blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Albina

Eerste gevallen coronavirus in Sint Maarten, Saint Barthélemy en Frans Guyana

De eerste gevallen van het Covid-19-virus (coronavirus) hebben zich aangediend in het Caraïbisch gebied. Autoriteiten op Sint Maarten en Saint Barthélemy hebben op 1 maart de eerste besmettingen met het nieuwe coronavirus gemeld.

read on…

De zwakte van de politie agenten

door Josien Aloema-tokoe

Dit is het resultaat van onze beste kameraden, politie agenten of bikers, gisteren in Albina bij hun ordening van de parkeer plaatsen. Er was een woordenwisseling ontstaan tussen de politie en twee inheemse broers uit Galibi die blom waren komen kopen voor de bakkerij dat ze in Galibi hebben. read on…

Politie Albina aangevallen

door Saskia Bandhan

De politie van Albina is donderdagmiddag aangevallen door enkele mannen. Op die bewuste middag kwam er een melding binnen omtrent overluide muziek. De sterke arm is afgegaan op de melding. read on…

Reacties op het kinderboekenfestival Albina

Reacties van medewerkers en bezoekers

(Dorus Vrede, bekend om zijn verhalen over het binnenland en zijn gedichten, was medewerker op het Kinderboekenfestival te Albina. Samen met anderen maakte hij onder meer muziek.)
‘Je zou toch vandaag in Saint Laurent moeten zijn!’ Moeder keek Sherida boos aan. ‘Voorlopig gaat het niet, mama.’ ‘Waarom niet? Je moet de groenten aan de Franse kant verkopen. Daar verdienen we euro’s mee.’
‘Het Kinderboekenfestival is in Albina. Ik moet erbij zijn. Dus na Kinderboekenfestival.’ Moeder maakte een tyuri. Maar ze liet Sherida met rust. Misschien had haar dochter toch gelijk.
Sherida trok haar schoolkleren aan en ging naar school. Met haar klas ging ze naar het festival. Ze bezochten verschillende stands. In een van ze werd over groei gesproken. ‘Met groeien bedoelen we niet alleen maar lichamelijke groei. Het is je verstand dat ook moet groeien. Dan ben je in staat om jezelf beter te ontwikkelen’.
Aan het eind van de bijeenkomst vormde Sherida een groep met andere meisjes. Ze zouden met jongeren in Albina praten over onderwijs, kinderarbeid, tienerzwangerschap en hiv-aids.
Na het festival vertelde Sherida haar moeder wat ze van plan was te doen. Ze zou vooral nooit meer verzuimen. Moeder glimlachte en zei: ‘Pikin y’a leti ye’ (kind, je hebt gelijk, hoor).
(Ine van Niel, poppenkastspeelster op alle festivals:)
2014,  poppenkastspel: thema groeien
Een vrolijk en blij meisje zingt, met vijf vingers hier en vijf vingers daar, het groeiliedje. De meeste kinderen kennen het en zingen dus mee. Na drie keer zingen komt er een pestkop en plaagt haar om d’r grote neus en lange oren, bigi noso nanga langa yesi. Ze jaagt hem weg en daarna wordt ze nog door twee anderen geplaagd. Huilend loopt het meisje weg en gaat het aan de juf vertellen. Ze zegt erbij dat mama haar gezegd heeft aan de juf te vertellen als ze geplaagd wordt. De juf houdt later de kinderen in haar klas voor dat het belangrijk is om het aan grote mensen te vertellen als je geplaagd wordt of lastig gevallen. Dan volgt het ‘groeiverhaal’ van juf: wat heb je nodig om te groeien? Eten en drinken, slapen en spelen, boeken en vooral elkaar om te groeien en dus mag je niet pesten maar moet je juist lief zijn voor elkaar.
In de pauze valt een van de plaaggeesten, en door wie wordt die geholpen? Door het meisje! En juf gebruikt dit weer om het samenwerken, samen doen, samen delen aan de kinderen voor te houden en ze laat alle kinderen beloven dat ze niet meer zullen pesten!
(In de poppenkastvoorstellingen van Ine zijn mensen dieren. Hier is het meisje een awari, de pestkoppen een meisjes-koe en twee hondjes en de juf (uiteraard) een konkoni!)
(Meningen van enkele leerlingen die het Kinderboekenfestival bezochten:)
Stephany Biswane:Wel, ik vond het leuk en alle onderwerpen waren interessant om te luisteren en om mee te doen aan de spelletjes die men ons leerde. En ik was met de klassenvoogd naar verschillende stands gegaan en het was leuk om nieuwe dingen bij te leren.
Gabriella: Ik vond het erg leuk, vooral de stand van de vlinders en stand 21, ‘Lees je wijs!’. Voor mij is tot nu toe alles best. Ik hoop dat ze alle jaren naar Albina komen om dit te organiseren en eigenlijk moeten ze niet alleen boeken verkopen, maar ook spelletjes.
Joann Sabajo: Ik vond het leuk en het was spannend en we hebben verschillende spelletjes gedaan en we deden mee. Ze vonden ons geweldig flink en ze waren trots op ons. In de ochtenduren zijn we met onze klassenvoogd gegaan. En in de middaguren was de officiële opening en iedereen was aanwezig. De ‘hoge’ gasten waren de districtscommissaris van Marowijne en de directeur van de SVB-Bank van Moengo.
(Bestaan er wel ‘hoge’ gasten? Zijn alle geïnteresseerde gasten niet even hoog? – Red. ‘dWTL’)

Door lezen leer je het leven kennen!

door Els Moor
Van 2 tot en met 4 april was het Kinderboekenfestival in Albina. Het was, net als de twee vorige in Nickerie en Paramaribo, weer een groot succes. Veel, veel scholen uit Albina en omstreken, zelfs helemaal van Stoelmanseiland, waren gekomen en de leerlingen genoten.
Het was héél goed dat het festival ook in Albina gehouden werd. Sinds het geweld en de vernielingen tijdens de Binnenlandse Oorlog (1986-1992), is Albina – eens een mooi en rustig grensplaatsje aan de Marowijnerivier tegenover het Franse Saint Laurent – erg veranderd en niet in positieve zin. Met de wederopbouw werden de verschillen tussen arm en rijk, commercie en criminaliteit steeds groter. Albina is nu een druk plaatsje met veel chinese winkels, maar ook veel werklozen en kinderen en jongeren die niet naar school gaan. De criminaliteit is enorm gegroeid, waarbij drugsgebruik en illegale drugshandel een grote rol spelen. Liefde en zorg voor de eigen plaats heeft men verloren. Albina is een slordig dorp geworden met hopen vuil en afval op straat, op het strand bij de rivier en wat helemaal verschrikkelijk is, veel glasscherven op de bodem van de rivier. Een lekker bad nemen is gevaarlijk geworden! Albina heeft zijn aantrekkingskracht volledig verloren.
De vele schoolklassen, ook veel van het mulo, die in de ochtenduren het festival bezochten voor activiteiten waren over het algemeen wel positief. Het zijn de kinderen die het wél zullen redden, mede dankzij veel goede leerkrachten. Zij genoten, gingen zitten lezen in een stand met boeken en kochten ook boeken.
Tussen vijf en acht uur liepen de bezoekers rond, veel gezinnen, loslopende jongeren, maar ook geïnteresseerde volwassenen. Ze bezochten stands, deden mee aan activiteiten en konden de eerste en laatste avond de musical van Sandra Purperhart en Annelies den Boer (uit Albina) bezoeken, getiteld Marwina gaat naar school, die aansluit bij de problematiek van Albina van vuil in het dorp en niet naar school gaan. Marwina gaat uiteindelijk wel naar school… en bereikt heel veel! Veel kinderen werkten enthousiast mee, van klein tot groot, en dansten en zongen. De gespeelde dc, ditmaal van Marowijne, in wit pak, ontbrak weer niet!
Op een van de avonden, het was rustig, kwam een moeder van vier dochters een praatje maken in mijn stand, ‘Lees je wijs!’, waar veel Surinaamse kinder- en jeugdboeken liggen uitgestald. ’s Morgens komen er klassen en wordt met boeken gewerkt, ’s middags kunnen bezoekers ze bekijken of ze gaan zitten lezen.
Met deze bezoekster raak ik in gesprek. Meteen al vertelt ze dat een van haar dochters meedoet aan de musical. Wat vindt ze van het Kinderboekenfestival? Is lezen belangrijk voor kinderen? Haar hoofd schiet omhoog bij deze vragen. ‘Ja, lezen is heel belangrijk. Je gaat het leven begrijpen en zo kun je meewerken aan de ontwikkeling van je dorp of stad. Je ziet verschillende kanten van de maatschappij. Hier in Albina is heel veel nodig om de criminaliteit te verminderen. Van buitenaf moeten jongeren kunnen leren hoe ze zich moeten gedragen. Ik vind het erg goed van al die mensen van het Kinderboekenfestival dat ze ons weghalen van de slechte kanten van het dorp.’ Deze vrouw maakte me een belangrijke doelstelling op een kernachtige manier duidelijk!
De volgende ochtend, weer werkend met leerlingen en leerkrachten, veel van de muloschool ook, werd me bevestigd dat het lezen van en het samen praten over boeken en verhalen een sterk middel tot bewustwording is. In een nog in ontwikkeling verkerend land als Suriname is dit van groot belang. Door over situaties te lezen en erover na te denken of met elkaar erover te praten, leer je je eigen situatie beter kennen. Als een boek of verhaal je echt boeit, kom je erop terug. Wat me op geen enkel Kinderboekenfestival overkwam, noch in de stad, noch in andere districten, gebeurde hier: kinderen, jongeren en leerkrachten kwamen ‘s middags terug om in de stand, rustig op een stoel zittend, boeken te lezen. Enkele kinderen kwamen iedere middag. Zelfs een paar jongens! Ze lazen eenvoudige, herkenbare boekjes, zoals de Amaisa-serie. Een meisje las alle vijf Amaisa-boekjes op één avond. Ook het prachtig uitgevoerde boek van Hilly Arduin, Aboikoni, ging door veel handen en werd gelezen.
Heel jammer is het dat de scholen, ook in de dorpen, over het algemeen geen of weinig Surinaamse kinder- en jeugdboeken hebben. Geen schoolbieb hebben ze, of een met Nederlandse boeken die de kinderen nog niet begrijpen. Zelfs het prachtige boek van Ismene Krishnadath, Seriba in de schelp, dat nota bene op Galibi speelt, kennen ze niet. Ook Okorié en Agambé, over een jongen uit een inheems dorp en een uit een marrondorp ontbreekt. En indiaanse verhalen, boeken waarin ze al vastgelegd zijn, hebben ze niet en veel vooral Kalinha-verhalen zijn nog niet uitgegeven.
Daar moet gauw verandering in komen! Alle Surinaamse kinderen moeten hun eigen boeken kunnen lezen!

Kinderen Marowijne leven zich uit tijdens boekenfestival

Talentvolle jeugdigen uit Marowijne hebben op het podium laten zien wat ze kunnen. Onder hen waren er presentatoren, vertellers, zangers, drummers, toneelspelers, rappers, dansers, muurschilders, musicalspelers, dichters en schrijvers. Ook ouders die met hun kinderen zijn meegereisd vanuit verschillende dorpen in het Boven Marowijne- en Tapanahoniegebied hebben tijdens het kinderboekenfestival kennis genomen van educatieve activiteiten die hun kinderen doen groeien, meldt het Kinderboeken Festival (KBF).

Meer dan drieduizend kinderen hebben het festival in de ochtenduren bezocht – van peuters, kleuters, basisschoolleerlingen, VOJ- en VOS-leerlingen. In het middagprogramma participeerden woensdag ruim 800 bezoekers, donderdag 1000 en op de slotmiddag vrijdag bezochten 1200 kinderen en volwassenen het kinderboekenfestival op Albina. Enkele festivalactiviteiten waren opvoering van de musical Marwina gaat naar schoolonder leiding van Annelies den Boer-Aside en Sandra Purperhart, de activiteiten van het Nucleus Centrum Albina, de gastschrijver Peter Vervloed en filmproducent Peter Lammerts van Stichting Mondiall. Eftee Books verzorgde een Karaoke-activiteit, Gerrit Barron van Boekhandel Afaka leverde een bijdrage aan het festival. Er was een workshop voor opvoeders ‘In liefde opgroeien doet levenslang bloeien’.

Geconstateerd is dat de jeugd van Marowijne weinig educatieve activiteiten heeft, waardoor hun belangstelling vaak naar minder positieve bezigheden uitgaat. Yvonne Caprino, Agnes Ritfeld en Karin Blufpand van het KBF uitten hun ernstige zorg hierover tegenover districtscommissaris Theodorus Sondrejoe en gaven aan dat als er niet onmiddellijk geïnvesteerd wordt in educatieve activiteiten die op structurele basis in het district plaatsvinden, er een gebrek aan goed gevormde, voorbeeldige jeugdigen zal zijn, die leidinggevende posities kunnen overnemen! De verwachting is dat beleidsmakers en functionarissen van het ministerie van Onderwijs, van Jeugdzaken en van Regionale Ontwikkeling zich ernstig over groei en ontwikkeling van Marowijne zullen buigen, stelt de organisatie.
[van Starnieuws, 5 april 2014]

Albina fleurt op met komst kinderboekenfestival

door Hugo den Boer
Albina – Albina is altijd levendig, maar met de komst van het Kinderboekenfestival (kbf) van 2 tot en met 4 april ziet het centrum er voor een week fleurig uit. Het voetbalveld naast de kazerne is in zes dagen omgetoverd tot een kleurrijk festivalterrein met tenten en vlaggen.
Het dagelijkse leven van Albina is even uit zijn ritme. Op het veld dat doorgaans wordt gebruikt voor voetbaltrainingen en ontspanning, werden vanaf vorige week onaangekondigd meerdere tenten geplaatst. Vooral veel volwassenen dachten dat er een groot muziekevenement of kermis werd opgebouwd. De kinderen waren echter op de hoogte van het boekenfestival dat vooral via de scholen was gepromoot.
De organisatie verwacht naast duizenden leerlingen, vanuit Albina en Moengo ook ruim vierhonderd leerlingen van scholen langs de Marowijne-, Tapanahony- en Lawarivier. De leerlingen worden opgevangen in nieuw gebouwde lokalen die nog niet in gebruik genomen zijn vanwege afwezigheid van elektriciteit.
Het kbf heeft vandaag al een ‘soft’ opening. De vertelwedstrijden worden dinsdag afgewerkt. Ook komen de eerste groepen van kinderen uit verre dorpen al overnachten om woensdag vroeg te kunnen deelnemen. De officiële opening met genodigden vindt woensdagmiddag op vijf uur plaats.
[uit de Ware Tijd, 01/04/2014]

Theo Hiemcke – Voorouders

Ik ben met je in verleden, heden en toekomst,
mijn verlangens, hoop en gebeden vergezellen je,
mijn daden schenken je moed en volharding.
Geloof in het jonge land dat ik je nagelaten heb,
vervolg de rechte weg die ik voor je heb uitgezet,
die ik je ben voorgegaan.
Loop in mijn voetstappen, sta op mijn schouders,
hoor mijn stem in de regen en voel mijn adem in de wind.
Oogst wat ik gezaaid heb, pluk mijn vruchten,
leef mijn droom van vrijheid en gedenk mij met
eerbied en ontzag.
05.06.13

“Echter kiest men ervoor tegen het beeld te urineren”

Christusbeeld RK-kerk Albina gebruikt als pispaal
 
door Isaak Poetisi
Het Christusbeeld op het terrein van de rooms-katholieke gemeente te Albina wordt gebruikt als pispaal. De gemeenteleden zijn niet te spreken over de gang van zaken. Starnieuws sprak met Marion Agardin, lid van het kerkbestuur, tevens ressortraadslid van Albina, tijdens schoonmaakwerkzaamheden in verband met de komende kerstviering.
“Bezoekers aan de stad en de markt maken zich hieraan schuldig”, beweert Agardin. Ze zegt dat er bij de markt, die op een steenworp afstand van de kerk staat, de mogelijkheid bestaat tegen betaling van SRD 2, een toilet te bezoeken. “Echter kiest men ervoor om zonder enig ontzag te urineren tegen het beeld en op het voorperceel”, klaagt het kerkbestuurslid. Het beeld dat tijdens de Binnenlandse Oorlog de rechterarm verloor, staat er verder verzorgd bij.

Ondragelijk
In de goot voor het perceel waar het beeld staat, wordt er verwerkte benzine gegooid en achter de fayalobi-aanplant bij de omheining, die enige beschutting biedt, wordt er geregeld door vrouwen geürineerd. In de buurt wordt er ook marihuana gerookt. “Vooral tijdens de kerkdiensten is de marihuanalucht ondragelijk”, zegt Agardin. Die geur is tijdens schooluren ook sterk op de St. Gerardusschool die achter de kerk staat.

“Als gemeente kunnen wij dit onverantwoordelijk gedrag niet langer met lede ogen aanzien”, zegt Agardin. Ze geeft aan dat de bestuursdienst hiervan op de hoogte is gesteld; maatregelen van die kant zijn tot nog toe uitgebleven. Het perceel was na de schoonmaak van het afgelopen weekend weer bezaaid met petflessen, etensbakjes en andere rommel.

[uit Starnieuws, 20 december 2012]

De lezer geeft zich gewonnen

door Wim Rutgers

Met haar tweede roman Drijfhout heeft Annette de Vries de kwaliteit van haar succesvolle debuut Scheurbuik (2002) bevestigd en daarmee het algemene probleem dat zo vaak optreedt bij een tweede roman overwonnen. In deze roman presenteren drie vertellers hun verhaal over een drievoudig schuld-en-boete-probleem in de drie tijdlagen van een turbulent heden, een opspokend verleden en een toekomst die bevochten moet worden.
Het zich in het Surinaamse grensplaatsje Albina afspelende verhaal is een familieroman in dubbele zin, omdat ze niet alleen over een familie gaat maar het begrip familie zelf thematiseert: wie is familie en wat betekent het familie van elkaar te zijn?

‘Wij zijn de meest diepe zin van het woord familie van elkaar, omdat we dezelfde geschiedenis meetorsen. Of we het met elkaar kunnen vinden of niet is niet zo belangrijk. Het is niet ons goede of slechte contact dat ons tot een familie maakt. Het is dit verhaal dat ons bindt.’ (p. 307).

Dat verhaal speelt zich af in twee landen en in twee tijden: het verleden in Suriname, het heden in Nederland. Twee vrouwen, een uit Nederland en een uit Frans Guiane, de een wit en de ander zwart, beiden kunstenaar, beiden ernstig teleurgesteld in het leven doordat ze in de steek zijn gelaten door de partner, beiden in verwachting van een dochter en een zoon en tenslotte beiden naar Suriname gevlucht en daar als ‘drijfhout’ komen aandrijven: de ‘bazin’ om er te trouwen en er te gaan wonen en het ‘dienstmeisje’ om er een nieuw bestaan op te bouwen, beiden ‘gered’ door de bamhartige maar halfslachtige pensionhouder Eddy, maar beiden met aanpassings- en acceptatieproblemen in het kleine grensplaatsje, waarbij de onderlinge naijver en zelfs haat tussen de twee vrouwen onoverkomelijk blijkt, waarna de ene repatrieert naar Nederland en de ander sterft.
Dat wat er allemaal is gebeurd in het verleden en hoe dat heeft kunnen gebeuren, leren we als lezer aan de hand van de verhalen van drie vertellers (twee mannelijke en een vrouwelijke) die in de drie delen van de roman achtereenvolgens in wisselende volgorde hun verhaal doen en elkaar na jaren weer ontmoeten. De twee vrouwelijke antagonisten Jacoba en Nadine krijgen zelf geen stem en worden door het wisselende perspectief van de anderen beschreven.
Het verleden blijft spoken en kan niet genegeerd of uitgewist worden. Het verhaal begint schokkend als Hortence in de Oude Kerk in Amsterdam tijdens een feestje uit woede en wraak op de grafzerken van de in de kerk begraven koloniale slavenhouders danst, maar in feite op het graf van haar stiefmoeder. Zo wordt een persoonlijk onverwerkt verleden tot metafoor van een historische katharsis. Drijfhout is naast een familieverhaal ook een ode aan de Marowijne en aan het pittoreske grensplaatsje Albina van weleer:

‘Tien jaar later kwam ook Albina zoals wij het hadden gekend, aan haar einde. Het werd verwoest tijdens de binnenlandse oorlog tussen het leger van Bouterse en het junglecommando van Brunswijk. (…) Op het NOS journaal zagen we pension Marowijne, samen met alle andere statige, koloniale huizen langs de Marowijnerivier, in vlammen opgaan. Oom Eddy snikte als een kind.’ (p. 254).

Annette de Vries slaagt er in deze gecompliceerde familiegeschiedenis te vertellen in een stijl waaraan de lezer niets overblijft dan zich eraan gewonnen te geven. Het einde van de roman biedt de expliciete ontknoping die wat mij betreft zowel beknopter als minder nadrukkelijk had gekund, ook al omdat er actuele politieke zaken bij betrokken worden die in het verhaal als weinig functioneel beter achterwege hadden kunnen worden gelaten. Aan het einde blijft voor mij de intrigerende vraag in hoeverre de familierelatie tevens impliciet als de relatie tussen de twee landen Nederland en Suriname gelezen kan worden. Wat ik echter wel zeker weet is dat Annette de Vries met Drijfhout er volkomen in geslaagd is het niveau van haar romandebuut te bestendigen, zo niet te overtreffen.

Annette de Vries, Drijfhout. Amsterdam/Antwerpen: Uitgeverij Atlas, 2010. 316 p., ISBN 978 90 450 0917 9, prijs € 19,90.

[uit Oso, jrg. 2011, nr. 2]

 
  • RSS
  • Facebook
  • Twitter