Op donderdag 27 mei 2021 ondertekenden Rita Rahman, voorzitter van de Werkgroep Caraïbische Letteren, en... Lees verder →
OW knikkert Paramaribo van de Werelderfgoedlijst
(zoals Oranjetuin Hotel & Casino eruit zou moeten gaan zien, ware het dat de Chinees op die hoek zijn pand zou verkopen)
Opnieuw wordt een aanslag gepleegd op het historisch erfgoed van Paramaribo. Opnieuw, want nauwelijks langer dan een jaar geleden lanceerde een Nederlands consortium haar project River Harbour Village (RHV). Aan de Waterkant, naast de SMS-pier, zou een jachthaven moeten verrijzen met alle denkbare toeters en bellen, zoals apartementen, restaurants, hotel, casino, shopping mall, etcetera. Daarmee zou de Waterkant zoals wij die tot op heden kennen volledig geramponeerd worden, het zou een barrière vormen tussen de rivier en de stad, het zou het zicht op Paramaribo vanaf het water volledig teniet doen en ‘last but not least’, het zou hebben geleid tot verwijdering van Paramaribo van de Wereld Erfgoedlijst van de United Nations Educational, Scientific and Cultural Organization (UNESCO).
Het was zelfs al zover dat de toenmalige minister van Ruimtelijke Ordening Grond en Bosbeheer (RGB), Michael Jong Tjien Fa, een Memorandum of Understanding (MOU) had getekend met genoemd consortium en gepland was om in het voorjaar 2010 met de werkzaamheden aan te vangen. Niet alleen schreeuwden alle organisaties die er toe doen moord en brand, maar ook in de media kwam een breed gedragen protestactie op gang, welke protesten er uiteindelijk in hebben geresulteerd dat toenmalig President Ronald Venetiaan een streep door de rekening heeft gehaald en het project heeft afgeblazen.
Behalve dat de stad onherstelbaar zou zijn verminkt, was er de wetenschap dat de UNESCO Paramaribo zou hebben verwijderd van de Werelderfgoedlijst, omdat realisatie van RHV volledig in strijd was met alle richtlijnen en voorschriften die zij hanteert om de instandhouding van dit unieke stuk werelderfgoed zeker te stellen. Tenslotte is ons erfgoed van Paramaribo een ‘unique selling point’ (usp) voor stad en land, dat als geen ander een magneet vormt voor toerisme, dat gezien moet worden als een van de speerpunten van beleid.
Alsof wij onze les nog steeds niet hebben geleerd, ligt er alweer een plan op tafel dat bij realisatie hetzelfde desastreuse gevolg zal hebben, namelijk dat Paramaribo wordt afgevoerd van de Werelderfgoedlijst. En ook nu weer verkeert het plan in een vergevorderd stadium, zo ver zelfs dat de Bouwcommissie van het Ministerie van Openbare Werken (OW) het ontwerp heeft goedgekeurd. Bij monde van voorzitter Stephen Fokké heeft de Stichting Gebouwd Erfgoed Suriname (SGES) ernstig bezwaar aagetekend, omdat het de betreffende nieuwbouw valt binnen het geselecteerde deel van de stad, de zogenaamde bufferzone, waar de strenge richtlijnen en voorschriften van de UNESCO gelden. Helaas ontbeert de stichting echter elke mogelijkheid tot het opleggen van sancties en is zij ambtelijk te laag ingeschaald om effectief te kunnen opereren.
Ook nu is het weer een Nederlandse groep, de EMB-groep, die in dit geval de bouw voorbereidt van Oranjetuin Hotel & Casino (alsof wij er daarvan al niet genoeg hebben) op de hoek van de Zwartenhovenbrugstraat en de Nassylaan, tegenover het pand van Mets en tegenover Casino Princess, het voormalig Star Theater. Hiertoe moeten echter eerst twee historische panden worden gesloopt om plaats te maken voor een gebouw dat qua schaal, hoogte, breedte en massiviteit vloekt met alles wat daar niet mag.
Toen ik bijgaande afbeelding zag, dacht ik even dat Krasnapolsky was ‘gepimpt’ met ballustrades en balkons om een beetje ‘koloniale’ sfeer op te roepen. Maar nee, het is nog erger, het is een nieuw maar quasi koloniaal gebouw, waaraan alleen de geldschieters een boodschap hebben. Het maakt de volstrekt verkeerde want valse indruk: het is geen nieuwbouw en het is geen oudbouw, het is smakeloos: vlees noch vis!
Het is tekenend voor het langs elkaar heen werken van mensen en instaties in dit land, zoals dat ook bij RHV het geval was. Nu is echter OW de grote boosdoener, waar men volledig op de hoogte is van de eisen die aan de bouw in de bufferzone worden gesteld en die desalniettemin het ontwerp heeft goedgekeurd. Ongetwijfeld met een beroep op het economisch belang en zonder twijfel ook op de werkgelegenheid wordt ons erfgoed met droge ogen verkwanseld. Wie wil er nog een bordje linzensoep?
Ston oso: zwarte smet op Paramaribo’s blazoen
door Rolf van der Marck
Een foto op de voorpagina van de Ware Tijd van gister, waarop een dame langs Ston oso loopt, Zwartenhovenbrugstraat # 88, op de hoek met de Dr. Sophie Redmondstraat, waarin en waarnaast de petflessen en andere troep hoog liggen opgestapeld, heeft hopelijk velen weer eens geattendeerd op het decennia oude schandaal dat Ston oso heet.
Geschiedenis
Over het bouwjaar van het pand bestaat onzekerheid, het pand moet ergens tussen 1776 en 1810 zijn gebouwd. Het was het enige bakstenen woonhuis dat niet in de eerste uitleg van de stad, begrensd door het Kerkplein en de Keizerstraat, lag. Dat was zo uitzonderlijk dat het daarom de naam Ston oso ofwel Stenen huis heeft gekregen. Het huis telde in de breedte vijf traveeën, met twee dubbele deuren aan de straatzijde. Dit wijkt af van de vrijwel overal elders voorkomende patroon van één deur in het midden. Het had twee lagen en een steil schilddak, dat met ronde tegels was afgezet en met dakkapellen aan alle zijden. Aan de restanten van vandaag is te zien dat de stoep over de gehele breedte loopt en de hoek om gaat aan de zijde van de Dr. Sophie Redmondstraat. De uitgebouwde galerij was drie vakken breed en 2 lagen hoog. Het balkon had ijzeren spijlen.
In het midden van de achttiende eeuw is Ston oso grotendeels uit hout opgetrokken. In die tijd was het niet gebruikelijk dat in Paramaribo panden volledig met bakstenen werden gebouwd. Om onduidelijke redenen werd voor dit gebouw een uitzondering gemaakt. Volgens de mofo koranti stonden in Ston oso slaven terecht die misdaden zouden hebben begaan, waar het pand de bijnaam Zwarten Hof aan te danken heeft. Hiervoor is echter nooit enig bewijs gevonden. Velen durven niet in Ston oso te komen, omdat zij ervan uitgaan dat de geesten van veroordeelde slaven onheil brengen. Sinds de negentiende eeuw heeft het monument onder meer dienst gedaan als woonhuis, levensmiddelenzaak en fotostudio.
Boedelkwestie
Decennialang reeds staat dit pand te verpieteren. De overheid heeft in 2007 toch nog overeenstemming bereikt met de erven Tjon Joe Tjoen, die het uiteindelijk niet op onteigening wilde laten aankomen. De familie kreeg een ander stuk grond van de overheid en het terrein waar Ston oso op staat is nu officieel domeingrond. Stichting Gebouwd Erfgoed Suriname (SGES) kan nu uiteindelijk aan de slag en heeft nu een aanvraag bij de Dienst Domeinen lopen voor het verkrijgen van titel op de grond. Volgens directeur Stephen Fokké is dit nodig om fondsen voor de restauratie te kunnen verwerven, want geen enkele financier wil inkomen als er geen titel op de grond is. Zodra de financiering binnen is, wil SGES aanvangen met de conserveringsfase.
SGES is jaren bezig geweest met het zoeken naar financiering om het vervallen historisch pand weer in zijn oude glorie te herstellen. Eén van de organisaties was de Nederlandse Stichting Monumenten van de West-Indische Compagnie (MoWIC). Deze organisatie ontfermt zich over gebouwen over de hele wereld die ooit het bezit zijn geweest van de oude Nederlandse maatschappij. Kennelijk is MoWIC niet op de hoogte van de vorderingen van de overheid en heeft daarom nog altijd op haar website staan dat zij pas op de plaats heeft gemaakt totdat de erfgenamen onderling en met de Surinaamse overheid uit de onprettige onderhandelingen zijn geraakt.
Dan is er nog een ietwat mistig project van advocaat Jennifer van Dijk-Silos en de Nederlandse Stichting Advies Cultureel Erfgoed over de toekomst van Ston oso. Fokké is daarvan wel op de hoogte, maar “ik heb er verder geen bemoeienis mee”. Ston oso heeft voordat het werd gesloten dienst gedaan als winkelpand. Vanwege het gevaar dat het vormde voor voetgangers heeft het ministerie van Openbare Werken (OW) het dak en het balkon verwijderd. Een deel van de tichels en het balkon is op het achtererf van de Stichting Gebouwd Erfgoed opgeslagen. De bedoeling is dat, zoals de Unesco dat voorschrijft, de oude delen van het pand bij herbouw worden verwerkt in het gebouw.
Maar waarom er drie jaar nadat erf en pand in de boezem van de staat zijn gekomen, nog steeds niets gebeurt, blijft een typisch Surinaams raadsel.
Rotonde dwars door Ston oso
“Regelmatig hebben er verhalen gecirculeerd als zou er een rotonde bij de kruising Dr. Sophie Redmondstraat en de Zwartenhovenbrugstraat worden gebouwd”, zo meldt Fokké. Een ingenieursbureau is destijds zelfs op eigen houtje met het voorstel gekomen. De plannen zijn vrij uitgewerkt en men probeert het plan te verkopen aan OW om tot uitvoering over te gaan. Het wordt dus bewust de ether in gegooid, als zou er een rotonde komen en bepaalde mensen spelen dat spel mee. Bij die plannen zou het standbeeld van Kwakoe ook moeten plaats maken, en dat allemaal voor een rotonde, als of op iedere kruising een rotonde mogelijk is.
Volgens het plan zou de rotonde dwars door Ston oso gaan, waarbij het voetgangers- en rijwielgedeelte door Ston hoso heen zou gaan. Een absurd idee. “Van ons en van het ministerie van Onderwijs zal in elk geval geen toestemming worden gegeven tot uitvoering van dit rotondeplan. Bovendien is het te zot dat het ene departement zich jaren heeft ingezet om Ston oso in bezit te krijgen en het andere departement dan met een rotonde dwars door Ston oso zou komen”, zo besluit Fokké.
Waarom geen onderdoorgang creëren?
Maar nu zijn er bij OW tóch officiële studies in gang gezet om een rotonde aan te leggen op het bewuste kruispunt, alhoewel een leek al kan zien dat daartoe de ruimte ontbreekt, tenzij men Kwakoe onthooft en Ston oso als een onbetekenende hoop puin eenvoudigweg opruimt. Voor de technici van OW waarschijnlijk de ideale oplossing, maar waarom niet een onderdoorgang van de Dr. Sophie Redmondstraat gecreëerd, hetgeen architect Ir. Harnarain Jankipersadsing van Architektenbureau ARTO N.V. al veel eerder heeft bepleit, naar ik meen in zijn onlangs herdrukte en aan de minister van OW gepresenteerde Structuurvisie Paramaribo?
[Dit artikel is gelijktijdig geplaatst op www.surinamestemt.com]