blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Ferrier Kathleen

Joan Ferrier Fonds opgericht met drie ton voor emancipatie

door Roy Khemradj

 

Het Oranje Fonds eert Joan Ferrier met de instelling van een geoormerkt fonds dat haar naam draagt. De komende vijf jaar wordt 300.000 euro vrijgemaakt voor projecten op het gebied van emancipatie in de breedste zin van het woord binnen Nederland en het Caribisch deel van het Koninkrijk. Deze mededeling deed Joop Wijn, voorzitter van het bestuur van het Oranje Fonds gisteravond tijdens de Johan Ferrier Lezing in de Koningskerk van de EBG in Amsterdam. read on…

Overweldigende opkomst bij begrafenis Joan Ferrier

door Roy Khemradj

Ruim 700 personen hebben op 15 maart de ‘Dankdienst voor haar leven’ van Joan Ferrier bijgewoond aan de rand van het rustieke Oegstgeest in het Groene Kerkje.

read on…

Bezinningsmiddag over slavernij

Kathleen Ferrier en Tjeerd de Boer gaan Bas en Henny Plaisier opvolgen in Hong Kong. Voor het zover is, kan men Kathleen nog een keer horen, tijdens de bezinningsmiddag over de slavernij op 20 februari. Er zijn al bijna zeventig aanmeldingen, maar de Nicolaas-Monicakerk in Utrecht kan nog meer mensen herbergen. Opgave via rvk@raadvankerken.nl

Caraibisch machismo, bestaat dat nog?

Op vrijdag 15 juni 2012 organiseert de Vereniging Antilliaans Netwerk een culturele bijeenkomst getiteld: Caribisch Machismo, bestaat dat nog? Tijdens deze bijeenkomst wordt een theatrale vertelling opgevoerd over de Caribische man, zijn vrouwen, machismo, zijn overlevingsdrang en de dood, met o.a. Raymi Sambo, Paulette Smit, Kathleen Ferrier, Manoushka Zeegelaar Breeveld en Ed Verhoeff, onder regie van John Leerdam.

Een inleiding op de vertelling wordt gegeven door de heer Walter Palm, erelid van de vereniging. Na afloop van het officiële gedeelte is er gelegenheid om onder het genot van een drankje verder te netwerken.

Locatie: De Balie (Leidseplein)
Adres: Kleine Gartmanplantsoen 10,  1017 RR Amsterdam
Aanvang: 20:00 uur. Inloop vanaf 19:15 uur Entree: Leden gratis, niet leden 12,50 euro p.p., studenten 5 euro (op vertoon van collegekaart)
U kunt zich aanmelden klik hier

Poëzie: de vluchtigheid der dingen

door Els Moor

Kathleen Ferrier heeft dit jaar de 100 beste gedichten voor de VSB-poëzieprijs 2012 gekozen. Zij was voorzitter van de jury die de uiteindelijke winnaar heeft gekozen, Jan Lauwereyns. De 100 beste zijn uitgegeven door De Arbeiderspers. Kathleen Ferrier heeft het voorwoord geschreven waarin haar Surinaamse afkomst een belangrijke rol speelt.

‘Poëzie is een rode draad in mijn leven’, schrijft zij. Ze heeft dat te danken aan haar vader, Johan Ferrier en aan haar moeder Edmé Vas. Die hebben hun kinderen liefde voor literatuur bijgebracht. Uiteraard kreeg hun dagelijks leven kleur door de Anansitori die hun vader vertelde, maar ook liefde voor het geschreven woord (proza en poëzie) kregen ze mee. Echt niet alleen Nederlands en Surinaams werk, ook de grote klassiekers uit de wereldliteratuur, veel uit Latijns-Amerika. Kathleen studeerde dan ook later Spaans en Portugees en woonde tien jaar in Latijns-Amerika, Chili en Brazilië. Kathleen Ferrier heeft een universele blik op literatuur.

In de bundel staan gedichten die dicht bij ons komen: twee van de dichter Raj Mohan, een gedicht van Aart Broek over Curaçao en drie gedichten over Suriname van de Nederlandse dichter Ezra de Haan, die ons land bezocht. Die staan in de bundel Scheren zonder spiegel die tegelijk met tihá/troost van Raj Mohan door In de Knipscheer werd gepresenteerd. In de drie gedichten over Suriname kijkt De Haan met een realistische blik naar ons land. In ‘Paramaribo’ geeft hij een mooie combinatie van de felle natuur met de slordige realiteit: ‘[…] Palmen zwaaien hun silhouet/ weerkaatsen in plassen/ waar stoepen ontbreken/ de straat vaart is geworden/ en auto’s schepen zijn. […]’. Echt leuk is het gedicht ‘Twa Twa’, een parodie op de chinese handelszucht. Eerst over twatwa en pikolet die in hun bewaakte kooitjes zingen en dan over de chinezen: ‘Zo houden ze wat ze hebben:/ rijst, radio’s en rust/ vogels, goud en geld./ Ze leveren zichzelf daarvoor in/ die vreemde vogels/ die van ver gekomen zijn.’

Alle gedichten heb ik gelezen en aan allemaal gaf ik een cijfer. Twaalf gedichten hebben 5, vijfendertig 6, zevenenveertig 7, vier 8, één 9 en één 10! Die 10 is een gedicht van Bernlef (1937), romanschrijver en dichter. Ik houd van zijn werk. Belangrijke thema’s van hem zijn: de vluchtigheid der dingen en het samenvallen van herinnering en identiteit. Het in ‘De 100 beste…’ opgenomen gedicht heet ‘De ziel’. De twee gedichten van Raj Mohan kregen een 8 en een 9 van mij. De belangrijke VSB-poëzieprijs 2012 kreeg Jan Lauwereyns voor zijn gedicht ‘Rondom een boom’. Eigenlijk een verhaal, over een bijzondere, historische boom ergens in een dorp, Mitaké, in een Oost-Europees land. Die boom is ongeveer 1075 jaar oud en kijkt uit over ‘het dorp en de hele vallei’. Een ‘lieve oude meneer’ houdt veel van die boom, het is ‘zijn persoonlijke boom’ en tegen kerst vult hij hem met lichtjes, slingers en ballen. Dat brengt een probleem met zich mee en het Comité voor het Culturele Erfgoed van de Gemeenschap van Mitaké maakt ernstige bezwaren. De politie komt erbij. Uiteindelijk snijdt de oude man alles met grof geweld weg en de boom wordt beschadigd. In de ‘heilige nacht’ sterft de man aan een hersenbloeding. Het einde: ‘Als alles goed gaat, zal de boom er nog staan in de tweeëntwintigste eeuw […] Wij zijn zoals de bladeren van de zelkova, we blijven groen voor een tijdje, zo lang houdt de boom het met ons uit, en dan laat hij ons los.’ Een prachtig verhaal, beeldend geschreven, van pagina 83 tot en met 95! Wel in een bijzondere vorm (88 ‘strofen’), maar is het een gedicht? Voor mij blijft het een vertelling. Ik heb het geen cijfer gegeven als gedicht.

En de gedichten met een 5? Ze bestaan uit taal, geknutsel met woorden, wonderlijke of gekke beelden, maar aan welke diepere gedachte zijn ze gerelateerd? Kunstjes! Bij die met een 6 hetzelfde. Ze zijn iets duidelijker. Die met 7 (‘ruim voldoende’) zijn in mijn leeservaring herkenbaarder, al is de onderliggende gedachte vaak niet zo diep. Een mooi voorbeeld is een gedicht van de ons bekende Joke van Leeuwen (verzorgde schrijftrainingen tijdens een literatuurfestival). Zij schrijft over de ‘Oude jeugd’, de jeugd van vroeger. Haar jeugd? Ze noemt doodgewone dingen in een symbolisch verband: ‘[…] De dunne vrolijkheid van het tomadorek./ Het tot wc-papier verworden wereldnieuws.’ De laatste strofe: ‘En leeggegeten borden, want horden kindertjes/ zijn arm, hebben geen bord, laat staan te eten./ En binnen raakt het licht steeds meer gespreid./ En buiten loopt een nieuwe tijd zich warm.’

Het lezen van de bundel was voor mij een leerzame ervaring. Ik denk dat ik al te lang weg ben uit Nederland om moderne Nederlandse poëzie echt op kwaliteit te kunnen schatten. Behalve Bernlef en nog een paar. Zijn dat toch de ‘echte’?

De 100 beste gedichten gekozen door Kathleen Ferrier voor de VSB-poëzieprijs 2012. Omslagontwerp en typografie: Steven van der Gaauw. Amsterdam/Antwerpen: De Arbeiderspers, 2012. ISBN 978 90 295 7856 1

[uit de Ware Tijd, 11/02/2012]

Schaamteloos Zwoegen onder de Zon

door Aart G. Broek

In december 2010 verscheen de dichtbundel Het lichten van de jaren bij uitgeverij In de Knipscheer, Haarlem. De bundel verhaalt van en verdicht weerbarstige ervaringen in de overstap van leven op Curaçao naar een nieuw bestaan in Nederland. Het onthaal stemt tevreden, zie bijvoorbeeld de besprekingen van Ezra Haan, André Oyen, en Albert Hagenaars.

Bij de presentatie van de dichtbundel heette het over de praktische inspiratiebron van de gedichten nog: “Zou ik u moeten vertellen uit welke praktijk aan ervaringen ik heb geput om die zevendelige dichtcyclus [‘De kus’] te schrijven? Wilt u enig zicht krijgen op de ‘verdichting’ die heeft plaatsgevonden? […] Zou u het allemaal moeten weten wat er ‘feitelijk’ plaatsvond? Feitelijk? – een uitgesproken dubbelzinnig woord in de context van dichtmaat. In zekere zin wordt wat er ‘feitelijk’ gebeurde, nu juist door de gedichtencyclus beter gevangen dan welk prozaïsch document zou kunnen. […] U moet de gedichten zélf willen horen spreken.”
Nu, een jaar later, wordt die ‘praktijk aan ervaringen’ toch enigermate nader uitgewerkt, als onderdeel van een essay, getiteld ‘Besturen of Het schaamteloos zwoegen onder de zon’. Werk in uitvoering.

Uit die praktijk ontstond al eerder ook het spotdicht ‘Bestuurlijke zinnen’. Dat haalde de dichtbundel niet, evenmin als het spotdicht ‘Mooie mannen in de mondi’. Bij literaire presentaties in de Openbare Bibliotheek Amsterdam (mei jl.) en Podium Mozaïek (Amsterdam, sept. jl.) kwamen de spotdichten wel naar buiten.
Toch geldt onverminderd de uitspraak bij de verschijningspresentatie: “De dichtbundel […] is er voor lezers om er hun eigen werkelijkheid in onder te brengen. [De dichter heeft] als het ware een poëtisch ‘casco’ aangereikt. De gedichten liggen er voor lezers om er zélf in te trekken en er zich tijdelijk in te vestigen, ze in te richten naar eigen believen.”

Zo zal de ongekende werkelijkheid achter het gedicht ‘Een eiland verzonken’ uit de bundel Het lichten van de jaren geen enkele invloed gehad kunnen hebben op de opname ervan in De 100 beste gedichten gekozen door Kathleen Ferrier voor de VSB Poëzieprijs 2012, die op 12 januari 2012 verschijnt bij de Arbeiderspers (Amsterdam). De gedichten leiden vooral een leven los van de maker ervan. Een jaar na het verschijnen van de dichtbundel ademen de gedichten nog steeds, niet alleen voor mij, maar ook voor lezers, zo blijkt. Dat stemt tevreden.

Mexicaanse onderscheiding voor Kathleen Ferrier

CDA-politica Kathleen Ferrier ontvangt woensdag 26 oktober de Águila Azteca – de Azteekse Adelaar – uit handen van de Mexicaanse ambassadeur in Nederland. De ambassadeur prijst de politica namens president Calderón voor de manier waarop ze Latijns-Amerika op de politieke agenda in Nederland weet te houden.

Ferrier is blij verrast met de onderscheiding: “Een enorme verrassing en een heel bijzonder blijk van waardering. Voor mij is de Azteekse Adelaar opnieuw een bevestiging dat we de blik over de duinen en dijken van ons kleine land moeten richten, zeker ook richting Latijns-Amerika. Er is veel meer te doen met de banden die ons met dat continent verbinden.”

Het is de eerste keer dat een Nederlandse volksvertegenwoordiger deze onderscheiding van de Mexicaanse regering krijgt. In Nederland zijn er naast Koningin Beatrix, Kroonprins Willem-Alexander en Prinses Máxima vijf mensen Ferrier voorgegaan in het ontvangen van de onderscheiding.

[RNW, 26 oktober 2011]

 

Saraswati Art Awards uitgereikt

Mevrouw Mathoera

Op zondag 6 maart ´11 vond het zesde Shakti Festival plaats in het Bijlmerparktheater te Amsterdam. Het Festival van de vrouwelijke kracht, waarbij een aantal vrouwen voor het voetlicht werd gebracht. 4 vrouwen mochten de Saraswati Art Award in ontvangst nemen vanwege hun verdiensten voor de samenleving. Daarna was het feest met optredens van zangers en zangeressen zoals Rewald Ramcharan met klassieke Bollywood songs en Anita Oemrawsing met Kawali liederen uit de tijd van de soefi´s, onder begeleiding van Mahinder Raghoe and his Orchestra.

Kathleen Ferrier
Rihana Jamaludin
Aivie Soekhlal

Mevrouw Mathoera ontving de award vanwege haar inzet voor sociaal zwakkeren in de samenleving. Kathleen Ferrier heeft zich als politica onderscheiden door haar standvastigheid in moeilijke kwesties. Rihana Jamaludin ontving de onderscheiding voor haar werk als Surinaams-Nederlandse schrijfster. Aivie Soekhlal werkt achter de schermen als programma-manager op het ministerie van Economische Zaken en Landbouw en is een rolmodel voor de moderne hindoestaanse vrouw.
Frank Krishna van Saraswati Art presenteerde de dag en interviewde de vrouwen.

Shakti Award voor Rihana Jamaludin

Op zondag 6 maart wordt aan schrijfster Rihana Jamaludin de Shakti Award uitgereikt tijdens het zesde Shakti-festival in het Bijlmer Parktheater. Ook andere vrouwen krijgen deze award uitgereikt, o.a. Kathleen Ferrier.

Shakti betekent de vrouwelijke kracht en tijdens het Shakti-festival worden dan ook vrouwen, die zich verdienstelijk hebben gemaakt in het zonnetje gezet. Zij zijn de bijzondere gasten aan tafel. Als rolmodellen vertellen zij het publiek wat zij allemaal hebben gedaan om succesvol te zijn. De dames krijgen na hun presentatie de Saraswati Art Award 2011 uitgereikt als teken van waardering.

Programma

Natuurlijk is er tijdens het Shakti Festival ook tijd voor vermaak:
1. Dansvoorstelling van de great Kathakdanseres Uma Dogra uit Mumbai
2. Concert Bollywood Music. Bekende zangers en zangeressen zingen Memorable Bollywood Songs Down The Years onder begeleiding van: Maestro Mahinder Raghoe and his Orchestra. Krish Malhoe – gitaar; Hans Liakathoessein – bass; Rabin Mahabali – dholak/triconga; Robbert Ramroep – percussions; Remie Mangal – tabla; Mahender Raghoe – keyboards/muziekleider.
3. Boekpresentaties:
a. Rihana Jamaludin presenteert haar nieuwe boek Kuis
b. SA Uitgeverij brengt een boek uit over de traditie van het Surinaams-Hindostaanse Hindoe Huwelijk.

Datum: zondag 6 maart 2011
Aanvang: 14.00 u
Toegang € 12,50 Kortingskaart € 10,00
Locatie: Bijlmer Parktheater, Anton de Komplein 240, Amsterdam Zuidoost
Bestel uw toegangskaarten via kassa Bijlmer ParkTheater 020 – 3113930
Of via Saraswati Art: 020-6966405, klik hier voor website

Gebazel over switi Sranan

door Els Moor

Suriname en ik is de wat egocentrische titel van de bundel, samengesteld door John Leerdam en Noraly Beyer, met persoonlijke verhalen over Suriname van in Nederland wonende geboren Surinamers en anderen die veel met Suriname te maken hebben. De ondertitel ,’Persoonlijke verhalen van bekende Surinamers over hun vaderland’ is dus fout. Zijn Gerard van Westerloo, Peter Meel, Michiel van Kempen, Jan Pronk en andere Nederlanders die verbonden zijn met Suriname ‘Surinamers die over hun vaderland schrijven’? Dat de redacteur van uitgeverij Meulenhoff dat niet heeft gemerkt, is op z’n minst vreemd.

Zevenenvijftig ‘verhalen’ bevat de bundel en dat is veel. Ik kwam er moeilijk doorheen omdat de kwaliteit van de ‘verhalen’ zo verschillend is; van slecht geschreven nostalgische, clichématige jeugdherinneringen aan Suriname tot realistische en toch persoonlijke beschouwingen over de veranderingen die het land sinds de onafhankelijkheid ondergaan heeft. Twee problemen doen zich voor: veel van de medewerkers aan de bundel zijn wel geboren Surinamers, die in Nederland een goede plaats gevonden hebben, maar geen schrijvers of journalisten en de samenstellers zijn grote figuren op hun vakgebied, maar hebben geen ervaring met dit werk, het samenstellen van zo’n diverse bundel met zo’n moeilijk onderwerp.

Na elkaar in de bundel staan de bijdragen van Gerard Spong en Denise Jannah. Gerard Spong, advocaat in Nederland, van Surinaamse afkomst, die zich al vanaf 1980 inzet voor het herstel van de rechtsstaat in Suriname, geeft in zijn bijdrage onder de titel ‘Suriname: een ontgoocheling’ blijk van felle woede. Hij heeft een hechte band met het land, maar hij voelt zich ook thuis in Nederland. De ‘rauwe werkelijkheid’ van Suriname tast echter zijn warme gevoelens aan. Hoe de hoofdverdachte in het decembermoordenproces op democratische wijze president werd, brengt hem ertoe de grote Duitse auteur Bertold Brecht aan te halen: ‘Erst kommt das Fressen und dann die Moral’. Zijn felle aanklacht tegen onrecht en verwording van democratie eindigt met de conclusie:’Suriname is vooralsnog een verdwaald, diep gezonken tropisch paradijs dat is afgegleden naar een tropische hel.’

Het artikel van Denise Jannah, internationaal bekend jazzvocaliste, componiste, zangpedagoge en actrice, staat lijnrecht tegenover dat van Spong. Ze begint aldus: ‘Bepaalde geuren uit mijn jeugd zullen me altijd bijblijven’. En ze is lang niet de enige die het motief ‘geuren’ als blijk van liefdevolle herinnering uitwerkt. En dan de wolken, de allermooiste ter wereld… en de energie die ze ervaart in ‘Gods prachtige natuur’… en het verdriet als ze weer opstijgt van de luchthaven en haar ‘Mama Sranan’ achterlaat. Aan Mama Sranan schreef ze dan ook in de vliegtuigstoel een gedicht, in het Sranan en het Nederlands dat aldus begint: ‘Mijn hart zucht in mij/ Wanneer ik wegga van jou/ Zo hoog in de lucht/ Om ver weg te gaan/ Het vliegtuig brengt mij/ Over sula’s, bergen en kreken/ Over mijn stad/ Mijn dorp waar ik opgroeide […].

Tussen deze twee uitersten bewegen zich de andere vijfenvijftig bijdragen in deze bundel en de kwaliteit ervan varieert van heimwee-achtige cliché’s tot rationele informatie en creatieve benadering. Ook Eva Essed-Fruin, van oorsprong Nederlandse, echtgenote van Frank Essed, eerst cursusleider en later directeur van het Instituut voor de Opleiding van Leraren (IOL), die in 1995 naar Nederland vertrok, geeft haar bijdrage, ‘Suriname een paradijs?’ aan de bundel. Haar begin is verrassend leuk: ze hoorde voor het eerst over Suriname als kind via een Surinaamse onderwijzer die haar school bezocht. Hij vertelde dat Surinaamse kinderen geen inktlap nodig hadden omdat ze hun pen afveegden aan hun kroeshaar. Eva was jaloers op die kinderen. Zij zat altijd met inktlappen te knoeien! In 1957 kwam ze zelf in Suriname en ze begon als lerares, maar toen schreven alle leerlingen al met ballpoint. Ze vertelt boeiend over de tijd tot de onafhankelijkheid, positieve en negatieve situaties en hoe Suriname langzaam maar zeker moderniseerde met verharde wegen, kantoorgebouwen, veelsoortige huizen en meer opleidingen waardoor de jeugd meer kansen kreeg. Ook Eva Essed versombert in haar verhaal als ze komt bij 25 februari 1980 en later. Ze eindigt met een realistische uitspraak: ‘Een paradijs zal Suriname nooit worden, want er bestaan nu eenmaal geen paradijzen op aarde.[…] Het kan hoogstens een land worden waar het goed leven is’.

De bijdragen van de Hollandse Surinamegangers vallen tegen. Ze hebben een andere band met het land die niet diep wortelt. Wetenschapper Wim Hoogbergen bijvoorbeeld begint te vertellen hoe hij in zijn jeugd in Nederland voetbalde met ‘zwarte voetballers’, waaronder de later beroemd geworden Humphrey Mijnals. Hij heeft nog een hond naar hem genoemd. Michiel van Kempen beschrijft hoe hij eens in een Chinees restaurant aan de Johannes Mungrastraat zat te eten en vanachter het raam getuige was van een botsing met een geweldige klap en hoe hij later voor de politie moest getuigen… wel met humor geschreven… een anekdote over een lome zondagmiddag. Suriname en ik? Jan Pronk die als minister betrokken was bij de onafhankelijkheidsbesprekingen tussen Suriname en Nederland betoogt in zijn artikel dat de onafhankelijkheid van Suriname beslist niet opgedrongen was van de kant van Nederland, wat vaak gezegd wordt. Een artikel dat zeker stof tot discussie kan geven, maar niet in het kader van Suriname en ik.

Zo zijn er toch nog heel wat artikelen die de moeite van het lezen waard zijn. Thea Doelwijt werkt met fragmenten uit haar eigen werk in ‘Geesten in luchtland’. Ze is op een wolk gaan zitten omdat ze rustig wil nadenken over een manier om haar verhaal goed te vertellen. En zo laat ze thema’s zien die een rol speelden en spelen in Suriname. Mooi is ook wat de gezusters Joan en Kathleen Ferrier doen als ze een Braziliaans lied aanhalen (vrij vertaald door Kathleen) ‘Mijn vader was van Sao Paulo/ mijn grootvader van Parnambuco/ mijn overgrootvader van Minas/ mijn overovergrootvader van Bahia/ mijn machtige leermeester/ was Antonio de Braziliaan. De woorden van dit lied herinneren hen steeds weer aan het antwoord dat Johan Ferrier, laatste gouverneur en eerste president van Suriname en hun vader, gaf voor de Nederlandse televisie op de vraag waar zijn wortels nou eigenlijk liggen. Johan Ferrier antwoordde dat zijn wortels verspreid liggen over de hele wereld.

En zo is het ook. Ik word niet goed van al dat gebazel over ‘Switi Sranan’. We zijn allemaal wereldburgers en we wonen waar we ons thuisvoelen, om welke reden dan ook, en we zullen mee moeten werken om dat land leefbaar te houden. Of dat nou je ‘vaderland’ is of een ander land, dat maakt niet zoveel uit. Het gaat erom dat het goed gaat in een land, dat er geen mensonterende toestanden zijn en daarover schrijven gelukkig nogal wat medewerkers aan deze bundel.

Jammer van die titel, van de rommelige inhoud, van de titel ‘biografieën’ tot slot boven de korte alinea’s met informatie over de auteurs en zelfs enkele taalfouten. We zijn dat niet gewend van Meulenhoff.

Red:. John Leerdam & Noraly Beyer: Suriname en ik; Persoonlijke verhalen van bekende Surinamers over hun vaderland. J.M. Meulenhoff bv, Amsterdam 2010. ISBN 978 90 290 8719 3

Stichting Julius Leeft! jubileert met twee boekpresentaties

Op zondag 12 december presenteert Stichting Julius Leeft! (SJL) in samenwerking met uitgeverij Meulenhoff en Paradiso de bundel Suriname en ik. Ook verschijnt die dag het jubileumboek Onverwerkt verleden… over vijf jaar SJL.

In Suriname en ik vertellen mensen uit Nederland en Suriname over hun band met Suriname. Enkele van de auteurs zijn Noraly Beyer, John Leerdam, Roger van Boxtel, Jessica Dikmoet, Joan en Kathleen Ferrier, John Jansen van Galen, Gerda Havertong, Roy Khemradj, Antoine de Kom, Michiel van Kempen, Jan Pronk, Anil Ramdas en Gerard Spong. Het eerste exemplaar wordt 12 december uitgereikt aan Eberhard van der Laan, burgemeester van Amsterdam.

Het jubileumboek Onverwerkt verleden… verschijnt bij de viering van dit eerste jubileum van SJL. In de afgelopen vijf jaar bracht SJL van initiatiefnemer en producent John Leerdam spraakmakend muziektheater met bekende acteurs en politici als Thom Hoffman, Maartje van Weegen, Job Cohen, Mark Rutte en Denise Jannah. De rode draad in de jaarlijkse voorstellingen is de speciale relatie tussen Nederland en de vroegere koloniën en ontwikkelingslanden.

In 2009 had SJL nog daverend succes met de voorstelling Claus! in Koninklijk Theater Carré over het leven van wijlen prins Claus en zijn passie voor ontwikkelingssamenwerking. Koningin Beatrix was destijds aanwezig in het publiek. Andere voorstellingen waren De Tranen van Den Uyl, Dubbelspel/Changa!, Kain Pikul – Geblinddoekte verhalen, Amandla! en De Nacht van Schmelzer.

Dit jaar kiest SJL dus niet voor een voorstelling, maar voor deze boekpresentaties en een discussie over vijf jaar SJL. Dit zal in Paradiso plaatsvinden onder leiding van Yoeri Albrecht en Lennart Booij. Ook komen de mooiste teksten en songs uit de muziektheatervoorstellingen nog een keer voorbij, met onder meer Paulette Smit, Izaline Calister, Tutu Puoane, Manoushka Zeegelaar Breeveld en Pascale Kaitjily.

Datum: zondag 12 december
Plaats: Paradiso, Amsterdam
Aanvang: 14.30 uur, deuren 14.00 uur open.
Kaartverkoop is gestart op 13 november via www.paradiso.nl

Website Vijf Eeuwen Migratie gelanceerd

Na twee jaar voorbereiden werd gisteren in Utrecht de website http://www.vijfeeuwenmigratie.nl/ gelanceerd. Op de site wordt aan de hand van persoonlijke verhalen, foto’s, filmclips en artikelen de geschiedenis van migranten in Nederland (na 1580) vastgelegd, waarbij ook nieuwkomers zelf een bijdrage kunnen leveren. ‘Naar schatting 98% van de Nederlanders heeft buitenlandse voorouders.’

CDA Tweede Kamerlid Kathleen Ferrier opende de website met een symbolische druk op de knop. ‘Ik vind dit een belangrijk initiatief omdat het laat zien dat de geschiedenis van migratie en migranten onlosmakelijk verbonden is met de geschiedenis van Nederland en dus met ons allemaal. Fantastisch dat wetenschappers, migrantenorganisaties, musea en archieven hebben samengewerkt om dit tot stand te brengen’, aldus Ferrier.

De website streeft ernaar het zichtbaar en toegankelijk maken van materiaal over migratie en migranten in Nederland. Er kan aan de hand van een wereldkaart per land, thema of migrantengroep informatie worden opgevraagd, of de migrantenstroom per periode worden bekeken. Ook is er een pagina met de geschiedenis van een aantal bekende Nederlanders en wordt er aandacht besteed aan de actualiteit (‘Migratiegeschiedenis in het nieuws’).

Vijf Eeuwen Migratie is een samenwerking van het Centrum voor de Geschiedenis van Migranten (CGM), samenwerkingsverbanden van het Landelijk Overleg Minderheden (LOM) en het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG). Contactpersoon voor de website is Erhan Tuskan van het IISG.

[Tekst ontleend aan Republiek Allochtonië, 29 november 2010]

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter