Op donderdag 27 mei 2021 ondertekenden Rita Rahman, voorzitter van de Werkgroep Caraïbische Letteren, en... Lees verder →
Aandacht voor kinderpoëzie
door Jerry Dewnarain
Kinderpoëzie krijgt nooit veel aandacht. Waarom? Een pasklaar antwoord op deze vraag is moeilijk te geven. Wat ik wel kan stellen is, dat er weinig Surinaamse dichters zijn die kinderpoëzie uitgeven. Orlando Emanuels (dichtbundel Popki Patu 1 en 2) is wel een bekende dichter die mooie Surinaamse kinderpoëzie heeft geschreven. Ook … Michael Slory (A no tru san mi e si drape? A no tru?). Kinderpoëzie zou veel gestimuleerd moeten worden. read on…
Met taal kun je ook spelen
door Els Moor
Een vierde klas komt binnen in de stand ‘Lees je wijs!’. De stoelen staan in een kring, echt rond. ‘Ga maar staan en zet je tas op je stoel’, zegt de juf die de activiteit leidt. ‘Vinden jullie spelen leuk?’ ‘Jaaaa, spelen is leuk’. ‘Waarmee spelen jullie?’ En dan komen er veel antwoorden: met een bal, met een pop, games op de computer, met vrienden samen spelen, en zo gaat het door. ‘Kun je ook met taal spelen?’ read on…
Een gedicht zegt meer dan duizend woorden
door Jerry Dewnarain
Mensen zitten vol woorden en praten vaak honderduit; veel woorden die vaak weinig zeggen. De dichter schrijft de woorden op: weinig woorden, maar vaak veelzeggend. Woorden die zinnen vormen, mooi klinken, lekker lezen en iets kunnen betekenen. Zo ontstaat een gedicht, ontstaat poëzie. read on…
Wat kunnen we doen met gedichten?
door Els Moor
Hieronder volgen enkele gedichten waarmee met kinderen iets gedaan kan worden. Creatief bezig zijn, met een doel en dus een doelgroep! read on…
Musical Lezen verbindt schrijver en kind
Lezen verbindt… is een bundel met een aantal gedichten en korte verhalen van verschillende schrijvers. De kinderen die de lezertjes uitbeeldden, noemden in het kort een paar werken, maar de musical ging over het verhaal ‘De groente-oorlog’ van Orlando Emanuels. U kent het verhaal allemaal vast nog wel: de groenten, het ei en de kokosnoot vechten over wie het belangrijkst in de keuken is. Wie kan absoluut niet gemist worden? Wie is de smaakmaker? Het gevecht is oeverloos want iedereen vindt zichzelf net even belangrijker en net een beetje meer onmisbaar dan de ander. De kleine rode peper doet daar nog een schepje bovenop maar dan zegeviert het gezonde verstand: ‘Iedereen is even belangrijk en we kunnen niet zonder elkaar. Samen zorgen we ervoor dat mensen gezond kunnen opgroeien.’
Meer vissen in verhalen en gedichten
Vissen leven onder water. In de natuur zien we ze als we hengelen en ze vangen. De dode vissen, die eten we, zelf gevangen of gekocht. We zien levende vissen eigenlijk alleen in gevangenschap, in een aquarium. Misschien is het daarom dat ze zo weinig voorkomen, levend of dood, in Surinaamse verhalen en gedichten, maar ook in de wereldliteratuur spelen deze zwemmende onder-water-dieren zonder poten een kleine rol. In kinderverhalen en – gedichten komen weinig vissen voor en dan zijn ze al dood. In de vele bundels met Surinaamse inheemse verhalen vond ik slechts één verhaal waarin vissen een rol spelen en dan gaat het ook om hun dood. Het boek van Gerard R. Maynard, Anjumara en Sriba, over levende vissen, is dus uniek.
read on…Orlando Emanuels – FRI 25 november 1975
Wan pikin wortu
Verkoopdag Surinaamse kinderboeken
Op zaterdag 1 september dit jaar organiseert de Stichting Projekten op haar terrein aan de Dokter Sophie Redmondstraat 172 in Paramaribo een verkoopdag van Surinaamse kinderboeken die vanaf het kinderboekenfestival 2000 zijn uitgegeven. De stichting die zich al jaren inzet om lezen tot een plezierige activiteit voor kinderen te maken, moedigt opvoeders aan om kinderen vaker voor te lezen en om creatieve activiteiten met boeken te ontplooien, zodat kinderen leesplezier ervaren. Als kinderen van jongs af aan met boeken geconfronteerd worden en van (voor)lezen houden, is de kans groot dat ze later ook zelf een boek pakken om te lezen.
Lezen betekent méér weten! Lezen stimuleert de fantasie, de creativiteit, de taal- en denkontwikkeling! Lezen opent de deur naar ontwikkeling!
Met de boekenverkoop die van 10.00 tot 16.00 uur wordt gehouden, hoopt de stichting meer ouders in de gelegenheid te stellen om kinderboeken aan te schaffen, waarmee de kinderen hun vakantietijd kunnen doorbrengen. Tijdens deze verkoopdag worden boeken namelijk met kortingen vanaf 10 tot en met 40% verkocht.
Enkele kinderboeken die in de afgelopen jaren door de stichting zijn uitgegeven en met korting verkocht worden, zijn Het boek van Sam en Kim van Cynthia Mc Leod, Dyompo’s reis om de wereld van Orlando Emauels, Roy kan drijven van Henna Goudzand, De grote en de kleine hengelaar van Cobi Pengel, Boomkikker zingt van Carine Fraanje, Ballon Blaas van Marilyn Simons, Okorié en Agambé van Sherida van Loon, Awari en de kip van Wim Veer, Belevenissen van een muizenfamilie van Joyce Pereira, Tjubi u matu! Red ons bos! van Eveline Wielzen, de verhalenbundel Lezen verbindt schrijver en kind en de Amaisa-serie.
Er zijn kinderboeken voor de allerkleinsten en boeken voor kinderen van de bovenbouw. Ook het handboek Lees je wijs; Hoe bevorderen we leesplezier bij kinderen? met creatieve verwerkingsvormen bij Surinaamse kinder- en jeugdliteratuur, samengesteld door Els Moor zal met korting verkocht worden. De kinderboeken kunnen apart worden gekocht, maar er is ook een mogelijkheid om met meer voordeel boekpakketten te kopen. Boekie Woekie zal tijdens de boekverkoop aanwezig zijn en enkele voorleeskampioenen zullen voorlezen.
Dichters in Surinaamse kranten
door Rappa
In het verleden publiceerden onder de hoofdredacteuren Leo Morpurgo, Nita Ramcharan, Desi Truideman en Ricardo Carrot, afwisselend een aantal dichters in de Ware Tijd, zoals: Orlando Emanuels, Kurt Nahar, Roy Bikharie, Loraine Gallant, Brigitte Brown, Michael Slory, Alphons Levens e.a. De dichters hadden zo goed als een vaste plaats boven de column “Dingen van de Dag” van WINIED of onder “Redactioneel”, toentertijd op pagina 2 aldus Alphons Levens.
Maar redacties veranderen, zo ook de policy tegenover de dichters. De vaste plek en regelmaat van publicaties maakten helaas plaats voor een nieuwe policy: ‘we plaatsen uw gedicht als er plaats is’ (de dichter als bladvulling) of:’ we plaatsen het gedicht als het op een actualiteit slaat’ (de dichter verworden tot actuele, tot tijdgebonden rijmelaar). Welke Surinaamse dagbladen hebben een vaste plek voor minder tijdgebonden en over de grenzen van de tijd heen reikende poëzie van eigen bodem? Redactieleden van onze dagbladen met minstens een middelbare schoolopleiding als basis moeten toch wel in staat geacht worden het betere gedicht te scheiden van het rijmpje? En bij de lay-out dient men toch te weten dat een gedicht niet zomaar verknipt, ingekort, vergroot of met weglating van de regels wit geplaatst mag worden, alleen maar omdat het in een open hoekje moet passen?
[Deze korte beschouwing verscheen als bijlage van een lezing van Rappa, die hierboven zal worden weergegeven.]
‘Let me tell you, that’s a Surinam pakipaki, een schaamluis’
door Jerry Dewnarain
Orlando Emanuels heeft in zijn laatste verhalenboek, Het kan je gebeuren, wederom bewezen een schrijver te zijn met veel gevoel voor humor. Het 54 pagina’s tellend boekje is uitgegeven door Stichting Projekten in mei 2012, maar het is géén kinderboek; het zal vooral door volwassenen gelezen worden. De meeste van de negentien korte verhalen laten zich vlot lezen dankzij de humor.
In sommige verhalen zoals het ‘Lotto’-verhaal verwerkt Emanuels zelfs platte humor. Danny, een hardwerkende jongeman uit Flora, wint de lotto. Hij wint honderdduizend. Zijn vader, die alcoholverslaafd is, wil echter de prijs gaan ontvangen. Drie moesjes die bij de eindhalte van de Nickeriebus te Ontrobon zijn, hebben het over de gewonnen Lotto-prijs van Danny. Moesje nummer drie vertelt het verhaal van Danny als een roddelpraatje. ‘Dan mi gudu, a lot win honderdduizend. Dan a big’ai sopibeest taig’a boi: “Jonge geef me die lot. Ik ga ’et fo je ontvange.” Ma Danny ede no boro, a prakseri: dis na pot puspusi fu luku merki, Pa met m’n lot is de kat zetten om op de melk te passen. A taigi Ewald dat hij ’et zelvers gaat ontvange. Dan na saka-saka Ewald kon nanga wan triki, a kon prei Christen….’
Tijdens een recent interview vertelt Orlando Emanuels, de winnaar van de Surinaamse Staatsprijs voor Literatuur (1986-1988) het volgende over zijn verhalen: ‘Mijn verhalen eindigen meestal in een plot. Die komt in me op, ik schrijf het en aan het eind bedenk ik een verrassing als het kan. Indien het niet kan, hoeft het niet. Dankzij de plot van het verhaal “Het merkteken” heb ik in 1996 de hoofdprijs gewonnen bij de wedstrijd ter gelegenheid van de 400ste editie van de Ware Tijd Literair.’ Over zijn lezerspubliek zegt de ooit geëngageerde dichter: ‘Mijn lezers zijn zowel kinderen als volwassenen. Je hebt dichters en schrijvers. Ik ben niet arrogant, maar ik ben dichter-schrijver. Ik schrijf zowel proza als poëzie bestemd voor klein en groot. Ik heb geschreven Popki patu 1 en Popki patu 2. Daarna kwam De spookavond van vrouw Anna. Dit boek is voor tieners bestemd. Een handvol regen is een verhalenbundel voor volwassenen. Dus ik heb een zeer gevarieerd lezerspubliek.’ Orlando Emanuels is een eenvoudig mens. Eenvoud siert de mens. Zijn lijfspreuk is: Begin de dag met een lach. ‘Ik kijk nooit naar beneden, ik kijk naar boven’. En terwijl hij dit zegt, citeert hij de Engelse dichter Frederick Langbridge (1849-1923): ‘Two men look out the same prison bars. One sees mud, the other stars.’ Hoe komt Emanuels op het idee om een plot neer te pennen zoals in het ‘Lotto’-verhaal, waarbij drie vrouwen bij een bushalte verwikkeld raken in een kletspraatje over de aanlokkelijke Lotto-bedragen. Dat heeft hij te danken aan de vrije opvoeding die hij thuis heeft gehad. Zijn vader mocht hij soms Fransie noemen, maar er was sprake van respect. Van zijn vader heeft pa heel veel verhalen gehoord. Hij was een goede verteller en wist zijn verhalen komisch te vertellen met de nodige Surinaamse scheldwoorden erin. ‘Dit doe ik dus ook met mijn verhalen zoals in het “Lotto”-verhaal.’ De dialogen in de verhalen zijn erg aanstekelijk wat ook bevorderd wordt door het taalgebruik dat de schrijver gebruikt. Door gebruik te maken van het Nederlands en het Sranan in de dialoog, komt het gesprek tot leven. Het lijkt wel of buurvrouw, met haar opgestoken haar, dit gekonkel aan haar vriendinnen verklapt. Daarom wekt dit ‘Lotto’-verhaal associaties op met het schilderij ‘De kwaadspreeksters’ van Ron Flu uit 1991. Emanuels zegt dat het idee van de plot naar hem toekomt. ‘Het moment bepaalt. Terwijl ik serieus schrijf, komt plotseling het kind in mij, mijn laatste restje onschuld komt naar boven. En dan begin ik te schrijven… Momenteel ben ik bezig aan kinderverzen. Als ik daarmee klaar ben, werk ik dan weer aan andere verhalen. Ik zoek nooit iets op, het verhaal zoekt mij op, vreemd noh?’
Het taalgebruik van Emanuels in deze verhalenbundel, doet sterk denken aan het taalgebruik van Edgar Cairo, het Cairojaans: de taal is naar woordenschat en zinsbouw sterk bepaald door het Surinaams-Nederlands. Cairo en Emanuels zijn goede vrienden geweest. Cairo heeft tijdens zijn bezoeken aan Suriname wel eens bij Emanuels gelogeerd. Dit ‘Lotto’-verhaal doet erg eigentijds aan en precies zoals Emanuels dat ook vraagt in zijn boek, op de achterflap: ‘Verzoeke s.v.p. astublieft de verhalen met een smile te lezen.’ Als je besluit na het vierde verhaal je lekker door deze schrijver te laten meeslepen en met een smile te lezen, verandert de smile in een het fronzen van je wenkbrauwen. Het vijfde verhaal, ‘De kop van de vader’ is namelijk verminkt, doordat slechts een deel van het verhaal is gedrukt. Deze fout betreurt ook de schrijver. De Stichting Projekten heeft hem beloofd een errata uit te geven. Ik hoop dan mijn leesplezier te vervolgen bij dit verhaal. Bij een eventuele herdruk zouden ook de spelfouten verbeterd moeten worden. Wij van ‘dWTL’ willen daar altijd bij helpen.
Orlando Emanuels: Het kan je gebeuren. Paramaribo: Stichting PCOS, 2012. ISBN 978 99914 56 12 6
Nieuwe boeken op Surinaams Kinderboekenfestival
Dit jaar verschijnt er op het kinderboekenfestival weer een reeks nieuwe kinderboeken. Carla Rees debuteert met Patrick en Bello. Indra Hu, kinderboekenschrijfster van het jaar, presenteert Laat me niet alleen. Hiermee sluit ze aan bij de aandacht die op dit kinderboekenfestival wordt gegeven aan wereldklassiekers zoals Alleen op de wereld. Cobi Pengel komt met een vierde boek, Het speeltuinfeest en Mariëlla Bakker is de schrijfster van Miss Alida. Marja Themen, bekend van de kinderrecensies in De Ware Tijd Literair presenteert Draken en Heksendrank. De Stichting Projekten komt uit met De ontevreden zebra. Van Orlando Emanuels is het nieuwe werk Het kan je gebeuren…. Tenslotte heeft ook de Centrale Bank een boekpresentatie. De titel is, hoe kan het anders, Ons geld. Het is verheugend te zien hoeveel animo er is om tot nieuwe titels te komen voor kinderen en daarmee een bijdrage te leveren aan hun leesplezier.