Op donderdag 27 mei 2021 ondertekenden Rita Rahman, voorzitter van de Werkgroep Caraïbische Letteren, en... Lees verder →
Expo slavernij Peerke Donders Paviljoen
In 2013 wordt 150 jaar afschaffing van de slavernij in Suriname. Onder de naam ‘Keti koti’ – verbreek de ketenen – wordt deze ‘vrijheid’ jaarlijks gevierd en nationaal herdacht. ‘Vrijheid’ staat tussen aanhalingstekens omdat slavernij helaas genoeg nog steeds een actueel probleem is in de hedendaagse samenleving. De tentoonstelling in het Tilburgse Peerke Donders Paviljoen belicht dit thema van verschillende kanten. Zielenzorg & zielenmoord is de titel van deze tentoonstelling, die op 27 oktober 2012 opent. In deze expositie staat enerzijds centraal wat de Tilburgse missionaris Peerke Donders meemaakte van slavernij en anderzijds welke ervaringen slaven zelf hadden. Zielenzorg was het doel van Peerke Donders. Zielenmoord staat voor slavernij: wanneer mensen gebruikt worden als een artikel en ontnomen van hun vrijheid en identiteit.
Veroordeling
Peerke Donders vertrok in 1842 naar Suriname. Bij zijn aankomst waren er in totaal 56.000 inwoners waarvan 45.000 slaven. Peerke schreef regelmatig brieven naar het thuisfront en naar zijn kloosterorde. Daarin schreef Peerke ook over slaven en hun eigenaren. Hij spreekt zijn afkeer uit van de plantagehouders: ‘Zij, die zich met het zweet en bloed van die arme slaven verrijken … door het onmenschelijk straffen of liever mishandelingen’. Peerke veroordeelde de manier waarop de slaven werden behandeld en pleitte voor een betere behandeling. Peerke was echter vooral bezorgd over de verspreiding van zijn katholieke geloof en had geen respect voor de godsdienst van de slaven: ‘Afgoderij kent geen bestrijders dan ons alleen’.
De handel in slaven begon aan het einde van de 16e eeuw en duurde voort tot in de 19e eeuw. In die periode zijn maar liefst 12.000.000 Afrikanen naar zowel Noord- als Zuid-Amerika verscheept. De motieven voor slavernij hadden puur een economische reden voor de blanken, die zich superieur voelden ten opzichte van de ‘zwarten’. Vanaf het einde van de 18e eeuw ontstonden er echter ernstige morele bezwaren over deze ongelijkwaardigheid van rassen. Door vrijheidsbeperking van het individu en ontneming van identiteit werd gesproken van ‘soul murder’, ofwel zielenmoord.
Thema’s
De expositie in Peerke Donders Paviljoen bevat een zevental thema’s: gewin, geloof, gesel, gekleurd, gebrek, gebroken en gedeeld. Het laatste thema refereert aan de vraag: in hoeverre kunnen we spreken van een gedeeld slavernijverleden in Tilburg? Om deze vraag te beantwoorden organiseerde Peerke Donders Paviljoen een workshop onder leiding van Jenny Wesly en met medewerking van Noraly Beyer. De deelnemers spraken met elkaar over de thema’s van de tentoonstelling en over identiteit en ieders culturele bagage. Een van de conclusies was dat we – als Tilburgers / Nederlanders – allen op enige manier sporen meedragen van dit beladen verleden en daardoor deelgenoot zijn van deze ‘zwarte bladzijde’ uit de koloniale geschiedenis.
Zielenzorg & zielenmoord – Peerke Donders en de slavernij
27 oktober 2012 t/m 20 oktober 2013-
Pater Dondersstraat 20, 5011 XG Tilburg
geopend di. t/m zo.van 13.00 tot 17.00 uur
Boot met leerkrachten gestrand nabij Batavia
door Isaak Poetisi
De rivierboot ‘Peerke’ van het RK-Bisdom, is zondag gestrand bij het bedevaartsoord Batavia aan de Coppenamerivier. In de volbeladen boot zaten 22 volwassenen en enkele kinderen. Het gaat om leerkrachten, die met de start van het nieuwe schooljaar vandaag, vanuit Boskamp vervoerd werden naar Kalebaskreek, Corneliskondre en Donderskamp. Alle schoolleiders waren aan boord.
De boot voer aan de linkeroever toen op gegeven ogenblik een plank aan de zijkant losraakte, lek sloeg en flink water maakte. De bootsman was toen genoodzaakt om het licht hellende vaartuig te varen naar Batavia.
Vandaag verder
Het gat is in de late middag gedicht en de boot is doorgevaren naar Donderskamp. De leerkrachten blijven op Batavia overnachten. Vanochtend wordt de reis voortgezet met een andere boot. Zo een trip met de gammele en volgeladen boot duurt volgens de leerkrachten negen uren en is erg oncomfortabel.
“Het zou een ramp worden als de boot zou kapseizen”, zegt schoolleider Cornelis Langaman van de St Nicolaaskreek te Kalebaskreek aan Starnieuws. Van zijn school waren vijf van de negen leerkrachten op de boot. “Ik zat voorin en plotseling werd alarm geslagen dat die boot lekte, waardoor deze naar de ene kant helde”, zegt Langaman. “Ik zit met de handen in het haar”, verzucht zijn collega Rudiwaard Brank van de St Gerardusschool te Donderskamp. De onderwijzeressen vertikken het om verder te varen met deze boot.
Brank zegt dat die boot al drie jaar wordt gehuurd door het ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling bij het RK-Bisdom, de eigenaar van het vaartuig. De boot is wel voorzien van reddingsvesten.
[uit Starnieuws, 1 oktober 2012]
Slavernij-invloeden (I): De stem van de r.-k. kerk in de slavernij
door Tascha Samuel
In de indrukwekkende kathedraal staat pater Esteban Kross me te woord. Na een uur is het duidelijk dat Surinamers te weinig weten van de slavernij en de rol van de diverse kerkgenootschappen daarin. Pater Kross werpt de schijnwerpers op de rooms-katholieke kerk en hun houding tijdens de slavernij.
Rond 1667 nadat de Zeeuwen Suriname veroverd hebben, is Suriname een kolonie waar voornamelijk hervormde Calvinisten het voor het zeggen hadden. Gedurende de daarop volgende twee eeuwen is er een kleine kudde rooms-katholieken die totaal geen enkele zeggenschap hebben in de natie. Het is aan het einde van de 15e eeuw wanneer Colombus de Amerika’s heeft ontdekt. Het tot slaaf maken van de inheemse bevolking wordt door de katholieke kerk formeel afgekeurd. Als de kolonisten dan overgaan tot het aankopen van slaven van de Afrikaanse moslims, is het hek van de dam. De katholieke kerk houdt heel lang voet bij stuk, maar de zucht om goud en winsten is enorm groot. “Als strafmiddel had de kerk gesteld dat slavenhouders geen absolutie mochten krijgen. Dat is de biecht voor het vergeven van zonden en vooral bij het sterven ook het toedienen van de laatste sacramenten.
Voor de mens van toen was het een vreselijke gedachte dat men mogelijk zou sterven zonder absolutie. Er werd zelfs met excommunicatie , uitzetting uit de kerk gedreigd, maar dat mocht niet baten. Als de kerk uiteindelijk zwicht onder het gewicht van de economische belangen stellen zij wel voorwaarden aan het houden van slaven. Zo zouden slaven menswaardig behandeld moeten worden en de zondag vrij moeten hebben. De kennis van Christus vrijwillig bijgebracht moeten worden; in de gelegenheid gesteld worden zich te laten dopen en het ter besschikking stellen van onderwijs en gezondheidszorg” , legt Kross uit. In hoeverre er daar echt invulling aan werd gegeven, hangt van elke slavenhouder af. “Maar dat had wel als gevolg dat je als slaaf wel liever bij een rooms-katholieke of joodse slavenmeester terecht wilde komen. Want die waren algemeen bekend als humaner in hun opstelling naar de laven toe. Zij bemoeiden zich met de slaven”.
Volgens Kross was ook het brengen van het evangelie naar de slaven vrij mild. “Het is de mening van de r.-k. kerk dat God zelf zijn eigen methoden heeft om mensen tot verlossing te brengen. Er was geen zware drukstelling waardoor uiteindelijk velen zich lieten dopen en room-katholiek werden. Surinaams had in feite een hervormde natie moeten zijn, maar het was de ‘wet’ van de toenmalige Calvinisten dat de ‘zwarten’ het niet nodig hadden God te leren kennen.
“Mensen in vrije beroepen zoals verpleegsters, onderwijzers en later mensen als Petrus Donders hebben felle kritiek geuit op de gruwelijkheden van de slavernij. Petrus Donders schreef ‘Wee voor de blanken als God zijn oordeel over hen uitstort want zij verkrijgen hun rijkdom met het bloed en ellende van de slaven.’ Hij gaf aan dat het vee in Nederland beter werd behandeld dan de slaven in Suriname. Hij gaf ook aan hoe hij hoorde hoe slaven tegen een geringe vergoeding gegeseld werden bij het politiebureau zonder opgaaf van reden. Toen er meer r.-k geestelijken werden toegelaten namen ze het vaker op zich om de slaven op te kopen en hen dan vrij te stellen.
[uit de Ware Tijd, 25 juni 2012; fouten verbeterd]
Gwasi siki: Levensverhalen van Surinaamse mensen die lepra hebben gehad
door Joop Vernooij
De Brabantse dagbladjournalist Paul Spapens heeft samen met beroepsfotograaf Jan Stads een mooi tekst- en fotoboek uitgegeven onder de titel Gwasi siki. Levensverhalen van Surinaamse mensen die lepra hebben gehad.
read on…Tentoonstelling en boek over lepra in Suriname
door Hugo den Boer
De opening van de tentoonstelling Lepra anno nu. In de voetsporen van Peerke Donders vond op 14 april j.l. plaats in het Peerke Donders Museum te Tilburg, Nederland geopend. Tegelijkertijd vindt op dezelfde plaats de presentatie van het boek Gwasi siki plaats. Dat de activiteiten niet in Suriname, maar in Tilburg zijn, blijkt bij nader onderzoek niet zo vreemd.
De samenloop is geen toeval: de expositie bestaat voor een deel uit beeldmateriaal dat in het boek is gebruikt. Daarnaast helpen boek en expo elkaar aan extra wederzijdse media-aandacht. Ze vertellen het indrukwekkende verhaal van hoe mensen met de verschrikkelijke ziekte lepra erin slagen om een menswaardig bestaan op te bouwen. De impact die de ziekte had en nog steeds heeft op lichaam en sociaal leven, wordt duidelijk gemaakt in woord en beeld.
Tilburg en Suriname
Tilburg en Suriname zijn al bijna twee eeuwen lang intensief met elkaar verbonden. Eén van de bekendste en meest gewaardeerde Tilburgers is Peerke Donders die een groot deel van zijn leven heeft doorgebracht in Suriname waar hij 27 jaar lang zorg verleende aan leprapatiënten in leprozerie Batavia.
Door een gesprek met Trees Rado die haar levensverhaal vertelde, hoe zij met de gevolgen van de ziekte lepra omgaat, kwam schrijver Paul Spapens op het idee om ‘Lepra in Suriname’ in boekvorm vast te leggen.
Daarnaast waren het de Fraters van Tilburg en ook de zusters van Tilburg, beter bekend als de zusters van Liefde, die hun werkterrein hadden in Suriname. De zusters van Liefde legden zich ook toe op de zorg aan leprapatiënten. De laatste drie fraters van Tilburg hebben Suriname in februari dit jaar verlaten. Lidewijde van Doorn en Corrie Langermans zijn de laatste zusters van Liefde die hun oude dag genieten in Suriname.
Vooromslag van het boek Gwasi siki dat in Tilburg is gepresenteerd bij de opening van de tentoonstelling ‘Lepra anno nu, In de voetsporen van Peerke Donders’. De aangetaste vingers van Herman Narain, één van de karakteristieken voor vele ex-leprapatiënten.
Peerke Donders en lepra
Het Peerke Donders Museum in Tilburg werd op 27 oktober 2009, de tweehonderdste geboortedag van deze zaligverklaarde geopend. Het museum heeft een tweedelige tentoonstelling. Enerzijds wordt permanent het leven van Peerke getoond. Daarnaast is er ieder half jaar een wisselexpositie, die steeds is gebaseerd op één van de zeven werken van barmhartigheid. Deze universele waarden zijn onder meer het voeden van hongerigen en het te drinken geven aan dorstigen. Vanaf vandaag is het thema: Het verplegen van zieken. In het licht van het werk van Peerke Donders was toen de relatie met de ziekte melaatsheid of lepra direct gelegd.
Boek Gwasi siki
Het boek Gwasi sikivan schrijver Paul Spapens en fotograaf Jan Stads kwam eergisteren vers bij de drukker vandaan en toont de ziekte lepra in meerdere facetten. In november 2011 kwam Spapens samen met fotograaf naar Suriname om interviews af te nemen en beeldmateriaal en overige informatie te verzamelen. De productiekosten van het boek zijn gefinancierd door de Nederlandse leprastichting. Naast ex-leprapatiënten is er ook een huidige patiënt en een oud-verpleger in het boek opgenomen.
Fascinatie
Spapens had al langere tijd een band met Suriname. “Als journalist verdiepte ik mij in de ontkerkelijking in Nederland en zag daarbij de opvallende tegenbeweging namelijk de toenemende bewondering voor de persoon van Peerke Donders. Een man die zich inzette voor de achtergestelden in de samenleving. Hij is een symbool van de mondiale samenleving. Ik zette mij in die tijd ook in voor het werven van fondsen voor de restauratie van de kathedraal van Paramaribo. Tijdens de reis van Spapen in 2010 in verband met de ingebruikname van de gerestaureerde kathedraal werd hij geconfronteerd met het levensverhaal van ex-leprapatiënt Greet Rado. “Ik raakte gefascineerd door de wijze waarop de mensen met hun situatie omgingen en een voorbeeld zijn voor anderen.” Het bracht hem op het idee om terug te keren om haar verhaal en dat van andere ex-patiënten op te tekenen. “Wat mij opviel is de waardigheid van deze mensen. Ik werd getroffen door de enorme wilskracht om iets van het leven te maken. Dat sprak tot mijn verbeelding en wilde het vastleggen om voor anderen als voorbeeld te laten dienen.” De foto’s in het boek zijn de onmisbare illustratie van het leed en de situatie waarin de ex-patiënten moeten dealen met de verminkingen die de ziekte heeft achtergelaten. ‘Bij mij heeft het ook diepe indrukken achtergelaten als ik daarnaast ook nog hun veelal slechte huisvesting en ontoereikende hulpmiddelen noem.”
Lepra niet ten einde
Dat de ziekte Lepra nog niet is uitgeroeid in Suriname bewijzen de cijfers van de afdeling Dermatologie van ’s Lands Hospitaal. Huidspecialist Lesley Sabajo zegt, dat er jaarlijks zeker tussen de 40 tot 50 nieuwe gevallen in Suriname worden vastgesteld. De ziekte is nu goed te behandelen en als het in een vroeg stadium wordt ontdekt, zijn de lichamelijke gevolgen weinig tot geen. Dit in tegenstelling tot vroeger toen mensen werden verpleegd, zonder dat er een afdoend medicijn was. Cornelis Terborg, die 80 jaar geleden in leprozerie Groot Chattillon begon te werken tot aan zijn pensionering, kan hierover meepraten. Welke impact de ziekte had op hun lichaam vanwege de wonden, maar ook op hun sociale leven, omdat ze geïsoleerd moesten leven.
Lepraonderzoek bij Donders
In het kader van studie naar de verschillende wereldziektes waar lepra onder valt, is er een onderzoek gepland naar de mogelijke besmetting die pater Donders tijdens het verzorgen van de leprapatiënten mogelijk heeft opgelopen. Hiervoor zal zijn graf worden geopend om een tand te verwijderen, waarmee de besmetting kan worden vastgesteld. Terborg vindt dat de besmettelijkheid van de ziekte niet moet worden overdreven. “Het is geen gevaarlijke ziekte, maar als je het eenmaal hebt, is het wel heel erg. Mijn vader zei me altijd: “Je hoeft er niet bang voor te zijn.” “En je ziet het, na 80 jaar heb ik het nog steeds niet. Echter voor de mensen die het hadden, was het wel lastig.”
Zowel het boek alsook de tentoonstelling zullen naar Suriname worden gehaald. Het boek dat in Nederland al in de boekhandel verkrijgbaar is, wordt ook via de boekhandels in Suriname te koop aangeboden. Alle mensen die een interview afstonden voor het boek, krijgen een exemplaar.
Tentoonstelling Suriname
De tentoonstelling wordt over een half jaar ‘gepost’ naar Suriname om een plaats te krijgen in het Peerke Donders Museum aan de Henck Arronstraat onder gebracht in het Bisschopshuis.
[uit de Ware Tijd, 14/04/2012]
Fototentoonstelling Peerke Donders
Schrijver en Peerke Donderskenner Paul Spapens ontpopt zich ook als tegenwoordig ook als fotograaf. In Tilburg is tot en met zondag een tentoonstelling te zien met foto’s die Spapens schoot tijdens zijn pelgrimsreis in het kader van herinzegening van de kathedraal in Paramaribo.
Peerke Donders, de Nederlandse priester die zorg droeg voor de melaatsen in Suriname, is niet alleen in Suriname populair, ook in zijn geboortestad wordt de weldoener geeerd. Niet alleen in gedachten maar ook in een straatnaam en een heus eigen cafe. Niet vreemd dus dat Spapens Cafe Peerke Donders aan de Pater Donderstraat koos als expositieruimte, vlakbij het geboortehuis van de zalige.
De jaarlijkse pelgrimage van Tilburg naar Suriname had dit jaar een extra bijzonder karakter omdat, naast de herinzegening van de Sint Petrus en Pauluskathedraal , er ook een nieuwe kapel met daarin een graf van Donders werd ingezegend.
De foto’s van Paul Spapens zijn tot en met zondag 16 januari te zien.
[ontleend aan RNW]
Stoffelijke resten Peerke Donders bijgezet
In de gerestaureerde Sint Petrus en Paulus kathedraal van Paramaribo zijn de stoffelijke resten van Petrus ‘Peerke’ Donders afgelopen zaterdag bijgezet. De priester uit Tilburg wijdde een groot deel van zijn leven aan het helpen van melaatsen in het plaatsje Batavia in Suriname. In 1982 werd hij door de Paus zalig verklaard.
Afgelopen zaterdag werd de verzegelde kist uit het oude graf getild. Nadat de kist was ontdaan van stof werd hij in de nieuwe tombe gelegd. Bisschop De Bekker strooide wat grond uit Batavia op de kist waarna de aanwezigen hun hand op de kist legden.
Film over Peerke Donders
De film vertelt het verhaal van Petrus Donders die het grootste deel van zijn leven in Suriname leefde om de armen te helpen. De makers hebben, door brieven de brieven die hij schreef, zijn verhaal kunnen vertolken in een prachtige film waarin zijn invloed in het verleden maar zeker ook in het heden duidelijk aanwezig is. Voor een bijdrage van 3,50 euro is iedereen van harte uitgenodigd.
De film van Peerke Donders wordt aangeboden door de filmcommissie die iedere tweede dinsdag van de maand een film draait met een bijzonder thema. Wie iedere maand gegarandeerd wil zijn van een plekje tijdens deze bijzondere voorstelling, kan gebruik maken van de passe-partout. Zo kijk je vier films voor slechts 12 euro. Dit halfjaar is dat ‘Helden van deze tijd’. Bovendien zal er bij elke film een hapje zijn uit het land waar de film over gaat.
Het Ronde Tafelhuis is een interreligieus ontmoetingcentrum en biedt onderdak aan verschillende religieuze en culturele groeperingen die op zoek zijn naar huisvesting voor hun activiteiten, elkaar willen ontmoeten en ervaring uitwisselen. De filmavonden zijn een initiatief van Bibliotheek Wagnerplein, Parochie Heikant en het Ronde Tafelhuis.
De zaal is open voor bezoekers vanaf 19.00 uur in het Ronde Tafelhuis aan de Haendellaan 40. U kunt zich aanmelden via reserveringen@rondetafelhuis.nl of bij Hélène Vos 06-20580392
Tekeningen Peerke strip naar Stadsmuseum
Rihana Jamaludin
De tekeningen van de Peerke Donders strip ´De Grote Kleine Man´ zijn overgedragen aan het Stadsmuseum Tilburg. Bij de zaligverklaring van Petrus Donders in 1982, werd in Paramaribo een stripboek uitgegeven over het levensverhaal van deze dappere man.
Pater Donders (1809- 1887) heeft in Suriname zijn leven gewijd aan het verlichten van de nood van de melaatsen in het ballingsoord Batavia. Een leven van liefde en mededogen, van nederigheid en zelfopoffering.