Op donderdag 27 mei 2021 ondertekenden Rita Rahman, voorzitter van de Werkgroep Caraïbische Letteren, en... Lees verder →
Gert Oostindie: ‘Nieuw onderzoek kolonialisme corrigeert rooskleurig Nederlands zelfbeeld’
Kolonialisme en slavernij staan volop in de belangstelling. Vorig jaar bood Nederland niet alleen excuses aan voor het slavernijverleden, maar ook voor het extreme geweld dat is gebruikt in Indonesië. De gepensioneerde hoogleraar Gert Oostindie schreef een boek over de omgang met deze zwarte bladzijden uit de geschiedenis: Rekenschap.
read on…Als wetenschapper hoort Fatah-Black geen polarisatie aan te wakkeren
Als wetenschapper hoort Fatah-Black kritische distantie te betrachten. Maar hij kiest ervoor om in het publieke debat over slavernij de polarisatie aan te wakkeren, betoogt emeritus-hoogleraar maritieme geschiedenis Henk den Heijer.
read on…Weerwoord tegen het Grote Verhaal over slavernij
Interview Karwan Fatah-Black
Als het over slavernij gaat focussen we te veel op de economische motieven. We negeren de zwarte strijd voor afschaffing van slavernij, schrijft Karwan Fatah-Black in zijn boek Slavernij en beschaving. Collega-historici Piet Emmer en Henk den Heijer spelen geen fraaie rol in dat debat, vindt Fatah Black.
read on…Lustrum Vrijburgh Conferentie: ‘De WIC en de Zee’
*** Afgelast wegens corona ***
Op 10 december 2021 vindt de vijfde (uitgestelde) Vrijburgh Conferentie plaats in Amsterdam. Het thema is: De WIC en de Zee.
read on…Slavernij-expositie Rijksmuseum schippert tussen feit en fictie
Het opnemen van historische mythen die de groepsidentiteit van Surinamers en Antillianen bestendigen, is prima. Bezoekers van de expositie Slavernij met nepnieuws opzadelen, niet.
door Henk den Heijer
Op een klein kurkje kan een land niet drijven
De ‘nieuwe realisten’ in het slavernijonderzoek claimen dat de traditionele wetenschappers tot voor kort uitmaakten wat wel en niet werd onderzocht en dat zaken als het economisch belang van de slavernij daardoor onderbelicht bleven. Een dubieuze claim.
read on…Na de zweep de welvaart
Nieuw onderzoek naar de Atlantische slavenhandel toont dat de impact op de Nederlandse economie allerminst marginaal was. Een mijlpaal volgens onderzoekers. En belangrijk: zonder activisten was dit niet onderzocht.
door Niels Matthijsen read on…
De naamgever van het Mauritshuis deed wél zelf mee aan slavenhandel
Historici Emmer en Den Heijer verdedigen een conservatief verhaal over de Gouden Eeuw, bewijs of niet, betoogt collega-historicus Pepijn Brandon.
door Pepijn Brandon read on…
Niet alles had in de Gouden Eeuw met slavenhandel te maken, dus laten we ook niet doen alsof
De expositie over Johan Maurits lijdt her en der aan al te links-activistische geschiedschrijving, schrijven historicus Piet Emmer en emeritus hoogleraar zeegeschiedenis Henk den Heijer.
Een van onze mooiste kunstmusea, het Mauritshuis, presenteert momenteel een tentoonstelling die weinig met kunst, maar veel met geschiedschrijving te maken heeft. Er was namelijk commotie ontstaan over het feit dat bezoekers nergens werden geïnformeerd over het mensonterende koloniale verleden van de bouwheer. Johan Maurits, zo werd zonder bewijs beweerd, zou zijn ‘paleis’ hebben gebouwd met bloedgeld verdiend aan slaven.
Stichting MoWIC hoopt op veel Caribische belangstelling voor 2e Vrijburghconferentie
Bijna een jaar is verstreken sinds de Stichting MoWIC (Monuments of the Dutch West India Company) koos voor Slavernij als thema van de Vrijburgh Conferentie 2017 en vier maanden sinds de eerste uitnodigingen zijn verzonden. De publieke aandacht voor het onderwerp is sindsdien alleen maar toegenomen. En, gelet op de sprekers en de onderwerpen van de lezingen, hoopt MoWIC, naast de gebruikelijke deelnemers uit academia, openbaar bestuur en maatschappelijke organisaties, op veel belangstelling uit de Antilliaanse en Surinaamse gemeenschap in Nederland. read on…
‘Herstelbetalingen voor slavernij? Je moet niet overdrijven’
Interview emeritus hoogleraar Henk den Heijer
Henk den Heijer oogste nogal wat verontwaardiging met zijn bevindingen over de slavenhandel. Zo zouden volgens hem slaven op schepen minder wreed zijn behandeld dan werd gedacht. Nu de hoogleraar zeegeschiedenis afscheid neemt, blikt hij terug.
door Cor Speksnijder read on…
Geschiedenis van een handelsmaatschappij
door Jerry Egger
In zijn inleiding geeft Den Heijer aan dat heel wat archiefmateriaal van de WIC verloren is gegaan. Het is tekenend dat een maatschappij die veel heeft bijgedragen aan de Nederlandse aanwezigheid in Amerika op onbenullige wijze is behandeld door officiële instanties aldaar. In 1821 gaf het departement van Koloniën de opdracht om een deel van het waardevol WIC-materiaal aan een lompenhandelaar te verkopen, en in 1844 verbrandde een ander deel dat was ondergebracht bij het departement van Marine. Heel wat verspreid liggend materiaal moest worden geraadpleegd om de geschiedenis van de WIC te vertellen. Aan de andere kant geeft het boek ook weer hoe werd gedacht over de WIC. Het mocht dan wel een belangrijke onderneming zijn, maar veel heeft zij niet echt opgeleverd voor de schatkist van diverse aandeelhouders. Dit in tegenstelling tot de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) die geroemd wordt in de Nederlandse geschiedenis.
De WIC moest de tegenhanger worden van de VOC, die de handel op Azië monopoliseerde. Amerika was ook lucratief gelet op de hoeveelheden goud en zilver die Europa bereikten via Spanje. Dit idee circuleerde onder mensen in de verschillende provincies die later Nederland zouden worden. Uiteindelijk lukte het in 1621 de WIC op te richten. Den Heijer geeft een interessante beschrijving van de manier waarop de verschillende gebieden in Nederland betrokken raakten bij de Atlantische wereld. Een logisch gevolg was de poging een maatschappij op te richten die een handelsmonopolie zou krijgen op alle activiteiten die zouden worden ontplooid op de continenten rond de Atlantische Oceaan. En zo geschiedde. Het werd een combinatie van kaapvaart en handel drijven. Het meest bekende ‘succes’ was Piet Heyn die de Spaanse vloot vol zilver wist te kapen.
Zo laat de schrijver zien waar het bij de WIC om ging, om winsten zonder moeilijke morele vragen te stellen. De auteur laat zo genoeg ruimte om een ander verhaal te vertellen over de WIC, waarbij gebeurtenissen als die met de ‘Leusden’ meer naar de voorgrond worden gehaald.