjasje ten gehore. Ook Michelle van het Prins Bernhard Cultuurfoonds sprak en Toine Frehe, er werd muziek gespeeld door twee kinderen van Elodie en madrina Lusette hielp zoon Merijn het boek met krastenchizand (zand van koraalsteen) te dopen. Ceremoniemeester Lisa Dindial sprak de verschillende sprekers en artiesten aan elkaar.
‘Niemand van ons is hetzelfde maar we herkennen elkaar als mensen; meestal; tegenwoordig. Hoewel we vreemdelingen niet zoveel mens vinden. Als wij zelf. Soms zijn we méér mens. Soms minder. Wat doe je met je eigen interpretatie? Een schrijver wil iets, uit zich. Een lezer wil iets, vergelijkt. Het geschrevene met z’n eigen wereldbeeld. Elodie schreef in Woestijnzand een proloog – gesprek, gevonden op straat. Wij laten één leesinterpretatie hiervan zien.’ Met deze woorden leidde Heuvel zijn ondereel van de middag in.
Woestijnzand is de derde publicatie van uitgeverij In de Knipscheer die op drie achtereenvolgende weekenden op Curaçao is gedoopt. Twee weken geleden is de biografie over Pierre Lauffer, geschreven door Bernadette Heiligers aan het Curaçaose lezersvolk aangeboden, vorige week de door Hans Vaders geschreven novelle Terug tot Tovar en afgelopen zaterdag Woestijnzand.Waar een klein land groot in is, en hoeveel vertrouwen een kleine uitgeverij uit Haarlem in het Nederlandstalig literair vermogen van Curaçao heeft.
3 x ‘In de Knip’
Drie literaire boekpresentaties in drie weken achter elkaar
Elodie Heloise |
Hoe relatief. In het ene land verschijnen er dagelijks boeken, in het andere misschien twee per maand. In de landstaal of landstalen, er zal zo gauw in Hong Kong niet een Groenlands literair boek worden gepresenteerd.
Dit is ook bijzonder en mag niet ongemerkt voorbij gaan:
Op drie achtereenvolgende zaterdagen zijn er op Curaçao nieuwe titels verschenen. En misschien wel nog unieker: alle drie van uitgeverij In de Knipscheer. Geschreven in het ene autonome, zelfstandige rijksdeel, geproduceerd in het grootste deel van het koninkrijk, in een van de landstalen. In Nederland zijn ze alle drie op dezelfde middag gepresenteerd, op Curaçao nemen we hier de tijd voor, elk weekend één, op zaterdag 27 oktober van Bernadette Heiligers: Pierre Lauffer, Het bewogen leven van een bevlogen dichter, gisteren (3 november) van Hans Vaders: Terug tot Tovar en komende zaterdag (10 november) Woestijnzand geschreven door Elodie Heloise.
Hulde aan de schrijvers en vooral aan ‘Knip’.
Verhalenbundel van Elodie Heloise: Woestijnzand
Verslag van een leesproces
door Wim Rutgers
Negentien verhalen, negen korte tot heel korte en tien langere verhalen, voorafgegaan door een proloog en besloten met een epiloog in een bundel van 192 pagina’s: de eerste verhalenbundel Woestijnzand van Elodie Heloise. Ik las eerst de korte verhalen en was daar niet bijster van onder de indruk omdat ik er eerder schrijfprobeersels dan voldragen verhalen in zag. Aardig, zeker, maar niet meer dan dat. Ook met de rest had ik aanvankelijk problemen. De proloog is volgens mij een non-onderwerp met zijn ‘discussie’ over het al-dan-niet discriminerende van de woorden ‘makamba’ en ‘neger’. Maar ik vond wel een auteur die kennelijk niet terugdeinst om hete hangijzers te durven benoemen.
read on…Lauffer-biografie, Heloise en Vaders gedoopt
Op zondag 16 september 2012 vond in een uitverkocht Amsterdams theater Podium-Mozaïek de presentatie plaats van drie nieuwe Knipscheer-boeken: de biografie van Pierre Lauffer door Bernadette Heiligers, de verhalenbundel Woestijnzand van Elodie Heloise en de novelle Terug tot Tovar van Hans Vaders.
Curaçao door de ogen van Pierre Lauffer
Uitgeverij In de Knipscheer en Fundashon Pierre Lauffer nodigen u van harte uit aanwezig te zijn op zondagmiddag 16 september 2012, 15.00 uur bij de feestelijke boekpresentatie van Pierre Lauffer. Het bewogen leven van een bevlogen dichter Biografie door Bernadette Heiligers alsmede van Na final di kaminda speciale bundel met de laatste acht gedichten van Pierre Lauffer in 5 talen door verschillende vertalers, onder wie August Willemsen (†).
Tevens worden gepresenteerdWoestijnzand, het prozadebuut van Elodie Heloïse en Terug tot Tovar, de nieuwe novelle van Hans Vaders m.m.v. de auteurs Bernadette Heiligers, Elodie Heloïse, de vertalers Lucille Berry-Haseth, Fred de Haas en met Robin Akkerman, Sidney Joubert, Franc Knipscheer, Wim Rutgers, Peter de Rijk.
Muziek van Alma Latina [o.a. 3 liedjes van Pierre Lauffer!]
Na afloop signeren de auteurs voor belangstellenden hun boeken.
Podium Mozaïek Bos en Lommerweg 191 1055 DT Amsterdam.
Klik: Route & bereikbaarheid
Datum: zondag 16 september 2012, zaal open 14.30 uur; programma 15.00 tot 17.00 uur signeren en napraat in de foyer
Toegang gratis, reserveren noodzakelijk: http://www.podiummozaiek.nl/ 020-580 0381 [++ 3120 580 0381] of via e-mail aan indeknipscheer@planet.nl De kaarten liggen dan voor u klaar op de dag van de voorstelling vanaf 14.00 uur bij Podium Mozaïek. Op zondag is het in de directe omgeving van Podium Mozaïek gratis parkeren.
Elodie Heloise: Nieuwe verhalen over Curaçao
Met de verhalenbundel Woestijnzand neemt Elodie Heloise de lezer mee in de verschillende lagen die de Curaçaose samenleving kent. Van eigentijdse perikelen tot verhalen die ver in de tijd teruggaan maar die nog altijd zijn weerslag hebben op het nu.
Elodie Heloise (1968) woont en werkt op Curaçao. Ze maakt portretten van ‘gewone’ Curaçaoënaars voor het Antilliaans Dagblad, werkt er op de redactie, schrijft voor online magazine Cpost.nl. Op zondag 16 september vindt de presentatie van haar debuutroman Woestijnzand plaats, klik hier voor een ander bericht daarover.
Elodie Heloise zegt: ‘Schrijven is voor mij “stilstaan bij en ervaren”. Ik schrijf om vast te leggen, om [opnieuw] te kunnen beleven. Wat ik in een flits zie, kan uitgroeien tot een korte tekst of een verhaal. Het zijn vrijwel altijd dingen die een emotie bij me oproepen en dat gevoel probeer ik in woorden te “bevriezen” […] Ik schrijf om stil te zetten zodat je dat wat aan je voorbijging, alsnog kunt beleven.’
Fragment:
Alfredo schudt de slaap uit zijn benen en loopt de Penstraat in. Hij kent elke centimeter hier. Hij heeft er gespeeld. Zijn eerste klappen gekregen. Ergens op het trottoir liggen de resten van een gebroken hart. Naast de tanden die hij er verloren heeft.
De schilder. Hij is het recentste overlijdensbericht. De dag ervoor was zijn truck gevonden. In de armen van een mangelboom op Playa Largu. Zijn kleren, slippers, porte-monnee en horloge lagen keurig opgestapeld in de achterbak. Er lag ook een briefje. Zorgvuldig op zijn plaats gehouden door het gewicht van een koraalsteen. ‘Wie deze auto vindt, mag hem hebben. De sleutel zit in het contact. PS: je moet wel even tanken. Er zit nog een tientje in de portemonnee.’
Eusebio wil praten, opent zijn mond, maar zijn woorden mengen zich met zijn ademhaling en blijven in zijn keel steken. Hij lijkt te stikken. Geen lucht, gebaart de man. Harold rent het huis in voor een papieren zak, snelt terug en trekt de zak over de neus en mond van de naar adem snakkende man. Harold bestudeert de beweging van de papieren zak en moet de impuls onderdrukken de bolling kapot te slaan. Dat geeft een heerlijke knal. Hij heeft dat vroeger als kind vaak gedaan.
Mai Fiti rommelt in laatjes tot ze vindt wat ze zoekt. Blauw poeder valt in het water. Ze neemt een houten peddel en roert in het bad. Ze kijkt niet op of om, ervan overtuigd dat Harold blijft waar hij is, wachtend in zijn stoel, precies zoals zij hem daar heeft neergezet. En tot zijn verbazing is dat precies wat hij doet. Als het mengsel is opgelost, steekt ze de kaarsen aan.