blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Guyana

A.J. Seymour inducted into National Library’s Hall of Fame

The National Library, in collaboration with the Ministry of Culture, Youth and Sport on Wednesday evening launched its ‘Distinguished Lecture Series’ where one of Guyana’s literary icons, Arthur James Seymour was inducted into the Library’s Hall of Fame. The Government Information Agency said that the induction was part of events to  mark the 100th birth centenary of the late poet. A portrait was unveiled by Seymour’s daughter, Joan Seymour, while a plaque to inaugurate the Library’s Hall of Fame was also revealed by Chief Librarian (Ag), Emily King and writer, Petamber Persaud.

[from StabroekNews.com, 17 January 2014]

Curator Read my World 2014: Ruel Johnson

Ruel Johnson (1980) is een verhalenschrijver en dichter uit Guyana. Voor zijn meest recente verhalenbundel Collected Fictions ontving hij de Guyana National Prize. Omschreven als de beste van zijn generatie Caraibische auteurs, schuwt hij ook het politieke debat niet en weet hij zich regelmatig in het middelpunt van de Guyanese politieke discussie te plaatsen.

Johnson is, naast Sharda Ganga (Suriname) en Kettly Mars (Haiti), een van de drie curatoren van het Read my World Festival van 2014. Op zaterdagavond 1 februari bezoekt hij Nederland voor het eerst en introduceert hij een zestal Caraibische auteurs waarvan hij meent dat ze er op dit moment het meest toe doen en samen representatief zijn voor  de hedendaagse Caraibische literatuur, te weten: Mosa Telford (toneelschrijfster, Guyana), Vladimir Lucien (dichter, Saint-Lucia), Shivanee Ramlochan (dichter en criticus, Trinidad), Sarah Bharat (journalist, Guyana), Joan Hillhouse (schrijfster, Antigua) en Shakirah Bourne (roman- en scenarioschrijfster, Barbados).

Nieuwsgierig? Zet het vast in je agenda. Reserveren kan vanaf volgende week op de website van het Bijlmerpark Theater.

Oonya Kempadoo over de uitdaging van het schrijven

door Desiree Seebaran

 
De Guyanese schrijfster Oonya Kempadoo woont in Grenada. Ze vertelt in dit interview waarom het schrijven van haar derde roman All Decent Animals zoveel tijd in beslag nam, en over haar passie voor maatschappelijk ontwikkelingswerk. Oonya groeit op in een ‘alternatief’ gezin: haar ouders waren een soort hippie-socialisten die hun kinderen thuis zelf onderwijs gaven, met een internationaal curriculum. Daardoor werd ze iemand die de wereld wil onderzoeken, die probeert te zien wat niet gezien mag worden, zegt ze zelf.
‘Ik ben mijn ouders echt dankbaar voor het internationale perspectief dat ze ons hebben bijgebracht. Dat geeft mij het gevoel dat ik overal kan wonen, dat ik overal naar toe kan gaan en dat ik alles kan doen wat ik maar zou willen. Ik denk ook dat het me een innerlijke verplichting heeft gegeven om bij te dragen aan de samenleving, ongeacht waar ik ben.’
In Buxton Spicespeelt seksualiteit een belangrijke rol. In die periode zocht Kempadoo naar literatuur over hedendaagse Caraïbische vraagstukken en ongeromantiseerde levens. ‘Praten over seksualiteit is iets dat we in het Caraïbisch Gebied enorm omzeilen. Maar ik schreef er niet over om een statement te maken. Eerder om trouw te willen blijven aan de stem van het kind en aan delen van mijn eigen achtergrond – in mijn opvoeding werden we aangemoedigd om te discussiëren en te debatteren, en om op een heel liberale en experimentele manier over dingen te praten. Ik denk dat sinds het verschijnen van Buxton Spice seks in fictie meer is verkend en onderzocht, maar dan in een meer politiek correcte taal.
Mijn tweede boek, Tide Running, kwam uit in 2001. Ik werkte toen al aan All Decent Animals, maar dat liet ik liggen want ik voelde dat het een groter boek was dan ik kon schrijven als een derde roman. Maar ik denk vooral omdat ik schrijven toen nog als tamelijk vanzelfsprekend beschouwde. Misschien had ik er ook niet voldoende respect voor. Ik wilde op een directere manier bijdragen aan de Caraïbische samenleving en ik begon met maatschappelijke ontwikkelingsprojecten. Daarbij was ik ook nog steeds bezig een balans te krijgen tussen de druk van een parallelle carrière om daar een inkomen uit te krijgen en het schrijven. Want elke carrière vraagt een bepaalde hoeveelheid toewijding om het goed te kunnen doen. Met mijn consultancywerk kwam ik op een punt waar ik voelde dat ik moest kiezen tussen schrijven en maatschappelijk onderzoekswerk. En de keuze was schrijven, hoewel dat mijn leven wel moeilijker maakt.

Uiteindelijk, in 2010, legde ik al het andere werk neer en keerde terug naar All Decent Animals om het af te maken. Ik heb geaccepteerd dat ik altijd zal blijven schrijven – omdat ik ook blijf schrijven wanneer ik probeer om het niet te doen. Dus ik ga door met het zoeken naar creatieve manieren om het schrijven van fictie te verbinden met sociale ontwikkeling. Waar ik echt naar toe wil is grotere betrokkenheid bij het onderwijs en als beleidsmaker voor sociale ontwikkeling. Deze forums betrekken gewoonlijk geen kunstenaars. De maatschappij ziet schrijvers als kunstenaars en kunstenaars worden vaak alleen maar als entertainment beschouwd, niet als wetenschappers die van invloed kunnen zijn op besluiten die zijn gebaseerd op de realiteit. Maar multitasken kan ik niet. In elk geval niet in combinatie met het schrijven van fictie, nee. Alleen maar om weer terug te komen in de personages vraagt al zo enorm veel hoofdruimte. Ik schrijf nog steeds op de ouderwetse manier, met pen en papier. Typen is de eerste ronde van redactie. Ik wil zo waarheidsgetrouw zijn als ik maar kan met de personages, met hun omgeving, met details, met beelden, geluiden, aanrakingen, smaken.

Welk boek het moeilijkst was om te schrijven? Elk nieuw werk is iets op zichzelf, dus er is geen antwoord op die vraag. Ik denk dat dat de uitdaging is van het schrijven: gaandeweg verruim en verleg je je grenzen. Je duwt jezelf en je verbeeldingsvermogen echt naar nieuwe plekken’.
[uit Caribbean Airlines, May/June 2013. Vertaling/ bewerking: Chandra van Binnendijk]

Twee romans van Oonya Kempadoo

door Chandra van Binnendijk

Oonya Kempadoo (1966) groeide op in Guyana, het land van haar ouders. Na een kunstopleiding in Amsterdam keerde ze terug naar het Caraïbisch Gebied en woonde in Trinidad, St. Lucia, Tobago en tegenwoordig in Grenada. Haar eerste roman Buxton Spice verscheen in 1998, kreeg lovende recensies en werd in zes talen vertaald. Haar tweede boek Tide Running (2001) werd aan beide zijden van de oceaan goed ontvangen. Haar beide romans zijn genomineerd voor de Internationale Literatuurprijs IMPAC Dublin, in respectievelijk 2000 en 2003. Oonya Kempadoo is door de jury van de Orange Prize uitgeroepen tot ‘Great Talent for the Twenty-First Century’ en is winnaar van de prijs van Casa de las Americas. In 2011 kreeg ze een beurs toegekend voor het International Writing Program aan de universiteit van Iowa. Kempadoo wordt alom beschouwd als een begaafde representant van een nieuwe generatie in de Caraïbische literatuur.

read on…

Guyanese poet, John Agard awarded Queen’s Gold Medal For Poetry 2012

Buckingham Palace announced today  that John Agard is to be awarded The Queen’s Gold Medal for Poetry 2012. The Medal is awarded for excellence in poetry, and will be presented to Agard by The Queen in 2013.

read on…

Pundit from Guyana

The Sly Company of People who Care by Rahul Bhattacharya is a novel detailing an Indian journalist’s travels through Guyana. Rahul Bhattacharya was recently awarded the Ondaatje Prize for this book. He has previously authored Pundits from Pakistan, a book on the Indian cricket team’s tour of Pakistan in 2004.

Congratulations on the Ondaatje Prize. Tell us a little bit about it.

Thank you. It is an award of the Royal Society of Literature in Britain, set up by Christopher Ondaatje, philanthropist and elder brother of Michael Ondaatje. It is awarded to a book that evokes the spirit of a place. Novels, travelogues, poems are all eligible for the Ondaatje Prize. 
What does it mean to evoke the spirit of a place?
First you have to understand the place. Once that is done, you have to find the technique to render it and commit yourself to the craftsmanship of conveying this understanding. There are no rules. Some people have a project in mind, in my case it was a book of discovery. 
Most people hear of Guyana only in the context of cricket. Is that what interested you in the place? Guyana?
Cricket was my gateway to Guyana. Like most other kids, I knew it as the place where Chanderpaul, Kanhai and Kallicharan come from. When I was a cricket reporter, the first country I landed in was Guyana. And a whole world opened up to me. And it was a part of the world that I knew so little of. And I was curious about its historical processes. That’s why I wanted to go back at some point. 
With respect to colonialism, how were the historical processes in Guyana different from those in India?
They’re completely different. India is an ancient society that has seen wave after wave of colonisation. The effects of British rule are felt most profoundly because it’s the most immediate. Guyana and the West Indies were very scantily populated areas. The indigenous tribes were not found in great numbers. So when the colonisers landed, it was a virgin territory to them. And they used it as an offshore factory. So people were enslaved from Africa, India and China to make sugar. And, eventually, it became a society almost created by colonialism. In Guyana, more than 90 per cent of the population was displaced as a result — Africans who had Africa beaten out of them, Indians who had no memory of India. India wasn’t a colonial creation, whereas the West Indies almost was. 
One of the chief delights of the book is its dialogue that almost wants to be read out aloud. Would you ever consider writing a play?
I don’t think so. I have had such a bad experience of watching drama in Bombay during my college days that I don’t have a feeling for drama anymore. But I do like dialogue. 
Which of your books are you closer to?
It takes a while to look at a book with detached affection. I feel more affectionate towards Pundits… right now because I don’t think about it much now. I can take it for granted. Sly Company… is slightly raw right now, but hopefully in a few years I’ll have the same detachment from it. 

[from The Hindu, 10th June 2012]

Guyana: een land in ontwikkeling

door Tascha Samuel

Georgetown – Backtrack route of de officiële route, de reis naar Guyana is een hele belevenis. Ongerept bos maar ook huizen alsof je langs Morgenstond rijdt. Opgepimpte houten middenstandswoningen en oude vervallen krotten tot midden in stad, geven een duidelijk beeld van de economische richting waar Guyana naar toe gaat. Geen politieke weergave maar praten met bewoners en observatie, geven aan dat Guyana goed op weg is.

De weg in Suriname is gelukkig geasfalteerd, maar ergens in Coronie en begin Nickerie wil de weg nogal aanvoelen als een ‘milkshake’ die oneindig doorgaat. Maar eenmaal voorbij en over de Corantijnrivier met het geruisloos varende Canawajmaveer, is de weg ‘smooth’. De hoofdwegen althans, want de zijwegen zien er vaak ook uit als ‘een slecht gemixte milkshake syndroom’. De weg schijnt eindeloos door te gaan want ruim tien uren duurt de reis op de legale route.

Maar eenmaal in Guyana merk je dat je in de Guyana’s bent want de vegetatie verandert niet echt. Alleen een opvallende hoeveelheid – maar mager uitgevallen – palmbomen verraden de aanwezige ambitie van de Palmolie-industrie. Hele velden palmen staan er onverzorgd bij. Tot aan het plaatsje Rossignol waar de oversteek wordt gedaan over een prachtige brug, is het duidelijk dat het gaat om ruraal gebied.

De reis gaat door steden met huizen die voornamelijk op neuten staan. Daarbij is het gebruik van felle kleuren als roze, paars en blauw (zoals op de bodem van een zwembad) duidelijk favoriet. Een gordijn van een synthetische stof is op haast alle balkons te zien tegen de felle middagzon. Opmerkelijk is dat vele erven, vooral van de nieuwbouwhuizen, geheel dicht gecementeerd zijn. Misschien een klein plekje voor de hond om wat te ravotten. Ook dat blijkt op weg en eenmaal in Georgetown zelf een opvallend iets. Namelijk de minimale aanwezigheid van honden. Stel dat in Suriname op elke tien huizen zeven een hond hebben, hebben in Guyana één op de tien huizen een hond. Zwervende hordes honden zoals je die in haast elke wijk in Paramaribo aantreft waren nergens te zien, wel een veelheid aan katten.

In de war 

De Guyanese munteenheid zorgt vanaf de wisselmannen bij het Canawajmaveer voor enorm veel frustraties. We zijn de vele nullen niet meer gewend. Als we horen 300 dan denken we aan een paar zakken met boodschappen. 300 Guyanese dollars daar koop je een flesje water mee en voor 400 een energydrank. Een pak bruin brood is 650 Guyanese dollar en een krant tussen de 125 en 160 Guyanese dollar. Het is echt even wennen en berekenen, want je wil graag weten wat je dus in Surinaamse dollars uitgerekend betaalt. Voor 20 US dollar krijg je 4000 Guyanese dollars voor 100 SRD krijg je 6000 Guyanese dollars. Een taxirit naar de stad vanuit het Princesshotel waar de delegatie van Suriname voor het Inter Guyana Cultural Festival verbleef en terug kostte 2400 Guyanese dollar.

Op de tweede dag in Guyana, moet ik naar de stad. Steven, een aardige welbespraakte taxichauffeur antwoordt op elke vraag zo uitgebreid mogelijk. Dit is wel de eerste keer dat ik het typische Guyanees Engels moet proberen te verstaan. De dames en heren in het hotel praten vrijwel accentloos. Maar de man van de straat praat snel en met een eigen dialect. Dus veel herhalen en vragen om langzamer te praten. De huur van een huis of appartement is nogal duur wel 36.000 Guyanese dollar ongeveer 180 US dollar. Dit is best veel voor de gemiddelde Guyanees. Steven helpt me ook toestemming te vragen om een foto te maken van één van de vele paardenwagens. Ze worden vooral gebruikt om hout, cement, bouwmaterialen, boodschappen en zelfs hele verhuizingen te doen. Veel goedkoper dan een truck of pick up. Die zie je trouwens ook weinig.

Nationalist

Volgens chauffeur Steven zijn ook de Chinezen een invasie begonnen in Guyana. “Als je Chinezen ziet aankomen dan weet je dat de economie bloeit”, zegt hij wijs. Politiek, daar wil hij zich absoluut niet aan wagen en als een echte nationalist geeft hij heel diplomatisch antwoord.
“Politici die zijn in de hele wereld vaak hetzelfde. Niet allemaal slecht maar vele corrupt en onbetrouwbaar. En vaak geven ze de visionairs van een regering schande. Men bedoelt het goed maar soms is de uitvoering langdradig of worden zaken tegengehouden vanwege belangenverstrengeling”. Volgens Steven en enkele dames van de housekeeping die ik spreek is Guyana ‘on the move’. “We hebben arme mensen, niet veel zwervers hier in Georgetown en die zijn meestal verslaafden. Maar wie een beetje geschoold is kan een baan vinden. Misschien niet wat je wilt maar je kan ervan leven”, stelt Michelle Tabbot. Ze gaat ‘s avonds naar school en doet overdag housekeeping in het hotel. “We verdienen in ieder geval meer dan enkele jaren geleden toen het echt struggelen was. Nu moet je gewoon eenvoudig leven en als je een dubbel inkomen hebt met je man dan kan je een huis bouwen. Grond krijgen dat is niet zo een probleem hier. Als je een aanvraag doet en je voldoet aan de eisen heb je snel een stuk grond”, verzekert Tabbot.

[uit de Ware Tijd, 05/09/2012]

Inter-Guyana Cultural Festival dit weekend

door Tascha Samuel

Paramaribo – Het Inter-Guyana Cultural Festival dat vorig jaar in augustus in Frans-Guyana zijn eerste editie beleefde, vindt dit weekend plaats in Guyana. Het festival dat tot doel heeft de drie Guyana’s dichterbij elkaar te brengen, wordt dit jaar van 24 tot 25 augustus gehouden in Guyana. “We vertrekken vroeg in de ochtend 23 op 24 augustus richting Georgetown. Vandaag versturen we onze bagage zodat we alle ruimte in de bus hebben. Het wordt een prachtig festival. We zijn er klaar voor”, vertelt artistiek leider Eartha Silos van het Directoraat Cultuur. Ruim 50 man zullen Suriname vertegenwoordigen.

“We hebben het thema inheemsen verwerkt in onze presentatie. We zullen deelnemen aan alle kunstuitingen zoals craft, podiumkunst, culinair, fashion en visual arts”, verduidelijkt Silos. Zij geeft aan dat op zulke festivals Suriname vaak met zijn rijkdom aan culturen gaat. Echter biedt die methode niet de mogelijkheid om elke cultuur tot in de diepte te belichten. Daarom is gekozen om dit maal met een specifieke groep te gaan en die in al haar facetten te laten zien. “We gaan een mierenproef doen op een 12-jarige. Er zal een stevige pot pepre watra pruttelen op de traditionele manier op houtvuur en de productie van cassavebrood, vanaf het raspen tot het bakken, wordt ook tentoongesteld. We gaan met Caraïben en Arrowakken, de groepen Wayono en Paremuru, mensen uit Mattta en enkele crafters. In Guyana heb ik begrepen wonen overwegend Arrowaken.” Pottenbakkers en de inheemse mode- en craftartikelen zullen in groten getale worden geëxposeerd.

Openingsceremonie 

De driedaagse cultuurextravaganza wordt op 23 augustus in de avond geopend met een geweldige openingsceremonie. Deze is door Guyana bedacht en het artistiek team daar heeft een prachtig idee uitgewerkt. Met een geweldig decor wordt het een gecombineerde presentatie van de drie landen. Frans-Guyana zal de flora uitbeelden en Suriname de fauna choreografie. “We doen dat met de dierendansen zoals de inheemsen dat doen en Guyana gaat uitbeelden de grondstoffen die in alle drie Guyana‘s te halen zijn zoals bauxiet, goud en zilver.” Het International Convention Center en de gloednieuwe Craft Association facility in Kingston zijn de venues waar het festival plaatsvindt. Voorzitter van de Inter Guianas Cultural Festival Committee, David Rose, ziet een meerwaarde aan het festival dit jaar door het aantal toevoegingen. Maar hij is extra blij met de categorie film die is toegevoegd aan het programma van het festival.

[uit de Ware Tijd, 22/08/2012]

Terroristen, ballerina’s en een Surinaams décor

door Jerry Egger  

In haar roman Eating Air (2010) behandelt Pauline Melville verschillende thema’s. Ze weet op knappe wijze actuele onderwerpen zoals terrorisme, de islam, de bankwereld en aanslagen met vliegtuigen een plaats te geven in het verhaal. Het is hedendaags, maar de lezer heeft niet de indruk dat zij zo nodig de grote onderwerpen van het begin van de 21ste eeuw moest beschrijven en er verder niks mee heeft gedaan. Melville weet juist heel goed deze zaken te verwerken tot een geheel dat waarschijnlijk niet aan kracht zal inboeten wanneer deze onderwerpen uit het nieuws zijn verdwenen. Dit komt doordat de hoofdpersonen zonder deze actualiteit interessant genoeg zijn en landen zoals Engeland, Nederland, Suriname en Brazilië die het decor vormen, waarschijnlijk ook niet snel zullen verdwijnen.

read on…

Inter Guianas Cultural Festival

Het tweede Inter Guianas Cultural Festival wordt gehouden in Guyana van 23 – 26 augustus. Het thema is Celebrating our culture, bridging our friendship. De belangrijkste festivallokaties zijn het International Convention Center en het gloednieuwe New Craft Association Facility in Kingston, North Georgetown. Suriname, La Guyane en Guyana zullen het beste laten zien wat zij hebben op artistiek gebied. Film zal in vergelijking met het festival van vorig jaar, dat gehouden was in Paramaribo, een belangrijke plaats krijgen. Zowel La Guyane als Suriname zullen met een delegatie van 50 personen deelnemen aan het festival. Suriname heeft voor literatuur voor drie personen plaats in de delegatie. Sylvana Dankerlui, van Schrijversgroep ’77 coördineert dit onderdeel. Er komt onder andere een boekenstand. Over deelname in de vorm van storytelling en symposiumpresentatie wordt nog onderhandeld.

Schrijvers die hun boeken willen laten exposeren en/of verkopen in de boekenstand, kunnen contact maken met Sylvana Dankerlui. (msdankerlui@gmail.com)

[Mededeling Schrijversgroep ’77]

Eerste solo-expo Shaundell Horton in Fort Nieuw Amsterdam

Op zondag 19 februari opent de eerste solo-expositie van beeldend kunstenaar Shaundell Horton in Openluchtmuseum Fort Nieuw Amsterdam. Tot en met 15 maart 2012 toont zij in Kruithuis 1778 onder de titel Ties een serie werken met als thema Verbondenheid.

Shaundell Horton staat aan het begin van haar carrière als beeldend kunstenaar. Zij studeerde in 2011 af aan de Nola Hatterman Art Academy. Dit deelt zij mee in een persbericht.

Thema
Met deze expositie wil Shaundell de bezoeker laten kennismaken met de werken die zij tijdens maar vooral na haar studie heeft gemaakt. Het thema ‘Verbondenheid’ speelt een belangrijke rol in het leven van Shaundell, en dan speciaal de verbondenheid met familie en met de plek waar zij vandaan komt: Linden in Guyana. Op achtjarige leeftijd komt Shaundell definitief naar Suriname, om in de jaren daarna een paar maal terug te gaan.

De verbondenheid gaat verder dan alleen de plaats van herkomst, het gaat Shaundell ook om het gedachtegoed, de normen en waarden van haar geboorteland. De stap om kunst te gaan studeren en de studie zelf hebben haar geholpen om helder te krijgen wat haar bezighield en waarom. Haar werken vormen als het ware een houvast aan iets dierbaars – de plaats en de mensen – die dreigen geheel te worden vergeten, door haar generatie en zeker ook de volgende generatie in Suriname.

Herkenning

Zij heeft met haar creatieve talent, dat zich al op jonge leeftijd openbaarde, en haar interesse voor werken van oude meesters nu al een eigen stijl ontwikkeld. Opvallend in haar werk is het gebruik van warme bruin- en okertinten en van collages, een techniek waarmee zij kennismaakte in de lessen van gastdocenten van de Rietveld Academie.

In de collages zijn, soms wat verborgen, fragmenten te herkennen die verwijzen naar het land waar zij geboren is. De mensfiguren in Shaundells werken maken ook nieuwsgierig, naar die plek en naar de mens in de kunstenaar. De bezoeker die zich mee laat nemen in haar werken en zich openstelt voor haar thema, ontmoet de kunstenaar en de mens Shaundell Horton, trots op waar zij vandaan komt en op waar zij nu leeft.

De expositie loopt van 20 februari t/m 15 maart 2011 en is te bezichtigen tijdens openingstijden van het Openluchtmuseum: ma t/m vr. van 9:00 – 17:00 uur, weekend en feestdagen van 10:00 – 18:00 uur. Shaundell is op 3 en 4 maart aanwezig op de expositie om met belangstellenden over haar werken te praten.

[uit Starnieuws, 15 februari 2012]

Jim Jones

James Warren (Jim) Jones (Crete (Indiana), 13 mei 1931 – Jonestown (Guyana), 18 november 1978) was een Amerikaanse sekteleider die in 1953 de kerk de People’s Temple (Volkstempel) in Indianapolis (Indiana) stichtte. Daarna verhuisde de kerk naar San Francisco (Californië).

De van oorsprong christelijke kerk begon zich in te zetten voor sociale rechtvaardigheid, maar evolueerde naar een sekte, gekenmerkt door autoritair machtsmisbruik door Jones en bizarre geloofsovertuigingen. De sekte vestigde in de jaren zeventig een landbouwcommune genaamd Jonestown in het oerwoud van Guyana. Naar aanleiding van een artikel dat Jones in een negatief daglicht zette, vertrok hij met bijna alle leden van de sekte naar de commune in 1978. De sekte raakte totaal afgesloten van de buitenwereld.

Nadat familieleden van sekteleden hem op de hoogte stelden van de praktijken van Jones ging de Amerikaanse Democratische afgevaardigde Leo Ryan in 1978 met een groep journalisten poolshoogte nemen. Op de avond voor vertrek ontving hij daar briefjes van mensen die via hem wilden ontsnappen. Jones ontdekte dit ‘verraad’ en besloot Ryan te vermoorden. Na een mislukte aanslag op afgevaardigde Ryan in het kamp werd besloten te vertrekken. Afgevaardigde Ryan en zijn gevolg (journalisten, staf en sekteleden die wilden vertrekken) werden op het asfalt van de luchthaven beschoten door sekteleden, waarbij de afgevaardigde, en een aantal mensen uit zijn gevolg om het leven kwamen.

Op 18 november voerde Jones 909 van zijn volgelingen mee de dood in bij een massale zelfdoding. Hij hield hen voor dat de Guyaanse strijdkrachten onderweg waren om hen te martelen en te doden, vanwege de moord op Leo Ryan. Jones stelde dat het tijd was om ‘waardig te sterven’ en leidde een naar eigen zeggen ‘massale zelfmoord voor de glorie van het socialisme’. Iedereen kreeg limonade met cyaankali te drinken; wie niet wilde, werd gedwongen om te drinken, kreeg een inspuiting met cyaankali of werd doodgeschoten door de tempelwachters. Jim Jones zelf eindigde met een kogel in zijn hoofd.

[bron: Wikipedia]

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter