Suriname doet het goed op persvrijheidindex
door Wilfred Leeuwin
Suriname doet het goed als het gaat om persvrijheid en het recht op vrije meningsuiting. Het land klimt op de wereldindex van Reporters without borders (RSF) van de 31ste naar de 29 plaats. Slechts eenderde van de 180 landen die op de index voorkomt, heeft de plaats van het vorig jaar behouden of is gestegen op de index. Tweederde van de 180 landen over alle regio’s wereldwijd, heeft dit jaar een daling ondergaan. De daling is kenmerkend omdat er ook landen tussen zitten, waar de democratie en de persvrijheid hoog staan aangeschreven.
Suriname doet het sinds het herstel van de democratie eind jaren 80 begin jaren negentig veel beter op de verschillende indexen. Evenwel wordt er door RSF elke keer op gewezen dat het instandhouden van straffeloosheid, zoals geen voortgang vinden van het 8 decemberstrafproces, het instandhouden van zogenaamde muilkorfwetten en incidenten als het ingrijpen van de regering in nieuwsprogramma’s zoals Suriname Vandaag, ernstige bedreigingen zijn. Suriname dankt zijn plek op de index door onder andere de pluriformiteit in media, de mate waarop de media/journalisten onafhankelijk hun werk kunnen doen, wetgeving zoals de grondwet en de door Suriname geratificeerde internationale verdragen die een raamwerk zijn en de garantie geven voor een vrije beleving van het recht op vrije meningsuiting.
Reporters Without Borders typeert deze index als alarmerend voor de persvrijheid in de wereld. Media en journalisten worden vaker gebruikt voor propaganda doeleinden of worden onthouden van informatie. In veel gevallen is er sprake van directe en indirecte aanvallen op de mediahuizen en journalisten. Niet alleen overheden, maar ook niet gouvernementele organisaties maken zich schuldig aan het schenden van het recht op vrije meningsuiting. Genoemd worden de extremisten organisaties Boko Haram, de Islamitische Staat (IS), drugsorganisaties en de Italiaanse maffia. Een ernstig opkomend gevaar is het bestaan van zogenaamde muilkorfwetten waarbij kritiek op overheden wordt gezien als een criminele daad. Opmerkelijk is ook dat Europa in tegenstelling tot de index van 2014 de grootste dalingen kent in 2015. Europese landen zijn met grote afstanden verdeeld vanaf de eerste plek tot en met de laatste.
Grootste daling
De grootste daling op de lijst is die van Andorra. Dat land stond het vorige jaar nog in de eerste vijf landen, onder de noemer volledige persvrijheid. Het daalt met 27 plaatsen van plaats vijf naar plaats 32. In het commentaar dat bij de index is opgenomen staat vermeld dat dit te wijten is aan het feit dat de media in Andorra binnen een jaar tijd te zwaar onder druk is komen te staan van financiële, politieke en religieuze invloeden. Er is sprake van belangenverstrengeling, en journalisten ondervinden problemen bij het verslaan van activiteiten in de financiële sector. Ook blijkt er een gemis aan wetgeving die de persvrijheid moet garanderen.
Reporters Without Borders hanteert zonder pardon een strenge methodiek bij het bepalen van een plek op de index. Landen die voor zichzelf claimen een hoge mate van persvrijheid en democratie te hebben zijn er slecht vanaf gekomen in het commentaar. Het gaat om landen als de Verenigde Staten van Amerika, die na in 2014 met elf plaatsen te zijn gedaald nu weer twee plekken daalt op de index en de 49ste positie inneemt. Een andere opmerkelijke daling is die van Oost-Timor. Dat land dat op de index al jaren een slechte positie heeft, daalt nu verder met 26 plekken naar plek 103. Reporters Without Borders vraagt extra aandacht voor de reden van deze daling. Oost-Timor heeft recent van overheidswege een mediaraad in het leven geroepen, er zijn nieuwe ethische codes (gedragsregels) opgesteld voor journalisten en is er wat door RSF genoemd wordt , een ‘toffe’ (strenge) wet in het leven geroepen die journalisten dwingt zelfcensuur toe te passen.
Andere grote dalingen op de index zijn Congo met 25 plaatsen. Daar is er een heksenjacht geopend op kritische journalisten en zijn zij gedwongen het land uit te vluchten. Italië daalt met 24 plaatsen naar de 73ste plek. IJsland, vorig jaar nog binnen de top 10 daalt met 13 plaatsen naar plek 21. Venezuela die het al slecht doet op de index daalt met 20 plaatsen verder omlaag naar plek 137. Ook Ecuador daalt met 13 plaatsen naar plek 108.
[uit Starnieuws, 13 februari 2015]