blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Codfried Arlette

Suriname gaat ten onder aan domheid (II)

door Arlette Codfried

We beweren een land te zijn die opvalt door zijn multiculturaliteit en dat we in vrede met elkaar leven. Is Suriname het enige multiculturele land ter wereld waar ze ‘in vrede’ met elkaar leven? Leven we in vrede met elkaar ? Is er ooit onderzoek gedaan naar Suriname en haar vele culturen en vredelievendheid? Is er beleid op dat stuk? Komt er ooit beleid op dat stuk? Zijn er mensen in Suriname in staat te verklaren wat Suriname uniek maakt?

Met andere woorden: waar zijn onze denkers en als we kijken naar wat naar voren treedt als denkers, kunnen ze goed denken? Hoe moeten we dit oplossen? Komen ze geloofwaardig over, kunnen ze hun idee ‘verkopen’?

We hebben braindrain. Wie schrijft voor dat we dat moeten accepteren als een voldongen feit en onszelf de gelegenheid ontnemen onze hersenen zelf te trainen en in te zetten voor de opbouw van ons land? Waarom vlucht ons intellect uit ons land? Heeft een Surinamer dat ooit onderzocht en opgelost?

We hebben wetten waar we ons aan zouden moeten houden, we hebben ze immers zelf bedacht als positieve incentive voor ons volk. We hebben een regeervorm die voorschrijft dat iedereen mag deelnemen aan het bedenken en uitvoeren van vraagstukken waarmee ons land wordt geconfronteerd. Hoe staat het daarmee? In de Sasur kwestie zijn er een paar dingen die opvallen. Er zijn geen auteursrechten specialisten in Suriname. De wet is van 1913, stamt dus uit een tijd toen er nog geen film, video, radio, televisie of computerprogrammas waren. De wet is nooit aangepast en er zijn geen deskundigen die weten wat moet gebeuren op dit stuk. Het veld is niet geinteresseerd genoeg om de materie te begrijpen laat staan op te lossen. Je kan alles leren en dat geleerde gebruiken om je problemen op te lossen. We leven dus niet in vrede met elkaar.

Suriname is gewild in het buitenland. Hoeveel nobelprijs winnaars heeft Suriname voortgebracht om maar niet te spreken van internationale naam en faam door bijdragen van Suriname op geen enkel gebied.

We koken lekker. Hebben we getrainde koks die zich hebben verdiept in de Surinaamse keuken? Het hebben gedefinieerd en gecultiveerd en geinnoveerd en bovendien beroemd hebben gemaakt in de wereld? Is er een franchise van ons ‘unieke’ voedsel ergens in de wereld behalve in ons eigen land waar de meeste restaurants namaak gerechten verkopen omdat niemand het recept kent en dus kan koken, laat staan verkopen.

Onze kinderen moeten onze boeken lezen en leren daaruit. Wat is Surinaamse literatuur? Wanneer is het begonnen? Hebben we literaci in Suriname die dat weten? Hoe komt het dat we niet lezen? Weten we wel hoe we dit probleen grondig moeten uitbannen?

Zijn onze pogingen tot nu toe wel toereikend en is er iemand die zich daarin heeft verdiept en het ons kan zeggen. Anders blijven we dom bezig en raken we alleen maar verder achter en worden we dommer. Want literatuur is de iedeëenpool van een land omdat literatuur origineel, zelf bedacht en verantwoord is. De geestelijke voeding.

Wat geven wij ons volk te eten?

Wat doen we met producten die we nodig hebben? We importeren alles. Is er niemand in Suriname wijs genoeg om producten te bedenken en maken die we elke dag nodig hebben en voor werkgelegenheid en geld verdienen kan zorgen. Bijvoorbeeld: auto industrie, benzine industrie, water industrie, schoenen industrie en zelfs toiletpapier importen we. Al het geld van ons geven we daarmee weg. Heeft iemand ooit gedacht iets te ontwerpen dat alleen aan Suriname toe te schrijven is? Waarom zijn zoveel mensen slecht opgeleid en onproductief in Suriname? Wie zegt dat Surinamers verplicht zijn via buitenlands kapitaal en kennis te functioneren? Kunnen we o.a. niet ons eigen goud winnen op onze eigen manier die voordelig is voor ons millieu, ons volk en onze inkomsten? Kwik in het milieu is negatief, is de oplossing niet machines te bouwen die het goud op een veilige en efficiente manier uit de grond halen en vooral onze goudzoekers scholen in het goudwinnen? Is er iemand in Suriname die dat kan doen en zich erin heeft verdiept?

We komen altijd te laat. Waarom berekenen we onze tijd niet beter? Waarom zijn we trots op onze Surinaamse tijd? Wat voor bijdrage leveren we aan de wereld met ons gedrag?

Surinamers zijn gezellig en populair bij buitenlanders. Is dit ooit wetenschappelijk onderzocht? Is het om te beginnen waar? Wat is de waarheid over Surinamers en ons land? Staan we niet bekend als drugsdoorvoerland, mensen met een criminele instelling, arm en dom. We komen op CNN met ons jaarlijks pagarafestival terwijl die van andere landen niet alleen mooi maar ook veilig zijn. Bij ons is het gevaarlijk en daarom wereldberoemd. We lopen elk jaar het risico onze historische binnenstad te verbranden. Het zijn de meest gewone bombels. Dus rook en lawaai. Bovendien zijn de pagaras niet door ons zelf gemaakt en dragen we niets bij aan het oudejaarsplezier in de wereld. We stellen alleen onszelf en onze gasten bloot aan gevaar. Het bewijst ook niet dat we de beste organisatoren van feesten zijn ter wereld.

En zo kan ik nog uren doorgaan met het blootleggen van het probleem van Suriname om steeds tot de conclusie te komen dat we mooi maar dom zijn en gaan afglijden naar een toestand van diepe armoede en onderontwikkeling. Dus alleen maar grotere problemen.

Opo kondreman oen opo kong meki we bow kondre.

[verschenen op de site van de Schrijversgroep ’77, 22 januari 2012]

Suriname gaat aan domheid ten onder (I)

door Arlette Codfried

Laat me met een recent voorbeeld beginnen. Er is een leerprogramma dat leidt naar toetsmomenten. Elk onderwijsinstituut werkt op zo een manier. Als onderwijzer wordt je geacht dat programma te beheersen en over te brengen op je leerlingen. Je moet als mens dus die vaardigheden ontwikkelen en onderhouden om ze steeds beter te kunnen overbrengen op de leerlingen. Dat vereist discipline en het stellen van eisen aan jezelf. Als onderwijzer moet je sterk zijn in vakkennis en algemene kennis van de wereld om je heen, je sociaal gevoel moet ontwikkeld zijn om te kunnen praten en uitleggen met alle aandacht voor de leerling. Je moet kunnen luisteren naar de vragen van de leerlingen en inspelen op hun specifieke behoeften. Je moet goed kunnen lezen en schrijven dat houdt in begrijpen en kunnen beredeneren van je vakinhoud en algemene kennis. Je moet feiten en waarschijnlijkheden van elkaar kunnen onderscheiden om je vak goed over te dragen. Je moet kunnen analyseren en beoordelen. Wat zie je in de praktijk?

Als kind moet je leren. Alles moet je leren want alles is nieuw en je bent van een heleboel feiten niet op de hoogte omdat je ze nog niet hebt geleerd. De eerste mensen waar je van leert zijn je ouders of, helaas te vaak, andere verzorgers. Als ouder is je eerste taak je kind dingen te leren want je zal zolang je kind geboren is en leeft willen dat het goed overleeft. Is niet daarom maken we kinderen? Om het leven voort te zetten en zo als soort te overleven.

Dus leer je kinderen. Er is zoveel in de wereld waar je als mens tegen aan kan lopen. Bereid je kind voor op de omringende wereld. Stuur je kind naar school als het de daarvoor bepaalde leeftijd heeft bereikt. Schep omstandigheden in je leven die gericht zijn op groei dus ontwikkeling.

Van nature heeft elk kind de inclinatie om te leren overleven. Er zijn allerlei theorieen over wat mensen zijn en hoe ze op aarde wonen. Feit is we zijn mensen en we wonen op aarde. We moeten overleven op aarde. We hebben onszelf ook nog de verantwoordelijkheid gegeven over stukjes grond waar we ons aan gecommiteerd voelen omdat wij er zijn geboren of wonen.

Terug naar de kinderen. De leerlingen op school. Onze kinderen, onze toekomst. We kopen kleren, schoenen, schriften, schrijfgerei voor ze. We geven ze de mooiste kapsels. We verzorgen het financieel meest haalbare transport. We geven ze een telefoon voor noodgevallen. Kortom we geven het kind alles wat uiterlijk nodig is voor een vlotte schoolgang maar wat geven we ze innerlijk als leerling me? Met andere woorden hoe hebben we ze opgevoed en zijn we ze blijven opvoeden en hoe hebben wij, als oudere mensen ons gedragen in deze tijd? We weten dat een groot deel van leren bestaat uit nadoen. Dus je moet je goed realiseren dat alles wat jij doet de kinderen ook zullen doen. Kinderen blijven massaal zitten en slagen niet erin voldoende leerprestaties te leveren. Hoe komt dat, vraagt iedereen zich af zonder een blik naar zichzelf te werpen en toe te geven dat we aan het onderpresteren zijn. Je geeft naar het kinderboekenfestival wel geld mee voor de pauze maar niet om minstens één zo niet meer boeken te kopen. Er is geen enkel boek in je huis te vinden maar je hebt wel een stereoinstallatie en kent alle liederen van je favoriete zangers uit je hoofd maar je praat je eigen taal niet eens voldoende terwijl je op school hebt geleerd dat lezen een overlevingsstrategie is die voeding biedt aan het groeiproces. Toch volg je dat advies niet op. Je leert je kinderen geen sociale vaardigheden en als je kind hetzelfde verkeerde gedrag op school vertoont sla je kind en soms ook onderwijzer. Je luistert nooit naar wat anderen zeggen tegen je over van alles en nog wat. Soms hebben mensen zich ergens in verdiept dat wil zeggen ze hebben er over nagedacht. Ze hebben zich erover laten informeren. En dan vertellen ze het aan anderen omdat mensen dat moeten doen om te overleven, en je hebt mensen die niet nadenken en niet luisteren naar zichzelf om maar niet te spreken naar wat een ander zegt. Ze vormen een kromme of onvoldoende gegronde mening die niet gebasseerd is op feitenkennis maar op gissingen. Ze zijn ook niet erin geinteresseerd om dingen goed aan te leren. Feiten, principes, logica, de werking van dingen.

Het gaat allemaal aan ze voorbij. In plaats daarvan houden ze zich bezig met dingen die ze nergens brengen en hun kinderen nemen dat gedrag keurig over omdat ze daarmee geconfronteerd worden en het nadoen. Dus, congestie in het onderwijs. De meerderheid van Suriname is dom als ik kijk naar het scholingsniveau en carrierenieveau. En in plaats van te proberen het niveau dus op te trekken investeren we in meer lokalen want de klassen zijn groot. Wie heeft dit probleem gecreëerd en hoe gaan we het nou oplossen? Omdat we met z’n allen te dom zijn om het op te lossen, en dat blijkt uit het feit dat het probleem nog steeds niet is opgelost, blijven we dat verkeerde patroon herhalen en groeien we niet terwijl er verder niets mis is met onze menselijke vermogens. We doen dingen automatisch zonder er dieper over na te denken en de juiste handelwijze aan te leren. We geven onszelf niet de gelegenheid dingen in ons op te nemen. Op de hoogte te zijn van wat de feiten zijn, wat je moet weten om mee te kunnen denken, vormen, opvoeden, voorbeeldig gedrag vertonen. Congestie opheffen. Je land ontwikkelen.

We hebben allerlei talen in Suriname. Waarom leren we ze niet beheersen?

We vinden nederlands moeilijk en vervelend maar torpederen zelf elke poging dat te veranderen. We hebben na al die jaren geen andere talen leren beheersen en we geven nederlands de schuld van onze gebrekkige taalkennis. Ons onderwijs haalt de internationale normen niet. Het is een groot verlies voor ons en onze toekomst. Want als onze kinderen nu al onderpresteren hoe zal dat gaan als ze nu carrierre gaan maken en ons land naar grotere hoogten moet leiden. Ik voorzie op dit moment grote ellende.

Als Surinamers zullen we keihard moeten investeren in persoonlijke groei en daarmee ook algemeen nuttige groei. Wat is belangrijker dat onze kinderen de rivieren kennen of de nieuwste hit van Damaru? Wat gaat dat kind beter voeden later als het groot is? Wat is belangrijker dat je 2 BMW’s in je garage hebt of dat je schenkt aan een algemeen sociaal doel of dat je kaviaar eet terwijl 90 % van de mensheid gedwongen is rijst te eten om op dezelfde aarde te overleven. Wat is zo belangerijk aan een virtueel programma terwijl je niet eens de naam van je buren kent? Dus we moeten gaan kijken naar ons eigen gedrag. We hebben het vermogen dat te veranderen. En dan zullen onze kinderen zich anders gedragen en zullen we een goed ontwikkelt land kunnen overdragen aan weldenkende en functionele mensen. Anders vrees ik dat Suriname aan domheid ten onder zal gaan.

[verschenen op de site van de Schrijversgroep ’77, 21 januari 2012]

Nieuw bestuur Schrijversgroep ’77

Op woensdag 27 juli is in een Bijzondere Algemene Ledenvergadering bij acclamatie een nieuw bestuur gekozen. Het bestuur bestaat uit 7 leden t.w. Ismene Krishnadath (voorzitter), Arlette Codfried (ondervoorzitter), Jeffrey Quartier (penningmeester), Andy Plak (secretaris), Robbie Parabirsing (lid), Kadi Kartokromo (lid) en Sylvana Dankerlui (lid). De verkiezing werd geleid door de verkiezingscommissie bestaande uit Nelius Codrington, Sombra en Alphons Levens. Helaas kon Sylvana Dankerlui  vanwege ziekte niet lijfelijk aanwezig zijn bij de verkiezing. Na de verkiezing volgde een uitgebreide fotosessie om het pas gekozen bestuur te vereeuwigen voor de komende generaties van S’77. Van het nieuwe bestuur is te verwachten dat het de huidige trend in S’77 van groei van activiteiten en leden doorzet. Ook wil het komend bestuur zorgen voor een solide financiële basis van de vereniging.

Tori Oso-avond over Commewijne

Commewijne staat in the spotlight op de 29ste juni. Dan heeft Schrijversgroep ’77 een avond in Tori Oso over het district Commewijne. Kadi Kartokromo, die districtscommissaris is geweest van dit district, en er nog steeds regelmatig de weekenden en vakanties doorbrengt, zal interessante verhalen vertellen. Er zullen enkele slides worden vertoond van het district. Alphons Levens (foto), stonfutu van Commewijne, leest voor uit Toen verschenen de machines. Dit verhaal is opgenomen in door Michiel van Kempen verzameld werk in Mama Sranan en in de bundel …, en toen was niets mooi meer. Ismene Krishnadath leest voor uit haar roman Satyem, over een Javaanse immigrante. Javaanse contractarbeiders kwamen na immigratie bij uitstek op plantages in Commewijne terecht. Mariënburg is daarvan de bekendste. Een deel van de roman is gesitueerd op Mariënburg. Arlette Codfried draagt twee gedichten op aan de mensen van Commewijne.

In het programma is nog ruimte voor enkele gedichten of een lied. Natuurlijk wel betrekking hebbende op Commewijne. Contact: 520513 of 8912005

De Vries fabriekt kop Clark Accord

Paramaribo – Twee weken terug heeft kunstenaar Erwin de Vries uit eigen initiatief een beeld van de beroemde schrijver Clark Accord geboetseerd. Hierbij nodigde hij gistermorgen leden van de Schrijversgroep ’77 (S’77) en de pers uit om het beeld van Clark Accord thuis bij hem te bezichtigen.

Het wachten is nu – zoals altijd bij De Vries – alleen op de financiën om het beeld van de beroemde schrijver in brons te gieten en het daarna op een geschikte plek te plaatsen.

Ismene Krishnadath van S’77 is ontzettend blij met het initiatief van de kunstenaar. Zij vindt het belangrijk dat Accord op zo een unieke manier gememoreerd wordt. “Dit moet zeker gebeuren. Accord verdient het ook om op de literatuurlijst te staan. Hij heeft zijn kunnen bewezen”, zegt Krishnadath.

“Het is gewoon Clark Accord”, was de eerste indruk van de leden van de S ’77 aanwezig waren tijdens de presentatie van het beeld. “Hoe langer ik naar het beeld kijk, hoe meer ik de typische dingen in Accord herken”, zegt dichteres Arlette Codfried. “Accord is voor mij een enorme inspiratie geweest. Door hem ben ik begonnen met het publiceren van gedichtenbundels.” Clark Accord was zelf ook verbonden aan de S’77. Volgens Codfried en Krishnadath moet het mogelijk worden gemaakt dat ook leerlingen gebruik kunnen maken van zijn literatuur op school.

De Vries zag in Clark een doorzetter. “Naast je talent moet er ook drive zijn. En dat zag ik in Clark. Het is de dynamiek in jou, die jou plaats in de wereld bepaalt”, weet de kunstenaar over de schrijver te vertellen. Zelf heeft hij nooit iets van Accord gelezen, want hij leest alleen pornoboekjes.

Eerder maakte De Vries borsten en beelden van andere grote zonen van Suriname als Nelson Mandela, Joop den Uyl en Johan Cruijff. Dit alles onder het motto:

Gisteren dood?

vandaag uw kop in brons gegoot’

Ook de kleinere man vergeet hij niet. Voor hem hanteert hij het devies:

Voor 10.000 dollar

krijgt Sjaki van Erwin een white collar

Muziektheater Bami Cola

Stichting Boekids Suriname presenteert de Surinaamse muziektheaterproductie: Bami Cola. Een verhaal als het leven zelf. Over liefde, hoop en verlangens.

‘Vanaf die ene ouderochtend belt meester Godlieb plotseling vaak naar mijn huis en vervolgens moet mijn moeder plotseling snel weg. En hij is raar tegen mij gaan doen. Hij kijkt me niet meer recht in de ogen. Vroeger was dat anders. Ik mocht de schriften uitdelen. Ik mocht het bord wissen.’

De 14-jarige Erik Treurniet woont alleen met zijn moeder in Paramaribo. Erik is bang voor draken en in zijn dromen ziet hij grote witte reigers. Zijn vader heeft een nieuwe vriendin, Rita Banana. Zijn geschiedenisleraar, meester Hendrik Godlieb, wil graag dat Erik hem voortaan oom noemt, want dat heeft Eriks moeder graag. Zelf is Erik verliefd op zijn klasgenootje en buurmeisje Mara, maar Mara gelooft niet in de liefde. Ze gelooft zelfs niet in een toekomst in Suriname. Erik raakt in de war, opeens weet hij een manier om iedereen weer aan zich te binden…

Script: Tessa Leuwsha
Regie: Tolin Alexander
Acteurs: Eva Beeldsnijder, Hilkia Lobman, Giovanni Foort
Muzikanten: Arsinio Seedorf en Neville Stekkel
Producent: Stichting Boekids Sur.
Productie: Marisa Pieplenbosch, Ellen van Heijningen
Geluid: Regillio Wirht
Licht: Jennie Kornelis
Runner: John MacNack
Beeld: Sirano Zalman.
Tekstfragmenten van: Arlette Codfried, Iraida van Dijk, Ricardo Pollard, Kevin Headley en Raoel Doelahasori

Bami Cola speelt in Theaterschool On Stage; Mgr. Wulfingstraat, Paramaribo: 20 mei (try-out), 21 mei (première), 28 en 29 mei 201

Start Kinderboekenfestival in Nickerie

Op 30 april gaat op het terrein van het Cultureel Centrum Nickerie het kinderboekenfestival Nickerie van start. Drie dagen lang kan Nickerie, dank zij het harde werk van de Nationale Stichting Kinderboekenfestival, genieten van boeken en boekactiviteiten. De ochtenden zijn speciaal voor de leerlingen van de ruim dertig scholen die Nickerie rijk is. In de middaguren zijn de kleine stands open voor het algemeen publiek. In de grote publieksstand zijn er wedstrijd- en optredens. Schrijversgroep wordt vertegenwoordigd door Sombra, Irene Welles, Carla Sanichar, Arlette Codfried en Ismene Krishnadath. Deze laatste is ook schrijfster van het jaar voor het Kinderboekenfestival 2011.

S’77 Srefidensi Potpourri

Op de 34ste owru yari van Suriname hadden leden van S’77 presentaties op de stoep van Tori Oso. De avond is opgenomen door Willy Alberga en uitgezonden in haar programma ‘Niet zomaar een gesprek’ van vrijdag 3 december en de herhaling op 5 december op radio Apintie. Cd’s van het programma zijn te koop bij Apintie. Info. tel 400455, tussen 7.00 – 14.00 u. U hoort verhalen en gedichten van Sombra, Alphons Levens, Celestine Raalte, Ismene Krishnadath, Jeffrey Quartier, Walther Donner, Arlette Codfried, Kadi Kartokromo, Charles Chang, Willy Alberga. Ook Osje Braumüller, eigenaar van Tori Oso, komt aan het woord. Het programma zal ook worden uitgezonden via Skrifimantaki.

[Bericht van Schrijversgroep ’77]

Een verrassende avond vol literaire kunst

door Charles Chang

Paramaribo – “Wan tru puwema na wan skreki sani!” Met deze kreet aan het begin werd vrijdagavond de feestelijke afsluiting van het gelijknamige confest (conferentie/festival) beleefd. Pangi’s hingen aan het plafond, schotten van zwarte lappen hielden de stem verborgen of vormden de achtergrond voor een voordracht. De belichting toverde de spreker uit zijn of haar donkere hoek. Regisseur Tolin Alexander toonde daarmee zijn artistieke waarde.Voor het eerst zat het publiek in Tori Oso niet als in een theater opgesteld maar creatief in een flauwe S door de lengte van de zaal. De avond die gelijk met Divali viel, startte met de Surinaamse schrijvers uit Nederland.

Brandend ging de dia van Usha Marhé naar Karin Amatmoekrim en dan naar Clark Accord die ook uit eigen werk – in zijn geval De koningin van Paramaribo – voorlas. “Een backpoen kost twee gulden vijftig en de sigaar vijf gulden,” luidde het tarief van Maxi Linder. De vierde uit Nederland, dichter en zanger, Raj Mohan, lijmde met lyrische zang in het Sarnami de optredens aan elkaar. Een vocale performance ondersteund met gevoelig snaarwerk van Jimmy Westfa en ritmisch slagwerk van Bongo Charlie. Els Beerten en Kaat Vrancken vormden een Belgisch duo voor story en poëzie in het Vlaams. “Wenken voor Schrijvers is speciaal voor alle schrijvers die wij hier zijn tegengekomen,” zegt Vrancken die erg onder de indruk was van de afgelopen vijf dagen.

Daarna volgde het ‘Antilliaans’ blok. Olga Buckley, bijgestaan door Munye Oduber, vertelde een anekdote over Jozef de dansbakru die goed in de gaten gehouden werd door zijn vrouw Ramona. In het ware verhaal over haar ouders, sprak haar vader uit Grenada alleen Engels en haar moeder uit Venezuela alleen Spaans. Toch had het echtpaar een eigen taal thuis (Spanglish) om met elkaar te communiceren. Roy Evers bracht samen met Ini Statia een ander sterk Caribisch verhaal. Was de jonge Mimi zwanger van João, de zoon van een Portugese handelaar of van Boisi, de zoon van een tuinman? Mimi’s oma hoopt dat João de vader is, maar als het toch de zwarte Boisi is, is dat ook goed, “want Boisi studeert voor arts en artsen verdienen goed!”

De vier vertellers drukten zich af en toe uit in de eigen taal, het Papiaments, wat goed paste op het thema meertaligheid, taal en leven. Van de Zuid-Afrikanen mocht de volle zaal ook hetzelfde verwachten: het volkslied, Nkosi sikelela Afrika (God bless Afrika), werd in het Xhosa gezongen. Dramatisch en krachtig gesticulerend las Tanya Chan-Sam uit haar boek Mr Mohani over de levende verbranding van een zwarte collaborerende politieman in een volkswijk. Chan-Sam: “Dit heette necklacing en gebeurde veel tijdens de apartheid. De autoband om de nek werd dan aangestoken.” Als laatste voor de avond kwamen de lokale schrijvers aan de beurt. Voor Karin Lachmising zijn klanken zuiver zonder woorden en gezicht. “Ik zal schrijven zolang ik kan zwemmen in een rivier van woorden,” zegt Jeffrey Quartier in zijn voordracht. “Wan tru puwema na wan skreki sani!” riep Carry-Ann Tjong Ayong op haar beurt. Sombra dook op met een gedicht uit het donker, Ismene Krisnadath verscheen hoog op een ladder met eigen werk. Ceremoniemeester Arlette Codfried had het laatste woord: “… einde, ik wens u verder een fijne avond.” Lang zal eenieder zich deze verrassende avond vol literaire kunst blijven herinneren.

[overgenomen uit de Ware Tijd, 08/11/2010]

Storytelling night

Op woensdag 28 juli organiseert Schrijversgroep 77 een Storytelling Night in Tori Oso, Paramaribo. Frits Wols komt met gro-skin-tori, ofwel griezelverhalen, en of u het wilt geloven of niet, hij heeft alles zelf meegemaakt. Ook bij Kadi Kartokromo in de dessa was het niet pluis op. Daar woonden de Wong Mehdi of djoembi, ook wel boze geesten/ onzichtbare /onverklaarbare verschijnselen. Hilli Arduin vertelt over die bijzondere foto waar alles op moest staan. Sombra, die dicht bij de volksvertellingen uit Coronie staat, zal acte de présence geven met een agersitori. Van Ismene Krishnadath krijgt u een Bollywood-verhaal over Sonya die haar geliefde Jagdies achterna ging naar het land van Shri Ram. Arlette Codfried houdt het op een gecompliceerd hedendaags Surinaams liefdesdrama. Jeffrey Quartier heeft nog niet bepaald wat het wordt en ook Bengt Kropmans, theaterstudent uit Amsterdam, houdt het op een verrassing. Tussen de verhalen door is er ruimte voor gedichten en jokes.

Schrijversgroep eert de vrouw

Woensdag 31 maart wordt een bijzondere avond van de Schrijversgroep ’77 in Tori Oso in Paramaribo, speels maar toch met een stevige inhoud. Presentaties van vrouwen, gedichten over vrouwen, commentaar van mannen en het laatste woord voor de vrouw. We beginnen stipt om 20.00 uur. Conferencier: Anne-Marie Sanches.
Programma:
Alphons Levens met zijn gedicht LEVEN
Ismene Krishnadath met het verhaal Eens op een einde
Panelcommentaren door Frits Wols, Eddy van der Hilst en Roué Hupsel
Arlette Codfried met kort proza
Panelcommentaren
Jeanette Vonsee met een poëtische verbeelding van een moeder
PAUZE
Michiel van Kempen met drie odes aan de vrouw en de liefde
Hilde Neus met een diversiteit aan petten
Panelcommentaar
Claudett de Bruin met limericks
Panelcommentaar
Alida Neslo met observaties en column
Panelcommentaar
Afsluiting

[Bericht van Schrijversgroep ’77]

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter