Op donderdag 27 mei 2021 ondertekenden Rita Rahman, voorzitter van de Werkgroep Caraïbische Letteren, en... Lees verder →
Surinaamse versie De suiker die niet zoet was
De suiker die niet zoet was
De roman wordt belicht door wethouder Marjolein de Jong en professor Chan Choenni, hoogleraar Hindostaanse migratie, VU. Tanja Jadnanansing, Tweede Kamerlid, portefeuille Voortgezet Onderwijs, Beroepsonderwijs, neemt de roman in ontvangst. Pearl, Haags talent uit de gayscene, beeldt een scène uit de roman uit, en Celine Wadier, Franse zangeres, zingt twee liederen uit de roman.
Wilt u de presentatie bijwonen? Reserveer dan van tevoren een plaats. Dat kan bij hannabaran media productions, e-mail hannabaran@hotmail.com, of via tel. 0641 84 04 34.
Jan Pronk houdt eerste Lalla Rookh-lezing
Miniconferentie 140 jaar Hindostaanse migratie
De conferentie is bedoeld voor politici, wetenschappers, beleidsmakers alsmede leiders uit de Surinaamse gemeenschap.
Heeft u inhoudelijke vragen? Neemt u dan contact op met Autar Consultancy: Tel. 079‐593 79 29 of per mail autark@xs4all.nl.
A Sranan tori e opo/Het Surinaamse verhaal beurt op
Op zaterdag 20 april 2013 organiseert de Stichting voor Surinaamse Genealogie een nieuwe konmakandra. Het Surinaamse Verhaal gaat over de persoonlijke levensgeschiedenissen van mensen die in het koloniale Suriname hun leven opgebouwd hebben. Het wordt verteld en verbeeld door negen verhalenvertellers: familieonderzoekers, actieve donateurs van de Stichting voor Surinaamse Genealogie, schrijvers en wetenschappers. Moderatoren zijn Lucia Nankoe en Jean Jacques Vrij.
read on…Hindostanen na de contracttijd
door Jerry Egger
In een boek van ruim 670 bladzijden besteden broer en zuster Gharietje en Chan Choennie aandacht aan ontwikkelingen binnen de Hindostaanse bevolkingsgroep in Suriname. Deze publicatie getiteld Sarnami Hindostani 1920 – 1960: Worteling, identiteit en gemeenschapsvorming in Suriname, geeft een uitgebreid beeld van deze Surinamers die na een periode van contractarbeid in staat waren zich een waardige plaats in de maatschappij te verwerven.
read on…Nieuw boek over Hindostanen in Suriname
Geschiedschrijving
Papiergeld uit Demerara en Essequibo, 1823 |
Presentatie De geschiedenis van Hindostanen in Suriname
Vandaag, vrijdag 12 oktober 2012, wordt om 19.00 uur in het Lalla Rookh gebouw in Paramaribo de omvangrijke historische studie Sarnami Hindostani 1920-1960 gepresenteerd. De onderzoekers/ auteurs Gharietje Choenni en prof. Chan Choenni zullen beiden een toelichting geven. Daarna wordt het boek aangeboden aan onder meer twee ouderen. Het boek zal na de presentatie verkrijgbaar bij de boekhandel VACO. Dit boek over de geschiedenis van Hindostanen in Suriname is uitgegeven door
het KIT (Koninklijk Instituut voor de Tropen) in hardcover en heeft een omvang van liefst 672 pagina’s. Deze historische studie is onmisbaar voor een ieder die meer wil weten over Suriname en in het bijzonder over Hindostanen.
Lezing over Brits-Indische emigratie
Het Sarnamihuis organiseert in samenwerking met de Leerstoel Lalla Rookh op zondag 27 mei 2012 een lezing over emigratie van (Brits) India naar Suriname. Deze lezing wordt verzorgd door de historicus en onderzoekster Mrs. Leela Sarup. Mevrouw Sarup is geboren in India en getogen op Mauritius. Zij is dé expert op het terrein (van de studie van) archieven met betrekking tot de Indiase emigratie naar de verschillende Koloniën (1838-1916). Zij is ook één van de grondleggers van het monument in Kolkata (Calcutta) ter ere van de Hindostaanse contractarbeiders. Haar lezing heeft de titel: Indian Emigration to Suriname 1873-1916.
De lezing wordt ingeleid door Prof. Dr. Chan Choenni.
Inloop 18.30 uur.
Aanvang: 19.00 uur
Toegang: gratis
Locatie: Sarnamihuis, Brouwersgracht 2 Den Haag
Hindostaanse geldingsdrang
De jaarlijkse herdenking van de Hindostaanse immigratie ligt inmiddels achter ons, maar we stomen onvermijdelijk op naar de 139ste verjaardag op 5 juni 2012, want elk jaar opnieuw meert de Lalla Rookh weer af bij de Hindostaans-Surinaamse gemeenschap, zowel in Suriname als in Nederland. In mijn blog “Apartheidsvieringen in Suriname” van 24 mei j.l. heb ik hierover al mijn verontrusting uitgesproken. De op Caraïbisch Uitzichtt van Radio Nederland Wereldomroep overgenomen verslagen door Sam Jones en door Peggy Brader van de inaugurele rede van Chan Choenni bij de aanvaarding op (niet toevallig) maandag 6 juni j.l. van zijn ambt als bijzonder hoogleraar Hindostaanse migratie aan de Vrije Universiteit (VU) in Amsterdam, benadrukken nog weer eens die Hindostaanse apartheid.
Beide verslagen, dat van Jones getiteld “Immigratie Hindostanen succesvol”, dat van Brader “Hindostanen grootste groep Surinamers in Nederland”, zijn duidelijk kritisch ten aanzien van Choenni’s inaugurale rede, en na lezing ervan vraag ik me af of die immigratie wel zo succesvol is als Choenni ons wil laten blijken. Hij heeft het vooral over de ‘prestaties’ van de Hindostanen, afgezet tegenover hun duidelijke antipoden, de Creolen. “Behalve Prem Radhakishun op de televisie zie je nauwelijks andere Hindostanen”, merkt Choenni op als hij het heeft over de onzichtbaarheid van deze bevolkingsgroep. “Toch wonen er 160.000 Hindostanen in Nederland. Daarmee zijn zij de grootste groep Surinaamse Nederlanders. Niet de Creolen, zoals vaak wordt aangenomen. Ook in Suriname is de Hindostaanse bevolking overigens het grootst.”
Rechts: Chan Choenni, hoogleraar Hindostaanse diaspora
De titel van Choenni’s rede laat er ook geen misverstand over bestaan: Integratie Hindostani stijl, kortom, het gaat niet over integratie, het gaat over Hindostanen. Choenni heeft uitgerekend dat er nu 300.000 afstammelingen zijn van 25.000 naar Suriname geëmigreerde contractarbeiders, te weten 135.000 in Suriname, 160.000 in Nederland en de rest op de Antillen en elders in de wereld. In Nederland vormen ze 45% van de Surinaamse Nederlanders. De tweede grootste groep Surinamers zijn de Creolen, 39%. Omdat het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) geen gegevens bijhoudt van etnische groepen, zijn alle Surinamers als één groep geregistreerd. Choenni kreeg echter met geheimhoudingsplicht voor korte tijd toestemming om in de bestanden van het CBS te kijken. Met behulp van een team deskundigen achterhaalde hij het aantal Hindostanen op basis van familienamen.
Hindostanen getalsmatig in de meerderheid
Onder de 160.000 Hindostanen die in Nederland wonen is door Choenni ook de derde generatie meegerekend, ondanks dat het CBS stopt met het bijhouden van het land van herkomst na de tweede generatie. Daar is Choenni het niet mee eens: “Derde generatie Surinamers in Nederland zijn ook Surinamers.” Vierde, vijfde en zesde generatie ook? Een bewijs dat het Choenni niet gaat om integratie, maar om apartheid. En dan beweert Choenni ook nog dat het hem niet er om gaat dat de Hindostanen de grootste Surinaamse bevolkingsgroep zijn. Nee, het is volgens hem belangrijk om stellingen te kunnen onderbouwen en om met de juiste cijfers beleid te maken. “Als je zegt dat er weinig Hindostaanse politici of sporters zijn, dan moet je dat kunnen aantonen.” Ook wil Choenni een einde maken aan de speculaties en discussies over het aantal Hindostanen in Nederland. “Sommige mensen zeiden dat het er 100.000 waren, anderen zelfs 200.000.” Alweer: niet integreren, maar Hindostanen zichtbaar maken.
De uitsmijter is echter wel Choenni’s bewering dat de Hindostanen zich op cultureel gebied goed kunnen aanpassen aan de Nederlandse cultuur, “maar tegelijkertijd behouden ze liever hun culturele waarden”. Dit bewijst volgens Choenni dat succes en behoud van het culturele erfgoed goed met elkaar samen kunnen gaan. Begrijpt Choenni zelf wat hij hier zegt?
Vieren of herdenken
Sandew Hira zou Sandew Hira niet zijn als hij zich niet ook meldde in het koor van immigratie-vierenden. Naar aanleiding van het door hem uitgegeven boek “Tettary”*) schreef hij 16 mei j.l. zijn column op Star- Nieuws “Niet alleen vieren, ook herdenken”. Het boek is een nieuwe studie van Radjinder Bhagwanbali over contractarbeid, getiteld Tettary – de koppige. Het verzet van Hindoestanen tegen het Indentured Labour System in Suriname, 1873-1916. Behalve een verslag over de inhoud van het boek stelt Hira de vraag of de Hindostanen de 5e juni moeten blijven vieren, of dat zij moeten herdenken, omdat Bhagwanbali argumenteert dat er niets te vieren valt. Bhagwanbali: “Het eerste schip bracht onze mensen in diepe ellende. Hoe kun je die dag vieren?”
Concluderend zegt Hira: “Ik denk vooralsnog dat we 5 juni en 1 juli moeten behouden omdat het historisch gewortelde dagen zijn, maar een nieuwe dimensie moeten toevoegen die recht doet aan onze voorouders, namelijk een herdenking. 1 Juli is de dag waarop vroeger gevierd werd dat de Nederlandse koning slavernij had afgeschaft. 5 juni werd vroeger gevierd als de dag waarop het eerste schip van de Hindostanen aankwam. Bhagwanbali zegt: het eerste schip bracht onze mensen in diepe ellende. Hoe kun je die dag vieren? Door het element van herdenking in te bouwen in deze dagen krijgen ze een andere betekenis: we vieren niet de dank- baarheid aan het kolonialisme, we herdenken onze voorouders die gevallen zijn in de strijd voor vrijheid en rechtvaardigheid. Deze herdenkingen zijn onafhankelijk van partijpolitiek. Ongeacht of je tot de coalitie of oppositie behoort, zijn dit de momenten van nationale eenheid die een land kunnen verbinden.” Wat let Hira en de Hindostanen dan nog om gezamenlijk op de Dag der Vrijheden de immigratie en de afschaffing van de slavernij te herdenken?
Ook van Hira weer één grote oratio pro domo, net zoals er een paar jaar terug opeens een derde couplet aan ons volkslied moest worden toegevoegd in het Sarnami. Hoe je het ook wendt of keert, het is geldingsdrang wat de klok slaat.
———
*) op het bij de column weergegeven boekomslag staat “Tettary’, maar in de tekst staat consequent “Tetary”.
Immigratiedag in Hoofddorp
Op 13 juni organiseren Firma Hassan, Surinaams Inspraak Orgaan, Jongeren AAII_Utrecht, Stichting Asha, Stichting Koshish, dansschool Abhinaya en IISR een immigratiedag in Hoofddorp. Sprekers zijn onder meer Prof. Dr. Chan Choenni, drs Glenn Ilahibaks, Roy Khemradj en Sandew Hira.
Daarna is er een feestelijke afsluiting met Diamonds 2000.
Datum: 13 juni 2011
Plaats: Partyzaal Estee
Adres: Graftermeerstraat 45c, 2131 AA Hoofddorp
Tijd: 13.00-21.00 uur
Toegang: gratis
‘Integratie Hindostanen succesvol’
door Sam Jones
Met een oratie waarin vooral de loftrompet werd gestoken over de integratie van Hindostanen in Nederland accepteerde professor Chan Choenni maandag 6 juni zijn ambt. Choenni is nu officieel bijzonder hoogleraar Hindostaanse migratie aan de Vrije Universiteit (VU) in Amsterdam. In een half gevulde aula van de VU jaste professor Choenni zijn oratie er in veertig minuten doorheen. En nog had hij niet alles gezegd wat hij wilde zeggen, meldde hij na afloop.
De inaugurele rede leek vooral bedoeld voor de massaal opgekomen Hindostaanse achterban en niet zozeer voor de geleerde heren en dames van de VU. Behalve over het succes van de Hindostaanse integratie in Nederland, ging de rede over de arbeidsethos, spaarzin en zuinigheid van deze groep. Zijn oratie, die overigens niet iedereen lekker zat, sloot Choenni af met een persoonlijke noot over zijn ‘lieve echtgenote’, die een hele dag had uitgetrokken om zich te kleden voor de bijzondere dag van haar man.
Geleerde heren
Bij geleerde heren en dames was kritiek te horen. Choenni zou zich beperken tot de positieve kijk en zaken als incest, zelfmoord en alcoholmisbruik binnen de Hindostaanse groep niet ter discussie durven stellen. De kritiek werd op de feestelijke receptie na afloop overigens niet hardop geuit. Choenni zei dat ook problemen in de gemeenschap, zoals ‘hoge prestatiedruk en suïcide onderzocht moeten worden’.
Belangrijker vindt hij zaken als ‘de reconstructie van de immigratie vanuit India naar Suriname’ en onderzoek naar ‘hoe de Hindostaanse groep in Suriname een gemeenschap is gaan vormen’. Stevig onderzoek naar bijvoorbeeld de reden waarom Hindostaanse Surinamers in Den Haag op de PVV stemmen noemt hij niet als eerste.
Er was ook kritiek te horen op de nadruk die professor Choenni legde cijfermatige meerderheid die Hindostanen vormen ten opzichte van Creolen. Zelf vindt hij het vooral interessant om te onderzoeken hoe de Hindostanen integreren in de samenleving.
Vrouwelijk perspectief
Choennis’ zus Gharietje Choenni, ook onderzoekster, kiest voor het vrouwelijk perspectief. Toch ervaart ze de leerstoel van Chan Choenni niet als beklemmend. “We hebben ellenlange discussies en ideologisch zitten we heel erg uit elkaar.” Die twee perspectieven maken het volgens haar juist spannend en houdt de zaak in balans. Zij benadrukt dat er heel veel vermenging is binnen de Hindostaanse groep. Gharietje Choenni ziet er een uitdaging in om juist dat ook te duiden binnen deze leerstoel Hindostaanse migratie.
Professor Choenni is aangesteld voor 2,5 dag per week, maar zal de komende vijf jaar full-time met de klus bezig zijn. De Stichting Diaspora Leerstoel Lalla Rookh staat garant voor een 80.000-90.000 euro per jaar. Rajendre Khargi, secretaris van de stichting: “We hebben het geluk gehad dat de stichting Lalla Rookh, toen ze ophield met haar welzijnstaken, nog een stichtingskapitaal over hield.” Het idee werd toen geboren om het geld te investeren in een bijzondere leerstoel. De stichting heeft de leerstoel op eigen kracht gefinancierd, maar volgens Khargi heeft de overheid ‘de morele plicht’ om de leerstoel te steunen.
[RNW, 7 juni 2011]