blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: digitalisering

Seminar: Digital poetics and the present

University of Amsterdam, December 9-10, 2011.
Key-notes: Jan Baetens, Rita Raley and Roberto Simanowski.

read on…

Lantamentu di katibu na Boneiru

Lantamentu di katibu na Boneiru
Outor: Bòi Antoin
Lees de hele tekst op Caribseek, klik hier

Documentencentrale IISR

IISR wil een digitale documentencentrale opzetten waarbij scripties, werkstukken en papers die normaal niet gepubliceerd worden beschikbaar komen voor een groot publiek. De documenten worden dan via een documentencentrale van IISR ter beschikking gesteld.
De IISR documentencentrale is vooral geïnteresseerd in materiaal op de twee programmalijnen van IISR zoals die op haar website zijn uitgelegd: Koloniale geschiedenis en decolonizing the mind (thema 1) en De relatie tussen ras, klasse, etnische identiteit en natievorming in multiculturele samenlevingen met speciale aandacht voor diaspora gemeenschap (thema 2).

Mensen die materiaal hebben over deze thema’s waarvan ze denken dat die interessant zouden kunnen zijn, kunnen contact opnemen met info@iisr.nl

Project digitalisatie Bonaire krijgt vorm

Kralendijk — Teun de Bruijn van het erfgoedcentrum DiEP uit Dordrecht was deze week op Bonaire om een inventarisatie te maken van al het archiefmateriaal van FuHiKuBo, de stichting die door Bòi Antoin is opgericht om onder andere een collectie aan documenten, publicaties, en foto’s te beheren. Het digitalisatieproject begint vorm te krijgen.

In de nabije toekomst moet het mogelijk zijn om historische informatie over Bonaire op te zoeken op de website. FuHiKuBo heeft al een hoop historisch materiaal verzameld, zoals documenten, foto’s en tijdschriften, die allemaal gedigitaliseerd zullen worden. Samen met Bòi Antoin werken Mimoun Himmit en Marieke Knol van Mobiliteit in Muziek, dat in Dordrecht is gevestigd. Samen met het Plataforma Kultural hebben zij een project in Nederland gestart onder de naam ‘Bonbiní Bonaire’ en hiervoor verschillende fondsen benaderd. Teun de Bruijn bezocht FuHiKuBo, dat is gevestigd in Fundashon Cas Boneriano en hij ging ook naar het kantoor van Bonaire Communication Services N.V. (Extrá Boneiru), waar reeds audiocassettes worden gedigitaliseerd. Dat gebeurt door Ubaldo Anthony, terwijl Nicky Pietersz dit ook op Curaçao doet.

Donderdagmiddag meldde de eerste vrijwilligers zich om aanwijzingen te krijgen. Het zijn drie vrouwen die reeds ervaring hebben met het archiveren van werk omdat zij werkten op de afdeling Post en Archief van de overheid. Zij zullen beginnen met de duizenden foto’s, negatieven, kranten, documenten, boeken tijdschriften te archiveren die vervolgens naar Nederland gestuurd worden voor digitalisering.

[uit Amigoe, 9 juli 2011]

DiEP helpt bij digitaliseren van archief Bonaire

Kralendijk/Dordrecht — Het Erfgoedcentrum van Dordrecht DiEP gaat meewerken aan het digitaliseren en ontsluiten van het archief op Bonaire. “De stadsarchivaris van Dordrecht, Teun de Bruijn, brengt begin juli samen met de Dordtse cultureel ondernemers Mimoun Himmit en Marieke Knol van het bureau Mobiliteit in Muziek, een bezoek aan het eiland om het project voor te bereiden, zodat dit aan het eind van 2011 met financiële steun van onder meer de Mondriaan Stichting van start kan gaan”, meldt de website Dordrecht.net.

Erfgoedcentrum DiEP bestaat sinds 1 januari 2007 en is een samenwerking tussen het Stadsarchief Dordrecht en Bureau Monumentenzorg en Archeologie. Journalist en auteur Franklin ‘Boi’ Antoin heeft op Bonaire de afgelopen jaren een uitgebreide collectie aan Bonairiaans cultureel erfgoed, bestaande uit foto’s uit de 20e eeuw, videobanden, audiotapes, voorwerpen, boeken en documenten, opgebouwd. Het materiaal is opgeslagen in een ruimte van ongeveer zes bij vier meter en de bewaarcondities zijn verre van ideaal, waardoor de achteruitgang in de materiële staat goed te zien is, meldt de website.

Plataforma Kultural en Fundashon Históriko Kultural Boneriano hebben het initiatief genomen om het aanwezige materiaal te laten digitaliseren en te ontsluiten. Zij werken daarbij samen met Erfgoedcentrum DiEP, het Nationaal Archief in Den Haag en het Instituut voor Beeld en Geluid in Hilversum. De collectie zal het komende jaar worden geïnventariseerd en geconserveerd, waarmee het materiaal geschikt is gemaakt voor digitalisering. Vervolgens wordt het materiaal ontsloten voor een breed publiek.

In Dordrecht woont, volgens Dordrecht.net, het grootste aantal Bonairianen in Nederland en de stad heeft daarom een nauwe band met dit eiland. “Dit verklaart voor een groot gedeelte, dat het initiatief voor dit project in de oudste stad van Holland is genomen. De betrokken partijen voelen een sterke urgentie om het archief van Boi Antoin te behouden. Veel materiaal dreigt op termijn te vergaan als het niet op een duurzame manier wordt geconserveerd. Door het materiaal te digitaliseren kan het tevens worden ontsloten voor een breed publiek.”

Onder de bevolking van Bonaire bestaat grote interesse voor het archiefmateriaal. Europese Nederlanders kunnen door het materiaal meer te weten komen over hun nieuwe, bijzondere gemeente. Ook kan het materiaal worden gebruikt bij onderzoek en onderwijs op cultureel, muzikaal en historisch gebied.

[uit Amigoe, 25 juni 2011]

Can Poetry Save Lives?

 door Marije Koens

Al enige tijd geleden introduceerde het collectief The Electronic Disturbance Theater – bestaande uit de kunstenaars en academici Ricardo Dominguez, Brett Stalbaum, Amy Sara Carroll and Micha Cardenas – een controversiële telefoonapplicatie: The Transborder Immigrant Tool (TBT), een ‘safety tool’ die immigranten op veiligere wijze door de woestijn tussen Mexico en de VS helpt navigeren. Voor de applicatie heb je geen chique iPhone of BlackBerry nodig. Het enige waarover je moet beschikken, is een Motorola i455:

[…] the Motorola i455 cell phone, which is under $30, available even cheaper on eBay, and includes a free GPS applet. We were able to crack it and create a simple compasslike navigation system. We were also able to add other information, like where to find water left by the Border Angels, where to find Quaker help centers that will wrap your feet, how far you are from the highway […]. (Dominiguez in Vice Magazine)

Met behulp van GPS en het zogenaamde Virtual Hiker Algoritme van Brett Stalbaum is de applicatie niet alleen een eenvoudig navigatiesysteem, maar geeft het ook weer waar in nood verkerende immigranten water, snelwegen, grenspatrouilles en andere checkpoints kunnen vinden – ‘things to make the application really benefit individuals who are crossing the border.’ (Dominiguez in Vice Magazine). Zoals bekend sterven er jaarlijks nog honderden mensen in een poging de Mexicaanse grens over te steken. Eén van de motivaties achter het TBT-project is om de aandacht weer te vestigen op de humanitaire crisis die zich in het woestijngebied afspeelt. De actiegroep wil dat het immigratiedebat zich in de eerste plaats weer concentreert op de onnodige slachtoffers, op de onschuldige mensen die onder gruwelijke omstandigheden vechten voor hun leven. Hoe kunnen ‘illegale’ immigranten worden opgevangen en van humanitaire hulp worden voorzien?


De tool heeft veel aandacht gegenereerd (in BBC World, NBC, Fox News, en de UCSD Guardian). Tegenstanders vrezen dat de applicatie mensen stimuleert de oversteek te maken (geestig in dit verband is de opmerking van Fox-nieuwslezer Glenn Beck die in alle (geveinsde?) razernij en overdrijving van een ‘collapse’ van de Amerikaanse natie spreekt, zie dit filmpje). De makers benadrukken echter dat hun creatie in de eerste plaats een ‘safety tool’ is, ‘not trying to resolve the political anxieties of these communities or resolve the inadequacies of a fictional border for a so-called free-trade community. Again, our position is that it’s not a political resolution; it’s a safety tool.’

Interessant is dat de mogelijkheden van de applicatie hier nog niet ophouden. Tijdens het navigeren kunnen de vluchtelingen ook luisteren naar poëzie. Niet zomaar poëzie, maar poëzie over primaire levensbehoeften. “What constitutes sustenance?”, vraagt deze poëzie zich af. Via voordrachten – o.a. van Luis Alberto Urrea en Amy Sara Carroll – wil het collectief terug naar ‘utopian impulses of hospitality, freedom, justice, – and the aesthetic’. De gedichten brengen de luisteraar in een sfeer van gastvrijheid, gelijkheid, recht, van het esthetische. De poëzie ingezet om de reis, die niet alleen gevaarlijk, maar vaak ook ontzettend lang is, dragelijker te maken. Een poëtische interventie die op de tijd reflecteert en de ellende tracht te verlichten. Ik zou willen zeggen: digitale poëzie die zich niet alleen afspeelt op het scherm, maar een rol speelt in de wereld, die zich verzet tegen ‘the very conditions of life and death which are created by biopower’ (aldus Cardenas). In hoeverre ze daarin slaagt, kan ik gelukkig niet beoordelen. Het gebaar vind ik in ieder geval erg mooi. Het levert poëzie op die zich verhoudt ten opzichte van de misstanden in het Amerikaanse immigratiebeleid. Of in de woorden van de makers: het biedt ‘a biopolitical gesture, an experiment in Science of the Oppressed, a form of poetic sustenance and a media virus’.

[van De Amsterdamse lezing]

Surinaamse sportencyclopedie on-line

De eerste Surinaamse sportencyclopedie (1893-1988) van Ricky W. Stutgard is zojuist geheel on-line beschikbaar gekomen bi de DBNL. Daarmee is niet enkel dit naslagwerk doorzoekbaar, ook door het intikken van de namen van sporters op zoekmachines, komt men direct terecht bij het uit 1992 stammende werk van Stutgard.

Klik hier om de Surinaamse sportencyclopedie on-line te vinden..

Oproep van de DBNL aan auteurs

Aan auteurs die hun oudere titels willen onderbrengen in de DBNL (Digitale Bibliotheek Nederlandse Letteren)

Bijna dagelijks wordt de DBNL benaderd door auteurs met het verzoek of hun boeken en tijdschriftbijdragen op de site vermeld kunnen worden. Daarnaast zijn er ook tal van auteurs die spontaan hun teksten aanbieden om in de site te worden opgenomen.

Per heden wil DBNL aan dergelijke wensen ook uitdrukkelijker ruimte gaan bieden. Auteurs die graag hun teksten in de vorm van scans in de site opgenomen willen zien, hoeven alleen maar een exemplaar naar DBNL (Postbus 78, 2300 AB Leiden, Nederland) te sturen; in een begeleidend schrijven zal hij of zij dienen aan te geven dat de tekst beschikbaar is voor raadpleging in de DBNL onder de voorwaarden die daarvoor al sinds lange tijd van kracht zijn (zie http://www.dbnl.org/overdbnl/copyright.php).

De DBNL zal een en ander in een overeenkomst formaliseren. DBNL moet er daarbij van uit kunnen gaan dat de auteur daarvoor, voor zover nodig, ook toestemming heeft van de uitgever. Wil een auteur de beschikbaarstelling beëindigen, dan kan de overeenkomst eenzijdig opgezegd worden.

N.B. De wijze van scannen is ‘destructief’ wat zoveel inhoudt dat de rug van de boeken af gesneden wordt en het boek dus niet behouden blijft. Dit levert het beste resultaat tegen de laagste kosten op.

Website Cultureel Erfgoed bij Tropeninstituut

Het Koninklijk Instituut voor de Tropen, kortweg KIT of ook wel Tropeninstituut genoemd, in Amsterdam heeft onlangs een groot deel van haar culturele erfgoed gedigitaliseerd. Via hun website kunnen duizenden koloniale boeken, brochures en tijdschriften uit de periode 1600 tot 1950 die vooral gaan over de Antillen en Suriname, nu geraadpleegd worden.

Het is nog maar het begin want eind 2012 verwacht het KIT 1 miljoen pagina’s te hebben gedigitaliseerd. Dat is dan nog maar 40 procent van alle documenten die het instituut in haar bezit heeft en die voor publicatie in aanmerking komen.

‘Surinaamsche slavenliedjes’
Tilly Minnée is hoofd van de afdeling bibliotheek van het KIT en projectleider van de website Cultureel Erfgoed. Zij toont als voorbeeld een document waar een achttal ‘Surinaamsche slavenliedjes’ op staan. Het is een publicatie uit 1910, dus er wordt nog in oud-Nederlands geschreven.

Er is ook een document uit 1930 en dat bevat liedjes van de (voormalige) Nederlandse Antillen. Als je er op klikt is de tekst heel klein die maar kan volgens Minnée ‘uiteraard worden vergroot’. Zij zegt het zich te kunnen voorstellen ‘dat mensen op de Antillen zo’n liedje herkennen, met de bladmuziek erbij’.

‘Toegankelijk’
‘Belangrijkste doelstelling is het zo breed mogelijk toegankelijk maken in de landen van herkomst. In de voormalige kolonieën zoals Suriname, de Nederlandse Antillen en Indonesië zijn deze bronnen vaak slecht gedocumenteerd of zelfs helemaal niet meer aanwezig. En het gaat om een gedeelde geschiedenis”, zegt Minnée.

Het Koninklijk Instituut voor de Tropen (KIT) is één van de toonaangevende kennisinstituten voor onderzoek naar de gedeelde geschiedenis van Indonesië en Nederland, en van Nederland en Suriname en de Nederlandse Antillen. De bibliotheek van het KIT is in 2009 gestart met het digitaliseren van boeken, brochures en tijdschriften, die tot het koloniale culturele erfgoed behoren (de periode van 1600 tot ca. 1950).

Duurzaam
Met het initiatief draagt het KIT bij aan het duurzaam behoud van de originele bronnen en aan een optimale toegankelijkheid via internet, voor bijvoorbeeld wetenschappers, genealogie- onderzoekers en geïnteresseerden in de Nederlandse koloniale geschiedenis. Hiervoor lanceert het KIT haar website voor cultureel erfgoed. Het KIT biedt deze informatie aan zowel de professional als de gewone consument, zodat die gegevens voor een breed publiek toegankelijk zijn.

Projectleider Minnée benadrukt dat het initiatief is gesubsidieerd door de overheid en dat het KIT tot taak heeft om aan kennisuitwisseling te doen en het culturele erfgoed niet alleen ter beschikking te stellen aan de wetenschap, maar ook aan het grote publiek.

Selectie
Het gaat vooralsnog om een deel van de totale collectie en de projectgroep heeft een selectie gemaakt van unieke documenten en documenten die nog niet zijn gedigitaliseerd. Verder heeft het KIT uiteraard een leidende rol gespeeld, zegt Minnée, en als bepaalde onderwerpen de aandacht krijgen zoals bijvoorbeeld het slavernijverleden. Dat kwam breeduit aan de orde. Er is geen documentatie, zoals politiek getinte zaken, die ‘onder de pet worden gehouden’.

Tilly Minnée toont nog een titel uit het bestand, met als titel De negerslaven in de kolonie Suriname en de bevrijding van het christendom onder de heidense bevolking. Het is een document uit 1842 van de heer Teenstra. Een van de hoofdstukken gaat over ‘de brandstichting te Paramaribo door drie nog jeugdige negers’. Die staan ook bekend als verzetshelden in Suriname, zegt zij.

Zoekopties
De website biedt vele zoekopties, waaronder het zoeken op artikelniveau. Door deze mogelijkheid worden zeer veel artikelen uit historische tijdschriften en boeken zichtbaar, die niet eerder gemakkelijk waren in te zien, en toegankelijk voor zowel de professional als de consument. Er zijn nu al ruim 1500 titels integraal te doorzoeken. Het gaat dan om zo’n 300.000 pagina’s.

Drie eeuwen publicaties over onderzoek naar tropische ziekten, de handel en landbouw, maar ook het dagelijks leven en de afschaffing van de slavernij komen ruim aan bod. Zowel in tekst als in de vorm van oude foto’s en illustraties.

De site is formeel nog niet geopend maar u kunt die al wel bezoeken via de volgende link: www.kit.nl/erfgoed, of via de hyperlink in de rechterkolom op deze pagina onder KIT Erfgoed.

[van RNW, 20 mei 2011]

Early Dutch Books Online

Op donderdag 26 mei 2011 presenteren de Koninklijke Bibliotheek (Den Haag) en de bibliotheken van de Universiteit van Amsterdam en de Universiteit Leiden de databank Early Dutch Books Online. Rond de 10.000 in Nederland uitgegeven boeken met meer dan twee miljoen pagina’s uit de periode 1780-1800 zijn hiervoor gedigitaliseerd.

Op weg naar een onderzoekslaboratorium voor de Geesteswetenschappen

Early Dutch Books Online is een eerste stap in de richting van een omvangrijk digitaal onderzoekslaboratorium voor de Geesteswetenschappen, waarin onder andere alle in Nederland uitgekomen drukwerken en geschreven bronnen zijn opgenomen. Het project is een initiatief van de Koninklijke Bibliotheek en de bibliotheken van de Universiteit van Amsterdam en de Universiteit Leiden. Deze bibliotheken dragen zorg voor zeer omvangrijke collecties oude en kostbare boeken, manuscripten, archieven en brieven. Door deze collecties te digitaliseren en op grootschalige wijze samen te brengen leveren zij een essentiële bijdrage aan nieuwe vormen van onderzoek en onderwijs. Het project is gefinancierd door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW).

Een goed begin

Early Dutch Books Online maakt een start met deze digitalisering. Voor dit project is een selectie gemaakt van in Nederland gedrukte werken uit de periode 1780-1800. Vanuit praktisch oogpunt is gekozen voor in het ‘moderne’ lettertype Romein gedrukte teksten, die zeer geschikt zijn voor OCR (digitale optische tekenherkenning). Hierdoor kunnen alle teksten op woordbasis doorzocht worden. Inhoudelijk is gekozen voor de geschiedkundige, politieke, theologische en letterkundige werken. Zoekacties van wetenschappers zijn vooral hierop gericht. De uiteindelijke selectie bevat 10.000 boeken met ruim 2 miljoen pagina’s.

Revolutionaire jaren

Early Dutch Books Online maakt uniek historisch bronnenmateriaal beschikbaar uit de woelige tijd van de Vierde Engels-Nederlandse Oorlog, de Franse Revolutie en de Bataafse Republiek. In dezelfde periode bloeide de wetenschap en cultuur. De databank bevat beroemde werken uit de Nederlandse geschiedenis, zoals de briefroman Sara Burgerhart van Betje Wolff en Aagje Deken, de verhandeling over de elektriseermachine van Deiman en het verslag van de veldtochten van generaal Pichegru. Maar ook veel populair drukwerk, zoals griezelromans, toneelstukken, liedbundels, erotische romans, politieke teksten en wetenschappelijke verhandelingen, is te vinden. Alles wat de Nederlander eind achttiende eeuw bezighield, is nu voor iedereen toegankelijk.

Programma

16.00 uur Welkom door drs. Nol Verhagen, voorzitter stuurgroep Early Dutch Books Online, directeur Universiteitsbibliotheek UvA

16.10 uur De opmars van de e-humanities; Inleiding door prof. dr. Theo Mulder, directeur Onderzoek KNAW

16.20 uur ‘De heilrijke vruchten der volksverlichting’. Een nieuwe toekomst voor de Geesteswetenschappen? Lezing door prof. dr. Wijnand Mijnhardt, directeur Descartes Centre

17.00 uur Lancering website Early Dutch Books Online door drs. Halbe Zijlstra, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

17.15 uur Receptie

Locatie: Stadsgehoorzaal – Aalmarktzaal, Aalmarkt 7, Leiden

Deelname is gratis. In verband met het aantal beschikbare plaatsen vragen wij u zich uiterlijk 18 mei aan te melden. Dit kan door een e-mail te sturen naar: edbo@library.leidenuniv.nl, onder vermelding van ‘aanmelding lezing’ of telefonisch via het secretariaat van de universiteitsbibliotheek Leiden: 071-5272832.

Vanaf 27 mei beschikbaar: http://www.earlydutchbooksonline.nl

Jubileumjaren uit de geschiedenis van Suriname

Roomsch-Katholieke gemeente.
De tweede vestiging. Inrichting van het eerste kerklokaal.

Het jaar 1937 herinnert aan de tweede vestiging der Roomsch-Katholieke Missie, 150 jaren geleden. De eerste vestiging had plaats onder gouverneur Van Sommelsdijck en werd opgeheven na het overlijden van den laatsten der drie priesters: Fredericus van den Hofstadt, Thomas Fuller en Petrus Crol, in 1686.

In 1786 kregen de Katholieken, na herhaalde pogingen om de vrije openbare godsdienstoefening en erkenning als zelfstandige gemeente, vrijheid van godsdienstoefening, doch onder zeer beperkende voorwaarden.

De H. Congregatie tot Voortplanting des geloofs in Rome vaardigde inmiddels het besluit d.d. 28 Nov. 1785, waarbij zij, overwegende dat de R. Katholieken in de Nederlandsche kolonie Suriname verstoken zijn van kerkelijke bedienaren, om hun Sacramenten en andere geestelijke hulpmiddelen te verstrekken; wijders dat hun door de bestuurders der kolonie de vergunning is verleend, om vrijelijk den katholieken godsdienst uit te oefenen, besloot de Surinaamsche Missie in te lijven bij de Hollandsche Missien en twee seculiere of reguliere priesters hierheen te zenden.

17 October 1786 landden de priesters Albertus van Doornik en Adrianus Kerstens te Paramaribo.

Zij kochten een huis aan de Wagenwegstraat van den kommandant der troepen, later gouverneur-Gen., J.F. de Frederici.

Het benedenhuis werd als pastorie gebruikt en boven werd kerk gehouden.

1 April 1787 werd de eerste plechtige Mis met inwijdingsrede in de nieuwe kerk gehouden.

Op 16 Augustus van hetzelfde jaar werd door het Hof beschikt dat dit gebouw van huurwaarde vrijgesteld zou zijn, zoolang het voor kerkelijke diensten werd gebruikt.

Na de sluiting der kerk andermaals – vermoedelijk 1 Maart 1793 – vertrok pastoor Eeltjens naar Nederland en werd de pastorie verhuurd. Het pand is later verkocht aan S. van Lierop, die het verbouwde, en is thans eigendom van de Hervormde kerk.

[uit De Gids; Almanak voor Suriname 1937. Paramaribo: A.W. Marcus, 1936. Nu integraal gedigitaliseerd opgenomen in de Digitale Bibliotheek Nederlandse Letteren]

Caraïbische fotocollectie Fraters van Tilburg nu op internet

Ruim 30.000 foto’s uit Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen zijn vanaf april beschikbaar op internet. Het gaat om de collectie van de Fraters van Tilburg. Het gaat om een interactieve databank, waarbij bezoekers informatie kunnen toevoegen of herinneringen kunnen delen. .

Het ‘Caraïbische’ deel van de fotocollectie bevat afbeeldingen die tussen 1886 – het jaar waarin de eerste drie fraters naar Curaçao vertrokken – en ergens aan het einde van de twintigste eeuw zijn gemaakt. De tienduizenden foto’s vormen een schat aan beeldmateriaal. Van Suriname en de Nederlandse Antillen is slechts een beperkte hoeveelheid historisch beeldmateriaal bewaard gebleven. De uitgebreide collectie van de Fraters van Tilburg is een zeer welkome aanvulling en een belangrijke bron voor onderzoek. De Caraïbische foto’s werden vaak door de fraters zelf gemaakt, maar ook is er in de collectie werk te vinden dat afkomstig is van beroepsfotografen of fotobureaus. De ‘amateurkiekjes’ werden geschoten bij allerlei feestelijke gelegenheden (zoals kloosterjubilea en feestdagen) bezoeken, tijdens excursies en uitstapjes. De lokale bevolking, maar met name de fraters zelf en de omgeving waarin zij werkten, zijn erop vastgelegd. Zo geven ze inkijk in de scholen en het leven in de fraterhuizen. Een potje kaarten in de recreatiezaal van een fraterhuis, genoeglijk met een groepje medefraters een drankje nuttigen, genieten van een sigaar, dergelijke alledaagse beelden werden ook gefotografeerd. In zekere zin heeft de verzameling wel iets weg van een familiealbum, dat foto’s bevat van leuke en gedenkwaardige momenten waarop de eigen familie en andere naasten zijn afgebeeld. Er waren verschillende fraters die uitstekend konden fotograferen, zoals frater Arnoldo Broeders, één van de eerste natuurfotografen op Curaçao. De nadruk ligt wat meer op de Antilliaanse geschiedenis en de foto’s die daaraan gekoppeld kunnen worden. De redenen hiervoor zijn divers: de fraters hebben een langere periode op de Antillen doorgebracht dan in Suriname, het frateronderwijs breidde zich in Suriname maar weinig uit in vergelijking met dat op de Antillen, én de fraters waren op Curaçao meer vertegenwoordigd dan in de andere missiegebieden waar zij werkzaam waren. De collectie is toegankelijk via www.caribischerfgoed.nl

[uit Starnieuws, 24 maart 2011]

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter