blog | werkgroep caraïbische letteren

Spannend boek van een spannende man

door Hilde Neus

Boris Dittrich (Utrecht, 1955) heeft al enkele boeken op zijn naam, als hij in 2016 jaar doorbreekt bij het grote publiek. W.O.L.F. is een literaire thriller die zich afspeelt in Berlijn tegen de achtergrond van racisme, antisemitisme en vreemdelingenhaat. Deze uitgave werd door de Vrij Nederland Detective en Thrillergids uitgeroepen tot beste Nederlandstalige thriller van 2016. Zijn roman Halszaak (2017) is gebaseerd op een ware gebeurtenis, waarvan het nieuws ook Suriname bereikte.

 

In juni 2015 stierf de van Aruba afkomstige Mitch Henriques door een nekklem in het Zuiderpark in Den Haag. Hij zou ‘Ik heb een pistool’ hebben geroepen naar enkele politieagenten die hem vervolgens tegen de grond werkten en, na de omstreden wurggreep te hebben toegepast, in een auto hebben gesmeten. Hij overleed later in het ziekenhuis. De zaak kreeg veel aandacht omdat enkele omstanders het gebeuren filmden en dat filmpje op Facebook zetten. (Over deze zaak bestaat een goed achtergrondartikel op internet – klik hier). Een zeer omstreden geval.

De term ‘nekklem’ is niet eenduidig. Er worden verschillende technieken mee aangeduid waarbij de nek van een persoon wordt omvat. Daarbij kan het gaan om het omvatten van de nek als een controletechniek en als een verwurgingstechniek. Voorts zijn er twee typen verwurging: lucht- en bloedverwurging. De lijn tussen controle en verwurging is in de praktijk dun. Zo kan een controletechniek bedoeld of onbedoeld overgaan in een verwurgingstechniek.

(Uit De Nekklem; Thematisch onderzoek naar aanleiding van de toepassing van een nekklem in het Zuiderpark-Den Haag. Maart 2016, publicatienummer 91162, p. 4. Inspectie Veiligheid en Justitie van het ministerie van Veiligheid en Justitie.)

Dit gegeven heeft Boris Dittrich aangegrepen om een roman te schrijven. Vanwege de emoties bij alle betrokkenen – en omdat het om fictie gaat – zijn allerlei gegevens natuurlijk veranderd. Maar de kern is de nekklem.

In Halszaak ligt het onderzoek in handen van de rechercheur van de rijksrecherche. Maya Oliphant is een opvallende verschijning met rood haar en blauwe ogen. Naast de davidster draagt ze een klein zilveren olifantje om haar nek. Met haar vrouw Inger heeft ze een zoontje, Zlatan genaamd. De relatie tussen de twee lesbische vrouwen is een belangrijke rode draad in dit boek.

Ook dat ligt de auteur na aan het hart. Hij studeerde rechten in Leiden en fungeerde als advocaat in Amsterdam en als rechter in Alkmaar. Intussen werd hij actief in de politiek en werkte hij voor de politieke partij D66 in stadsdeel Amsterdam-Zuid. Daardoor kwam hij veelvuldig in contact met politie en justitie, vooral met de afdeling ‘Roze in Blauw’, die zich speciaal bezighoudt met zaken rondom homoseksualiteit. In 1994 trad Dittrich toe tot de Tweede Kamer als afgevaardigde van D66. Van deze partij is hij fractievoorzitter en partijleider geweest. Over deze periode publiceerde hij in 2001 de verhalenbundel Een blauwe stoel in Paars. In 2007 werd hij global advocacy director in de divisie Lesbian, Gay, Bisexual and Transgender (LGBT) rights-programme bij de internationale mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch. Eerst woonde hij in New York, en vanaf 2013 in Berlijn. Boris Dittrich is getrouwd met de Nederlands/Israëlische kunstenaar Jehoshua Rozenman. Dittrich is een Bekende Nederlander, hoewel zijn naam niet zo klinkt. Die heeft hij van zijn vader, die vanuit het toenmalige Tsjecho-Slowakije asiel zocht in Nederland. Wel toen….in 1948.

Fragment uit de thriller Halszaak (p. 238)

Eindelijk waren ze beland bij het agendapunt dat voor Inger relevant was: Verslag over de recente ontwikkelingen rond rechter Pons. Viola ging ervoor zitten en begon voor te lezen wat ze had opgeschreven: ‘Velen van ons hebben zich verwonderd afgevraagd waar rechter Pons was gebleven sinds hij in 1989 Alkmaar verliet. Bij toeval werd hij gespot door Hero Swart in Paramaribo, waar hij in een hotel werkte bij het zwembad. Toen al was hij dus aan lagerwal geraakt, kunnen we wel stellen. Dat was tien jaar na zijn vertrek uit Alkmaar en sindsdien ontbrak opnieuw elk spoor. Hoe vaak hebben we niet over die man gebrainstormd? Waar zou hij uithangen? Wat hadden we hem allemaal graag ter verantwoording geroepen, want misschien wist hij niet eens dat hij onze levens heeft geruïneerd. En dan, geheel onverwacht, duikt hij op, bijna twintig jaar na Suriname. Hij ligt dan in coma in het ziekenhuis. Uit de krant blijkt dat hij sinds jaren in Amsterdam woonde en zich voordeed als zwerver. Ik zeg ‘voordeed’, want volgens mij was Pons op de vlucht, voortgedreven door schuldgevoel, en had hij zich doelbewust vermomd door zijn haar te laten groeien, zijn snor en zijn baard, en slaagde hij erin de samenleving om de tuin te leiden door jarenlang de straten van Amsterdam af te struinen, in afvalbakken te kijken, en met zijn hond bij de marktkooplui op de Albert Cuypmarkt te bedelen om overgebleven voedsel. Veel mensen kenden hem als zwerver, maar niemand wist wie hij was. Dankzij dat filmpje over zijn arrestatie is de zaak in de openbaarheid gekomen. We zagen zijn foto in de krant en op social media. De politie wilde weten wie hij was. Nou, wij herkenden hem meteen. Ons kon hij niet op een dwaalspoor brengen. Helaas lag hij in coma in het ziekenhuis, dus we konden hem niet meer ter verantwoording roepen.
Mijn moeder heeft bezoek gehad van een politievrouw die vertelde dat Pons’ huis in brand is gestoken, dat een huisgenoot van hem daar in bed is verbrand, dat de bewoners van de erboven gelegen etages ook de dood hebben gevonden. Dat is natuurlijk tragisch. En zij vertelde ook dat Pons diezelfde dag in zijn ziekenhuisbed was vermoord.’ ‘Dit is ons bekend, Viola,’ interrumpeerde Henk Klein haar. ‘Hebben we allemaal in de krant gelezen. Ik heb genoeg gehoord.’

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter